Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. l&\ Paarden- en Veemarkt No. 2553. Zaterdag 2 November 1889. 29® Jaargang. De Dochter van den Handelsraad. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postYoor Nederland 1,10. Yoor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Itil hind vcrsehijiit Miusdag- en Vrijiiagavond bij den nitgever P. VAN DE A N U E te Ter Neuzen. *9 Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend, dat in die gemeente zal worden gehouden op Woensdag, 13 Novem ber 1889. Ter Neuzen, 1 November 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. VAN BOVEN, Burgemeester. J. DIELEMAN, Secretaris. f olitieli Overzieht. Vorst Ferdinand van Bulgarije is, naar aan de Daily News ait Weenen wordt gemeld, zeer tevreden met de resultaten van zijn reis en zal, zoodra hij in zijn land is teruggekeerd, bekend maken, met wie hij verloofd isdat hij eene aanstaande vrouw heeft gevonden, wordt als zeker aangenomeo. Ook zou hij zich hebben verzoend met de meeste leden zijner familie, die het afkeurden, dat hij de kroon van Bulgarije aaunam, maar nu het avontuur is gelukt, inschikkelijker zijn gestemd. Rusland blijft verlangen, dat de vorst uit Bul garije wordt verwijderd. Oostenrijk belijdt het beginsel, dat de Balkanvolken zelven over bun lot moeten beslissen. De Duitsche politiek poogt, zoo zij die tegenstrijdige richtingen niet kan verzoenen, ten miuste eene botsing te voorkomen. In Servie is in den laatsten tijd de Russische invloed sterk toegenomen en bovendien wacht een van Rusland afhankelijk troonpretendent op eene gunstige gelegenheid om de plaats van den jongen koning in te nemen. Dat de schoonzoon van den vorst van Montenegro over Servie regeerde, zou Oostenrijk niet licht dulaen en de Duitsche be- middeling zou waarschijnlijk een conflict niet kunnen verhinderen, wanneer Peter Karageorgevics te Bel grade werd ingehaald. De Rijksdag van Duitschland behandelt de be- grooting. De socialist Bebel sprak lang over dingen, die hij anders had willen hebben, maar die niet meer te veranderen zijnhij zette b. v. uiteen, dat de oorlog tegen Frankrijk had moeten ophouden na den slag van Sedan en betoogde, dat door de inlijving van Elzas-Lothariugen, Duitschland zicb de onverzoenlijke vijandschap had op den hals ge- haald van Frankrijk, dat nu altijd bereid was zich met Rusland, den „erfvijand" van Duitschland te vereenigen. Dit gaf den minister van oorlog gelegenheid, vaderlandslievende woorden te spreken, die met de gebruikelijke geestdrift zijn begroet. De leider der nationaal-libernlen, Von Bennigsen, FEUILLETON. AMO. 27) Ik dacht daarom dat de eenvoudigste manier om de waarheid te vernemen, zou zijn, dat ik naar de kantoren der firma ging, dan kwam er aan alien twijfel een eiude. Tot mijn bevreemding vond ik kantoren en pakhuizen gesloten. Een kleurling kwam uit een naburig huis aan de deur staan. Toen ik hem vroeg, verzekerde hij mij, dat sedert acht dagen de geheele zaak van White C°. ge sloten was, de reden daarvan wist hij niet. Wegens het tegenstrijdige in de berichten, besloot ik naar het landgoed White Cottage te gaan. Een rijtuig bracht er mij in twee uren. Wij hielden stil voor het ijzeren hek, dat het fraaie park van den straatweg scheidde. Op mijn herhaald aan- schellen verscheen een vrouw van middelbare jaren, in zwaren rouw gekleed, aan de deur van het landhuis en naderde met haastige schredeu het hek, waar ik stond te wachten. Wat verlangt ge vroeg zij barsch, zonder aan- stalten te maken, om het hek te openen. Ik zeide haar, dat ik mijnheer Arthur White wegens eene belangrijke zaak wenschte te spreken. die menigmaal de politiek van Bismarck bestreed, doch ten slotte zich altijd er bij neer legde, ver- dedigde de nieuwe posten voor oorlog en marine en veroorloofde zich, op het voorbeeld des meesters op de minder volgzame vrijzinnigen te schelden, waardoor hij zich een scherp antwoord van Windt- horst op den hals haalde. De Duitsche Keizer met zijne echtgenoote en een groot gevolg zijn te Genua scheep gegaan en behouden op de reede van den Piraeus aangekomen, waar de vloot geankerd ligt.' De Koning en de Koningin van Griekenland en de Prins van Wales lieten zich aan boord van de Kaiser brengen ook de bruidegom was tegeuwoordig. De saluutschoten knalden, het volk juichte, toespraken en omhel- zingeu hadden plaats en nadat het hooge gezelschap aan land gekomen was, stoomde de stoet naar Athene, waar een „nieuwe druk van 't zelfde stuk" werd vertooud. De kerkelijke inzegening van het huwelijk van 's Keizers zuster met den Griekschen Kroouprins was zeer indrukwekkend en bij de toejuichingen op de terugreis uit de kerk kreeg Trikoepis ruim zijn deel. Een gala- diner besloot de plechtigheid en bij dat diner regende het toasten, vooral op het joDge paar en de Atheensche bevolking gemunt, die zoo haar best deed om de Duitsche vorsten haar sympathie te betuigen. Uit Athene heeft Wilhelm een tele gram naar Friedrichsruhe gezonden op een van daar ontvangen groet op de behouden aankomst. Wilhelm laat geen gelegenheid voorbij gaau om Bismarck een bewijs van hoogachting te geven, 't geen ook al weer niet zonder uitwerking zal blijven op den Rijksdag. In Spanje ziju deze week de Cortes weder bijeen gekomen en de strijd om het bestaan breekt voor het miuisterie weder aan. Nog beschikt het over eene aanzienlijke meerderheid, maar in de vier jaren, die Sagasta aan het hoofd der regeering staat, heeft hij het geduld uitgeput van vele aanhangers, wier wenschen hij niet heeft kunnen bevredigen. Voorloopig zal de oppositie, uit de heterogeenste elementen saamgesteld, door interpellation, het opwerpen van politieke kwesties, eindelooze rede- voeringen, enz. trachten te verhinderen, dat de door het kabinet ingedieude ontwerpen worden afgehancTeld. De brief van Jules Ferry, om de beschuldiging te weerleggen, dat hij in de Tunesische kwestie de Italiaansche regeering op minder eerlijke wijze zou hebben behandeld, heeft in Italie de gemoederen zeer in beweging gebracht. De Frankfurter Zeitung blaast het vuurtje wat aan, met te zeggen dat Ferry's beweringen onjuist zijn en doet het voor komen als zouden er stukken bestaan, wier publicatie niet geraden is, althans nu niet. De Frankfurter weet o. a. het volgende te vertellen De eerste Zij zag mij eenige oogenblikken wantrouwend aan en liet toen een schel gelach hooren. Dan hebt ge de reis naar White Cottage te ver- geefs gemaakt, mijnheer, zei ze met minachting. Mijnheer White is niet meer te spreken En waarom niet? vroeg ik ontevreden. Omdat hij dood is, verleden Dinsdag was het juist acht dagen geleden, dat hij begraven is. Bij het hooren van deze woorden dacht ik, dat mijn hart zou bersten. Groote GodDe ware Arthur White lag hier dus begraven en de man, die in uw vaders huis vertoeft, is een ellendige schurk en bedneger. Het duurde een paar secon- den voor ik mijn gedachte weer meester was, en in dien tijd had de vrouw mij scherp in het oog gehouden. Wat? Is mijnheer While dood? En ligt hij hier begraven riep ik uit, op een toon van de grootste verbazing. De vrouw knikte even met het hoofd en maakte zich gereed, om in het huis terug te keeren. Als ge met hem op het kerkhof wilt spreken, ga dan uw gang Maar geef mij toch een verklaring riep ik op- gewondeu uit, terwijl ik trachtte haar bij den arm vast te houden. Ik kom rechtstreeks uit Duitsch land en heb daar mijnheer White in goeden wel- stand aangetroffeu. Toen zij deze woorden vernam, werd haar gelaat aschgrauw, met haar oogen had zij mij op dat oogenblik wel willen doorboren. tijdingen over de bezetting van Tunis ontving Cairoli uit Weenen, maar hij ontving die met een minachtenden glimlach. u Dat is een iutrige", zeide hij, „ik heb immers Frankrijks eerewoord I" Het eerste bericht over de bezetting door de Franschen werd hem in de Kamer door een afgevaardigde voorgelezen. Toen eerst merkte hij, dat hij bedrogen was en trad af van het tooueel. Met recht kon men zeggen dat met hem de laatste Franschgezinde minister viel. Hij wist dat Italie voortaan voor zijne politiek bij andere mogendheden aansluiting en steun zou moeten zoeken. Niet vrije wil of sympathie hebben Italie geleid tot het bondgenoot- schap met Duitschland en Oostenrijkden heer Ferry komt de verdienste toe, het tot dien stap te hebben gebracht. Zoo ver de Frankfurter. Italie heeft het protectoraat over Abyssinie aanvaard aan alle mogendheden, Frankrijk niet uitgezonderd, is kennis gegeven en niemand heeft bezwaren in- gebracht. Tot lid der Tweede Kamer is in het hoofd- kiesdistrict 's Hage gekozen de heer H. D. Guyot (1.) met 2886 van de 5393 geldige stemmen. Mr. M. W. baron Du Tour van Bellinchave (c. a. k.) verkreeg 2493 stemmen. Aan den Min. van Waterstaat is door den heer J. Chr. Benit te N.-Amstel een adres toegezonden, waarin hij verklaart gemachtigd te zijn door een voornaam buitenlandsch ingeuieur namens een, soliden uitvoerder gesteund door een der grootste bankiershuizen van Europa, concessie aan te vragen tot drooglegging van de Zuiderzee (zuidelijk ge- deelte) volgens het plan der Regeering dd. 1877 gewijzigd of niet. De kosten van uitvoering met dichting van het Eyerlandsche Gat tusschen Texel en Vlieland inbe- grepen, worden geschat op 126,500,000. Hier- onder zijn niet begrepen de te betalen renten van de tijdens de uitvoering uit te geven gelden. Het werk zou in dertien jaren gereed zijn. De Regeering zou een subsidie moeten verleenen van 3£ pet. van het ieder jaar verwerkte kapitaal, onder dien verstande, dat het totaal der subsidien na afloop van drooglegging niet meer zal bedragen dan J 30,000,000. De op te richten raaatschappij zou zich verbiuden het voltooide werk desgevorderd aan de regeering over te dragen voor 120 pet. van het bestede kapitaal 126,500,000). Voor een staatsspoorweg zou a 2000 per H.A. gronden worden afgestaan. Wil de minister van waterstaat hierover onder- handelen, dan zal adressant de namen zijner last- gevers noemen. Het voornemen bestaat om de tractementen van de commiezen der posterijen met 100, f 150, Zoo zoo Komt u uit Duitschland vroeg zij langzaam. Ja antwoordde ik. Herhaalde malen heb ik mijnheer Arthur White gesproken ten huize van zijn halfbroeder, den handelsraad Waldmann De vrouw viel mij in de rede met een honend gelach. Zij maakte een beweging of zij een glas leegdronk en wees op haar voorhoofd. Man, ik geloof, dat je op klaarliohten dag dronken bent of anders ben je uit een gekkenhuis losgebroken. Laat mij met rust en als je zoo graag mijnheer White wil spreken ga dan naar het kerkhof. Met deze woorden keerde zij om en ging zonder omzien in huis ondanks mijn luid geroep. Ik hoorde nu den sleutel knarsend in het slot omdraaien en daar stond ik nu als radeloos. Ik denk dat u navraag doet naar een heer, sprak nu mijn koetsier, nader tredende. Wilt ge, datik u bij Silas Wobbe, den naburigen kastelein, breng Dat is een eerlijke vent, die flink bij de hand is en praten kan als een baker en hij heeft echte whiskey, zooals niemand anders. Blijkbaar was het den koetsier meer te doen, om zijn droge keel te bevochtigen, dan om mij nuttig te zijn bij al mijn uasporingen, doch als ik zijn raad opvolgde kon ik misschien iets anders omtrent mijnheer White vernemen. Wat Silas Wobbe vertelde beteekende echter niet veel. Met een grooten omhaal bevestigde hij den dood van Arthur White. Hij was een goed man geweest ^200 en 300 te vermeerderen en dus te brengen op f 1000 voor de 4e klasse, f 1250 voor de 3e kl., 1600 voor de 2e kl., en /2100 voor de le kl. Deze tractementsverhoogingen zijn echter slechts schijnbaar, daar zij in de plaats treden van de genoten emolumenten, welke geheel in 's Rijks schatkist zullen terugvloeien. De directeuren zouden geen traetementsverhoo- ging ontvangen, doch eene jaarlijksche toelage, berekend naar hetgeen zij nu jaarlijks aan emolu menten genieten. Dit staat zeker in verbaud met het ophouden der levering van binnenlandsche couranten door de postkantoren. De geruchten, dat de werkstaking der losse en losvaste zolder- en loodswerkers ran het Blauw- hoedenveem te Amsterdam zou teneinde loopen, doordien reeds verscheiden stakers voor het oude ioon, 20 cent per uur, het werk zouden hebben hervat, wordt door de Tijd, op grond van een onderhoud met een paar werklieden, tegengesproken, De werkstakers, 50 a 60 man sterk, blijven wei- geren weder aan het werk te gaan, tenzij, hun eisch, 25 cent per uur, worde ingewilligd. Behalve deze grief ten opzichte van het loon te gering geoordeeld tegenover het loon, f 15 per week, dat de vaste werkers, de scheepswerkers, van het Veem ontvangen hebben zij nog eene andere grief, hierin bestaande, dat het Veem op Woensdag, op den vrijen dag der scheepswerkers, dezen voor zolder- en loodswerk aan den arbeid zet, waardoor zij hunne belangen willekeurig geschaad achten. Dinsdagavond poogden eenige colporteurs van Recht voor Allen dit blad in de Raamstraat te Rotterdam te venten. Het volk maakte het den colporteurs lastig. De socialisten sloegen, om mishandelingen te ontkomen, op de vlucht en zochten een schuilplaats in het Volkskoffiehuis. Het volk verzamelde zich daarvoor en begon bal- dadigheden te plegen, waarbij het met steenen en slijk naar het gebouw wierp, waardoor een spie- gelruit werd ingeworpen. De politie moest het volk met de sabel uiteendrijven. Het werkvolk der reeders van de Hull-booten te Rotterdam heeft eergisteren geweigerd, de steen- kolon uit eene dier booten te lossen tegen het tot hiertoe betaalde loon. Het werd daarop terstond ontslagen en audere sjouwers werden in dienst genomen, doch dezen eischte betaling volgens het in overleg met V. d. Kolk en Sas vastgestelde nieuwe loon-tarief. De cargadoors weigerden in die eischen te bewilligen. De steenkolen zijn daarop gelost door werklieden in dienst van de firma, voor welke zij waren bestemd. Deze werklieden moesten echter beschermd worden door eene poli- tieraacht. Een hunner werd eergisteravond op de Leuvenhaven door een troep sjouwers aangesproken, die hem op jammer, dat hij stierf als een heiden. Een booze koorts was de oorzaak van zijn dood, in den uacht hadden twee dokters en Mary Price, de huishoudster, het lijk naar het graf vergezeld. Hoewel dit bericht eenvoudig is te noemen, be vestigde het de woorden van de vrouw op White Cottage. Het staat dus vast, dat tegenover u en uw vader een bedriegelijk spel wordt gespeeld. Zoo spoedig mogelijk keerde ik nu naar mijn hotel terug, om u het gewichtige nieuws te melden. Bij mijn terugkeer in de stad was het reeds nacht geworden. Gedurende het rijden door de stad scheeu het mij wel toe of ik in de verte het schijnsel van vlammen zag, maar daar lette ik verder niet op. In mijn kamer gekomen zette ik mij dadelijk vol ijver aan het schrijven, om u het gewichtige nieuws mede te deelen. Nu kan ik mij nog wel zwak herinneren, dat ik onder het schrijven klokken hoorde luiden en wagens ratelen en van geschreeuw en drukte her- inner ik me ook nog wel iets, maar mijn hoofd was zoo vervuld met gedachten, dat ik er geen acht op sloeg. Eindelijk onderscheidde ik het geroepBrand, brandIk ging naar het venster, om te zien, maar sprung verschrikt terug. Het was buiten zoo helder als bij dag, aan alle kanten zag ik een zee van vlammen, die alles verslond. Ik snelde naar mijn koffer, nam mijn geld er nit en spoedde mij naar be- neden. In de gangen en op de trappen zag ik overal COURANT jj._ NAAR HET DTJITSCH DOOR

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1889 | | pagina 1