Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
AAWBESTED1ING.
Baggeren Havengeul
No. 2652.
Woensdag 14 October 1890.
30e Jaargang.
ilOOBELlJKE VERVVAMSCIIAP.
Binnenland.
aanbesteden:
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per postYoor
Nederland f 1,10. Voor Belgie 1,4.0. Voor Amerika 1,32^.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushoaders.
■Ml bind verschlint DlnMd.ig- en Vrljdasravond bi| den nltgever P.
ADVERTENTIEN.
Van 1 tot 4. regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
VAN DE SANDE te Ter Nenzen.
Burgemeester en Wethonders van TER NEUZEN
zullen op Dinsdag, 21 dezer, 's morgens 11 uren,
op het gemeenteraadhuis, bij enkele inschrijving,
Het leggen van RIOLEN met bijle-
vering der benoodigde materialen.
Bestek en voorwaarden liggen, van af 14 dezer,
op de geineente Secretarie ter inzage en zijn dan
aldaar verkrijgbaar, tegen 50 cents per exemplaar.
Plaatselijke aanwijzing zal geschieden op Donder-
dag, 1« dezer, des voormiddags 10 uren.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen
bij den gemeente—bouwmeester.
Ter Neuzen, 10 October 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
PHILIPPINE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
PHILIPPINE maken bekend, dat door den beer
Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid
aan het gemeentebestuur van Philippine vergunning
is verleend tot het baggeren in den Brakman in
de geul langs het schor van den grooten Isabella-
polder, gemeente Philippine.
Dat het baggeren zal worden aangevangen op
Domlerdag den 30 October 1890.
Philippine, den 14 October 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
J. B. D H O O G E.
De Secretaris,
L. N. STUBB t.
JPolitieli Overzicht.
De verkiezingen voor de Zwitsersche Kamer zijn
afgeloopen. Men heriunere zich, dat bij de vorige
verkiezing de meerderheid, welke het vrijhandel-
stelsel was toegedaan, plotseling in eene protecti-
onistische werd veranderd, door dat de regeering,
gebruik makende van een fout in den vorm,
de verkiezing der 22 leden van de hoofdstad nietig
verklaarde. De kieswet schrijft in zulk een geval
geen nieuwe stemming voor, maar bepaalt, dat
diegenen als gekozen zullen worden beschouwd,
FEUILLETON.
10)
III.
NACHT EN MORGENROOD.
De dokter had meermalen van zijne woning ge
sproken. Zij heette Prolldu, men noemde het ook
het huis in het zwarte moeras, en 't stond in eene
woeste streek bij Gower. Ik maakte bij dag de
toebereidselen voor mijne reis, zonder zelfs aan
Frits iets van mijn voornemen te zeggen. Zoodra
mijn besluit genomen was, werd ik als door eene
onwederstaanbare macht naar die plaats heenge-
trokken, daar scheen eene levensvraag opgelost te
moeten worden. Ik bekommerde mij niet meer
om de toekomst nochit verleden. Ik dacht slechts
aan dien bedwelmden geur, aan den ouden man,
dien ik haatte, en aan de oogen van zijne dochter
met hunnen slangenglans. Van de reis zelve weet
ik weinig meer. Om elf uur des nachts
kwam ik in het stadje B. aan. Niettegenstaande
het late uur huurde ik nog een rijtuig en reed,
zoo snel als de paarden loopen konden, naar het
huis Prolldu, dat omstreeks tien mijlen ver lag.
Ik moest in een dorpje halt houden, om in de
herberg iemaud op te kloppen, die mij verder
den weg zou wijzen. De kust liep langs rotsen
die na de personen, wier verkiezing ongeldig werd j
verklaard, de meeste stemmen verkregen. Zoo
trokken de 22 kandidaten der rainderheid naar
den Rijksdag in plaats van die der meerderheid.
De op deze wijze tot stand gekomen Tweede
Kamer kon in samenwerking met de meerderheid
der Eerste Kamer een aantal beschermende rechten
invoeren. Men was er vooraf zeker van dat bij de
thans gehouden verkiezing de hoofdstad weder
.freetraders" zou afvaardigen omtrent den uitslag
der verkiezingen op het platteland viel niets met
zekerheid te voorspellen. Het bleek intusschen
dat ook hier eene beweging ten gunste van den
vrijhandel wasontstaan; verscheiden protectionisten,
en daaronder zeer invloedrijkeverloren hunne
zetels. In Gothenburg zijn eveneens de kandidaten
der vrijhandelspartij gekozen. Terwijl de vorige
Kamer 117 protectionisten en 105 .freetraders'
telde, heeft de nieuwe Kamer 85 tegeustanders en
137 voorstanders van den vrijhaudel. De regeering
zal dus in de Tweede Kamer geen steun vinden,
maar des te meer in de Eerste. Voorloopig zal
het wel niet mogelijk zijn de vastgestelde invoer-
rechten op granen weder af te schaffen.
Naar het zich laat aauzien, zal dit jaar de
begrooting in de Kamer van 1 rankrijk lot heftige
discussies aanleiding geven. De radicale afge-
vaardigde Pelletan betoogt in de Justitie, dat de
republiek nog slechts door een gevaar werd be-
dreigd, hare financien. Ten spijt van alle verze-
keringen is van spaarzaamheid niets te bespeuren;
jaarlijks worden 300 a 400 millioen meer uitge-
geven dan de gewone inkomsten bedragen. Van
de openbare schuld geschiedt geen opgaaf, hetgeen
in alle andere landen, zelfs in Rusland, geregeld
plaats heeft. De Fransche schuld is de grootste,
die ooit heeft bestaan; zij bedraagt meer dan 33
milliarden en verslindt aan rente meer dan een
derde der gewone inkomsten.
De tot het linker-centrum behoorende oudminister
van financien Leon Say toont aan, dat de ware
toestaud der financien wordt verborgen gehouden.
Hij ziet alleen redding in eene grondige hervorming
van het belastingstelsel en in groote duidelijkheid der
begrooting. Door de verhooging der belasting op
alcohol kan het evenwicht niet worden hersteld,
want niemand durft de verantwoordelijkheid er
voor op zich nemen zij zou trouwens het te kort
niet kunnen dekken. Hoogere inkomende rechten
wd Say niet.
Ook wegens de leening zal de minster Rouvier
worden aangevallen. De Kamer verlangt eene
openlijke inschrijving, Rouvier wil haar door de
bankiers lateu plaatsen.
Daarenboven wordt de Minister in enkele bladeu
beschuldigd, dat hij van zijne positie misbruik
heeft gemaakt om zich te verrijken. Reeds verleden
jaar werd die beschuldigiug uitgesproken; toen nam
omlaag en ging eindelijk in een voetpad over,
waar ik mijnen koetsier afdankte en nu den een-
zamen weg naar het huis Prolldu alleen voortzette.
De sterren verspreidden genoeg licht om den weg
te onderscheiden, maar ik geloof, dat ik niet
verdwaald zou zijn, zelfs al ware de nacht pikdonker
geweest. Toen ik de rotsen naderde, hoorde ik
het eentoonige golvengeklots en nu zag ik een
kreupelbosch, waardoor ik lichten zag flikkeren.
Door eene kleine opening kwam ik onder de
boomen, en hier leidde een kiezelpad mij naar een
groot, aanzienlijk huis. De gangdeur stond open,
en bij het licht van binnen herkende ik den
dokter in zijnen groven kiel en het kapje, zooals
ik hem den eersten keer in het laboratorium ge-
zien had.
Zoo, zijt ge daar eindelijk, ik heb u verwacht,
zeide hij, mij zijne hand toestekende. Ik vatte
haar en in een oogweak beving mij een eigenaardig
gevoel van verlichting. Bij de aanraking van zijne
hand, bij den klank zijner stem, schenen rust en
veiligheid bij mij terug te keeren. Hij nam mijne
reistasch over, geleidde mij naar binnen, en terwij
ik in de goed verlichte kamer met hem praatte,
dacht ik spoedig niet meer aan de bittere, bran-
deride vragen, die ik hem wilde onderwerpeu
Zoodra ik den drempel overschreden had, verdween
mijne angst en gejaagdheid, het was mij te moede
als een veroordeeldeu misdadiger, wien plotseling
genade wordt aangekondigd. Dokter Waldstein
de Minister-president zijne verdediging op zich.
Een telegram geeft de namen op der mannen,
die na lange aarzeling, in de moeilijke omstandig-
heden, in welke Portugal verkeert, eene Minister-
portefeuille hebben aangenomen.
Zij hebben eene vergadering gehouden welke
van 's namiddags 1 tot 6 ure duurde. Men zegt,
dat zij het eens zijn geworden over de buitenlandsche
en binnenlandsche vraagpunten.
Een der leiders van de irredentisten in Italie,
Cavallotti, heeft op een feestmaal te Florence
getracht de aanklacht te weerleggen, die de Minister-
president tegen zijne partij heeft uitgesproken.
Men had gevreesd, dat de socialisten wanorde zouden
verwekken, maar dit schijnt niet te zijn gebeurd.
De Duitsche generaal Werdre is, terwijl hij
met den Keizer van Rusland op jacht was, gewond
geworden. Eerst werd dit aan een toeval toege-
schreven, maar thans melden soinmige bladen, dat
op die jachtpartij een moordaanslag op den Czaar
is gepleegd, die mislukte, maar waarbij generaal
Werdre werd gekwetst. De dader, Hirschgenaamd,
zou gevangen zijn genomen.
In Argentina is men ook nog niet tot rust
gekomen. De geruchteu over het uitbarsten van
eene nieuwe omwenteling veroorzaakten te Buenos-
Ayres een ware paniek. De troepen trokken door
de stad en uit de provincien kwamen versterkingen
aan. Admiraal Borvero nam het bevel over de
vloot en bereidde zich tot een haudeleud optreden
voor. Vele afgevaardigden en senatoren brachten
den nacht door in het paleis van den president
en de regeering nam ernstige voorzorgsmaatregelen.
Aanleiding tot dit alles moet gegeven zijn door
eenige sergeants, die een paar regimenten tot
opstand trachtten te verlokken. De geueraals
schijnen dus niet alleen standjes te maken, de
korporaals begiuuen ook al. Nu, het ziet er in
dat Amerika alles behalve mooi uitVoor de
emigratie zijn die ellendige toestanden zeker niet
bevorderlijk. Boveu een vulkanischen bodem en
te midden van standjesmakende generaals en korpo
raals te wonen, dat is niet alles
De toestand des Konings ondergaat geen noe-
menswaardige verandering. Hij gebruikt nog steeds
weinig voedsel en blijft zeer kalm.
In een laag doch ruim ledikant ligt de V orstelijke
lijder, meestal oubewust van wat er in zijn ornge-
vnig voorvalt. De atmosfeer in het slaapvertrek
wordt verfrischt door verdamping van eau-de-cologne,
welke men daartoe op een verhitten lepel giet.
De tapijten zijn gedrenkt met verdund calbolzuur.
H. M. de Koningin bezorkt den kranke eenige
malen per dag; Dr. Vlaanderen komt 's morgens
en 's avonds.
behaudelde mij als een welkomen gast. Hoe wel
dadig was de gemoedsrust, die zijn vriendelijk
wezen mij bezorgde, na het doorgestane leedIk
zou mij zelfs tegen mijn geweten verzet hebben,
zoo het mij een woord van waarschuwing had
willen toefluisteren. Nadat hij mij mijne kamer ge-
wezen had, verzocht hij mij deel te nemen aan
een avondmaal, dat gereed stond, daar ik dit,
niettegenstaande het late uur, wel noodig zou
hebben, na de vermoeienissen van de reis. Ik
nam dit gaarne aan. Hij verwijderde zich, om
van kleeding te verwisselen, maar keerde spoedig
terug, waarop ik hem in de eetkamer volgde.
Arglistige duivelIk meende weder in zijn gezicht
het grijnzende, hatelijke lachje te zien, maar legde
toch mijnen arm in den zijnen en ging vertrouwend
en geloovig met hem mede. Listige, doortrapte
booswicht. Wanneer hij nog een dag wachtte,
dan was het misschien te laat. Zoo ik toen zijn
duivelsche slimheid had geweten, dan zou ik hem
verworgd hebben, niettegenstaande hij een oud
man was.
Wij gingen naar beneden door een gang, waar
aan het einde de bediende in het zwart met het
onheilspellend gezicht ons eene deur ontsloot. Ik
was toen niet in eene stemming om veel op te
letten, maar toch viel mij het voorkomen van de
kamer in het oog, waar wij nu binnenkwamen.
De muren waren met donkergroene tapijten begangen,
op welke eene teekening met goud kabalistische
Uit Apeldoorn wordt o. a. aan de Amst.
gesehreven
De lichamelijke toestand van den Koning schijnt
vrij geruststellend wij moeten dat tenminste op-
maken uit het feit, dat de burgemeester Donderdag
met zijn geheele familie uit de plaats is geweest,
nadat hij te voren eens bij den hofdokter naar den
gezondheidstoestand van Z. M. had geinformeerd.
Zelfs werd mij Vrijdag verzekerd, dat de phvsieke
toestand van Z. M. beter werd, zoodat hij nog wel
een geruimen tijd kon blijven leven, iets dat over-
eenkomt met de berichten in de andere bladen.
De Koningin reed als gewoonlijk in een open
rijtuig met een hofdame uit.
Dit moet men echter niet toesclirijven aan een
verbeterden toestand des Konings, maar wel aan
een streng voorschrift van den geneesheer, die, om
gezondheidsredenen, dit rijtoertje voor H. M. nood-
zakelijk acht.
's Konings toestand blijft onveranderd. Deze
officieele mededeeling geeft aan de Haagsche Ct.
de volgende opmerking in de pen
Maar dat wordt ernstig. Want wij schrijven
heden 10 October, en op Woensdag den 15den moeten
de 38 millioen aan de Ned. Rhijnspoorweg-Maat-
schappij worden uitbetaald, waarvoor, om ze be-
schikbaar te kunnen stellen, eenKoninklijk
besluit noodig is. Is dat er den 154en niet, dan
kan de N. R. S. Maatschappij niet voldaan worden.
En wat dan
Er zou misschien wel iets op te vinden zijn.
De N. R. S. Maatschappij zou b. v. zeker wel
uitstel tot 15 Januari willen geven, omdat zij dan
vrij zou zijn van het betalen van de f 95,000
legesgelden die zij bij afdoening van de koopsom
in 1890 zou hebben te betalen. Maar dit zou
een al te groote teleurstelling voor de departements-
ambtenaren baren.
Doch zonder een dergelijke schadeloosslelling
zal de maatschappij wel geen genoegen nemen met
uitstel van betaling.
Als er vdor Woensdag niet in den toestand is
voorzien, zal er dus misschien voor den Staat niets
anders overblijven dan surseance van betaling
bij den Hoogen Raad aan te vragen, na door de
N. R. S. Maatschappij bij deurwaardersexploit
te zijn gesommeerd tot voldoening van de som van
38 millioen gulden N. Ct. met de kosten, sprekende
de deurwaarder met Z. Exc. den heer Minister
van financien Godin de Beaufort, in persoon.
Naar men aan de N. R. Ct. meldt, heeft
de commandant van Zr. Ms. zeemacht in O.-Indie
zich tot den Minister van marine gewend met een
rapport, waarin hij mededeelt, zich niet langer
verantwoordelijk te kunnen stellen voor den loop
der zaken in ludie, wegens den ellendigen toestand,
waarin zich onze marine aldaar zich bevindt.
figuren scheen voor te stellen. Op den grond lag
een zacht purperrood tapijt, en het eene einde van
de kamer was verborgen door een groen fluweelen
gordijn. In het midden van de kamer stond eene
tafel met uitgezochte spijzen. De kamer werd
slechts verlicht door eene, van de zoldering afhangende
lamp, welke een helder, gelijkmatig licht verspreidde.
Dat vele groen en goud, want zelfs het kristal en
porcelein op tafel was van deze kleur, en de kaba
listische figuren maakten eerst een onaangenamen
indruk op mij, maar toen mijn gastheer zich neder-
zette en mij verzocht plaats te nemen, verdween
spoedig elk ander gevoel dan dat van kalmte en
welbehagen.
Dien geheelen dag had ik geen eetlust gehad,
nu echter was ik hongerig en liet mij de voorge-
zette spijzen dus goed smaken. De bediende ver-
toonde zich alleen maar om de borden en schotels
weg te nemen, terwijl de dokter slechts weinig
sprak, om mij niet in mijne bezigheden te storen.
Eindelijk had ik mij genoeg verkwikt en de bediende
nam alles weg, behalve den wijn. Hiervan stonden
verschillende soorten klaar, met kelken van ouder-
wetschen vorm. Ik zag ook eene kleine gouden
flacon van schoon, gedreven werk, de hals sloot
met een deksel, waarin een groote smaragd was
gezet. Deze flacon stond ter rechterzijde van deu
dokter, en was niet geopend.
Het gesprek van Waldstein was voor mij belang-
lijker eu boeiender dan ooit, en ik hoorde met
TER \EimSI NE C01IRAST
TE