Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2477. Zaterdag 9 Februari 1889. 29® Jaargang. Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Eranco per post: Voor Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32^. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaartot veel verminderden prija. Dlt bind ver»chljjnt UliiHdnc- en Vrijdagavond bij den nltcever P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Neuzen. Bij deze courant belioort eeu bijvoegsel. Jfolitieli Overzicht. Zoolang de Oostenrijksche regeering nog niet alle bijzonderheden betreffende den dood van den kroonprins heeft bekend gemaakt, blijft men ge- looven, dat nog een geheim aan het drama van Meyerling is verbonden. De Weener berichtgever der Daily News meldt, dat eene dame uit de hooge kringen plotseling was verdwenen. Bij onderzoek bleek, dat zij zich het leven had benomen, en wel te Meyerling, den dag nadat kroonprins Rudolf een eiude aan zijn leven had gemaakt. Uit den aard der zaak werd dit in verband gebracht met den dood van kroonprins Rudolf, maar aan het bericht werd weiuig waarde gehecht, daar gedurende de laatste dagen bijna elken dag een ander verhaal van dien aard werd opgedischt. Te Berlijn, met Parijs de hoofdzetel der twijfelaars, werd spoedig hetzelfde bericht door de bladen medegedeeld en nader uitgewerkt. Zoo deelt nu de National Zeiting, een blad hetwelk men geenszins van jacht naar opzienwekkende nieuwtjes kan beschuldigen, mede, dat de zoo plotseling verdwenen dame is de baroues Vetsera, een jeugdige schoon- heid, in de hooge kriugen te Weenen wel bekend. Zij stierf onmiddellijk na den kroonprins en werd op het kerkbof van Heiligenkreuz het bekeude dorpje bij Meyerlingbegraven. Haar rnoeder ontving een brief, door haar voor haar dood geschreven, waarin zij mededeelt, dat zij te gelijk met den kroonprins wilde sterven. Bovendien wordt door een plaatselijk blaadje, hetwelk te Baden (bij Weenen) verscliijnt, het bericht medegedeeld, dat de kroonprins is dood- geschoten door een jachtopziener, zekereu Werner, die zich zelf terstond daarna een kogel door het hoofd schoot. Het blad werd onmiddellijk in beslag genomen, maar het praatje werd niettemin naar alle kanten verspreid. Uit deze verschillende berichten blijkt weer, hoe noodig het is, dat de regeering haar voornemen, alle bijzonderheden over den dood van den kroon prins openbaar te maken, ten spoedigste uitvoere. Alleen indien dit geschiedt, kan aan het verspreiden van dergelijke geruchten, welke grootendeels op gissingen berusten, een einde worden gemaakt. De jonge keizer van Duitschland heeft als koDing van Pruisen meer geld noodig zoo het schijnt. Er is althans een voorstel bij den Landdag inge- diend tot verhooging van de civiele lijst met drie en een half inillioen mark. Tevens wordt voorge- steld het slot te Kiel, met de daarbij behoorende gebouwen en tuiuen, ter beschikking van den Koning te stelleu. De civiele lijst bedraagt thans 12 mil- lioen mark. Op de ruzie op Samoa rnoeten we ook terug FEUILLETON HOOFDSTUK IV. De kerk was inderdaad eivol, zooals men het alleen ziet in de Notre Dame te Parijs, wanneer het boeiend woord van eeu redenaar door hare gewelven weergalmt. Lachenal en Gabrielle bereikten na veel moeite het inwendige van het gebouw en wareu zoo geluk- kig een plaatsje te vinden in de nabijheid van den preekstoel. De klokken, die men in 't gewoel van Parijs nauwelijks hoort en wier tonen toch zoo diep tot 't hart spreken, weerklonken liier statig en feestelijk en op hun harmonisch gelui, dat langzaam in het luchtruim wegstierf, volgden de plechtige tonen des orgels. Eensklaps verstomden ook deze en een ernstige stilte heerschte in het kerkgebouw. Aller blikken richtten zich nieuwsgierig naar de plaats waar de Dominikaner verschijnen zou. De redenaar, dien Caen zou hooren, was niet alleen pnester en monnik, maar ook iemand die geleefd, ondervonden en geleden had. Sedert twee maanden reisde hij door Normandie en in alle stedeu, waar hij kwarn, was een schitte- rende roep hem voorgegaan. Verder wist men liiets van hem, niet eens zijn naammen noemde komen. De bevelhebber, die Mataaffe den oorlog heeft verklaard, moet zijne bevoegdheid oversellredea hebben, daar eene oorlogsverklaring slechts met toestemming van den bondsraad kan geschieden. Het orgaan van den rijkskanselier hecht geen waarde aan het bericht. Mataaffe is door Duitschland niet als Koning erkend en zijne regeering kan dus niet als oorlogvoerende mogendheid worden beschouwd, zegt het blad. De Amerikanen zijn niet heel -en al content met de handelingen van den Duitschen kapitein en de gezant is al eens gepolst. Deze, gestationeerd te Washington, heeft gezegd dat, naar het oordeel van vorst Bismarck, de Duitsche kom- mandant te Samoa te ver was gegaan, en dat daar- enboven aan den Duitschen consul Knappe last was gegeven, de coutrole over de administratie te Samoa neder te leggen. Bismarck zat wel wat met het zaakje aan, maar heeft zich gered met zijn onder- hoorigen in het ongelijk te stelleu, want hij zou niet om ,/das biszchen Samoa" met Engeland en Amerika in dik weer willen geraken. De Italiaansche Minister van fiuancien heeft geen blijde boodschap aan de vertegenwoordiging gebracht, want hij kwam met een deficit van 85 millioen lire, dat hij wenscht gedekt te zien door bezuiniging op oorlog, door wederinvoering der „oorlogstienden," door verhooging der accijns op zout en veraudering van enkele belastiugen. Voor opcenten op de grondbelasting en verhooging van den zoutprijs trekken de kamerleden den neus op. Het gerucht eener wijziging in de samenstelling van het Fransche ministerie wordt bevestigd. Ferouillat en Delaparte kregen ontslag en Guyot Dessainge is benoemd tot Minister van justitie. De Russische Minister Tolstoi is in den rijksraad niet thuis met zijn hervoriningsplannen. Met 39 tegen 13 stemmen werd zijn ontwerp afgekeurd, ook de grootvorsten had hij tegen zich. Maar Tolstoi praatte honderd uit en deed alsof de rijksraad niet bestond. Als hij verzekerd is van de goed- keuriug des Czaars, dan gaat zijn plan toch door. Voor eenige dagen heeft de Engelsche Minister van oorlog, Stanhope, eene redevoering gehouden, waarin hij een Europeeschen oorlog als aanstaande voorstelde, om tot het besluit te komen, dat Engeland zich aanzienlijke offers tot uitbreiding van leger en vloot diende te getroosten. Lord Salisbury heeft den onguustigen indruk van's ministers woord willen wegnemen, door den onder-secretaris voor buitenlandsche zaken te laten verzekeren, dat alles van vrede getuigde. Omtrent den toestand van Z. M. den Koning rekent de residentie-briefschrijver van het Z. D. zich gelukkig te kunnen constateeren, dat de officieele waarheid ook de werkelijke waarheid is. hem eenvoudig den Dominikaner. Hij nam zijn weg door de velden in zijn langen witten mantel gehuld en de kap diep over 't gezicht getrokken. Nauwelijks was hij verschenen of hij verdween ook weer, alsof hij vreesde zich aan de oogen van 't publiek te vertooneu. Doch overal verkon- digde hij Gods woord en zijne boeiende rede liet eenen diepen indruk in ieders hart achter. Toen hij verscheen, volgden hem aller oogen naar den kansel, wiens trappen hij langzaam be- klom. Hij knielde neder, bad en verhief zich dan in zijne voile lengte. Het zou moeielijk geweest zijn, zijnen ouderdom te schatten. Hij kon veertig, ook vijftig jaar oud zijn. Zijn voorhoofd was gegroefd en zijn zwart oog had eene sombere uitdrukking In dit oog echter lag zijne gelieele ziel. Hij begon en zijn geplooid voorhoofd werd glad, er had eene heele ommekeer met hem plaats. Nauwelijks had hij eenige woorden gesproken of alien hingen aan zijne lippeu. Hetgeen hij behandelde behoorde meer tot de zeden dan tot de geloofsleer, het was de wroeging van het geweten. Verschillende keeren doorliep eene rilling de toehoorders. Ik heb u getuigen laten zijn der booze daad, riep hij onder anderen, ik heb u getoond hoe de de misdadiger zijn werk voorbereidt en zijn offer treft. Gij hebt het bloed zien vloeien, het angst- geschreien gekerm gehoord. Gij beefdet en huiverdet De hoogleeraar Rosenstein vooral denkt nog al optimistisch over den toestand van het hoofd van den staatbij zijn jongste bezoek ten hove ver- klaarde hij het zeer denkbaar te achten, dat Z. M. nog zeer geruimen tijd kan leven, onverwachte incideuten natuurlijk uitgezonderd. Beschikkende op het beroep van den raad der gemeente Losser, tegen een besluit van Ged. Staten van Overijsel, waarbij goedkeuring is ont- houdeu aan een besluit van genoemden raad, strekkende tot vermindering der jaarwedde van den eersten onderwijzer aan de openbare lagere school in die gemeente, heeft de Kouing, op grond dat eene verlaging der jaarwedde van in betrekking zijnd onderwijzend personeel moet geacht worden in strijd te zijn met de billijkheid en schadelijk voor het onderwijs, met handhaving der bestreden beslissing het beroep ongegrond verklaard en bepaald dat de jaarwedde blijft vastgesteld op het tegen- woordig bedrag. Hiervan is mededeeling gedaan in de zitting van den Raad van State. Op zijne vergadering te Utrecht gehouden, heeft het bestuur van den „Algeraeenen Bond van katholieke kiesvereenigingen" besloten zich in zake het optreden tegen den persoonlijken dienstplicht te verstaan met het bestuur van den Noord- en Zuid-Hollandschen bond, om te komen tot een gemeenschappelijke handeling. Men meldt uit Dokkum Nu, naar het schijnt, de bedelarij overal een weinig gefuuikt zal worden, breken er voor de bewoners van Kullumerzwaag en Zwaagwesteinde slechte dagen aan. De bevolking dier beide dorpjes toch, die in hutten over een tamelijke oppervlakte voormalige heide aldaar verspreid woont, vind veelal haar bestaan in bedelarij, en vooral in den winter stort zij zich over de naburige gemeenten uit. Hoewel dikwijls in staat om op eene audere wijze in hunne behoeften te voorzien, en hun wel eens daartoe de gelegenheid wordt aangeboden, komt het voor, dat die lieden ronduit verklaren, met bedelen het meeste te kunnen verdienen, en daar- mee het gemakkelijkst aan den kost te komen. Ten einde den overlast van de vele rondrei- zende kooplieden zooveel mogelijk te doen verminde- ren, heeft de comraissaris van politie te Wageningen den ingezetenen verzocht aan deze personen niets te geven of niets van hen te koopen. Zij die iets vragen kunnen naar den commissaris worden ver- wezen, die aan werkelijk behoeftigen of doortrekkende vreemdelingen de noodige hulp verschaft. Meermalen zijn reeds voorbeelden genoemd van den overvloed van onderwijzers, zoodat veleu, nadat zij jaren fliuk gewerkt en gestudeerd hebben eu eindelijk de acte hebben verkregen, na een oneindig aantal malen gesolliciteerd te hebben, op 't gezicht van den beklagenswaardigen broeder, die zijnen broeder doodt. En nu verwacht gij, dat ik u aantoone, hoe de straf den booze weet te treffen. Gij denkt eerst aan de menschelijke ge- rechtigheid. De mensch straft het eerst en eer God den zondaar slaat, heeft de mensch hem reeds getroffen. Gods rechtbank is grooter dan de menschelijke en vreeselijker, dan ge denkt. Betreurt het daarom niet als soms de menschelijke gerechtigheid aarzelt met de straf of den schuldige verschoont. Betreurt het niet, wanneer hij door leugen, list of vlucht aan hare waakzaamheid ontsnapt en hij schijnt te overwinnen. God den Heer zal hij niet ontsnap- pen op den jongsten dag, nu behoort hij hem reeds en zijne straf is reeds begonnen. Ja, hier openbaart zich Gods almacht in hare heele grootte zijn geweten foltert en knaagt hem. Tevergeef's beproeft hij zijn geweten in slaap te wiegen. Zijne daad op zijn voorhoofd gedrukt, men leest ze in zijne oogen nauwelijks heeft hij ze vol brae1 it, of hij is reeds haar slachtoffer. Het is de eeuwige, onverbiddelijke stem, die hem toeroeptKai'u waar is uw broeder? En nadat de redenaar met levendige kleuren de wroegingen van het geweten geschilderd had, hoe de misdadiger elk oogenblik voor de ontdekking vreest, ging hij voortEn smaad en schande zal komen over zijne woning, over zijne zaken, zijne genoegenszij volgen hem overal, voor zijne eclitge- genoodzaakt ziju een of ander baantje aan te pakken, om ten minste te kunnen leven. Zoo wordt ons medegedeeld, dat een aldus geexamineerd jong- mensch zich als boerenknecht bij eeu landbouwer bij Amsterdam met Kerstmis jl. had verhuurd, tegen genot van kost en inwoning en f 1,25 per week daarenboven. Thans echter is zijn loon met f 0,25 verminderd, omdat de zwaardere werkzaam- heden als het mestrijden door hem niet verricht kunnen worden. Nog kunnen wij hierbij aanteekenen, dat voor het deze maand te houden examen voor commies bij 's Rijks belastingen, waarvoor zich bijna 300 sollicitanten (80 plaatsen) hebben aangemeld, zich een aantal onderwijzers en aspirant-onderwijzers bevinden. Enfin, dit is nog een postje, dat eenigszins met rang en stand overeenkomt, ofschoon de grenzen- dienst zich evenmin aangenaam laat aanzien. De emigratie naar Argentinie neemt nog gestadig toe. Alleen uit het kleine Morra, bij Dokkum, zijn Maandag 3 huisgezinnen, bestaande uit 23 personen, naar ginds vertrokkeu. Over Buitenpost reizende, waren aldaar nog 41 personen aanwezig, met wie zij per spoor hunne reis verder voortzetten. Twee Arnhemsche bladen bevatten goede tijdingen uit Atjeh, welke wij van gansche harte hopen dat waar zijn. Aan de Gelria wordt niets meer of minder ge schreven dan dat de Atjehoorlog op zijn einde loopt. Onder dagteekening van 28 December wordt uit Atjeh aan dat blad gemeld Als een bizonderheid, welke daar nog niet algemeen bekend is, dat de voornaamste hoofden Toekoe Oemar, Tengkoe di Tiroe en anderen sedert eenige dagen in een der kampongs aan het overleggen zijn over de voor- waarden eener onderwerping. Den 27 schreven zij eeu brief aan den gouver- neur en den 28 vertrokken zij naar Kemala, waar zich de adspirant-sultan Toeankoe Daoed bevindt, om ook met dezen overleg te plegen. Ook hoofden van binnen de linie, o. a. hoeloebalang (Panglima) der Mesjid Raja, linkeroever der Atjehrivier, werd uitgenoodigd ter bijwoning dezer besprekingen." Aan de Arnh. Ct. wordt medegedeeld, dat de politieke toestand gunstig is. De onlangs te Smilde door den gemeenteraad voorgenomen verlaging der onderwijzerstractementen vond haar grond in een tekort op de begrooting voor 1889, terwijl de raad oordeeldedat de hoofdelijke omslag met kon worden verhoogd. Het bedoelde tekort is voorloopig verholpen door eene tijdelijke leening. Thans echter wordt door ingezetenen aan den raad verzocht, in de verordening op den hoofdelijken omslag de zonderlinge bepaling te laten vervallen, volgens welke eeu belastbaar inkomen niet hooger kan zijn dan 10,000. noote en kitideren moet hij blozen. Dag en nacht is het geweten wakker, het kwelt zijnen geest, beangstigt zijne ziel eu roept hem bestendig toe Bedenk, rampzalige, dat gij geen recht hebt op dankbaarheid, vriendschap, liefde en achting. De zon, die u beschijnt, het brood, dat gij eet, het aanzien dat gij geniet, dat alles is gestolen goed. En hij, de vrije man, is de slaaf van den eerste den beste, want hij kent zijn geheim en kan't ver- raden. Hij stamelt tot zijne knechten, verbleekt voor zijne kinderen. De jaren vermeerderen met de kwelling. Zijn haar wordt grijs. Hem is alles gelukt, hij heeft een familiekring om zich geschapen, zijne echtgenoote is geacht, zijne kinderen groeien op en zijn fier op hunnen naam. Dan eerst ziet de ellendeling met outzetting den afgrond onder zijne voeten. Hij siddert niet meer voor zich zelf hoe gaarue zou hij zijne misdaad bekennen maar voor zijne vrouw en kinderen. Wordt hij ontdekt, dan is de straf onvermijdelijk en schande zal komen over zijne familie. Dit ware een vonnis voor zijne geheele nakomelingschap. Hij zal zelf de bewijzen zijner schuld moeten leveren, hij zal het neerschrijven, indien hij niet durft spreken, want de ure komt, waarop hij niet meer kan zwijgen, waarop hij liever duizendmaal den dood door beuls- handen wenscht, dan de knaging van het geweten! Op dit oogenblik ontstond gedruisch nabij den kansel. Daar valt iemand in onmachtfluisterde men. Waarschijnlijk eene vrouw Men wist het TER \EI7.EYS<HE 36)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1889 | | pagina 1