Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2580.
Woensdag 5 Februari 1890.
30e Jaargang.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Yoor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Nederland 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdifecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Dit blad verschljnt Dinsdag- en Vrijdagavond btj den nitgever P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Nenzen.
Mr*oliti©li Overzicht.
Volgens de Frankf. Zeit. heeft de Duitsche regee-
ring zich aangesloten bij de tusschen de beide
Kartellpartijen gesloten overeenkomst, om de bepa
lingen betreffende de uitzetting voorloopig eene
open kwestie te laten. Zij rekent de nationaal
liberalen in den volgenden Rijksdag nog meegaander
dan thans te zullen vinden. Uit Berlijn wordt
gemeld, dat de Keizer achtereenvolgens de ver-
schillende hoofden ontvangen zal en hun ziju inzich-
ten omtrent de verkiezingen mededeelen.
De Belgische kamer heeft met 59 tegen 19
stemmeu de bepaling goedgekeurd, volgens welke
alle na 1891 studeerenden na 1 Januari 1895 in
de Vlaamsche deelen des lands geen rechterlijke
betrekking kunnen bekleeden en niet tot notaris
kunnen worden benoemd, indien zij geen voldoende
kennis bezitten van de Vlaamsche taal.
John Bull bluft nog maar op in de hangende
kwestie met Portugal. Volgens hem mag Portugal
blij zijn, wauneer het behouden kan wat het in
Afrika bezit. Intusschen is geen enkele staat het
met Engeland eens en openbaart zich al meer en
meer eene soort jaloerschheid, vanwege de pogingen
die de Britten doen om gansch Afrika in bezit te
krijgen. Deze zet met Portugal prikkelt Frankrijk
te meer, om aau te dringen dat Engeland zijue
troepen van den Beneden-Nijl terug trekt. De
Russische organeu spreken niet in het voordeel
van de Britten en de Spanjaarden staan er op dat
Portugal geen onrecht geschiede. En in de Zuid-
Afrikaansche republieken heeft men de oogen open,
daar ziet men Engeland zeer ongaarne voortschrijdeu
en voor geen geld ter wereld de Delagoa-baai in
handen van John Bull. Voor de Transvalers hebbeu
de Eugelschen nog wel respect, Langenek is nog
niet vergeten, en zij weten dat de vechtgeneraal met
zijne Boers staan als palen en goed schieten ook.
Van den Brit moeten onze Transvalers en de Afri-
kaanders uit de Oranje Vrijstaat niets hebben
En Engeland kan met meer lui te doen krijgen.
De Noord -Amerikaan, die Amerika voor de Ameri-
kanen begeert, maakt een vloot gereed, die te
eeniger tijd tegen de Engelsche zal opgewassen
zijn, vooral in een tijd als de Britten overal iets
te doer, krijgen. Noode dult men nog de Eugelschen
aan de Hudsonsbaai en op de West-Indische
eilanden. En in Azie Ook daar kunnen ze
de handen vol krijgen. In Achter-Indie zijn ze
den Franschen te ver vooruitgeschreden en in Voor-
Indie loopen ze den Rus in den kijkert. Zelfs
in 't land, wiens opperhoofd zoo pas Albion heeft
bezocht, in Perzie, kan 't niet alles lijden.
In de Spaansche Cortes heeft de republikeinsche
afgevaardigde Labra de regeering geinterpelleerd
over de Engelsch-Portugeesche kwestie en protes-
teerde ten krachtigste tegen de gewelddadige han-
delwijze van Engeland. Hij wenschte dat de regeering
FEXJIXjXjEITON
14)
Friese zat alleen in de kamer. Hij keek verrast
op, toen hij Hendrik zag biunenkomen.
Ei, eiwaar komt gij vandaan riep hij hem
te gemoet, maar stond ook op en stak hem de
hand toe. Hendrik drukte die eerlijke hand; hij
was verlegen en kon geen antwoord vinden.
Iederen dag was ik van plan naar boven te gaan
en te vragen, hoe het met u ging, sprak Friese
verder. Dat is nu niet meer noodig, ge begintal
flink op te knappen. Ik had niet gedacht, dat het
zoo spoedig zou gaan, anders was ik wel eens
gekomen. Maar het is goed, dat ge weer zoo ver
beter zijt. Pas alleen op, dat ge u nog niet te
veel vermoeitl
Ik gevoel mij weer flink, antwoordde Hendrik.
Ik zou misschien nog niet gekomen zijn, maar
ik wilde u mijn dank komen betuigen.
Nu, dat had zoo'n haast niet, lachte Friese.
Ik geloof dat ge dit waarlijk meent, anders waart
ge niet hier gekomen, maar daarom had ik in uw
plaats zoo'n spoed daar niet mee gemaakt. Maar
komaan ga zitten, ik zie, ge zijt moe geworden.
Hendrik ging zitten.
Nu over iets anders gesprokenzei Friese.
Wat ik voor u gedaan heb, is der moeite niet
in de interpretatie van art. 12 der Congo-akte,
zich aan de zijde van Portugal zou schareu.
Over de bezetting van Massowah wordt aan de
Italiaansche bladen uit Massowah het volgende
gemeld. De troepen van generaal Orero bestonden
uitltalianen en inboorlingen, tergezamenlijke sterkte
van 6000 man en 8 stukken geschut. De gene
raal verklaarde aan de burgers van Adowa, dat
hij niet voornemens was, Tigre te onderwerpen en
voor Italie te bezetten, maar dat hij slechts had
voldaan aan de herhaalde uitnoodigingeu der
inwoners, om huune wenschen aan te hooren en
voorzorgsmaatregelen te nemen. Zoodra dit was
geschied, zou hij over den Mareb terugkeeren,
want hij wilde niet, dat de aanwezigheid van
Italiaansche troepen in Adowa het vermoeden zou
wekken, dat de koning van Italie van plan was,
eene landstreek te bezetten, die aan koning Menelik
behoorde. In het fort van Adowa werd het vroeger
door ras Aloela op de Italianen veroverde geschut
gevonden en onder het gejuich der soldaten weder
medegevoerd. De geest der troepen was uitstekend.
Generaal Orero bracht, begeleid door de geestelijkheid,
de notabelen en de feestelijk gekleede bevolking,
een bezoek aan de kerk en aan de voornaamste
gebouwen van de stad.
Aan de Temps wordt uit Sofia geschreven, dat
de Bulgaarsche regeering, aangemoedigd door het
succes der onlangs door haar gesloten leening,
besloten heeft eene tweede leening te sluiten,
teneinde zich geheel vrij te maken tegenover Rusland,
aan welk laud het nog een deel der oorlogskosten
van 1877 heeft terug te betalen. Een Reuter-
telegram uit Sofia spreekt dit bericht van den
Temps uitdrukkelijk tegen.
Een Reuter-telegram uit Parijs bericht, dat
er onderhandelmgen ziju geopend tusschen de Itali
aansche en Nederlandsche regeeringen betreffende
het stoffelijk overschot van Prins Frederik Willem
George van Oranje, die in 1799 te Padua overleed.
De Nederlandsche regeering heeft verzocht zijn
overblijfselen naar Delft over te brengen.
Uit Brussel wordt gemeld, dat de Nederland
sche regeering te Parijs het voorstel heeft gedaan
om, nu Czaar Alexander bezwaren maakt als
scheidsrechter het geschil tusschen Frankrijk en
Nederland over de grensregeliug in Suriname uit
te maken, hetzelfde verzoek te richten tot Koning
Leopold van Belgie. De Fransche regeering heeft
dit voorstel in overweging genomen, doch nog
geen beslissing genomen.
Men meldt uit Amsterdam
Den 7 Febr. a. s. zal in het gebouw Frascati
eene vergadering worden gehouden van de Ned.
waard om er van te spreken, maar spreek er met
niemand over. Ik heb den gendarme bewogen een
oogje dicht te knijpen en het zou ons slecht be-
kornen, als dat bekend werd. Niemand weet daar
iets van, zelf George niet. Wees dus voorzichtig!
Hendrik beloofde dat. De vriendelijke ontvangst
had zijn gemoed verlicht; vroeger had hij Friese
bijna niet de moeite waard geacht om hem aan
te zien en nu zat hij naast hem.
Zie, sprak de landbouwer, het is voor u wel
wat hard aangekomen, maar gij moet denken, dat
het tot uw bestwil is geweest, want ge schijnt be-
daard te zijn. Blijf nu zoo. Ik heb beloofd, dat
ik verder voor u zorgen zou, als ge weer beter
waart, en ik zal woord houden. Laten wij daar
nu eens over spreken. Ik wil u bezorgen voor
uw geheele leven, als ge ordelijk en geregeld wilt
leven
Bij deze woorden steeg Hendrik het bloed naar
de wangen.
Dat wil ikzei hij, zich met geweld bedwingende.
En ik heb een verzoek aan u te doen!
Zeg op, zeg opriep Friese. Ik zal er aan
voldoen, als het mij eenigzins mogelijk is
Geef mij arbeid, neem mij als knecht in dieust!
sprak Hendrik.
De landbouwer keek hem verrast aan. Dat had
hij met verwacht. Hij sprak daarom op vermanen-
den toon Neen, neen, jonge vriend dat gaat
nietDat kan niet ernstig gemeend zijn
Vrouwenbond, ter bespreking van een adres aan
de Tweede Kamer, met het verzoek om het oprichten
van huizen van outucht bij de wet strafbaar te
stellen.
Teneinde eene herhaling van de wanordelijke
tooneelen, welke dezer dagen te Rotterdam voor-
vielen, te voorkomen, heeft de directeur van het
Engelsche operetten-gezelschap bij de laatste op-
voering van Falka in den kleinen schouwburg
aldaar brother Pelican zich niet als monnik, maar
als soldaat doen kleeden. Het gevolg was, dat
alles den geheelen avond zoo rustig mogelijk
afliep.
In Goorecht-Oldambt, een blad te Hoogezand
verschijnende, onder redactie van den predikant
Hoekstra, wordt in een ingezonden stuk verzekerd,
dat kaarten, waarop geheel naar waarheid was
ingevuld //geen kerkgenootschap," door den ophaler
der kaarten werden vervalschthij haalde nl. de
woorden vgeen kerkgenootschap" eenvoudig door,
en zette er voor in plaats //Ned. Hervormd" of
^Protestant." Deze persoon verklaarde te handelen:
op last van den Buurtsecretaris, op last van de
Hoofdcommissie voor de volkstelling op het stadhuis,
en deze handelde weer op last van den Minister.
Die last zal toch wel niet mondeling zijn gege-
ven en ook niet aan de Commissie voor de volks
telling op het stadhuis te Hoogezand alleen. Ware
hij algemeen verstrekt, dan zou daarvan toch wel
iets stelligers bekend wezen. Is het waar, dat
een dergelijke lastgeving bestaat, dan beteekent de
zoogenaamde uitkomst voor de rubnek ,/kerkge-
nootaehappen" niemeudal, en elke bewering in zake
eedkwestie, subsidie enz. op deze telling gegrond,
heeft niet de minste waarde. De Regeering had
dan eerlijker gedaan met die rubriek niet op de
telkaarten te brengen.
Zulk een proselietenmakerij op papier staat gelijk
met hetgeen, volgens de legende, generaal Daendels
deed, die met de brandspuit de inlanders tot Chris-
tenen doopte.
Naar gemeld wordt, is het in de onlangs te
Rome gehouden conferentie betreffende de nieuwe
regeling van het postverkeer tusschen Zwitserland,
Italie, Duitschland en Engeland over de routen
Straatsburg-Calais-Dover, Ostende-Dover en Vlis-
singen—Queensbrough aan den Belgischen vertegen-
woordiger gelukt de belangen der route Ostende-
Dover en het behoud van het vervoer over Belgie te
doen zegevieren. Belgie zal, in verband daarmede,
van den l'4™^ April af, om de Belgische spoorwegen
meer gewild te maken, voor het internationaal
doorgaand verkeer nieuwe, zeer gemakkelijke, door
stoom verwarmde, personenwagens invoeren.
Mej. M. M. Scholten uit Amsterdam heeft
te Amersfoort een lezing gehouden voor een zeer
groot publiek. Zij sprak over//De vrouw tegenover
Het is voile ernstzei Hendrik met nadruk.
Vrees niet, dat ik niet kan werkenik kan en ik
wil ook
Toch gaat het nietviel Friese in. In de ure
des gevaars heb ik u de helft van mijn vermogen
beloofd en ge zoudt het gehad hebben, als gehet
niet trotsch had afgewezen. Nu zal ik voor u
zorgen zoodat ge nooit berouw zult hebben over
uw moedige daad
Neem mij als knecht aanverzocht Hendrik
nogmaals.
JongenI ge zijt gek riep de boer half lachend.
oor weinig thalers in het jaar kan ik een knecht
krijgen en niemand zal van mij zeggen, dat ik u
zoo armzalig heb afgescheept. Ik heb het goed
met u voor. Wees nu geen dwaas, Hendrik, ik
meen het oprecht.
De jonkman draalde een oogenblik met antwoor-
den zijn gemoed scheen heftig bewogen, hij stond
in twijfel. Dit duurde slechts een minuut, toen
was hij zichzelven weer meester.
Ik weet dat, sprak Hendrik met bevende stem,
maar gij doet mijn besluit niet wankelen. Hoor
even naar mij. Toen ik uw zoon nasprong, was
het mij niet te doen om een menschenleven te
redden. Ik was verschrikkelijk opgewonden. Ver-
twijfeling, haat, trotschheid en schaamte verteerden
mij. Het was mij onverschillig of ik het leven
verloor. Dat het uw zoon was, daaraan dacht ik
niet, anders had ik het misschien niet gedaan. Ik
een groot maatschappelijk kwaad." Onder meer
betoogde deze dame, hoe het geluk der mannen,
der kinderen, der ondergeschikten, ja, kortom van
de geheele wereld, voor drie vierden in handen
der vrouw berust en dat zij dus steeds de groote
verantwoordelijkheid, die haar opgelegd is, indachtig
wezen moet. Zij hield den vrouwen voor oogen
om steeds vriendelijk, voorkomend en werkzaam te
zijn en met voorbeelden geput uit den rijken
schat eener veertigjarige levenservaring mej.
Scholten is 60 jaar betoogde zij zoowel het
goede, wat uit het opvolgen van die raadgevingen
als het slechte, wat er uit het nalaten daarvan
voorspruiten kan.
Door een lid der Ned. Herv. gemeente te Rot
terdam is de aanzienlijke som van 100,000 ter
beschikking gesteld van de gecommitteerde dier
gemeente, ter verbetering van de tractementen der
predikanten op voorwaarde, dat deze binnen drie
maanden op _/"3000 zullen zijn gebracht.
Men meldt uit Waalwijk Ten gevolge van
het werken van den Baardwijkschen overlaat, zijn
de buitenpolders van het midden der Langstraat
overstroomd, waardoor de gewone commuuicatie,
langs de grintwegen door die polders, met het
kanton Heusden tijdelijk verbroken is.
De communicatie tusschen 's Bosch en Vlijmen
is verbroken, doordat de weg is oudergeloopen.
De overtocht geschiedt met roeibootjes.
Uit VlijmenHet gaat ons als den kinderen
Israels, die zaten neer en weenden langs de zoomen
van Babylon's wijd uitgestrekte stroomen. Met
droefheid staren wij op uitgestrekte watervlakte, die
aan alle zijden ons omringt. Terwijl de natnur zich
krachtig ontwikkelt en alle arbeid herleeft, is als
met een slag alle verkeer gestaakt. Reeds komen
er groote aken om in het verkeer te voorzien.
Alle diligences van Van Gend en Loos die van
Heusden en Waalwijk, hebben den dienst gestaakt,
de route van 's Bosch naar Waalwijk en Heusden,
waarop dagelijks honderden voertuigen passeeren,
is thans doodsch en stil, en dat, terwijl de Staten
Generaal en de regeering reeds in 1875 hebben
besloten een spoorweg van Zwaluwe naar's Bosch
te leggen ten einde in de behoefte van het verkeer
voor de Langstraat te voorzien
Die spoorweg is het merkwaardigste monument voor
Nederlandsche langzaamheid om geen ander
woord te gebruiken dat men zich kan denken.
Intusschen is deze toestaud voor velen een ramp
als men slechts nagaat, dat van uit het geheele
land van Heusden en Altena geen belangrijke
plaats kan worden bereikt zonder over water te
moeten, wat in dezen tijd van drukken veehandel
een niet geringe last is voor hen, die willen koopen
of verkoopen. De markten te 's Bosch en Waal
wijk kunnen met vee niet worden bezocht, tenzij
met zeer groote moeite en kosten.
zag alleen een menschelijk gelaat, dat door doodangst
geheel vertrokken was en mij smeekend aankeek.
Ik wist zelf niet wat mij aandreef. Toen ik eenmaal
in het water zelf den dood nabij was, spande ik
mij in om het leven te behouden en zoo redde
ik mijzelven en George. Met wrok en trotschheid
wees ik de belooning af en mijn daad verdie'"e
ook geen loon.
En toch zouden honderden in uw plaats
blijdschap de uitgeloofde belooning nebbe ECKEE
genomen, antwoordde de landbouwer hemJ'
toch niet dwaas Hendrikkom, sla tc o
wordt u zeker nooit weer zoo goed aanJJC^511 j^r?-
Hendrik schudde weigerend het hoofd. o
En waarom niet? vroeg Friese. Er is zeker
eene andere reden, waarom ge niet toeslaat. Zeg
mij die dan nu zonder schroomen, want ik meen
het goed met u
Nog altijd zweeg Hendrik, hij keek stil voor
zich maar op eens zag hij ophij had een besluit
genomen.
Ik heb mij voorgenomen een ander mensch te
worden en zal dat door daden toonen. Als ik nu
zonder moeite in het bezit kwam van huis en hof
zou ik licht overmoedig worden. Door werken
wil ik wat verdienen, ik wil ordelijk en geregeld leven;
dan wil ik ook evenveel recht hebben als een
ander en geen spot meer verdragen. Dat is mijn
doel en daarom beu ik hier gekomen
De landbouwer zweeg. Hij begreep Hendrik
TOR NEHZEIVSCIE (tl KlVT