Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2584. Woensdag 19 Februari 1890. 30e Jaargang. Binnenland. gig ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen J 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushoaders. ADYERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Yoor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Dit blad verschljnt Dlnsdag- en Vrljdajjavond bij den nitgever P. J. VAN D E S A N D E te Ter Neuzen. Politiels. Overzicht. De keizer van Duitsehland heeft eene kabinets- order uitgevaardigd, waarin hij zegt, dat in het leger bij het exerceeren van de recruten dikwijls mishandelingen voorkomen, en tegelijkertijd dat hij zoo iets uiet meer dulden wil, want „in mijn leger moet aan elken soldaat eene rechtvaardige en waar- dice en met de wet overeenstemmende behandeling ten deel vallen, daar dit den besten en hechtsteu groudslag vormt voor opgewektheid tot den dienst, toewijding aan het beroep, zoomede voor liefde en vertrouwen." Een tweede kabinetsorder betrelt de opleiding van jonge officieren. De keizer is tegen onuutie overladiug der jongelingen in de militaire inrichtiugen met bloote memoriezakeu. Niet daarop behoort men zich toe te leggen, maar op vorming van het karakter, opdat de toekomstige officieren geestelijk worden toegerust om eenmaal in het leger, de groote school der natie, in zede- lijken zin opvoedend en ouderrichtend te werken. Door het godsdienstig onderwijs zullen de kweeke- lingen tot gestrengheid tegenover zich zelven en tot verdraagzaamheid tegenover anderen worden opgevoed. Verder wordt er nadruk op gelegd, dat door het onderwijs gehechtheid aan het vaderlaud behoort te worden aangekweekt. Vreemde talen moeten alleen voor practisch gebruik worden aan- geleerd. De Post meent, dat de dood van den sultan van Zanzibar in den staat van zaken niets zal veranderen, daar bij de tegenwoordige voortreffelijke betrekkingen tusschen Engeland en Duitsehland, de sultan geeu grootere zeli'slandigheid heeft dan Duitschlands en Engelands staatkuude gedoogeu. De Duitsche reiziger Gerhardt Rolfs vraagt in de Koln. Ztg. 500 duizend mark voor eene nieuwe Emin-pacha-expeditie. Hij wil, dat Emin met die gelden eene nieuwe onderneming zal uitrusten, om door het Duitsche gebied naar Uganda en Unjoro terug te keeren. Zijne verschijning zou daar voldoende zijn om de door hem beheerde provincien te herwinnen en voor Duitsehland een handelsweg naar het binnenland te openen. Omtrent de maatregelen, ten aanzien van den hertog van Orleans te nemen, is nog geene be- slissing gevallen. De regeeiing zal, den termiju van beroep afwachten. Aan de Indep. Beige wordt onder alle voorbehoud uit Parijs medegedeeld, dat twee gezanten van welke mogendheden wordt er niet bijgevoegd bij den president ten behoeve van den hertog zijn tusschenbeiden ge- komen. Onlangs werd gemeld, dat de vroegere vorst van Bulgarije, de prins van Battenberg, zicb naar Weenen had begeven en van daar naar Buda-Pest, waar hij door den keizer werd ontvangen. Thans wil men, dat hij benoemd zou zijn of worden tot kolonel van een dragonder-regiment, ten einde hem, FETJIXjXjETON. 18) Hendrik scheen daar niet veel om te geven, hij hoorde het nauwelijks, want hij deed het niet om lof te behalen. Te meer trof het George. Tusschen hern en Hendrik was de klove steeds wijder geworden ofschoon men het bijua niet bemerkte, daar zij zooveel mogelijk elkaar ontweken. Het hinderde George, dat Hendrik zooveel invloed bij zijn vader en op de geheele boerderij had, maar er kwam geen gelegenheid met hem in strijd te geraken, want Hendrik deed zijn plichten. Er zou voor George wel gelegenheid geweest zijn, om Hendrik geheel terug te dringen in zijn knechtschap als hij zelf met meer lust en ijver zich met het werk bemoeide,- maar daartoe was George niet ge- negen, hij nam liever zijn pleziertjes waar. Meer- malen sprak hij tegen zijn vader met afkeuring er over, dat Hendrik de eigenlijke heer en meester op de boerderij was. Laat hem begaanantwoordde zijn vader dan telkens, hij doet het tot ons voordeel en de zaken gaau er goed door. Ik heb lang genoeg gewerkt en gezorgd en daarom mag ik nu wel eenige rustige dagen hebben. Er moet een man zijn, die de boerderij met ijver behartigt en gij bekommert u weinig om dat doel. Ik zie nog zooveel naar die daartoe in actieven dienst moet zijn, spoedig tot generaal-majoor te kunnen bevorderen. Hierin zou dan het antwoord door Oostenrijk gegeven worden op de intrigues van Rusland, die bij de samenzwering van majoor Panitza te Sofia aan den dag zijn gekomen en in zooverre trekt die be- noeming meer de aandacht dan anders het geval zoude zijn, wanneer men haar slechts had te be- schouwen Jals eene beleefdheid van den keizer. In de Italinausche Kamer is het debat over de wijziging der loopeude begrooting afgeloopen met de aanneming daarvan met overgroote meerderheid, 159 tegen 35 stemmen. Heel ver heeft de finan- cieele oppositie het dus niet gebracht en die uit slag is waarschijnlijk te danken aan de zeer geruststel- lende verklaringen van den Minister, die tegenover alle aanmerkingen op den toestand der Italiaansche financien, er toch op mocht wijzen, dat het deficit, dat in het afgeloopen jaar nog 250 millioen bedroeg, het volgeud jaar slechts 32 millioen zou bedragen, zoodat men, alvorens nieuwe belastingen uit te scbrijven, het nog wel vooreerst eens kon aanzien. Crispi had een aanval te verduren, omtrent zijne beweerde tusschenkomst in het Engelsch-Portu- geesch conflict, dien hij echter voorloopig afweerde met de verklaring, dat hij bij de hangende onder- handclingen geen inlichtingen kon gcven. Hieruit zou dan toch in elk geval blijken, dat er werkelijk bij de mogendheden ten opzichte hiervan nog iets hangende is. De verwachting, dat Engeland in een conferen ce, of wel in een scheidsgericht zou bewilligen, wordt nog door niets bevestigd. Wel moeten alle mogendheden behalve Frankrijk vertoogen in zake Portugal aan Engeland hebben gericht, maar daarbij blijft het. De Volksstem, verwijzend naar een artikel over de Makololos in zijn kolom- men, zegt, dat dit een zeer eigenaardig licht werpt over de wijze waarop zich in onze dagen de „rechten" van Engeland op de binnenlanden van Afrika vestigen. Uit gemeld artikel blijkt, zegt het blad, hoe een Engelsch consul met behulp van een be- vriffiide mogendheid binnensluipt met een reiskoffer vol Britsche vlaggen, welke hij dan, eenmaal in het binnenland aangekomen, aan de vijandige negerstammen met milde hand, rondstrooit., teneinde het vuur van verzet tegen die bevriende mogend heid zooveel mogelijk aan te BTazen. Wat zou men in Engeland wel zeggen, als men eens vernam dat Frankrijk heimelijk aan de Arabieren, die het aan de Britsch-Egyptische bezettingstroepen zoo lastig plegen te maken, vuurwiipenen en amunitie verschafte? Of om een ander voorbeeld te noemen wanneer het eens bleek dat een Trans- vaalsche Regeeringscomtnissaris geweren verkocht aan Lobenguln, den nieawen vasal van de Britsche Zuid-Afrikaausche maatschappij Heere mijn tijd, wat zou John Bull uitvaren de zaken, dat ik wel bemerk, dat hij niets meer neemt, dan hem toekomt. Daarom laat ik hem de handen geheel vrij. Op zulke woorden antwoordde George niets meer. Iutusschen vermeerderden zijn wrok tegen Hendrik. Ten laatste zou het tot een uitbarsting komen. Het was jaarmarkt in de naaste stad en gere- geld gingen de boeren uit den omtrek er heen. De rijke Friese ontbrak er zeer zelden. Morgen vroeg kunt ge ons naar de stad rijden sprak hij 's avonds tot Hendrik. Het werk dringt niet, dus neem er een plezierigen dag van. Wel George, rijdt ge mee Zeker 1 antwoordde George. En ik zal de voer- man zijn, of denkt ge, dat ik den weg niet meer ken Friese bemerkte niet, dat zijn zonn opgewonden was en zei lachend Dien kent ge wel, ge gaat hem dikwijls genoeg. Maar laat Hendrik de paarden besturen want ik wil morgen het jonge span eens laten zien en hij kan beter daarmee oragaan, de beesten zijn aan hem gewoon. Alsof ik niet rijden kan viel George in. Dat zeg ik nietantwoordde de landbouwer bedaard, maar de dieren zijn wat wild en ze willen niet grang door een ongewone hand bestuurd wor den Wees morgen op tijd gereed, Hendrik gij rijdt ons. Met die jonge dieren denk ik, dat niemand ons zal inhalen. Menigeen zal ze morgen Uit Lissabon wordt gemeld, dat de rust in Por tugal is hersteld. Honderd veertig personen, die bij gelegenheid van de laatste demonstration waren gearresteerd, zijn aan boord van een pantserschip overgebracht. Door den Raad van Ministers moeten ver- schiliende personen voorgedragen zijn om bij gelegenheid van 's Konings verjaardag benoemd te worden in de orde van den Nederlandschen leeuw. Den heer Keuchenius is, naar men wil, het kom- mandeurskruis toegedackt. Uit den Haag wordt aan het Hbl. bericht, dat als opvolger van den Minister Keuchenius ge- noemd word Jhr. Mr. A. F. de Savornin Lohman hoogleeraar aan de Universiteit op Gereformeerden grondslag en lid der Tweede Kamer voor Goes. Dat district zal dan wel den heer Keuchenius den openvallenden zetel in de Kamer aanbieden. Ook het Vad. bericht, dat, naar van welinge- lichte zijde wordt verzekerd, de ministerieele crisis in dier voege zou zijn opgelost, dat het Kamerlid Jhr. Mr. de Savornin Lohman in het Kabinet zal plaats nemen. Naar men uit Yerseke bericht, is Jhr. J. L. C. Pompe van Meerdervoort, te Bergen-op-Zoom bezig om eene zeer groote Maatschappij op te rich- ten voor de kunstmatige oesterteelt, een Maatschappij van zulk een omvang, dat een geheele ommekeer in de oester-industrie daarvan te verwachten is. Zijn de mededeelingen juist, dan zoude deze groot- sche onderneming omvatten een half dozijn zeer goed werkende kloinere ondernemingen, waaronder ook zijn, welke thans reeds zeer belangrijke zaken doen en zoude men op deze wijze in eene hand krijgen ruirn een derde deel van de geheele oester- productie op de Schelde en Zeeuwsche stroomen. Men verzekert dat het benoodigde kapitaal gevonden is. Het geheele opperbeheer en de leiding dezer kolossale zaak zou toevertrouwd zijn aan Jhr. Pompe van Meerdervoort, die door zijn laugdurige ervaring op dit gebied zeker alleszins bevoegd is, om de directie te voerenaan hem zoude toege- voegd worden een staf van geemployeerden ten einde de zaak te drijven. Men zegt, dat het hier gaat om een productie van twaalf millioen oesters 's jaars. Niet alleen de Schelde, maar ook de Zuiderzee zoude in deze exploitatie betrokken zijn, zoodat het voor velen een bron van welvaart zal kunnen worden. Naar men wil, zullen verschillende reeders van Vlaardingen en Maassluis dit jaar geen Dnitschers (of, zooals zij door de zeelieden genoemd worden, „bovenlanders") op bun loggers voor de haring- visscherij doen aanmonsteren. Zij zijn voornemens met nijdige oogen aanzien. Let er maar op, we zullen geen gebrek hebben aan vraag om ze te verkoopen. Nu, als er een goed bod gedaan werd? vroeg George, die de paarden graag kwijt wilde zijn, omdat het" Hendriks lievelingen waren. A1 wordt het vijfdubbele van de waarde goboden, dan geef ik ze nog nietantwoordde de boer. Ik heb er mijn pleizier in en ik heb niet noodig met paarden te handelen. Tien mijlen in't rond zijn er geen twee zulke dieren te vinden Schouderophalend ging George de kamer uit. Hendrik vermoedde wat er in hem omging en hij had geen lust om met hem in strijd te komen. Laat mij thuis blijven sprak hij. George schijnt niet gaarne te hebben, dat ik mee ga Wat gaat het hem aan stoof de boer op. Dat is mijn zaak en niet de zijne. Gij rijdt ons, daarmee uit. Ik heb al lang gewenscht de paarden eens te laten zien. Morgen zullen ze toonen, of ze loopen kunnen. Ge weet wat ze kunnen, spaar ze in 't geheel uiet. Laat mij liever thuis blijvenvroeg Hendrik nog eens. Gij rijdt onssprak de boer op beslissenden toon. De paarden kennen George te weinig, hij wordt gauw dnftig, als het niet naar zijn zin gaat, dus het blijft zooals ik gezegd heb. Wees morgen intijds gereed Den volgenden morgen vroeg stond Hendrik de benoodigde zeelieden te laten komen van Scheve- ningen, hetgeen te minder bezwaar zal opleveren omdat, door het niet varen van een belangrijk deel der Scheveningsche vloot gedurende de schrobnet- visscherij van dit jaar, nog een aanzienlijk aantal matrozen zonder plaats is. Volgeus een bericht uit Nieuwediep zou de tijding van de Held. Ct. omtrent een oproer aan boord van Zr M® schroefstoomscbip Trorap nader zijn bevestigd door bij particulieren ingekomen schrijven. De oorzaak der muiterij zou moeten worden geweten aan de slechte verstandhouding tusschen de bemanning en de kapt.-luit. ter zee Thorbecke, die dermate in ongunst was bij zijn onderhoorigendat er reeds bij eene vroegere gelegenheid op hem is geschoten. Zes man moeten gewond zijn geworden. De commandant, kolonel. Stakman Bosse, was tijdens het oproer in zijn hut opgesloten, zoodat hij niet in staat was handelend op te treden. Dit jaar kunnen bij het Koninklijk institunt voor de marine te Willemsoord, na afgelegd verge- lijkend examen, geplaatst wordena. 30 jongelieden als adelborst voor den zeedienst, en b. 3 jongelieden als adelborst voor de mariniers. Bijzonderheden meldt de Staats Ct. van 15 Febr. no. 39. Tevens vindt men in dat blad de voor- waarden, waarop in dit jaar zes jongelieden kunnen geplaatst worden als adspirant-administrateur bij de Kouinklijke Nederlandsche zeemacht. Naar men uit Friesland schrijft, kan men daar thans voor f 325 a f 350 een plaatsvervan- ger en voor f 170 a f 190 een nommerwisselaar bekomen. Het aantal van hen, die tegen de be- taling van genoemde som dienst willen nemen bij het leger, is vooral onder de boereuknechts zeer aanzienlijk. Zou nu werkelijk een leger zooveel in gehalte verliezen, wanneer het deze jonge mannen in de gelederen opneemt, waartoe zij zich vrijwillig aan bieden, dan wanneer zij, bij afschaffing van de plaatsvervanging dienstplichtigen inlijft, die soldaat worden, maar wier hart niet bij het vak is vraagt de Arnh. Ct. De heer T. J. Swiertstra te Scharnegoutum die verleden jaar een reis in Deuemarken heeft gemaakt, verhaalt„Dat de Deensche boter zoo hoog in prijs is, komt le door eerlijkheid in den boterhandel, 2e door ruimschoots vakonderwijs, 3« door kraffehtige medewerking en financieelen steun der regeering, 4" door fabriekmatige verwerking der melk." Wanneer wij van Nederland hetzelfde konden zeggen, zouden ook onze boterprijzen wel beter zijn. Maar wij zijn op den goeden weg. Laat ons hopen, dat wij het verlorene zoo snel inhalen met een lichten open wagen voor hethuis. Twee jonge, prachtige paarden stonden er voor. Onge- 'duldig steigerdeu zij en beten zich op den toom, zoodat Hendrik hen met zachte woordjes nauwelijks kon bedwingen. In vroolijke luim stapte de boer zijn huis uit naar zijn paarden, om ze te streelen en te kloppen. Nu, Hendrik het is goed, dat wij niet behoeven te wachten. Haha Als deze twee vandaag geen opzien baren, geef ik ze weg aan den eerste den beste, die mij een goed woord zegt. Wat zijn ze licht en slankEn er zit vuur in Ja, ze zijn vurig als de besten Laat mij maar begaan, ge zult er pleizier van hebbenNiemand kan het tegen ons volhouden als ik ze laat loopen en ik zal niet eens de zweep gebruiken, zij verstaan mij wel zonder zweep, sprak Hendrik. Dat geloof ik ookzei Friese. Ik geloof waarachtig, dat ze ieder woord van je verstaan! Prettig gestemd stapte hij op den wagen. Ge orge kwam ook het huis uit en ging naast zijn vader zitten. Hij was niet goed gehumeurd en groette Hendrik bijna niet. Zijn vader scheen dat niet te willen opmerken. Rij opriep hij Hendrik toe, en snel rolde de wagen voort, het erf af en het dorp door. Het was een heldere, stille herfstmorgen. De oogst was binnen zoodat het open vrije veld een mooi gezicht opleverde. De dauwdroppels hingen TEl (ft III A\T.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1890 | | pagina 1