Gemengde berichten. TER NEUZEN, 0 Januari 1891. Januari. 48 24 s., 12 k., 4 r.ij., 4 m., 2m, 1 ij., 1 1. 106576 Eebruari. 37 14 s., 11 r. ij., 8 k., 2 m 1 p., 11. 79029 Maart. 51 20 r.ij., 14 s., 6 m., 5 k., 3 h., 2 ml., 1 w. 114598 April. 13 8 s., 3 k., 1 ij 1 1. 16310 Mei. 36 10 s 9 h., 5 w., 4 m., 3 r.ij., 2 k., 1 ij., 1 St., 1 1. 50367 Juni. 43 14 s., 12 m., 10 r.ij., 3 k., 1 ml., 1 h., 11. 1 r.ij. en m. 100213 Juli. 43 14 s., 12 m., 8 h., 6 r.ij., 3 k. 101264 Augustus. 36 15 s., 7 m., 5 h., 3 ij., 2 r. ij., 2 k., 1 ml1 1. 76814 September 35 17 s., 5 k., 4 h., 4 r. ij., 3 ij 1 m., 11. 77229 October 22 17 s., 2 k., 1 r. ij., 1 h., 1 1. 49644 November 32 15 s 5 k., 2 k. en s., 3 m., 2 r. ij., 2 1., 1 ij., 1 h., 1 ij. en s. 74140 December 36 15 s., 8 k., 5 m., 3 r. ij., 3 pp., 1 k. en s 1 g. 79564 432 925748 Bevolking op 31 Dec. 1889 1196 1057 2253. n h 1890: 1201 1058 2259. In en door het ijs op de Schelde. RECHTSZAKEN. Arrondissements-rechtbank te Middelburg. toonen te bezitten Zal men alle kracbten inspannen om den tot dusver vreemden handel te gerieven, en zal de regeering daartoe meewerken Sedert Zondag morgen worden geene loodsen meer voor- of van VlissingenTer Neuzen afge- geven, en wel van de beide loodsbesturen, zoodat de vaart is gestaakt. De vaart op bet kanaal tot Gent blijft voor stoomscbepen nog open, daar er Zondag en Maandag nog 7 stoomschepen zijn afgekomen. Thans liggen er 11 stoomschepen in de haven en op bet kanaal, gereed om uit te gaan. De vaart op Antwerpen is sedert den 1 dezer gesloten. In het dok te Vlissingen is gekomen het En- gelscbe stoomschip Black Swan, kapt. Lawson, van Ter Neuzen, met defect roer, om te Vlissingen te repareeren. Gedurende het loopende jaar zijn aan deD spoorweg alhier de volgende zeeschepen ingekomen om aldaar te lossen of te laden Maand. Getal. Geladen met L m. inhoud. bra to. In deze kolom beteckenen de letterss. stukgoederen, m. minerie, r. ij. raw ijzer, k. kolen, h. hout, ml. melasse, 1. ledig, p. pitch, ij. yzer, w. wol, st. 9teen, z. zink, pp. pijpaarde en g. graan. Uitgevaren zijnin Januari .38, Eebruari 35, Maart 24, April 20, Mei 29, Juni 39, Juli 34, Augustus 35, September 30, October 14, No vember 24 en in December 22 zeeschepen. Koewacht. In het afgeloopen jaar was de loop der bevolking van deze gemeente als volgt Geboren werden 36 m., 46 vr., totaal 82. Overleden zijn 23 m., 27 vr., totaal 50, (waar- onder 1 m. elders overleden, doch alhier woonachtig.) Levenloos aangegeveu 2 m., 2 vr., totaal 4. Er werden 22 huwelijken gesloten als tusscben jongmans en jonge dochters 20, tusschen jongman en weduwe 1, tusschen weduwnaar en jonge dochter 1. In deze gemeente vestigden zich 40 m., 25 vr., totaal 65, terwijl zijn vertrokken 48 m 43 vr., totaal 91 Mann. Vrouw. Totaal. Dus vermeerderd met 6 personen. Biervliet, 2 Januari. Een ingezetene I. B. wordt reeds sinds het einde der vorige week vermist. Daar hij aan vallende ziekte lijdende is, vermoedt men, dat hij gevallen is, en droevig aan zijn einde is gekomen. Alle pogingen aangewend om den ongelukkige op te sporen, zijn tot heden vruchteloos. Hij laat eene vrouw, de kinderen zijn overleden, achter. dat ge bet volstrekt niet zoo kwaad met ons meendet, maar dat onze beenen geen zeebeenen waren Hoe bebben we ons vaak met vroolijken tred bewogen op het weinige hout, dat op zooveel waters dreef in 't vaste geloof dat de houten muren ons brengen zouden bij alien, die ons dierbaar waren En nu ijs, niets dan ijs op de anders golvende vlakte, en 't kostte moeite om door al die weutelende scholleu een weg te vinden van Vlissingen naar 't voor ons beloofde land, 't land van Cadzand. Zoo was 't ook Oudejaarsmorgen toen We vol goeden moed ons spoedden naar de boot, die ons zou brengen naar Breskens. Dinsdag had men de poging reeds opgegeven en 't b'eek ook onmogelijk te zijn. Maar 't was avond geweest en de morgen was aangebroken we zouden aan boord gaan. De Directeur der stoombootmaatschappij was tegen- woordig. Van sleepboot was geen sprake, maar 't schip was zeewaardig, dus werd ons door hem verzekerd en we gingen aan boord. De stoomfluit klonk, de plank werd ingehaald en de directeur bleef aan den wal. Hij zou 't in de courant wel zien, of we ons best deden En werkelijk zijn niet meegaan werkle niet prettig op enkele der passagierszij wilden nu ook wel terug, maar we waren in don volsten zin van het woord in 'tschuitje en wij moesten varen. Lieve Hemelwelk een gezicht leverde die Schelde op. Moesten we daar dwars door heen En nauwelijks nog waren we een klein eind heen of de ijsschollen versperden ons den weg. We lagen stil. Terug was het beste, meenden enkele deskundigen, die aan boord waren. Een ongeluk aan je schip, aan je roer of aan je machine en we drijven met 't ijs meeGod weet waar we komen »wie weet letten ze in Vlissingen wel op ons," zegt weer een ander en bleven we vast zitten wie weet kwam wel een sleepboot ons ter hulp. Deze en dergelijke bemoedigende redeueeringen waren niet geschikt om ons, volstrekt geen zeelui, gerust te stellen. Intusschen werkte het ijs steeds doorkruimige schollen, die bestempeld werden met de naam van „suikerijs," maar ook vaste, groote, weutelende schollen met punten, schotsen, geheel in elkaar gewerkt, die de onbeleefdheid hadden onze goede Zeelaudia weer voor een oogenblik in kluisters te slaan, totdat de flinke machine er ons toch ook weer met forsche slagen doorsloeg. Intusschen was 'teen loopeu op en neer, van boven naar beneden, van achter naar voren, en we hekennen het gaarne met niet weinig ongerust- heid. Want ge moet weten, dat enkelen der bemanning nu en dan eens eenige vrees uitspraken, wel te verstaan over 't al of niet bereiken van de plaats onzer bestemming. De meeningen waren daarover verdeeld. Goede hemel! weer een schok, nog een stoot. Die schol is voorbij. Stop Zacht aan vooruit Weer ijsFlinke schollenOnze ongerust- heid nam toe en we hadden werkelijk vrees we willen 't eerlijk bekennen, 't was ons angstig om 't hart. Maar moed kregen we toch ook Hier is het de plaats om u te gedenken loods Van Noppen. Ik bied u mijn hulde en miju groete, zooals ik u miju handdruk bood, toen we noode afscheid namen. Gij wist ons moed in 't hart te spreken. Uw zeemansoog zag alles, en ge wist wel, dat we angstig waren, maar uw woord en uw blik boezemden vertrouwen in. Waarlijk we vergeten u niet spoedig. De reis ging voort. Daar lag de steiger van Breskens. Maar hoewel we de menschen konden toespreken, we waren er nog niet. „Zou 't gaan loods was mijn angstige vraag „Ja, ja als de machine maar goed gebruikt wordt, zal 't wel gaan m'n heer." En waarachtig we kwatnen er. De stuurman, die als kapitein dienst deed, bracht er ons heerlijk. Eere dien man flink zeeman, kranig commandant, waard een schip te sturen. Een Goddank toen we aan wal waren was welgemeend. En toen moesten we klimmen over ijsbrokken van eerbiedwaardigen omvang en ja, 'k beken het ik kuste een van die schotsen maar we waren thuis. De geschiedenis verhaalt dat wijlen Columbus, de ontdekker van Amerika, na een moeitevolle en gevaarlijke reis den grond kuste, waarop bij den voet zette. Ik heb dat ook gedaan, hoewel in zeer over- drachtelijken en figuurlijkeu zin. Zie hier, hoe dit zich heeft toegedragen. Onze goede, oude Schelde, die altijd haar wateren zoo fier voorstuwt, die trotsch op haar meesterschap spot met alle mogelijke maatregelen tegen de zoo zeer te recht gevreesde zeeziekte, onze goede, oude Schelde was in boeien gestagen. Een schubbig pantser bedekte haar; een harnas van ijs, dat in breede schollen zich vertoonde over hare geheele oppervlakte hield haar gevangen. Waar waart ge witgekuifde golven, die zoo speelziek opspatteu tegen den boeg en lachten met al onze pogingen om staande te blijven Hoe vaak hebben we met schaamte moeten bekennen, De rechtbank heeft in hare zitting van 6 Jan de volgende vonnissen uitgesproken, alien ter zake van overtreding van 'sRijks belastingen A. K., oud 16 j., wonende te Clinge, veroordeeld tot 15 dagen gevangenisstraf. P. J. v. G., oud 43 j., werkman te Clinge, thans in de gevangenis te Goes, veroord. tot 15 dagen gevang. A. W., oud 21 j., werkman te Koewacht, veroord tot 1 dag gevang. P. J. R., oud 39 j., voerman te Koewacht, veroord tot 7 dagen gevang. A. d. L., gewoond hebbende te Koewacht, thans te Luik, veroord. tot 15 dagen gevang. A. M., koopman te Koewacht, veroord. tot maand gevang. S. G., oud 34 j., visscher te Philippine, ontslagen van rechtsvervolging. T. J. E., oud 12 jwerkman te Philippine ontslagen van rechtsvervolging. De verkoop van sterken drank op het ijs is in den jongsten tijd dikw'jls ter sprake gekomen. In verband hiermee is het niet onaardig te vernemen, hoe sommigen de bepaliugen der drankwet weten te ontduiken. Op den Rijn, van Leiden naar Bodegraven, wordt door de tenters geen sterke drank verkocht maar zij bieden den schaatsenrijders een kop warme melk aan voor 6 cent, en geven daarbij een brandewijntje cadeau Dezer dagen kwam te Meppel ieraand uit Amsterdam aan, die geheel alleen van daar de reis over de Zuiderzee naar Meppel op schaatsen had afgelegd, om verder de reis te vervolgen naar Gronin- gen. Het oorspronkelijke plan was, dat een gezel- schap van zes personen deze reis zou ondernemen doch toen vijf der reisgezellen het ter elfder ure opgaven, ondernam de kloeke rijder de reis alleen. Naar aanleiding hiervan is zeker het dezer dagen vermelde gerucht in de wereld gekomen als zouden een vijftal personen uit Meppel bij een tocht over de Zuiderzee verdronken zijn. Wanneer men de gemiddelde temperatuur van de maand December neemt, die iets hooger dan 4° is boven 0, dan blijkt dat er sedert 1749 zulk een koude winter niet is beleefd als die van 1890—91. Op Oudejaarsdag gingen drie personen te voet over de Zandkreek bij het veer van Kortgene naar Wolfertsdijk, en op Nieuwjaarsdag zijn vijf personen van Kats over de Zandkreek naar den Zuid-Bevelandschen wal overgegaan. Yoor oudkleer om van te watertandenBij de te Cuyk ten huize van den voormaligen notaris Snoeck gehouden verkooping werden niet minder dan vijf en een half dozijn jassen, 50 pantalons en een karvracht schoeuen en laarzen onder den hamer gebracht. Een der meest betreurenswaardige feiten heeft op nieuwjaarsdag de geheele stad Roermond in droefheid vervuld. Een elfjarige knaap H. B. werd, toeu hij in den avond te circa 7 uur op de straat speelde, door een revolverkogel aan de linker- zijde van het hoofd getroffen, tengevolge waarvan hij eenige minuten later overleed. Geneeskundige hulp, die door den heer Dr. Hennus spoedig werd verleend, mocbt niet meer baten. De aanleiding tot dit treurig feit is geweest als volgtEen zekere H. v. L. had zich eenige uren te voren een revolver gekocht en kreeg in de herberg van D. twist met een aldaar vertoevend persoou C. De overige gasten, alsmede het v. L vergezelleud meisje vonden dit niet aangenaam en wenden toen alle pogingen aan om v. L. in vrede het huis te doen verlaten. Zij kregen hem dan zoo ver, dat hij op straat kwam, maar buiten komende, roept hij „ik wil mij niet lateu slaan", grijpt in zijn broekzak en haalt daaruit een revolver, waarmede hij in dolle woede benedenwaarts schiet en toevallig, ja geheel ougelukkig toevallig, het elfjarig knaapje in het hoofd treft. De dader werd door de politie gearresteerd en het daarop gevolgd onderzoek werd door den heer commissaris van politie, omgeveu door een groot aantal meest heel of halfdronken personen, geleid. De revolver heeft hij na het plegen van het feit op het stationsplein weggeworpen. Op den 20 December werd door de Kon. Ned. Stoombootmaatschappij aan de firma L. H. Hertzveld te Rotterdam, eene wagon met circa 12000 kilo rozijnen afgezonden, aangebracht per Stella. Die goederen hadden kosteloos in eene der loodsen van genosmde maatschappij kunnen blijven opgeslagen, tot tijd en wijle de vaart heropend was, doch daar zij grootendeels verkocht waren, bestemd voor den verkoop van Kerstmis en Nieuw- jaar, heeft de firma ze per wagon laten afladen, waarvoor aan extra kosten f 38,43 gemaakt werd De firma outving bericht van de Holl. IJzeren spoorwegmaatschappij te Rotterdam dat de wagon 23 December gearriveerd was, en als bewijs dat dit zoo was, diene dat op het Zeekantoor de volg lijst was ingediend. Toen echter de firma werk- volk naar het spoorwegstation zond om de goederen in ontvangst te nemen, was de wagon nergens te vinden, en denzelfden dag deelde men aan de firma mede, dat de wagon was doorgezonden naar Antwerpen. Tot op 3 Januari had de firma nog geen bericht van aaukomst van den wagon gekregen Zij heeft onmiddellijk de directie te Amsterdam van de zaak in kennis gesteld, waarop zij 27 Dec van den chef van dienst bericht kreeg, dat hij de zaak zou onderzoeken, doch tot heden wordt vruch teloos op een nader antwoord gewacht. Bij den pachter Lefebere te Gesoes, provincie Namen, zijn dezer dagen 40 stnks vee afgemaakt, ter zake van de besmettelijke longziekte, welke onder dien veestapel, een der fraaiste van Belgie was uitgebroken. In Groot-Britannie en Ierland was het weder in de laatste dagen aanmerkelijk zachter geworden en met groote vreugde zag men o. a. te Londen den thermometer boven het vriespunt stijgen, wat sedert 5 December niet gebeurd was. Het duurde echter niet lang. Oudejaarsdag was het overal weder geweldig koud, vooral in het oosten en zuid oosten. In Wales zijn vele schapen doodgevroren In 't noorden is de barometer gedaald, doch elders verminderde de dampkringsdrukking. Op vele plaatsen bleef het doorvriezen en het gevolg van deze langdurige koude is, dat een menigte men schen geen werk hebben. Op ouderscheidene plaatsen zijn bijeenkomsten gehouden, waarop be- raadslaagd werd over middelenom in dit kwaad te voorzien. Te Walton, waar de Theems toegevroren is, zijn twee schapen op het ijs gebraden. Dit merkwaardig feit is eens vroeger gebeurd, ul. in den langdurigen strengen winter van 1740. De snelvarende booten der Norddeutsche Lloyd laden en lossen te Bremerhaven, daar de Weser bij Nordenham dicht ligt. Ze hebben echter veel last ten gevolge van de ondiepte van het water. Nietteinin is de toestand voor de scheepvaart bij Bremerhaven gunstiger dan te Hamburg, waar het verkeer op de Elbe geheel gestaakt is. Gelijk men weet is nu ook de Schelde gesloten, die dauk aan de oinzichtigheid en bekwaamheid der Belgische en Nederlandsche loodsen, tot dusverre kon bevaren worden. Een reeder te Antwerpen deed Zondagraorgen twee schepen elk van 850 ton door drie stoombooten over zee naar Rotterdam brengen. Het was een groot waagstuk, want de nauwe geul in bet ijs lag vol schotsen en blokken, en het vereischte de grootste ervaring schepen er door te loodsen. Niettemin gelukte het. In den middng kwarnen de schepen te Vlissingen en den volgenden dag waren ze te Rotterdam. In de Vereenigde Staten hebben hevige stormen gewoed. Deze en zware misten hebben dergelijke schade aan telegraafdraden toegebracht, dat althans in het Westen de gemeenschap geheel verbrokeu is. Sedert de uitvinding der telegraphie is zulk een verwoestiug niet gezien. Ook schepen, die den overtocht maakten naar de V ereenigde Staten, hebben van stormen te lijden ehad. De „Werkendam" uit Amsterdam, die dezer dagen te New-York aankwam, had zwaar weder en het schip slingerde en stampte zoo, dat verscheidene tusschendekspassagiers gekwetst werden. Zware stormen hebben ook in het znideu van Rusland gewoed. Op de spoorwegen is het verkeer gedeeltelijk gestaakt. Bijna alle havens aar. de Zwarte Zee zijn dicht- gevroren en de handel staat stil. Door de geweldige koude zijn te Odessa twee personen bezweken. Op zee vroren 8 menschen dood. De stoomboot Orel, met 1400 rekruten aan boord, vroor op de Zwarte Zee vast. Alle opvarenden bereikten over het ijs het vaste land. Twee Oostenrijksche, 3 Engelsche en 7 Russische schepen zijn insgelijks in voile zee vastgevroren. Onder de brug over de Moezel te Trier is het drijfijs gaan vastzitten en zoowel boven als beneden de brug is de rivier een bijna onafgebroken ijsveld. Het benedengedeelte van het meer van Coustanz ligt geheel dicht. Het ijs is er spiegelglad. Reeds zijn velen van Manneubach tot Rudolfszell over bet ijs geloopen. Terwijl de Europeesche vorsten hun tevre- denheid konden betuigen over den staat van vrede, waariu ons werelddeel verkeert begint het gevaar voor den Indianen-oorlog in het westen der Ver eenigde Staten toe te nemen. Nu het eenmaal tot een bloedig gevecht tusschen de Indianen en de Amerikauen is gekomen, waarbij met de grootsie verbiitering van weerskanten is gestreden, vreest de Amerikaansche regeering, dat de vijandelijkheden zich hierbij niet zullen beperken. Daarbij heerschte sedert eenige dagen in de omstreken van Pine Hedge een hevige sneeuwstorm, welke de bewegingen der troepen zeer belemmert, maar waardoor onver- hoedsche aanvallen der rondzwervende Indianen worden bevorderd. Onder de bewoners der geheele grensstreek neemt dan ook de ongerustheid toe. De burgemeester der stad Chadron, 400 mij leu ten westen van Omaha en Nebraska seinde aan den gouverueur Thayer //De Indianen zijn hier gedurende twee dagen aan het vechten. De stad is vol vrouwen en kinderen. Zend soldaten en kanonnen." De gouverneur voldeed aan dit verzoek en zond terstond een detachement soldaten tot bescherming van de stad. Te Rushville is de toestand niet veel beter. Van fort Douglas bij het zoutmeer is een detache ment van 400 man tot versterking der troepeu in dit stadje gezonden. Intusschen is de zaak ook reeds in den ministerraad besproken. Generaal Miles, de commandant der troepen in het Indianengebied heeft bij de regeering een rapport ingediend, waarbij hij als eeuig afdoeud middel om de rust bij de grenzen te herstellen, aanbeveelt afschaffing van het burgerlijk bestuur in bet Iudianengebied. Indien de landstreek, welke den Indiaan als woonplaats is toegewezen en die in vijf agentschappeu is verdeeld, geheel onder toezicht van officiereu werd gesteld, zou de toestand spoedig verbeteren. Generaal Schofield, de opperbevelhebber der troepen in het Westen, steunde het voorstel van Generaal Milles, maar de minister van binnenlandsche zaken, de heer Noble, wilde er niets van weten. President Harrison koos de zijde van den minister en zoo werd het voorstel des generaals voorloopig, misschien wel voor goed, ter zijde gelegd. Oulangs werd gewezen op de waarde, die men verkrijgen kan door afgesneden sigarenpuotjes te verzamelen. Om een voorbeeld te geven van het practische nut, dat zoodauige arbeid kan atwerpen diene, dat eene te Bonn gevestigde vereeniging met zoodanig

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1891 | | pagina 2