Algemeen Nieaws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. BKKKNDMAK.ING. Kermis te Axel, BKHEMPMAK1NG. No. 2922. Zaterdag 13 Mei 1893. 33e Jaargang. \A/E E>K IWARk Dinsdag 23 Mei. Binnenland. abonnement- advertentiEn. FEUILLETON TER \EIZE\S(HE COIJRACT Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,82$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Hit Itlaal verscliijnt llin.ilay;- en Vrijilagavond bij «len uitgever H. J. t A S O E S A X 1> E te Ter Aeuzen. aanvang nemende Maanil.i'i' 22 Mei en eindigende lionderdiig 25 Mei 1898, des nachts te 12 ure. Burgemeester en Wethouders van Axel, D. J. OGGEL, Burgemeester. J. A. VAN VESSEM, Secretaris. Be BURGEMEESTER van HULST, brengt ter kennis van het publiek, dat wegens het invallen van den Tweedeu Pinksterdag op Maandag 22 Mei a. s. de gewone wekelijksche Vee-, Graaii-, Buter- en Eiernwrkt enz. zal gehoudeu worden op Hulst, den 13 Mei 1893. De Burgemeester voornoemd, L8. VAN WAESBERGHE-JANSSENS. F*olitieli Overzicht. Hetgeen gevreesd werd, is reeds geschied Keizer Wilhelm heeft in de meest besliste bewoordingen in het openbaar zijn meening doeu kenuen over de verwerping van de legerwet. Het was Dinsdagochtend, dat Z M. zich uitliet, bij gelegenheid van eeu revue op het Tempelhofer veld. De Keizer sprak de geueraals en stafofficieren aldus toe „Ik had de verwerping van het ontwerp be- trell'ende de reorganisatie van het leger niet verwachttot rnijn leedwezen heb ik mij echter bedrogen. Een minderheid van manneu, bezield door vaderlandslievende gevoelens, heeft niets kuunen uitrichten tegen de meerderlieid, welke het outwerp vijandiggezind was. En in het debat zijn opgewonden woorden gesproken, die men niet vau outwikkelde mannen had moeten hooren. „Ik heb de ontbinding van den Rijksdag moeten uitspreken en hoop, dat het nieuwe Parlement de reorganisatie van het leger zal goed- keuren. Mocht echter die hoop niet verwezenlijkt worden, dan ben ik vast besloten alles in het werk te stelleu om het verlangde doel te bereiken, daar ik te diep overtuigd ben van de noodzakelijkheid Naar het Italiaansch van Tommasina Guidi door H. C. 37) XXVIII. In den vroegen ochtendstond van den vorigen dag had freule Veber vergeefs uitgezien naar het opeuen der twee vensters van de kinderkamer. Alleen iets later op den dag was eene der juloezien door een mannenarra opeugestooten, waardoor zij had kuunen zien dat de gordijnen gesloteu bleven. Daar was dus een zieke. Zij had opgemerkt, dat het rijtuig 's middags omstreeks twaalf uur voor de deur had stilgehouden en dat daaruit eene burgervrouw met een klein meisje waren gestapt zij had Rosa niet herkeud en wist niets af van het bestaan van Santinella. Een uur daarna had zij opgelet hoe de tedienden druk in de weer waren en hoe dadelijk daarop de boerin met de kleine weder vertrokken waren. Even zag zij de gravin aan het portier van het rijtuig, maar op dit gezicht week zij achteruit als had een onzichtbare arm haar van het venster geduwd. Dien dag arbeidde zij niet. Toen de gravin verdwenen was, nam zij hare gewone plaats weder in, huiverende vau dekoude en met eene leege maag, en eerst tegen het vallen van den avond, uadat zij door de reten van de luiken het flauwe schijnsel van het nachtlicht zag schemeren, at zij een stukje brood, dronk zij een kopje koude melk en wierp zich op hare legerstede, van de legerwet in het belang van den vrede. En ik weet, dat ik in dat opzicht eenstemmig denk met de verbonden vorsten, met mijn volk en met het leger." Deze toespraak heeft groot opzien verwekt, waarin men terecht een dreigement ziet, dat, moest het tot uilvoering komen, de ernstigste gevolgen zou kunnen hebben voor dienzelfde vrede, welken de Keizer zegt juist te beoogen. Intusschen is nog niet recht duidelijk, op welke wijze de Keizer zou haudelen, wanneer de nieuwe Rijksdag het leger-ontwerp eveneens verwierp, en juist die onzekerheid kan geen gunstigen invloed hebben. Maar ook overigens moet de uitlating een groote ouvoorzichtigheid geacht worden, want de feiten zouden Keizer Wilhelm's bewering wel eens kuunen weersprekeu. Het is zelfs waarschijnlijk, dat dit zal geschieden. En hoe zal de Keizer kunnen volhouden dat het volk in deze acbter hem staat, wanneer datzelfde volk vertegenwoordigers naar den Rijksdag zendt met de opdracht de leger- voorstellen te verwerpen Wie veel zegt, heeft veel te verantwoorden. Voor de zooveelste maal is dit door den Keizer voorbijgezien, wiens leeftijd hem altijd nog onge- lukkige parten schijnt te spelen. Dat 's Keizers rede allerwege een enorrae sensatie heeft gemaakt, zal wel niet gezegd behoeven te worden ten overvloede blijkt het uit de jougste berichten uit Berlijn. In die berichten wordt ook Bismarck's naam genoemd, en wel in dit verband, dat men in sommige kringen meent, dat de ex-kanselier onge- twijfeld naar de hoofdstad zou zijn gekomeu om de legerwet te verdedigen, wanneer de slechte verhouding tusschen hem en den Keizer niet bestaan had. En men twijfelt niet, dat in dit geval Bismarck's verschijnmg en machtige taal grooten invloed gehad zouden hebben. llet komt ons echter voor dat hierbij vergeten wordt, dat de bladen, welke met Bismarck in betrekking heeten te staan, zicb juist ongunstig over de leger-voorstellen hebben uitgelaten. Terwijl Frankrijk zich verheugt over de Duitschers, die eene uilbreiding vau hun leger hebben ver- worpen, ergert het zich voortdureDd over de Engelsc'nen. In Egypte, in Afrika, in Siam, overal zijn couflicteu. Vooral Gladstone's verklariug, dat aan een terugroepeu der Eugelsche bezetting uit Egypte niet kan worden gedacht, verwekt ergernis, want meu herinnert zich met spijt, dat Frankrijk indertijd heeft geweigerd, aan die bezetting deel te nemen. gepijnigd door de kwellende gedachte ffhet kind is ziek." Zij sliep weiuig. V66r het aanbreken van den dag was zij op de been, haar blik trachtte de diepe nachtelijke duisteruis te doorboren. Hij zal door het een of ander wakker geworden zijn", zeide zij, klappertandende. „Ik zou hem hier kunnen hooren als hij schreide. Neen ik zal hem hooren als het zachter weer wordt, als hij op het balcon zal komen om naar de paarden te kijken. Dan zal ik zijn stemmetje weer hooren 1" Daarop herhaalde zij werktuigelijk ,/Ziek, wat zou het zijn O, het zal niets te beteekenen hebben, eene van die kleine kinderongesteldheden wormen, verkoud- heid, lusteloosheid En als het eens iets ergs was Als hij eens eene ziekte gekregen had in de hersens, iu de ingewanden of in de keel Goede God Mijn buurvrouw vertelde mij juist dat er zooveel kiudertjes aan keelziekte stierven Doch alleen arme kiudertjes, alleen aan de doode- lijke kwaal overgeleverd doordien zij geen dokter kondeu bekosti°,'en. O, den Hemel zij dankdaar aan de overzijde is rijkdom in overvloed en met geld verricht men groote wonderen. Ja, groote wonderen herhaalde zij, haar oog vestigeude op het blauwe vlammetje van een bundel zwavel- stokken die zij aangestoken had om hare bevrorene handen te verwarmen. „Groote wonderenHet kind zal herstellen, zal opgroeieu maar ik zal er niet meer zijn om hem te zien De zwavelstokken waren uitgebrand en freule Yeber zag opnieuw naar buiten Op dit oogenblik hoorde zij een raam opendoen en vernam zij de stem van den graaf. Zij maakte ook haar raam open eu luisterde scherp toe Le Memorial diplomatique beschuldigt Gladstone van dubbelziunigheid en oneerlijkheid en wijdt uit over de oude recliten van Frankrijk op Egypte, die uit Napoleons tocht, de doorgraving der land- engte van Suez, de verbreiding van Fransch kapitaal en de vestiging van vele Franschen in Egypte berusten. Andere bladen beweren, dat de moeilijkheden, die Frankrijk bij de grensregeling met Siam onder- vindt, aan Engelsche ophitsingen zijn te wijten. De Figaro zegt, dat de Engelschen aan den Niger zich gebied toeeigenen, dat den Franschen toekomt en gaat dan voort: Tegen woordig neemt een vijandig gevoel tegen ons bij onze Engelsche naburen toe op de geheele wereld is de Engelsche politiek in strijd met onze belaugen en in Egypte, in het midden van Afrika, in het uiterste Oosten, overal vinden wij de Engelschen, die ons den weg versperren en ons moeielijkheden bereiden. Deze verauderde houding, die door de rede van Gladstone nog bijzonder werd verscherpt, heeft men aan het Fransche departement van buitenlandsche zaken zeer goed opgemerkt." De Engelschen nemen die uitvallen zeer kalm op en zullen hun politiek er niet om wijzigen en de Fransche regeering zal voorzichtiger zijn dan op populariteit jacht makeude bladen goedkeureu. Nog oulangs weigerde de Minister van buitenlandsche zaken op eene interpellatie over den toestand in Egypte en op Madagascar te antwoorden. Het internationaal mijnwerkerscongres, dat te Brussel gehouden zal worden, zal iederen dag door een afgevaardigde van verschillcnde nationaliteit gepresideerd worden. De mijnwerkersbond uitGroot- Brittannie is van meening, dat dit congres het beginsel van een normalen arbeidsdag van acht uur, bij de wet vastgesteld, moet uitspreken, dat het alle natioualiteiten raden moet, alle wettige mid- delen in hun respectieve landen aan te wenden om dit resultaat te bereiken. In het geval dat ver- schilleude regeeringen weigeren dezen maatregel te nemen, is het noodig tot een algemeene staking zijn toevlucht te nemen. Het congres moet eveneens voorstellen den arbeid van vrouwen bij het mijn- wezen te verbieden. De Amerikaausche en Australische mijnwerkers hebben dit congres hun sympathie betuigd. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft zich tot de Commissarissen der Koningiu gewend, mededeelende, dat iu eene bijeenkomst van districts- ffZeg hem dat er een kind op sterven ligtZij grrep met de hand naar haar hoofd en wankelde. Wat had de graaf gezegd Freule Veber was sedert maanden lijdende uit gebrek aan werk, door honger, door zorg en door vermoeienis, doch geene enkele dezer tegenspoedeu had haar nog tot een onberaden en gewaagden stap overgehaald. De slag die haar deed duizelen kwam voort uit de woorden van graaf Ilario. Een oogenblik bleef zij geheel verslagen, als had men haar een ruwen stoot gegevendaarop flikkerde hare levensvlam weder op, het bloed stroomde haar snel door de aderen, zij richtte zich in hare voile lengte op, hare oogen schoten vuur, zij voelde de kracht in zich om zich te bewegen, te handelen, alles te trotseeren. De dag brak aan, het werd hoe langer hoe lichter, men hoorde leven op straat, de buren en de werklieden, die zich naar hun werk begaven trokken dcuren achter zich dicht en de straat- jongeus schreeuwden. Het hoofd van freule Veber bonsde en klopte en de woorden »er ligt een kind op sterven" dreunde in haar ooren. Zij deed haar shawl om, knoopte een doek over het hoofd en ging naar beneden. Rakelings langs den muur van het huis der Ilario's gaande, sloeg zij den hoek om en stond voor de poort die op de plaats uitzag. Juist kwam het rijtuig uitrijden dat den professor weer naar huis zou brengen. Zij trad onbeschroomd naar binnen. De knecht wilde de poort weer sluiten, toen zij vroeg om haar door te laten. „Waar wilt gij heen, meisje „Naar tijding vragen." u Zijt gij de dienstbode van mevrouw Marr*** Ja," antwoordde zij zonder blikken of blozen. veeartsen aan zijn departement ter sprake zijn gebracht de maatregelen, genomen ter beteugeling van het mond- en klauwzeer. Als een gevolg van deze samensprekingen wordt de aandacht gevestigd op de volgende punten 1°. Wordt met kracht aangedrongen, nauw- lettend zorg te dragen, dat alleen bij uitstek geschikte en betrouwbare personen tot buitengewoon veldwachter worden voorgedragen en deze boveudieu onder zoo streng mogelijk toezicht worden gesteld. 2°. Zal het in vele gevallen wenschelijk zijn, de verdachtverklaring van vee ruimer toe te passeu dan tot dusver geschiedde, zoodat ook vee, hetwelk graast in landen, grenzende aan die waarin zich besmet vee bevindt, onder toezicht worden gesteld. 3°. Het inroepen van militaire hulp voor de bewaking van hoeven en weiden moet beperkt worden en aan burgerlijke bewaking, onder goede leiding en goed toezicht, de voorkeur gegeven. 4°. De verzorging en behandeling van ziek en verdacht vee moet door personen geschieden, die niet met het gezonde vee in aanraking komen. Is dit onmogelijk, dan moeten de personen, die ziek vee behaudeld hebben, voor zij in aanraking komen met gezond vee, zorg dragen voor voldoende ontsmetting. 5°. Wordt krachtig aangedrongen op nauwlettend toezicht van de zijde der gemeentebesturen en burgemeesters, en verder buitengewoon toezicht in den omtrek wenschelijk geacht, zoodra zich een geval van mond- en klauwzeer heeft voorgedaan. De Minister van Buitenl. Zaken brengt ter kennis van belanghebbeudeu, dat volgens bij den consul-generaal te Parijs ontvangen mededeeliug, ten gevolge van de langdurige droogte, in Frankrijk groote behoefte bestaat aan belangrijke hoeveelheden hooi. Gegadigden kunnen zich, onder prijsopgave voor franco levering in eene Fransche haven of aan een Fransch spoorwegstation, wenden tot den heer Sainte Claire Deville, directeur de l'Office General des Agriculteurs, Rue du Havre 12, Parijs. Het comite tot het verkrijgen van concessie voor de kortste verbiuding van de eilandeu Schouwen en Duiveland met den vasten wal, gevestigd te Zierikzee, heeft zich tot de Staten van Noord— Brabant gewend om een subsidie uit de provinciale kas vau 25,000 in de kosteu van aanleg van eene stoomtram Brouwershaven—Zierikzee— Zijpe— Steenbergen—Rozendaal. Het comitd wijst in zijn adres op het groote belang dat voor het westelijk gedeelte dier provincie in het tot stand komen der verbinding is gelegen. Hij liet haar door, zij klorn de trap op, en daar de deuren dicht waren, bleef zij op het portaal staan met den elleboog leuneude op de marmeren balustrade. Zij dacht niet aan de houderde keeren dat zij daar gestaan had, toen een ieder haar eerbiedig groette als de intieme vriendin der gravin zij dacht niet aan het hachelijke van den toestand waarin zij zich bevond, noch aan hetgeen er zou voorvallen zoodra de deur openging en zij den drempel betrad. Een gevoel, onein lig sterker dan al het andere verdoofde iu haar angst, schaamte, ontzetting. Zij voelde zich als geroepen door de stem die zich alleen deed hooren door eene gewaarwording van smart die haar gansche ziel beheerschte. Al had zij met bloote voeten over gloeiende kolen moeten loopen, zij zou het gedaau hebben, liever dan geen gehoor te geven aan den verheven drang haars harten. Het kind wederzien het was het hare wie zou het haar kunnen beletten, nu het stervende was P Een half uur verliep, niemand verscheen. Opeens hoorde zij het rijtuig toen werd er een deur geopend en een bediende kwam er in alle haast uithij zag in het voorbijgaan naar de vrouw en ijlde de trap af. Eene minuut daarna kwam een oud heer boven in eene dikke pels en gearmd met den knecht. Zij gingen de kamer in en, hen volgende, trad ook zij binnen. De knecht wendde het hoofd om. „Ik kora van mevrouw Marr***", sprak de vrouw en bleef staan midden in de kamer. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1893 | | pagina 1