A lg emeen
Nieaws«i en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2648.
Woensdag 1 October 1890.
•50° Jaargang.
DOODELIJKE VERWANTSCHAP,
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor
Nederland f 1,10. Yoor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN.
Van 1 tot 4 regels/0,40. Voor elken regel meer/0,10. Grootere letters
woraen naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Etit blad verschijnt Dlnsdng- en Vrijdngavond blj den nitgever P. J. VAN E S A N D E te Ter Neuzen.
folitieli Overzicht.
Meer en meer wordt verzekerd, dat 1 October
de opheffing der sucialistenwet zouder luidrucbtige
betoogmgen zal plaats hebben. De fantastische
plannen voor feestelijke demonstrates, illuminates,
enz. verdwenen zachtkens aan. Van de personen,
die uit Berlijn verbanneu zijn, hebben tot dusver
slechts 26 hunnen terugkeer aangekoudigd. Daaren-
tegen worden, naar het schijnt, plannen gemaakt
om socialistische bladen in het leven te roepen.
Het bestuur der vereeniging tot rechtsbescherming
voor mijnwerkers in het Saargebied had bij den
Keizer een adres ingediend, waarin de eischen der
werklieden werden aangegeven en waarbij vervolgens,
naar aanleiding van eene gehouden vergadering
nog nieuwe werden gevoegd. De Pruisische
Minister van handel en nijverheid heeft daarop
geantwoord, dat de mijnwerkers jegens de directie
vertrouwen aan den dag moeten leggen en hunne
commissie niet uitsluitend dienen te gebruiken om
ze te maken tot een orgaan voor altoos hooger
opgevoerde, onbillijke en overdreven eischen waar-
voor bij hem op geene vervulling behoeft te worden
gerekend. Hij zal zich het lot der mijnwerkers
blijven aantrekken, maar niet dulden dat door het
voortdurend stellen van nieuwe eischen onophoudelijk
nieuwe agitatie onder de mijnwerkers wordt teweeg
gebracht.
De Oostenrijksche bladen hebben het druk over
de samenkomst der beide Keizers met hunne eerste
Ministers. Kalnoky en Von Caprivi zijn persooidijke
vrienden geworden en waren het volmaakt eens
over de te volgen staatkunde der beide rijken.
De Hongaarsche ministerraad heeft besloten den
iuvoer van varkens uit Servie weder toe te staan.
Binnen eenige dagen zal een conference van
Servische en Hongaarsche gedelegeerden bijeen-
komen om de regeling van den invoer te bespreken,
opdat niet de markt gedrukt worde door te veel
aan bod.
Te Coimbra, Portugal's eenigste universiteitstad,
zijn onlusten uitgebroken van ernstigen aard. De
studenten kregen het met de politie te kwaad,
zoodat verscheidene personen zijn gedood en velen
gewond. De studenten maken in Portugal vrij
wat leven 't ware zeker beter, dat zulke vlasbaarden
zich met de studie bemoeiden en hun tijd in goede
boeken doorbrachtenanders zou de regeering
verstandig doen met die zoogenaamde studenten,
die gedurig straatkabalen maken, van de universiteit
te verwijderen en ze onder strenger politie-toezicht
te stellen.
Uit Zanzibar wordt gemeld, dat een Duitsch
onderdaan, Kiinzel genaamd, die metacht Duitschers
onlangs te Lamu aan land kwam, op 15 dezer te
Witu in gevecht geraakte met de inwoners dier
stad. Hierbij werden Kiinzel en zeven zijner
FEU1LLETON.
H.
SCHADUW.
O, hemel antwoordde Holdsworth, wat gaat gij
ver buiten uw onderwerp. Welke oogen zou rnijn
professor opzetten, zoo ik met zulke phantastische
denkbeelden aankwam Maar toen ik u zoo hoorde
spreken, moest ik onwillekeurig denken, dat gij
goed zoudt passen bij den ouden Waldstein. Wie
is de ouden Waldstein? Dat schijnt niemand te
weten, maar het is een zeer verstandige, oude kerel
die zich, geloof ik, dokter noemt. Hij heeft op
ons laboratorium toegang verkregen om de practische
scheikunde te beoefenen, en werkt daar den geheelen
dag. Zijn hoofdzaak is de bewerktuigde scheikunde
en hij heeft in onze tegenwoordigheid eene schoone
verzameling van kristallen, zoowel uit dierlijke als
plantaardige zelfstandigheder., aangelegd. Hij is
ook zeer spraakzaam en heeft voor mij eene groote
voorliefde opgevat, maar er is iets in den opslag
van zijn oog, dat mij niet bevalt. Tusschen ons
bestaat, ten minste wat mijn persoon betreft, geen
verwantschap. Eenige dagen geleden heeft hij met
mij op dezelfde wijze gesproken als gij. Wilt gij
hem leeren kennen Ik zal u hem wel voorstelien.
metgezellen gedood slechts aan een gelukte het te
ontvlucht-en. Die zaak wordt nader onderzocht.
Ofschoon de rust in Goa is hersteld en vele
rebellen de vlucht hebben genomen voor de macht
der Portugeezen is te Manipoer in Hindostan eene
omwenteling uitgebarsten. De broeders van den
Maharadjah maakten zich meester van het paleis,
het arsenaal en vier kanonnen. De Maharadjah
moet eene toevlucht hebben gezocht in de woning
van den Britschen resident. De troepen hebben
dadelijk een einde aan het standje gemaakt, terwijl
de rebellen op het verdiende loon kunnen rekenen.
In Britsch Amerika, namelijk in de landen aan
de Hudsonsbaai, begint het al meer en meer te
spoken. Even als de broederen in de laatste helft
der vorige eeuw, zien zij naar den dag uit, waarop
aan het Engelsch regime een einde worde gemaakt.
Men begint er meer openlijk voor uit te komen,
vooral in Canada, dat men er prijs op stelt om
/burgers te worden van de machtige republiek."
Zoodra de groote republiek in conflict komt met
Groot Brittanie zijn de rapen gaar, de Canadeezen
rukken zich los, de republiek van republiekjes
brengt de wet van Monroe in practijk en de Brit
kan zich op Newfoundland inschepen naar de Oude
Wereld vanwaar hij gekomen is.
Brazilie is na het wegjagen van den Keizer ook
nog al niet tot rust gekomen. Al de staten in
de Nieuwe Wereld van noord tot zuid hebben be-
hoefte aan een krachtige hand, die de teugels des
be winds neemt, en zich stelt boven de partijschap-
pen, die alom heerschende zijn en waarvan geweten-
iooze, eigenbelang zoekende volksmenners misbruik
maken om telkens het bestaande 't onderstboven
te werpen, waardoor de volkswelvaart kwijnt of te
gronde gaat. Bedriegen wij ons niet, dan veronder
stellen wij, dat zelfs de groote republiek in Noord-
Amerika haar schoonsten tijd heeft gehad, wijl ook
zij reeds ter prooi is aan de woelingen van twee
partijen, die zich beurtelings, door de kiezers te
paaien met schoone beloften, op het kussen werpen.
Een staat kan verkeeren in een toestand, dat de
verschijning van een Czaar Peter of een Napoleon
gewenscht mag worden geacht, hoe afkeerig men
ook moge zijn van elk despotiek gezag.
Minder gunstige berichten worden in de laatste
dagen omtrent den toestand van Z. M. den Koning
vernomen.
Dr. C. W. Vinkhuijzen, lijfarts des Konings,
bezocht gistereu Z. M. op Het Loo.
Volgens het Utr. Dagblad zal een consult plaats
hebben van prof. Rosenstein en dr. Vinkhuijzen
met dr. Vlaanderen. Het blad voegt er bij, dat
Z. M. de twee laatste dagen grootendeels te bed
heeft doorgebracht.
Dat zou mij niet onaaugenaam zijn. Wat is hij
en waar woont gij
Over zijn eigenlijk beroep weet men niets, ik
denk echter, dat hij, even als gij, de studie uit
liefde tot de wetenschap beoefent. Zijne vaste
woonplaats heeft hij, geloof ik ergens in Wales,
tegenwoordig houdt hij zich echter op in Piccadilly
Albemarlestraat nommer Gij schijnt zijn adres
tamelijk goed te weten. Nu ja, ik zag zijne dochter,
ik wil zeggen zijne koets daar, eenige dagen geleden,
stilstaan. Zoo, heeft hij eene dochter? Nu, gij
behoeft daarom niet te blozen, Frits. Ik bloos niet,
ik heb haar slechts eens of tweemalen gezien. De
koets van den dokter placht 's middags hem te
komen afhalen, en daarin heb ik eene jonge dame
bemerkt, die ik voor zijne dochter houd. Zij is
zeer mooi, blond met blauwe oogen, en schijnt zeer
teer van gestel te zijn, want zelfs bij dit warrne
weder is zij in bont gehuld. Gedurende de laatste
vier weken heb ik haar niet meer gezien, noch in
de koets, noch aan het venster van haar huis.
Zoo, dus dan zijt hij daar ook geweest? Nu ge
behoeft niet weder zoo te blozen. Wanneer gij
het goed viudt, dan ga ik morgen met u naar het
laboratorium, ik wil uwen vriend wel leeren kennen.
Zeer goed, ik denk dat gij het met elkander wel
zult vindeD, antwoordde Frits, en hiermede eindig-
den wij ons gesprek.
Aan onze afspraak getrouw, bezocht ik den
anderen dag het laboratorium. Het was een groot
Het N. v. d. D. bericht, dat de voedselopneming
zeer gering is. De kabiuetswerkzaamheden schijnen
Zaterdag jl. niet verricht te zijn.
Het bestuur van een liefdadige vereeniging
te 's Graveuhage, had H. K. H. Prinses Wilhel-
mina het beschermvrouwschap aangeboden. Namens
H.H. M.M. werd aan dat bestuur te kennen
gegeven dat zoolang de Prinses minderjarig is, door
Haar geen beschikkingen worden genomen, waardoor
II. K. H. zich voor de toekomst zou kunnen bin-
den. Aan het verzoek kan op dien grond niet
worden voldaan.
De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft
een ncta van wijziging ingezonden omtrent het
wetsontwerp tot verandering van de grenzen tusschen
de gemienten Biervliet, IJzendijke, Philippine, Sas
van Gent, Ter Neuzen en Hoek.
Het in het voorloopig verslag geopperde bezwaar
tegen de grenswijziging tusschen de gemeenten
Philippine en IJzendijke, voor zoover dientenge-
volge de katholieke ingezetenen burgerlijk tot de
eene en kerkelijk tot de andere gemeente zouden
behooren, is door den Minister nader overwogen,
en daar het bezwaar gegrona schijnt heeft hij die
grenswijziging uit dit ontwerp doen vervallen.
De termijn der verandering is thans gesteld op
1 Januari 1891.
De Regeering wil, op voorlichting van de
deskundigen, eens een proef nemen met het op-
kweeken en loslaten van zalmen op de bovenrivier
en de daarbijgelegen zijrivieren, in plaats van in
de mondingen, zooals totdusver geschiedt. Deze
1 hoogere deelen der stroomen worden geoordeeld de
1 beste paaiplaatsen te zijn voor de zalrn.
Bij wijze van proef, en zonder eenige gevolg-
trekking voor later, zal nu een som van f 3000
worden aangewend om onder Nederlandsche con-
trole in den Duitschen Bovenrijn zalmbroed te
poten, dat afkomstig is van dezelfde omgeving.
oor deze 3000 gulden zal volgeus contract de
vischkweekerij te Freijburg (Biden) in het aan-
staande jaar 600,000 zalmen leveren.
De voornaamste oorzaak der vermeerderingen
op het hoofdstuk Binnenlandsche Zaken zijn de
uitgaven ter uitvoering van art. 54bis der Schoolwet,
waarvoor f 750,000 moest worden uitgetrokken,
terwijl voor subsidien voor kweekscholen tot
opleiding van onderwijzers en onderwijzeressen
f 59,000 en voor reis-, verblijf- en bureaukosten
vm inspecteurs en schoolopzieners, wegens uit-
breiding van het aan hen opgedragen toezicht,
17,500 meer is geraamd.
Waarschijnlijk zal een zestal gemeentelijke en
bijzondere kweekscholen tot opleiding van onder
wijzers subsidie kunnen worden verleend. Daarop
is gerekend door den betreffeude begrootingspost
op f 100,000 uit te trekken.
Als bijdrage in de jaarwedde van onderwijzers
berookt gewelf, welks boogvensters op de Theems
uitzagen. Overal in de rondte waren houte planken,
waarop flesschen, komforen, smeltkroezen, lampen
en al wat er meer bij scheikundige studien behoort.
De kamer was met jonge studenten opgevuld,
waaruit Holdsworth te voorschijn trad, om mij aan
dokter Waldstein voor te stellen.
De oude man scheen volstrekt niet op zijne
plaats te zijn tusschen de jonge lieden. Zijn
voorkomen maakte een eigenaardigen indruk. Hij
droeg een groote, zwarte kiel met nauwslui-
tende mouwen en een lederen gordel, op het
hoofd had hij een zwart fluweelen kapje, waaronder
het sneeuwwitie haar te voorschijn kwam. Voor-
namelijk viel echter zijn gezicht in het oog, dat
te gelijker tijd aantrok en terugstiet. Het vuur
van 't genie sprak onmiskeubaar uit elken trek,
terwijl de diepliggende oogen, die bliksems schoten
onder de zware, witte wenkbrauwen, vrees en een
gevoel van onderwerping inboezemden. Zijn huid
was donker, waarschijnlijk het gevolg van veel
reizen, hij had een langen dunnen haviks-neus,
en zijn breed voorhoofd had diepe groeven, zooals
men dikwijls bij menschen opmerkt, die veel geleden
of moeielijke studien gemaakt hebben. Het on-
derste gedeelte van zijn aangezicht werd verborgen
door een zwaren, grooten witten baard. Hij
lachte, toen Holdsworth mij voorstelde en drukte
met schijnbare hartelijkheid mijne hand.
Thans nog, na geruimen tijd, kan jk mij dien
aan bijzondere lagere scholen is vermoedelijk te
rekenen op eene uitgaaf van f 735,924,08, waarbij
nog te rekenen op bijdragen voor scholen, na 1
Juni 1890 geopend, zoodat f 750,000 als ver-
moedelijke uitgaaf is uitgetrokken.
V oor zoover thans reeds een oordeel kan
worden geveld, heeft, naar getuigenis der regeering,
de zoogenaamde boterwet, zoowel repressief als pre-
ventief, een gunstigen invloed uitgeoefend. Van
1 lebr. tot 1 Juni van dit jaar werden ruim 30
monsters onderzocht, welke bijna alle tot een ver-
oordeeling hebben geleid.
Het jongste manifest geeft het Centrum
aanleiding om den wensch te uiten, dat de heer
Tindal, na zoo herhaaldelijk het Nederlandsche
volk te hebben opgeroepen, dit in kennis stelle
met het gedetailleerde plan voor onze verdediging,
dat hij gereed heeft gemaakt, maar in zijne por-
tefeuile verborgen houdt. //Tot heden," zegt het
blad, //heeft voor het Nederlandsche volk de ge-
heele zaak zooveel weg van een mystificatie, dat het
tijd wordt eens te weten hoe wij het hebben."
-De kerkelijke strijd te Zuidland, die bijna
4 jaren duurde, kan nu als geeindigd worden be-
schouwd. Door de doleerende diakenen is het
eerst genomen besluit, om in hooger beroep te
komen van het vonnis der Rotterdamsche rechtbank,
opgegeven, en aan de wettige titularissen de som
van ruim 2800 en de rente betaald.
De landbouwverslagen over 1887, 1888 en
1889 zullen in beknopteren vorm in een deei
worden uitgegeven. Voorts zullen andere belangrijke
gegevens en verslagen op het gebied van den
landbouw van Rijkswege worden gepubliceerd. In
1891 voor 't laatst zal de landbouwcommissie nog
werkzaam zijn om over verschillende nog niet
behandelde belangrijke onderwerpen aan de Regeering
advies uit te brengen. Een som van f 10,000
wordt te dien einde op de begrooting van Water-
staat uitgetrokken.
TER YEUZE.Y, 30 September 1890.
Op de begrooting van Waterstaat voor 1891
is uitgetrokken eene som van f 20,000 voor het
maken van losplaatsen langs het kanaal teTerNeuzen
tot geleidelijke voorziening in de behoefte aan
losplaatsen van de binnen scheepvaart.
Wegens vertrek naar de suikerfabriek van
4 der ambteuaren van den post Hulst, zijn aldaar
gedetacheerd met ingang van 30 September, de
kommies 3* klasse N. Oost Lievensete Ter Neuzen,
de kommies 4" klasse K. Spijkerman te St. Jansteen
en de kommiezen 4« klasse H. F. Kroon en M.
van Loon te Rapenburg.
Gisteren omstreeks twaalf ure was zekere
M. de Smedt, uit Antwerpen, bezig noten te trekken
op de hofstede van J. Huijssen in den Catspolder
lach en handdruk levendig herinueren. Zijn ge-
heele gezicht deelde in dien lach, behalve zijne
oogen, wier doorborende blik onveranderd bleef en,
terwijl ik over verschillende zaken sprak, een invloed
op mij scheen uit te oefenen, dien ik later te
vergeetsch trachtte te verklaren. Hij toonde mij
verscheidene merkwaardige gekristalliseerde zelfs-
standigheden en preparaten, welke hij in het la
boratorium vervaardigd had. Hij was bepaald met
dat doel naar Londen gekomen en hoopte, dat
deze voortbrengselen hem van nut zouden zijn bij
de proeven, die hij zich voornam op het land
voort te zetten. Naar zijn zeggen, zou zijn verblijf
in de hoofdstad slechts van korten duur zijn, en
let zou hem genoegen doen, mij 'savonds in zijne
woning, waarvan hij mij het adres opgaf, te zien.
Ik verwijderde mij, zonder ook verder een woord
met Holdsworth te spreken. Mijn geest was ver-
ward en een somber voorgevoel drukte mijne ziel. Ik
trachtte dezen indruk te verjagenmaar het was mij
onmogelijk, want de bliksemde oogen van den ouden
man spookten mij telkens voor den geest. Toen
ik in mijne woning aankwam, trachtte ik op te
sporen, wat in den dokter zulk een eigenaardigen,
onaangenamen indruk op mij gemaakt had. Ik
son echter slechts eene zaak vinden Holdsworth
leeft zeker met hem gesproken over mijne denk
beelden van de verwisselingen in de bewerktuigde
en onbewerktuigde natuur.
(Wordt vervolgd.)
TER NEIIZENSCHE 01 RUT
6)