Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2646.
VVoerisdag 24 September 1890.
BEKENDMAK1NG.
TEEKEN-CURSUS.
BEKEN DMA KING.
DOODELIJKE VBRWANTSGDAP.
30e Jaargang.
De Burgemeester der gemeente Ter Neuzen
Binnenland.
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Yoor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven
bushoaders.
ADVERTENTIEN.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Hit blad verutchlfnt Dinstdag- cm Vrijdagavond bij den nltcever P. J. V A V DE 8 A N D E te Ter Neuzen.
maakt bekend, dat eene Openbare Vergadenng van
den Gemeenteraad is belegd tegen Vrijdag den
26 September 1890, des voormiddags ten 10 ure.
Ter Neuzen, den 23 September 1890.
De Burgemeester voornoemd,
J. A. VAN BOVEN.
Toelating tot de avondscholen A en B,
in de kom der gemeente, en G, op
Sluiskil, zoomede tot de herha-
lingsklasse aan school A.
Zij, die met 1 October aanstaande wenscben te
worden toegelaten tot bovengenoemae inrichtingen,
worden verzocht zich daartoe, voor 20 (lezer, aan
te raelden, hetzij ter gemeente-secretarie, of bij
het hoofd der betrokken school.
In het belang der kinderen wordt het getrouw
bezoek dezer zeer nuttige inrichtingen ten zeerste
aanbevolen.
Ter Neuzen, 12 September 1890.
Burgemeester en Wethouders aldaar,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Zij, die met 1 October aanstaande tot boven-
genoemdeu cursus wenscben te worden toegelaten,
worden verzocht zich daartoe, voor 20 dezer, aan
te melden bij den GEMEENTE-BOUWM E ESTER.
De cursus is alleen toegankelijk voor jongelieden,
die het gewoon schoolonderwijs genoten hebben en
14 jaar zijn of dien ouderdom voor het einde des
jaars bereiken.
Ter Neuzen, 12 September 1890.
Burgemeester en Wethouders aldaar,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van PHILIPPINE,
maken bekend
dat zal worden aangegaan eene GELDLflEAIAG
ten laste der gemeente, groot TWAALF DUIZEND
GULDEN, ter vervanging der leeningen van 1882,
1883 en 1889, en dat mitsdien alle obligatien
met 1 November, 1 December er. 1 Januari
eerstkomende zullen worden afgelost
FEUILLETON.
4)
ZONNESCH1JN.
Er was nu een tijd lang zeer veel drukte en be-
weging op Haughton Tower, want ieder wilde iets
doen aan de uitrusting van den jongen squire, zoo
als men mij noemde.
Gedurende mijn verblijf in huis was ik op een
zeer goeden voet met Polly gekomen. Wij zeiden
bet dikwijls, hoe aangenaam het was dat wij
elkander als zuster en broeder konden beschouwen
maar na zulke verzekeringen volgde meestal een
pijnlijk stilzwijgen. Toen het eindelijk besloten
was, dat ik weder voor een onbepaalden tijd
Haughton Tower verlaten zou, werd nicbt Polly
buiteugewoon stil en wanneer mijn oog toevallig
het hare ontmoette, bemerkte ik somtijds bij haar
denzelfden peinzenden, vragenden blik, dien mij
reeds bij roijne eerste afreis getroffen had. Maar
thans steeg het bloed mij naar de wangen, eD
wanneer ik haar daarbij strak bleef aankijken,
keerde zij zicb om en deed, alsof zij druk bezig
was met de toebereidselen voor mijn vertrek.
Eindelijk brak de dag van mijne reis aan. Het
was eene liefelijke achtermiddag in Juni, en daar
dat zullen worden uitgegeven Obligatien van
400,rentende 4 pet. 's jaars
dat aan houders van obligatien van vorige
leeningen zal worden vergund die tegen obligatien
der nieuwe leening in te wisselen, mits voor 1
November a. s. hiervan kennis te geven aan den
Burgemeester dezer gemeente.
Philippine, 16 September 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester,
J. B. D H O O G E,
De Secretaris,
L. N. STUBBfi.
.folitieli Overzicht.
't Schijnt in Ierland ook weer niet pluis te zijn
tenminste de afgevaardigde Dillon is in hechtenis
genomen en bevelen in dien zin zijn uitgevaardigc
tegen de afgevaardigden Sheely, William en Patrick
O'Brien en den priester Humphreys. De oorzaak
van dezen maatregel is niet bekend, maar men
meent, dat zij bet //plan of campaign" hebben ge
steund, m. a. w. den pachters den raad hebben
gegeven geen pacht te betalen naar aanleiding van
den slechten oogst.
Tot sluiting ier manoeuvres in 't noorden van
Frankrijk hield president Carnot bij Kamerijk een
wapenschouwing over 38000 man. Onder geleide
van een regiment dragonders en omstuwd door
generaal Billot en zijn staf, reed Carnot in een
open rijtuig met De Freycinet naar het paradeveld
waar bij met kanonsckoten werd begroet. Bij de
wapenschouwing liepen de vreemde officieren achter
Carnot's rijtuig. De president werd geestdriftig
toegejuicht, en toen de vreemde officieren langs
kwamen, werd een „leve Ruslaud" aangeheven.
Voor zich naar de tribune te begeven, waarlangs
de troepen zouden defileeren, reikte Carnot het
officierskruis van de orde van het Legioen van eer
aan kolonel Bardemaeker, van het Belgiscbe leger
en kolonel Kool van ous leger uit. Daarna defileer-
den de troepen voor den president. Het aautal
der toeschouwers, die de wapenschouwing bij woonden,
wordt op 60,000 geschat. Onder ben bevond zicb
ook de aartsbisschop van Kamerijk. Na afloop der
parade vereenigde de president de vreemde officieren
en de generaals, ten getale van 140, aan een diner.
Boulanger heeft, vergezeld van verschillende
personen, Jersey verlaten en is per stoomboot naar
Gurnsey vertrokken.
De samenkomst van de beide machtige heersckers,
die van Duitschland en van Oostenrijk, op het kasteel
Rohnstock, in Silezie, wordt algemeen bescbouwd als
een belangrijke gebeurtenis, - beslissand voor de toe-
komst, voor de naaste toekomst van Europa wellicht.
De begroeting tusschen beide vorsten was recht
kartelijk 't begou natuurlijk met een parade door
de troepen. Reeds wat het uitwendige betreft
ik 's avonds pas dacht te vertrekken, wilde ik
eerst eene wandeliug buiten doen. Ik verzocht
Polly mij te vergezellen, maar zij had nog zooveel
te doen, dat zij mij weigeren moest. Zij beloofde
intusschen mij spoedig te volgen naar eene onzer
lievelingsplekjes in het park, een heuvel met drie
of vier beuken.
Ik bleef bedaard voortwandelen, bezocht nog
eens den tuin, de oraujerie en prieeltjesen ging
toen naar het park, waar ik mij onder den schaduw
der beuken op het gras nedervleide, om Polly af
te wachten. Wat was alles rustig en vreedzaam
rond mij heen Slechts twee lichte, sneeuwwitte
wolkjes dreven aan den helderen, blauwen hemel.
Geen blad bewoog zich. Van de plaats waar ik
lag, strekte zich het park onbeschaduwd uit tot
aan den zoom van het donkere boscb, dat het op
eene halve mijl afstands begrensde.
Het eenige geluid dat de stilte verbrak, was
het murmelen van een beekje, hetwelk voorbij de
naaste tuinheg stroomde. Terwijl ik nederlag in
de schaduw, waartusscheu lichtplekjes speelden,
raakte ik aan het droomen en peizen. Hoe effen
was tot nu toe mijne levensbaan geweest, en hoe
veelbeloveud vertoonde zich mijue toekomst
Bij mijne meerderjarigheid wachtte mij een ruim
vermogen. Hoe ver ik ook terugdacht, nooit had
is leed of smart ondervonden, en mijue vooruit-
zichten schenen mij toe, zoo helder en zonnig te
zijn als het landschap rond om mij heen. Ik kon
l riioet deze samenkomst de aandacht trekken, daar
zij plaats vindt in Silezie, op den grond dus, om
welker bezit tusschen Oostenrijk en Duitschlanc
drie bloedige oorlogen zijn gevoerd. Nu ecbter
zijn alle veeten vergeten, vrede en nog eens vrede
is het parool en de beide bekwame staatslieden
Caprivi en Kalnokyzullen menig consult
houden hoe 't best dien vrede te bewaren. Van
de details der samenkomst van beide keizers is
nog niets bekend, maar in de eerste plaats zullen
natuurlijk de banden, die Duitschland en Oostenrijk
of lieverhun gemeenschappelijke belangen, reeds
zoo nauw omstrengelen, nog nauwer worden aange-
haald en dat zal nu wel niet ten koste van Italie
gaan, maar toch geraakt deze //Dritte im Bunde'
wel eenigszins op den acntergrond, door al die
vriendschapsbetuiging tusschen het Habsburgsehe
huis en de dynastie der Hohenzollern, al behoeft
het Apennijnsche schiereiland dan ook nog niet te
duchten vooralsnog als </facheuse troisieme" te
worden beschouwd. Koning Humbert zit nog
immer te wachten op //Zijn Apostolische Majesteit
Frans Jozef, die wel naar de stad der Zeven Heuvelen
zou willen komen, om zijn collega Humbert een
contra-visite te maken, indien de paus er zijn zetel
maar niet gevestigd had als hoofd der katholieke kerk.
Zoo schijnen dan ook Wilhelm van Duitschland
en Frans Jozef van Oostenrijk meer bepaald
persoonlijk de dragers te zijn van het tusschen hun
rijben gesloten verbond, terwijl Italie's aansluiting
meer berust op de verhouding tot Crispi en de
leidende staatslieden van Oostenrijk en Duitschland.
Wel zullen de indrukken, te Narwa en Peterhof
ontvangen, niet zonder in'vloed blijven op de be-
sprekingen te Rohnstok, maar enorme omwentelingen
zijn er toch niet te wachten en de Nowoje Wremja
zal wel gelijk hebben, als zij de meening te kennen
geeft, dat bet kabinet te Berlijn niet van opinie
is veranderd ten aanzien van den triple—alliantie,
maar dat het vast besloten is te voorkomen, dat
Duitschland in de oplossing van belangrijke binnen-
landsche aangelegenheden door internationale kwes-
ties gestoord wordt.
Iu Tessino blijft het nog steeds onrustig. Nu
de bondsraad heeft geweigerd den leider der cleri
cal regeering Respini te herstellen, is deze op
eigen gezag teruggekeerd. Te Belinzona had
Respini een onderhoud met den bonds-commissaris.
De gewezen regent verklaarde zicb tot verschil
lende concessies aan de tegenpartij bereid, maar
voor alles verlangde hij berstel der vorige regee
ring. Kolonel Kuensli moest die echter, kraehtens
zijn bevelen uit Bern, weigeren. Respinizettetoen
de reis naar Lucarno voort, waar bij door zijn
aanhangers met groot vertoon werd ontvangen en
ingehaald. Ernstige ongeregeldheden zijn ecbter
niet voorgekomen en zullen ook wel niet meer
voorkomen, tot teleurstelling zegt de Standard
mij aan mijne lievelingsstudien wijden, niet met
het doel van winstbejag of eerzucht, maar alleen
ter wille der wetenschap zelve, want ik haakte er
naar, meer van de geheimen der natuur te weten.
Ik wilde met diepe teugen uit de bron drinken,
waaraan ik tot nu mijnen dorst slechts met droppels
gelaafd had. En toch, wanneer ik eens eene
groote ontdekking deed, wanneer mijn naam een
plaats vond in de jaarboeken van denroera? Het
gemurmel der beek hoorde ik al zachter en zachter
worden, en eindelijk sluimerde ik geheel in.
Ik ontwaakte onder het gevoel van een zachten
adem en een zacht kusje, dat op mijn lippen werd
gedrukt. Eerst wist ik nauwelijks waar ik was
maar spoedig kwam ik tot mijn bewustzijn, en toen ik
mij omkeerde, zag ik Marie Maurice naast mij
zitten. Zij bad haren hoed afgezet en hield haar
aangezicht van mij afgewend, maar ik bemerkte
toch dat haar bals en wangen met een sterken
bios bedekt waren.
Polly, zeide ik, en een eigenaardig gevoel, dat
mij de keel toekneep, belette mij verder te spreken.
Ik kreeg geen antwoord, en het schoone, zwartge-
okte hoofdje bleef nog gedurig op zijde zien.
Nicbt Polly gij hebt mij gekust, stainelde ik ein
delijk. Nu keerde bet blozend gezichtje zich einde
lijk naar mij toe, en ik zag heldere tranen in
hare oogen. O, spreek daar niet meer van, Karel,
ik dacht dat gij sliept.
Behoef ik wel te vertellen, dat onze batten op dien
van de talrijke Engelsche reizigers, die van alle
kanten naar Lucarno komen, teneinde nog iets van
de omwenteling te zien. In elk geval blijven de
bonds-troepen tot de volksstemming op 5 October
en zoolang de soldaten er zijn, bestaat er geen vrees
voor ernstige vechtpartijen.
De Minister van Marine brengt ter kennis van
zeevarenden, dat in den Galgenput, Oostgat, Wester-
Schelde, 6d* district, bij den Dishoek, ten N. van
het fort de Nolle een peilscbaal is opgericht, be-
staande uit 2 palen, waartegen zijn aangebracht
6 stuks planken beurtelings rood, wit en blauw
geschilderd.
De bovenste is rood.
De planken zijn 3 d.M. breed en geplaatst op
een onderliugen afstand van 3 d.M. De onderkant
van de bovenste blauwe plank komt overeen met
Amsterdamsch peil of 1,8 M. boven gewoon laag-
water.
Aan de peilscbaal is een baken met zwarten bol
als topteeken verbonden.
Het beroep, dat het centraal-comite van bet
fonds lot ondersteuning van behoeftige dragers van
het Metalen Kruis of de Citadel-medaille op den
1 rinsessedag tot de natie richtte, ter vorming van
een fonds tot ondersteuning van behoeftige dragers
van bet Metalen Kruis of de Citadel-medaille, heeft
weerklank gevonden. Reeds dadelijk kwamen van
verschillende zijden giften in van 100, van 50,
van f 40, verschillende van 25, van 10, enz.
alsmede eenige toezeggingen voor vaste jaarlijksche
bijdragen.
Met hartelijke ingenomenheid namen velen der-
genen, die uitgenoodigd waren tot het hoofdeomitd
toe te treden en provinciale comites te vormen,
die uitnoodiging aan, en die comites kunueu derbalve
eerlang linn werkzaamheden aanvaardeu.
Een der eerste verrichtingen zal zijn bet fonds
te vormen, en tot dat doel zal de in bet algemeen
gedane uitnoodiging tot medewerking daartoe thans
tot ieder onzer landgenooten in bet bijzonder gericbt
worden, door de aanbieding eener inteekenlijst.
Moge de verwacbting van bet comite, dat het genoeg
ontvangen zal om de brave oudjes ten eiude toe
te steunen, niet bescbaamd worden.
Dat er beboefte aan bet fonds bestaat, blijkt
daaruit, dat nu reeds van verschillende zijden
aanvragen om ondersteuning zijn ingekomen. Aan
zulke verzoeken kan natuurlijk niet voldaan worden,
voordat een algemeene inzameling heeft plaats gehad^
en bet comite de behoefte overzien kan, waartoe
een algemeen onderzoek wordt ingesteld.
Het comite wenscht de zaak zooveel mogelijk
te bespoedigen en hoopt daartoe de noodige mede
werking te erlangen.
scboonen achtermiddag bunne geheimen verrieden
en wij elkander liefde tot in eeuwigbeid zwoeren
loen wij langzaam te zamen naar huis gingen,
plukte zij eenige vergeet mij nietjes, die zij mij
met de volgende woorden gaf: Neem ze, Karel.
Herinnert gij u nog, dat gij mij eenige van deze
bloenfen gaaft, toen wij elkander het eerst zagen
Ik heb ze nog, zij zijn in mijnen schrijflessenaar
bewa,ard. Er ligt mij nu ecbter iets op het hart,
dat ik zeggen moet, al zult ge mij misschien ook
zeer awaas vindeu
Weet gij nog, dat gij mij zeidet, dat de bloeraen
die ik toen geplukt had, vergiftig waren? Jawel
maar wat bedoelt gij hiermede? Och, lacb mij niet
uit, maar een innerlijke stem zegt mij, dat gij u
voor vergif in acht moet nemen. Ik weet wel, dat
uwe studien u dikwijls met gevaarlijke stoffen in aan-
raking zullen brengen, maar dit is niet wat ik bedoel.
lets iu mijn hart zegt mij, dat uwe toekomst, uw
noodlot u in eene innige verbinding met vergiften
zal brengen. Vergeef mij, zoo mijne woorden
slechts het afdruksel van eene ijdele hersenschim
zijn, maar ik kan u niet zeggen, hoe zeer ik er
naar verlangde u te waarscbuwen, want het was mij
gedurig, als of ik gedreven werd door eene macbt,
die ik geen wederstand kon bieden. Ik weet, dat
gij geduld met mij zult hebben, en mij beloven
dat gij u in acht zult nemeu.
Ik gaf de belofte en bezegelde haar met een
aatsten, hartelijkeu kus.
TER NEIIZEMSCHE (OIRAM