Laatste berichten.
Landbouwberichten.
Gemengde berichten.
TER iVEUZEfl, 17 Augustus 1888.
de schrijftafel duidden het lot aan, dat den armen
man had getroffen. Zijn stoel was tevens met
bloed bevlekt, terwijl verschillende bloedplassen in
de binnengalerij en eenige tamers bewezen, dat de
onverlaten het lichaam van dien ambtenaar over
den grond tot op het achtererf gesleept hadden.
Het lijk zijner vrouw is mede gevonden, vreeselijk
verminkt en geheel ontkleedhet kind werd naast
de moeder gevonden en beiden ademden nog; het
kindje was evenwel een handje afgekapt en twee
wonden over de linkerwang toegebracht.
De lijken mijner familiebetrekkingen zijn helaas
nog niet gevonden.
De adspirant-controleur is gered.
De resident is te Tjilegon met de troepen en
zorgt voor al het mogelijke.
Op mijn treurigen tocht heb ik tevens de ver-
woestingen aan de telegraaf kunnen zienhet
komt mij voor, dat de telegraphische verbinding
met Anjer stellig nog in geen twee dagen kan
hersteld worden.
Wat de oorzaak van het oproer is geweest, weet
men nog niet. De officieele berichten verklaren,
dat deze nog in het duister ligt.
Het Bataviaasch Handelsblad meent de aan-
leiding te moeten zoeken in het feit, dat met ge-
strengheid van de bevolking geeischt werd, dat
deze de landrente in den vorm van zilver zou
voldoen, terwijl zij slechts in staat was rijst te
leveren.
Het gerucht loopt ook, dat de destijds beruchte
Saham, dien men reeds lang dood waande, de
hand in het spel zou gehad hebben, terwijl eindelijk
van vwel onderrichte zijde" er op gewezen wordt,
dat htt noodig is te onderzoeken, hoe de patih
Raden Penna zijn gezin bijtijds in veiligheid heeft
kunnen brengen en ook wat hij gedurende het
uitbreken van den opstand gedaau heeft, waar hij
zich opgehouden heeft, enz. Er ligt alzoo nog
veel duisters over dezen opstand, die, zooals wij
gelukkig reeds door telegraphische berichten weten,
onderdrukt is.
De Minister van Marine brengt ter kenuis
van zeevarenden, dat van at 20 Augustus a. s.
een vierde geleidelicht zal branden op den dijk van
den calamiteusen Eendrachtpolder (Wester-Schelde),
35 meter beoosten dijkpaal 3.
Dit nieuwe licht geeft, met het westelijkste
hooge licht ineen, de koerslijn NO.^O. rivier op-
waarts aan naar de lichtenlijn van den Biezelingschen
Ham.
In verband hiermede is het bestaande lage licht
op den dijk van dien polder om de Oost zoodanig
duister gemaaktdat het voortaan uitsluitend
stroomafwaarts dieust doet, terwijl het licht van
Baarland voorzien is van een rooden sector voor
afkomende en van een duisteren sector voor op-
varende schepen.
Afkomende schepen zullen nu de geleidelichten
ineen moeten houden tot het licht van Baarland
rood wordt, om dan twee streken uit den wal
te sturen, naar de twee westelijke lichten ineen.
Opvarende schepen zullen de geleidelichten inden
moeten houdentotdat het licht van Baarland
verduistert, ten teeken dat men op de hoogte is
van de zwarte ton n°. 13.
Het nieuw geplaatste licht is catopriek, geplaatst
in een grijs geschilderd houlen huisje en zichtbaar
tot op ongeveer 6 zeeraijlen.
In de Staats-Courant van gisteren komt de
volgende publicatie voor:
Reeds terstond bij haar optreden zag Zijner Ma-
jesteits Regeering zich genoodzaakt te overwegen, wie
in de plaats van den weldra aftredenden Gouverneur-
Generaal, als 's Konings vertegenwoordiger tot het
voeren van het bestuur over 's Rijks overzeesche
bezittingen in Azie zoude moeten worden voor-
gedragen.
Het heeft den Koning behaagd tot Gouverneur-
Generaal van Nederlandsch-Indie te benoemen den
heer Mr. C. Pijnacker Hordijk, oud-Minister van
Binnenlandsche Zakenen Hoogstdeszelfs Commissaris
in Drenthe.
De heer Mr. Pijnacker Hordijk, den aan zijn
nieuw Staatsambt verbondenen eed in 's Konings
handen afgelegd hebbende, zal nu op Vrijdag den
24 Augustus a. s. den vaderlandschen grond ver-
laten, met het voornemen van zich op den 30 n
daaraanvolgende op het stoomschip Sumatra, van
de Maatscbappij ,/Nederland," te Marseille voor de
reis naar Batavia, ter aanvaarding zijner hooge
waardigheid in Nederlandsch-Indie in te schepen.
De ondergeteekende geeft hiervan langs dezen
weg aan het Nederlandsche Yolk kennis, opdat ieder
zulks verlangende en al of niet daartoe opgewekt
of voorgegaan door de leeraars, priesiers en geeste-
lijken der verschillende Nederlandsche Christelijke
,/1'oou nu eens uw kunst, Black, maar maak
het kort en zoo mogelijk zonder gedruisch."
Black zette zijn looper aan, maar nauwelijks hat
hij de kleine, lage deur aangeraakt, of deze ging
van zelf open.
Wij traden of eigenlijk vielen naar binnen, want
er gingen eenige trappen benedenwaarts, en wij
bevonden ons in een soort van gewelf, waarin het
slijkerig genoeg was. Onze dievenlantaarn deec
ons bemerken, dat de ruimte geheel ledig en
oubewoond was. Wij bemerkten echter nog een
tweede deur, die niet gesloten was en naar een
ander grooter gewelf voerde. Maar nauwelijks
waren wij dit binnengetreden, of de deur vie
geheel van zelf in het slot.
Wij waren gevangen.
(Wordt vervolgd.)
of andere godsdienstige gezindheden, gelegenheid
hebbe, aan zijne plichtmatige smeekingen voor den
Koning en HDs. Huis en Regeering, ook de bede
toe te voegen, dat de reis van den Gouverneur-
Generaal Mr. C. Pijnacker Hordijk en zijn gezin
voorspoedig, en zijn bestuur door God gezegend,
Indie tot heil, Nederlaud tot roem en den Koning
der Koningen tot verheerlijking zij.
De Minister van Kolonien,
KEUCHENIUS.
Jl. Maandag werden de graven der Gorkum-
sche martelaren bij Brielle bezocht door 320 pelgrims
uit Schoonhoven. Hiermede zijn voor dit jaar de
processien afgeloopen. In het geheel arriveerden
er dit jaar 12,109 pelgrims. In 1887 bedroeg
dit aantal 12,300 en in 1886 11,846.
De verjaardag van onze geliefde Prinses zal naar wij
veruemen, tegelijk met de herdenking van de
vernietigiug der onoverwinnelijke vloot op de Christe
lijke school alhier feestelijk gevierd worden.
De kleinen zullen o. a. boekwerkjes ontvangen
die de merkwaardige gebeurtenis, de verstrooiing
der geduchte Armada, behandelen.
Benoemd tot predikant bij de prot. gemeente
te Bandjermassing, Z. en O. afdeeling van Borneo,
de heer J. II. C. Israel, laatst predikant te Sas
van Gent.
Bij Zr. Ms. besluit is benoemd tot kanton-
rechter te Oostburg Mr. E. J. N. van Dam, thans
griffier bij het kantongerecht te Hulst, (door ons
reeds Woensdagmorgen aan onze lezers te Hulst
medegedeeld. Red.)
Zaainslag, 16 Aug. Jongstleden Zondagavond
tusschen 9 en half 10 ure, zou de huisvrouw van
J. v. E. alhier, H. M. geheeten, haar kind weg-
brengen uit de woning van zekeren C. L., bij wien
zij sedert eenigen tijd inwoont- en haar vast verblijf
schijnt te houden.
Onderweg werd zij plotseling aangevallen door
haren echtgenoot, die haar met een mes belangrijke
wonden in aangezicht en hals toebracht.
De aaugevallene bleef daarop bewusteloos liggen,
waarna v. E. zich onmiddellijk verwijderde. Toen
eenigen tijd later bovengenoemde C. L. haar in
dien toestand vond liggen, durfde hij haar geen
hulp verleenen uit vrees, dat daardoor de verden-
king van deze mishandeling vermoedelijk op hem
zou vallen. De vrouw werd alzoo bij vernieuwiug
aan haar noodlot overgelaten en moest nog gerui-
men tijd hulpeloos in dezen treurigen toestand
doorbrengen. Eindelijk echter keerde haar bewust-
ziju terug en wist zij weder de woning van C. L.
te bereiken, waar zij thans onder geneeskundige
behandeling is.
De politie, met de zaak in kennis gesteld, heeft
tegen v. E., die het feit ten voile bekent, proces-
verbaal opgemaakt.
Zauilislng. 16 Aug. Het nieuwe kerkgebouw
voor de doleerende gemeente alhier nadert thans
zijne voltooiing.
Naar men ons verzekert, zal het aanstaanden
Zondag, den 19 dezer, op de gebruikelijke wijze
worden ingewijd door ds. Wolff, predikant bij die
gemeente te Axel.
Jliddelburg, 17 Aug. In de gisteren avond
gehouden vergadering der liberale kiesvereeniging
z/Eendracht maakt macht" alhier is met groote
meerderheid tot candidaat voor lid van de Pro
vinciate Staten, in plaats van den heer Arie Smit
te Vlissingen, geproclameerd de heer C. L. van
Woelderen, directeur der Stoomvaart-Maatschappij
^Zeeland," die bereids door ,/Algemeen Belang"
te Ylissingen mede met meerderheid van stemmen
als zoodanig werd gekozen.
Door de afwezigheid van den heer Van Woelderen
kon niet worden geconstateerd of eene eventueele
benoeming hem zou lijken.
Gisterenavond zijn met den sneltrein van 9
uur alhier H. K. H. de Prins en Prinses Von
Wied met gevolg gearriveerd en dadelijk met open
en gesloten rijtuigeu van den stalhouder J. J.
Hendrikse naar Domburg vertrokken.
Naar men wil moet dit voor Domburg zoo eervol
bezoek te dauken zijn aan het intermediair van
den daar vertoevenden Dr. Metzger.
Heden morgen zijn de, voor een gelost wor-
denden, aan den Kinderdijk staanden boerenwagen,
losgemaakte paarden te water geraakt en niet dan
na veel moeite en na voorttrekking door al de
kaden op 't dioge gebracht. Een massa menschen
woonden die ongewone zwempartij bij.
De Staats-Courant van 14 Augustus bevat het
volgende verslag omtrent de verwachtingen van den
oogst van 1888 in de provincie Zeeland.
Van de tarwe en wiutergerst, hoofdgewassen in
deze provincie zal het beschot beneden het gemid-
delde zijn; ook de hoedanigheid schijnt over het
geheel te wenschen over te laten. De stand is dun
en het gewas door de vele regen en wind tegen den
grond geslagen.
De rogge staat hier en daar eenigszins beter dan
de tarwein Zeeuwsch-Vlaanderen, het gedeelte der
provincie waar dit gewas het meest voorkomt, is de
verwachting echter laag gestemd.
Zomergerst en haver laten eene betere uitkomst
verwachten, zoodat de opbrengst, bij droog oogst-
weder, het gemiddelde zal kunnen bereiken.
De paardenboonen zijn welig outwikkeld, en de
vruchtzetting was gunstig, zoodat de oogst van dit
gewas ruim kan zijn.
De stamboonen (witte en bruine) hebben veel
geleden van de natte weersgesteldheid, zoodat de
verwachting niet hoog is. Dit is ook het geval
met de erwten. Bij beide gewassen kan warm en
droog weder echter nog veel verbetering aanbrengen.
Het koolzaad mislukte voor een goed deel reeds
bij den uitzaai in het najaar, en het overgeblevene
doorstond den winter slecht. Er wordt met enkele
uitzondermg slechts een gering beschot verwacht.
Vlas werd zeer veel uitgezaaid en stond aanvan-
kelijk goed. Het oudervond echter zooveel be-
lemmering in den groei, dat zelfs het beste te kort
gebleven is. Van het grootste gedeelte is de waarde
gering, doch de prijzen waren in verhouding tot de
hoedanigheid hoog. De zaadopbrengst zal hoogtens
middelmatig zijn.
Karweizaad ontwikkelde zich grootendeels gebrek-
kig en gaf, ook door ongunstig weder bij de inzame-
ling, geene voordeelige uitkomst.
De uienteelt, in enkele streken zeer belangrijk,
kan, bij gunstige weersgesteldheid, nog naar wensch
uit vallen.
Van de meekrap, die nog steeds maar op zeer
kleine schaal wordt uitgeplant, is de stand gunstig.
Aardappelen beslaan dit jaar eene groote opper-
vlakte. De ontwikkeling is zeer gunstig geweest,
doch door het aanhoudeud regeuweder vertoont zich
de gewone ziekte op onrustbarende wijze, waardoor
opbrengst en hoedanigheid evenzeer bedreigd worden.
Van de suikerbiet, mede veel verbouwd, was de
opkomst ongunstig, terwijl de herzaaiing veelal
mislukte. Men verwacht over het geheel slechts
eene matige opbrengst.
Op den mangelwortel is hetzelfde van toepassing.
Voor klaver en andere voedergewassen waren
winter en voorjaar zoo ongunstig mogelijk, en zijn
de opbrengsten dientengevolge uiterst schraal.
De wei- en hooilanden hadden laat in het voorjaar
nog een zeer ongunstig aanzien. In den voorzomer
herstelde dit zich echter vrijgoed en thans is de
grasgroei zelfs bijzonder welig. De hooioogst was
op de vaste weiden middelmatig, op kunstweiden
zeer gering. De inzameling wordt door het natte
weder uitermate bemoeilijkt.
Eergisteravond ongeveer 10 uur had een begin
van brand plaats op het Kermisterrein, Nieuwe
Veemarkt te Rotterdam. In de tent van den heer
Albert was brand ontstaan en wel, naar men me-
dedeelt, doordat een brandende sigaar, in een dicht
geslagen parapluie gevallen, na geruimen tijd eene
onaangename smeullucht afgegeveu te hebben, de
parapluie op eenmaal geheel vlam deed vatten.
De parapluie van eene dame op den eersfen rang
en op een der eerste reien gezeten, gaf zulk een
onheilspellende vlam, dat onder den kreet van
brand in de tent een paniek ontstond, die het
ergste deed vreezen. Onder een ontzettend ge-
schreeuw en gegil stormde het publiek naar de
uitgangen, die, niet berekend voor zulk een aandrang,
het pnbliek niet spoedig genoeg een uitgang kon-
den verleenen. Pogingen om de houten wanden
te forceeren, mislukten, wel slaagdeu eenigen er in
de dakplanken op te duwen en zich van het dak
langs de steunbalken naar den beganen grond te
laten afzakken. Van buiten leverde de tent een
eigenaardig gezicht. Het publiek, dat door de uit
gangen kwam, gunde zich den tijd niet van den
trap gebruik te maken, neen, men sprong van de
balustrade op de menschenmassa naar beneden.
Dametjes, die anders zonder hulp van een sterker
arm niet van een stoel kunnen stappen, sprongen
nu op goed geluk op de menschen, die, nieuwsgierig
wat dat geschreeuw beteekende, te zamen waren
gestroomd. De politie, direct bij de hand, trachtte
het spel binnen te dringen aan de voorzijde, daar
was echter geen sprake van; aan de achterzijde
slaagde zij beter en aan haar kalm optreden is het
te dauken, dat het onheil geen grootereu omvang
heeft genomen. De kermisgangers, die zich in de
andere gangen tusschen de tenten en krarnen be
vonden, werden van het ongeval niets gewaar, daar
het kermisgejoel het noodgeschreeuw overstemd had.
De brandweer kwam spoedig met veel personeel,
doch be'noefde geen dienst te verleenen. Spuiten
15 en 14 waren het eerst op het terrein. Een
kwartier na het ongeval werd al het gaslicht aau
de buitenzijde weder ontstoken en het publiek uit-
genoodigd de voorstelling opnieuw met een druk
bezoek te vereeren.
Men verneemt, dat een meisje uit de Breedstraat
onder den voet geraakte en op hoofd en borst ge-
trapt, ernstig inwendig gekwetst is. Velen kregen
blauwe plekken, terwijl een jongmensch een blauwen
scheen bekwam.
De veldwachter N. v. L. en diens echtge-
noote, uit Haarlemmermeer, bevonden zich Zater-
dag met twee kinderen bij familie te Mijdrecht.
Hun jongste zoontje (4 jaren oud) werd spelende
bij een aldaar staanden molen zoodanig door een
molenroe aan het hoofd getroffen, dat het aan de
gevolgen overleed. Tot overmaat van ramp ge-
raakten zij op de terugreis dienzelfden avond aan
den Uithoorn met paard en wagen te water. Na
een geruime poos zonder hulp te hebben getobc
om alles weder op het droge te brengen, konden
zij hun tocht voortzetten.
Men kan zich de treurige thuiskomst en de
smart der bedroefde ouders voorstellen, als men
bedenkt, dat zij dezen winter ook hun oudsten
zoon verloren, doordien deze in de Ringvaart door
het ijs zakte en verdronk.
't Zal zeker bij menigeen der vele Amster-
damsche kooplieden in oude kleeren enz. een gevoel
van ijverzucht kunnen opwekken, te vernemeu
welk een gelukje een hunner vakgenoten te Utrecht
gehad heeft. Deze, zulk een handel drijvende in
een der straton van wijk C., kocht voor een halven
gulden een bed, dat hij daarna wilde schoonmaken.
Hij tornde het daarom open doch stuitte weldra
op een tabaksdoos, welke bij opening bleek in te
houden behalve een zilveren horloge met ketting,
eene som van /4000 aan bankpapier.
De verkooper, die alzoo geruimen tijd slapende
rijker was dan wakende, wenschte, naar men zegt,
het geld terug, maar de koopmau houdt vol, dat
hij onvoorwaardelijk alles gekocht heeft. Hij maakte
zich dan ook reeds gereed, om met de gevonden
schat aan zijn zaak uitbreiding te geven.
Te Dreischor (Schouwen) werden Zondag bij
de heeren M. van der Linde, lid van den raad, en
J. van der Linde, dijkgraaf, een aantal glasruiten
ingeworpen. De aanleiding hiertoe schijnt te bestaan
in ontevredenheid van het volk over een genomen
besluit. Zooals bekend is, zijn in die gemeente een
aantal vlasboeren, die een 400tal personen in het
werk hebben. Reeds ten vorigeu jare is aan het
polderbestuur een verzoekschrift ingediend, om het
water 20 duim boven nul in den polder te laten
staan, ten einde het vlas te kunnen rooten. Dit
verzoek is toegestaan, doch thans schijnt genoemde
dijkgraaf te hebben bevolen dat al het water moest
worden weggemalen, zoodat het vlas moest rooten
in den modder. Dit geeft eene moeielijke bewerking
en van daar de ontevredenheid van de arbeiders,
die zich op bovengenoemde wijze lucht gaf.
Maandag was de justitie daar ter plaatse, doch
na eenig onderling overleg is alles tot de orde
wedergekeerd.
Op Tesselstroom bewegen zich sedert eenige
dagen groote troepen bruinvissehen. Soms ziet meu
meer dan honderd van die dieren bijeen. De vraat-
zuchtige zeebewoners die millioenen kleine visschen
verslinden maken vermoedelijk jacht op makreel.
Deze vischsoort komt meermalen bij groote scholen
de zeegaten binnen en wordt dan gewoonlijk door
tal vau bruinvissehen achtervolgd.
Van Akkium vertrok deze week weder een
transport vee, bestaande uit ruim 70 koeien, die
door elkander door de Spaansche kooplieden met
ruim f 200 per stuk waren betaald. Drie inge-
zeteuen van dat dorp vergezellen dit transport tot
Saragossa.
Omtrent het bezoek van het Amerikaansch
gezelschap aan Marken vertelt het Handelsblad
onder anderen
,'t Spreekt van zelf dat ook de woning van
Marretje Thijssen, de populaire Markensche weduw-
vrouw, bezocht werd. Hare woning heeft 't best
het oorspronkelijk karakter bewaard. Dat staatsiebed
met de mooi gewerkte kussens, de fijn gesneden
houten stoofjes, de blauwe bordeu in het vertrek
opgehangen en eindelijk de stookplaats in het midden
van het vertrek alles werd met nauwkeurigheid
bezichtigd en aan alle kanten hoorde men de meest
verschillende uitroepen van verrassing en verbazing.
Ook de oude vrouw zelf, met haar verweerd doch
vriendelijk en eerlijk gezicht, die ter eere barer
bezoekers en tot lust harer bezoeksters een helder
mutsje op de grijze haren zette en het wM goed
bedoelde, doch zich zoo leelijk versprak, toen zij
zei, dat zij na haar mans dood zoo gelukkig was
geworden. Zij raeende, dat eerst na den dood van
den //goede ziel" hare woning de opmerkzaamheid
der touristen had getrokken, zoodat zij geheel van
hunne giften kan ieven en dus onafhankelijk van
hare kinderen was.
Een der Amerikaansche heeren had een draagbaar
photographietoestel medegebracht en toen een deel
van het gezelschap en ook hij de woning eener
jonge moeder binneutrad, die bij haar jonge telg,
troouende in den kinderstoel, zat aardappelen te
schillen een schilderijtje van Artz, Kever of
Witkamp wilde hij een lichtdrukje van het
aardig tafereeltje maken. Die kleine man, op een
wortel kluivende, met zijne wangen van melk en
bloed en de vreemde bezoekers begroetende met
een boeboeboewerd door al de
dames geknuffeld en gekust en de jonge moeder
keek het met een fieren glimlach aan. Maar toen
de Amerikaan voorstelde haar kind te photogra-
pheereu, kwam haar moederhart in opstand. Hoe
van haar kind, van haar eigen vleesch en bloed zou
een plaatje gemaakt worden, dat misschien wel in
Amsterdam voor de winkelkasten te koop zou han-
gen Dat nooitDaar wilde ze niet aan gelooven.
Vergeefs gepoogd haar aan het verstand te brengen
dat "haar kind niet in Amsterdam verkocht zou
worden. Een plaatje van haar kind Neen, daar
was de kleine haar dan toch te na voor!''
Dezer dagen verdween van 't tooneel der
Roermondsche wereld een brave oude vrouw, wie
indertijd een geluk overkwam, dat slechts weiuig
echtgenooten mogen smaken.
Zacht en kalm ontsliep toch na een werkzaam
leven, in den gezegenden ouderdom van 88 jaren,
Maria Josepha Cremers, weduwe van Jan Sniedt,
moeder van een vierling, alien zoons.
Op den 13dan Mei 1837, 'sochtends te 9 uren,
werd geboren Lodewijk Jozef, een kwartier later
Frans Jozef Alexander, weer een kwartier later
Jan Jozef Leopold en ten slotte om 10 uur Jan
Lodewijk Maria.