A1 g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
YVoensdag 23 Mei 1888.
No. 2402.
28e Jaargang.
BRANDS C H 0 U WIM G.
Uit ds Zssmanswgrsld*
Binnenland.
ABONNEMENT:
F EUILLETON
Per drie maauden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$.
Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busbouders.
mmm
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
nit
bind verMchljeit Oinadng- en Vpljdagnvoiid bij den nltgeeep P. J. VAN »E S A N E te Ter Neuzen.
In den loop der volgende week zal, ingevolge
art. 35 der verordeniug op de brandweer, aan de
huizen der ingezetenen in de kom dezer gemeente
eene BRANDSCHOUWING plaats hebben.
Ter Neuzen, 22 Mei 1888.
Burgemeester en Wetbouders aldaar,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
jPolitielt tkverzicht.
De toeneinende verbetering van den toestand des
Duitscken Keizers scbijnt op een deel der pers een
weldadigen mvloed uit te oefenen, wat betrelt de
beoordeeling der vorstin, de behandeliug des zieken
Keizers en de wetenschap van Dr. Mackenzie. Men
leest nu in geen Duitsch blad meer van onvol-
doende verzorging en grove fouten der doctoren.
In Erankrijk is Boulanger nog de held van den
dag, maar de beruchte ex-generaal wordt meer uit-
gefloten dan bewierrookt. Maar bij moet nog meer
booren dan gettuit. Men beeft beweerd, dat hij
omkoopbaar is en valschheid iu geschrifte heeft ge-
pleegd met het bewuste boek L'invasion alleraande,
ceschreven door Barthelemy, medewerker aan het
blad Paris, onder den uaarn van Boulanger, om
reclame te maken, waarvoor deze 100,000 trancs
zou ontvangen hebben. De hootdredacteur van den
Paris wil, dat zijn collega dit bericht voor logen
zal verklaren, doch deze heeft in plaats daarvan
ontslag genomen. Dat Boulauger een hotel gehuuul
heeft voor 12000 fr. per jaar dient nader beves-
tigd te worden en dat aan den wensch van velen
om Boulanger te behandelen als pretendent en hem
uit de republiek te verbannen zal voldaan worden,
is onwaar, daar de regeering zulk een banvonnis
niet mag uitspreken, want de ex-generaal is met
van Koinuklijken bloede en de staat van beleg is
niet afgekondigd. Vele leden van de Ligue Patriote
hebben de vereeniging verlaten, nadat men zich
bij verrassing voor Boulanger heeft verklaard.
Even als de Amerikanen beletten thans ook de
Britten de iinmigratie der Chineezen. Ofschoon in
de kolonien een hoofdgeld van tien pond van elken
Chinees reeds wordt geheven en de reeders op
hunne schepen voor elke 100 tonnen last slechts
een Chinees mogen vervoeren, komen de bewoners
van het Hemelsche rijk toch als hagel en zaad iu
Nieuw Holland binueu. Voortaan laat de regeering
van New-South-Wales geen Chinees meer toe.
China is hier en daar overbevolktde zucht tot
eimgratie neemt toede Chinees werkt als een
ezel, is zuinig, vergaart schatten tegen hem kan
niemand concurreeren, hij is een uitnemend goud-
zoeker enzoodra hij den aap binnen heeft,
gaat hij naar zijn eigen morgenland om de wiust te
(S 1 o t.)
De een zag als wezenloos strak voor zich, de
ander morde en vloekte, een derde bad of steunde,
terwijl nog weer andere reepjes leer van de laarzen
of stukjes hout van de riemeu sneden en daarop
kauwden.
Kortom, 't was een onbeschrijfelijk lijden, waar-
aan de arme zwervers waren prijsgegeven.
Geen zeil was nog gezien, zelfs niet op verren
afstand. Gelukkig behielden de kapitein en zijne
stuurlieden nog steeds hunne bedaardheid, ofschoon
't bovenmenschelijke inspanning vorderde, om zich
niet eveueens aan wanhoop over te geven. Op den
elfden dag, tegen den avond, hield de kapitein in
stilte scheepsraad met zijne stuurlui, die met hem
achter in de barkas zaten.
Na zich van hunne instemming met zijn voor-
stel te hebben verzekerd, sprak hij de bemanning
aldus aan //Mannen, je weet dat wij alien eens
moeten sterven. Ons beroep stelt ons aan veel
talrijker gevaren bloot dan de landbewoners. Wan-
neer nu ons sterven voor anderen nuttig kan ziju,
moet de dood, dunkt mij, geen verschrikking meer
wezen. Wij alien sterven nu een langzamen ellen-
digen dood. Wellicht zouden een en twin tig levens
verteren ziedaar de redeneu, die den premier
Sir Henry Pajker hebben doen besluiten geen
Chinees meer in Australia toe te laten. Zoo'n
kaalkop is anders geen slirame venthij is de
meest onberispelijke en minst hinderlijke van alle
burgers, verstoort nooit de openbare orde en geeft
aan overheid en politie geenerlei last. De zonen
van het Hemelsche rijk zijn met de besluiten niets
ingenomen.
De ellendige repnblieken in Zuid-Amerika sckijnen
gaande weg in de Europeesche beschaving te
willen deeleu. In de Argentijnsche republiek wil
men op groote schaal telegraaflijnen en spoorwegeu
aanleggen. In de schatkist is een netto overschot
en gaat het zoo voort, dan is de buitenlandsche
schuld in acht jaar gedelgd. Een goed uitzicht
weer voor onze jongelui, die met hun wetenschap,
aan hoogere burgerschool of gymnasia opgedaan
hier geen uitweg weten. In de landen waar de
bloeitijd aanbreekt, is een heerlijke toekomst voor
jongelui, die moed hebben en willen. Jammer,
duizendmaal jammer, dat ons landje er zoovele
lafaards of bedorven zoontjes heeft, die meeuen
niet van moeders pappot gescheiden te kunnen
worden. Ginds over de zeeen, daar is goud, daar
is al wat uwen werkzamen geest kan bevredigen
naar Japan, naar China, naar Deli, naar Zuid—
Afrika, naar Argentina, Peru, Chili en Midden
Amerika, gij jougelingen, die uwen leertijd goed
besteed hebt. Uw vaderland vindt ge wel weer
waarom hier omzwendelende en zoekende, als het
ginds voor het 't grijpen is. De wereld is groot
en de afstanden zijn verdwenen.
De bekende Engelsche schrijver Sir Charles Dilke
heeft dezer dagen eene brochure uitgegeven, waarin
wordt betoogd, dat een oorlog tusschen Erankrijk
en Engeland zeer wel mogelijk is, waarbij dan
Rusland onmiddellijk de partij van de eerste
mogendheid zou kiezen. Het gevaar schuilt volgens
den schrijver in het Boulangisme, dat jegens
Engeland vijandig gezind is. Dilke heeft dat ge
vaar geput uit de Cocarde, het bewuste orgaan van
Boulanger. Als men hierbij in aanmerking neemt,
dat Dilke onophoudelijk aandringt op versterking
van Engelands macht, dan kan men ook voor waar
aannemen, dat het gansche geschrijf zijn oorzaak
vindt om een drangredeu te vinden, teneinde de
Engelsche belastingschuldigen een goeden greep in
de beurs te laten doen. Eenige dagen geleden heeft
de Daily Telegraph nog een sensatie makend artikel
gepubliceerd over den bedroevenden toestand, waarin
de vloot en het leger van Engeland verkeeren.
Tusschen een en ander is verband te vinden.
Dat de Turksche schatkist er berooid uitziet is
volstrekt geen wonder en de ambtenaren klagen
steen on been, omdat hunne traktementen niet
worden uitbetaald. Om de uitbetaling van ten-
miuste eene maand mogelijk te maken heeft de
gered kunnen worden, zoo er een menschenleven
werd opgeofferd. „Welnu," hier begon de stem
zeer te haperen begrijpt jelui wel wat ik zeggen wil,
er moeteen van ons ge dood worden
om de anderen misschien te redden." Ver-
schrikkelijk denkbeeld voor den laudbewoner even
onnatuurlijk als onbegrijpelijk. Zelfs de stoutste ver-
beelding vermag zich bijna geene omstandigheden te
denken, zoo verschrikkelijk, zoo ontzettend, dat be-
schaafde menschen zich tot kannibalen kunnen verla-
gen. Wie evenwel de folteringen kent door honger en
dorst veroorzaakt, mag zulk een beklagenswaardig
lot al niet billijken, maar begrijpen kan hij 't zeker.
Toen de kapitein met groote moeite zijn toespraak
geeindigd had, ving de bootsman aan te spreken
u Kapitein, 't komt ons niets koud over; maar mij
dunkt alsdat de oude buiten spel blijft." ^Dankje
voor je goede bedoeling, bootsman, maar ik doe
even goed mee als de restik deel in al het lief
en leed dat jelui treft."
//Nu, kapitein, dat is dan uw zaak. Een van
ons alien moet er dan in godsnaam maar aan ge-
looven en ik voor mij stem toe, want T is nog
beter door je kameraads gegeten te worden, dan
straks door een haai te worden ingesloktwat
zeggen jullie er van, jongens //Aangenomcn
riep de een. //Wat scheelt het mij antwoordde
een ander in vertwijfeling. Het vreeselijk voorstel
werd met algemeene stemmen aangenomen.
Twee en twintig nummers, door den kapitein op
Sultan voorloopig afstand gedaan van zijne civiele
lijst mede voor het tijdsverloop van eene maand.
en wel van de maand Rhamadan. Dat is de tijd
van vasten en afzondering. In deze maand ging
de groote profeet Mohammed altijd de woestijn in
om zich met den Engel Gabriel te onder-
houden.
De Servische vorstin keert vooreerst niet naar
haar land terug. De bijeenkomst met haar gemaal
te Weenen heeft niet tot verzoening geleid en
Natalie is reeds naar Wiesbaden vertrokken, waar
haar tegenwoordigheid zeker minder gevaarlijk is
dan te Belgrado. En hiermee nemen we voor dit-
maal afscheid van het Balkan-schiereiland.
De slechte behandelingen, die de lsraelieten in
Rusland, Rumenie en Hongarije ondervinden, doet
menig Jood verhuizen, vooral naar Weenen. In
Oostenrijks hoofdstad is de Joodsche bevolking in
den laatsten tijd zeer toegenomen en bedraagt nu
reeds 14 pet. der bevolking. Drie en vijftig pet. der
advocaten is Joodsch, terwijl 86 pet. der Anwalts-
caudidaten" tot deze geloofsbelijdenis behooren.
Voegt men hierbij, dat 8 pet. der journalisteu
eveneens vereerders der Mozaische wet zijn en de
Joden eigenaars van groote kapitalen, dan heeft men
de oorzaken, waardoor onder de Weener bevolking
nijd en afgunst beginnen te heerschen.
De Minister van Marine brengt ter kennis van
zeevarenden, dat in den vervolge aan te vangen
met of na den 1 Juli aanstaande van de licht-
torens hier te lande, des nachts aan schepen in
nood door vuurpijlen seinen zulleu worden gegeven.
Die seinen zullen zijn
1°. het afsteken van eene vuurpijl, als bewijs dat
het noodsein van het schip op den lichttoren is
gezien, of wel dat het in nood verkeereud schip
op den lichttoren is opgemerkt geworden en
2°. het afsteken van 2 vuurpijlen binnen eene
minuut na elkander, zulks als bewijs of belofte
dat, in verband met weer en wind, aan het schip
hulp zal worden verleend.
Het vijfentwintigjarig bestaan der Weesin-
richting te Neerbosch zal in de volgende maand op
plechtige wijze worden herdacht. Reeds worden
toebereidselen gemaakt, om alle feestgangers te
kunnen ontvangen. Van de meer dan 1000 weezen,
die de inrichting verlaten hebben, hebben er een
aantal bericht gezonden, dat zij t.egenwoordig zullen
zijn. Thans is ook door het personeel dezer inrichting,
benevens door de meer dan 850 weezen, die daar
verblijf houden, besloten, op dien dag een gedenk-
teeken te onthullen in den vorm van eeue pyramide,
dat men midden op de speelplaats der inrichting
wenscht op te richten. De eene zijde zal het
opschrift dragen //God alleen de eer." Aan de
blaadjes uit zijn zakboekje geschreven, werden ge-
vouwen en in een zuidwester gedaan. Stuurman
Karel ging er mee rond en liet ieder der schip-
breukelingen een nummer grijpen. Nummer dertien,
't ongeluksnummer bij alle bijgeloovigen, zou ook
hier het beslissend nummer zijn, dat't doodvonnis
eens sehepelings behelsde. Stuurman Karel, de
opperstuurman van de Adeline trok het rampzalig
lot. Alhoewel hij inwendig diep ontroerde, vooral
toen hij aan vrouw en kinderen dacht, kon nie
mand iets aan zijn gelaat bespeuren dat naar vrees
of ontsteltenis geleek.
//Mannen," sprak de kapitein, ,/t lot heeft be-
slisteen onzer, zoo ik geloof de knapste en
beste is gedoemd om" hier begon de koene
spreker te snikken. Een poos later, na zijn gevoel
met geweld bedwongen te hebben, vervolgde hij
z/maar mij dunkt om het vonnis niet voor morgen
ochtend te voltrekken,misschien brengt de nacht
nog uitkomst. God geve 't 1" ffAmen riepen
een paar stemmen. //Goed //best//All right I"
klonk 't voor uit de boot.
De vreeselijke morgen daagde.
Men maakte zich gereed het schrikkelijkst bedrijf
van het drama af te spelen.
Toen klonk er evenwel eensklaps een vaste stem
voor uit de boot, 't Was de stem van den Afri-
kaan. //Makkers," sprak hij, „'t lot heeft wel is
waar stuurman Karel tot den dood veroordeeld,
maar 't zal jullie toch zeker wel onverschillig zijn
achterzijde: //I Juni 18631888." Aan de
zuidzijde: //God is een Vader der weezen" en aan
de tegenovergestelde zijde: #Degenen, die geloofd
hebben, zullen deze teekenen volgen. Mark. 16
17." Boven op dit stuk zal een monument worden
geplaatst. Het inwendige zal een kistje bevatten
met de namen van hen, die aan dit monument
hebben bijgedragen.
Omtrent den brand, die in de fabriek van
gebrs. Palthe te Almeloo, gewoed heeft meldt men
aan de Zw. Ct. o. a. het volgende:
In het lokaal waar de stoffen met benzine enz.
behandeld worden, ontstond des namiddags voor 2
uur brand. De werklieden dezer afdeeling verlieten
het lokaal, sloteu de ijzeren deuren en ramen en
lieten voortdurend stoora daarin. In het voile ver-
trouwen in de zoogenaamde brandvrijheid van het
gebouw en in deze wijze van blusssching, die bij
vroegere dergelijke ongevallen doeltreffend was ge-
bleken, werd hiermede voortgegaan. Te half zeven
werd een hevige ontploffing gehoord en sloegen de
vlamraen naar buiten. Acht werklieden werden ern-
stig verwond, onder geleide van den arts De Vlie-
ger, naar het ziekenhuis vervoerd. Van twee wordt
de toestand hoogst ernstig genoemd. Twee keerden
reeds naar hunne woningen terug. Allen lijden zeer.
De brand bleef vrij wel beperkt tot het op een
paar meter van de overige gebouwen verwijderd
lokaal, maar de vuurzuilen die hieruit en uit den
ketel, waarin de benzine bewaard werd, rezen, waren
dikwerf angstwekkend.
Naar de N. R. Ct. verneemt, is einde Maart
Zr. Ms. stoomscbip Van Speyk naar Amboina
gedirigeerd, om, iu vereeniging met de stoom-
schepen Java en Flores en den gouvernements-
stoomer Arend, zoo noodig de negerijen te tuchtigen
op het eiland Selaroe (Tenimber-groep) bij niet—
betaling der boete, opgelegd wegens den moord,
gepleegd op een deel der bemanning van eene
prauw, en voor het plunderen van dit te Daweloor
te huis behoorende vaartuig.
De heer S. G. Geertsema Beckeringh, predi-
kant te Schoondijke, verzoekt namens de commissie,
die zich het lot heeft aangetrokken van de weduwe
van het hoofd der school te Sasput, K. Boelen, en
voor haar en haar gezin giften heeft ingezameld,
mede te deelen, dat in de couranten geen verant-
woording zal worden gedaan van de ingekomen
giften, wegens de daaraan verbonden hooge adver-
tentiekosten.
Zij, die evenwel bericht van ontvangst hunner
giften wenschen, kunnen dit bekomen indien zij
zich met goed adres tot bovenbedoelde commissie, te
Schoondijke, wenden.
Van Atjeh blijven de berichten ongunstig:
de beri-beri woedt er onvermoeid voort en de vijandige
bevolking laat ons geen rust. Zij stelt zich niet
of gij je honger stilt met het vleesch van een blanke
of met dat van een zwarte. Ik ben het leven
verschuldigd aan stuurman Karel, die eenmaal het
zijne voor mij in de waagschaal steldenu is de
tijd gekomen om af te rekenen."
wHoud op, Sambo, goede vriend riep Karel.
z/Ik ben de aaugewezen persoon en duldt niet dat
een ander voor mij zal vallen."
„Wacht even," hernam Sambo weer, ffu mag
niet vrij over uw leven beschikken, want ge hebt
eene vrouw en zes kinderen, voor wie dat leven
dierbaar is. Sambo heeft niemand op de wijde
wereld die hem zal missen, Sambo heeft geen
vaderland, geen moeder, geen vader, geen zuster,
geen broeder, geen geliefde. Sambo is heer en
meester over zijn eigen leven. Wel was hem het
leven zoet, maar nu stuurman Karel, zijn redder
en vriend, vallen moet, wil Sambo met zijn leven
dat van zijn blanken vriend vrijkoopen."
T Was een hoogst pijnlijk oogenblik, zoowel
voor stuurman Karel als voor de overige schip-
breukelingen, die, ondanks alle smarten door den
honger veroorzaakt, toch weer iets menschelijks
in zich voelden opwellen, dat een oogenblikje het
bitter wee bedrong.
Nog eenigen tijd duurde het pijnlijk onderhoud
tusschen de edelmoedige ongelukkigen voort, doch
toen trok Sambo zijn scherp mes, prevelde een
gebed, hief den arm met het moordtuig omhoog,
maar ontving tegelijkertijd een slag op den arm,
I