Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2391. Zaterdag 14 April 1888. 28e Jaargang* ZONDER .NAAM. Binnenland. A ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Yoor Amerika f 1,32^. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer /0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaartot veel verminderden prijs. ttit bind verschijnt Dlnsdag- en Vrijdngavond bij den nltecver P. VAN DE S A N D E te Ter Neuzen. Jr*olitieli Overzicht. De Fransche leveumaker laat nog steeds veel van zich hooren. Over zijn politiek laat hij zich niet uit, tnaar zegt steeds, dat dit zijn geheim is. Zeer voorzichtig van den snaakhij kan dan eens zien, hoe de kat uit den boom komt en zijn Boulangisme doen uitloopen op Bonapartisme, op Orleanisme, op opportunisme, op radicalisme, op socialisme, kortom, op alles, zoo 't maar in zijn kraam te pa9 komt. Te Duinkerken is eeue vergadering gehouden, oin de kandidatuur van Boulanger in het departement j/Nord" aan te bevelen. Laguerre sprak er ook en eindigde met de woorden//Boulanger zal worden uitgeroepen tot opperbevelhebber van ons leger op den dag, waarop onze soldaten zullen op- rukken naar onze oostelijke grenzen." Weet die man met zijn dikke woorden niet, dat iemand aan de Spree gezegd heeft, dat, zoo de Franschen weer ruzie kwainen maken, het hun wat minder zou vergaan dan in '70 en '71? De naam //Laguerre" wekt in Duitschland evenmin schrik als die van Boulanger. Frankrijk is tegenover de triple alliantie weerloos en totaal machteloos, zoo Engeland zich mede ver- bonden heeft tot een quadruple alliantie. En al bromt dan de Czaar, dat men het in Parijs hoort, dan is er nog niemand bang, voor geen Laguerre, voor geen Boulanger en voor geen Czaar. Te Carcassone, te Perigueux, te Laon heeft Boulanger zijn kans bij de verkiezing verspeeld, maar in het departement der Dordogne schijnt zijne verkiezing zeker te zijn. Opmerkelijk is het, dat verscheidene gezanten van groote inogendheden Parijs hebben verlaten, men brengt dit vertrek in verband met het weinige vertrouwen in het kabinet—Floquet. De Russische gezant heeft Parijs niet verlaten. Zoo zou er dan opnieuw eene verkoeling zijn ontstaan tusschen 'skeizers gemalin en von Bismarck. Opnieuw, want de vriendschappelijke betrekking tusschen die twee schijnt nooit zoo groot te zijn geweest, evenmin als tusschen haar en den schoon- vader zaliger. Wij meenen, dat de overbekende Straus vroeger eens eenige leerredenen heeft uit- gegeven, die aan de kroonprinses zijn opgedragen en over welke daad keizer Wilhelm zijne ontevreden- heid heeft betuigd, evenals de rijkskanselier, 't geen uit de voorrede van genoemde leerredenen bleek. De oorzaak der verwijdering zou ditmaal zijn voortgesproten uit een op til zijnde verloving van de tweeentwintigjarige prinses met Alexander van Battenbergex-vorst van Bulgarijewaaruit moeiiijkheden met Rusland zouden voortvloeien, tegen welke de oude kanselier zich niet bestand achtte. De Engelscbe vorstin, Victoria, thans in Italie, zou zeer voor het huwelijk zijn en zich daarom van Florence, waar zij koning Umberto en Crispi heeft ontmoet, naar Berlijn willen begeven. Hare dochter Beatrice is reeds gehuwd met een jongeren broeder van den voormaligen vorst van FEXJILLETaiSr. Ilistorisch verhaal van H. H. fGij hier, miju zoon riep hij. tOm uwentwil kwam lk hier, den keurvorst vooruitsnellend, dien ik op zijn wensch naar Ebersberg vergezelde. Hij wil den vrij beer begroeten, eer hij deze streek verlaat. Ik zou mijn vorst hier wachten, want ook moeder Anna wil hij danken voor al de weldaden, die zij zijn krijgers heeft bewezen, voor de hulp, die zij zieken en gewonden heeft verleend. Met een dacht ik moeder Anna te verzoeken, met haar hooggeroemde kunst mijn zoon te helpen, mijn geliefden zoon, die zijn ouden vader zoo gelukkig heeft gemaakt. En zie, ik vind u reeds hier HiJ wendde zich van Elimar af, en op moeder Anna toeschrijdend, die daar als vastgeworteld stond, met vliegenden adem en denstarenden blik op den zieken man gevestigd, vervolgde hij z/Vergeef het een vader, edele vrouw dat hij door de vreugde bij het weerzien van een geliefd kind, dat zijn hart met trotsch en geluk vervult, de plicht der hoflelijkheid, van den eerbied, die u toekomt, verzaakt. Vergun den kanselier, eer de keurvorst zelf het u verkondigt, vergun Leopold von Randnitz Bulgarije en deze jongeliedeu vergezellen haar steeds op hare buitenlandsche reizen, daar de Engelsche vorstin met de Battenbergers altijd zeer ingenomen schijnt te zijn. Dat Bismarck er tegen is, vindt zijn grond in zijn politiek. Te Petersburg zou men die verbindtenis met leede oogen aanzien, wijl men weet, dat de Battenberger bereid is om naar Bulgarije terug te keeren, zoodra hij door Engeland en eenige groote mogendheden wordt gesteund dat het afscheid van den Coburger den Bulgaren niet zoo veel tranen kosten zou en de nauwe verwantschap tusschen den vorst en den keizer van Duitschland eene uitnemende waarborg zou zijn voor de onaf- hankelijkheid van het vorstendom temeer daar een Duitsch vorst geen vasal van een Sultan zal willen zijn. Men zegt nu al, dat de toast van den kroonprins, waarin hij von Bismarck zoo in de wolken zette, dienst moest doen, om in vereeniging met Von Puttkamer en den beruchten Stocker de staatkunde van den nieuwen keizer tegen te werken. Hoe het ook zij, er bestaat iets, de politiek van den grijzen kanselier en die van keizer Friedrich is niet precies de zelfde. Trekt de eerste staatsman der wereld zich terug tot het burgerlijke leven, dan kan het heeten, dat zoo iets geschiedt om zijne hooge jaren, of met het doel om bij wijze van opvoedingsmaatregel te zien boe het zonder hem gaat, maar dan geldt de schijn niet voor 't wezen. Aan den noordwesthoek van het Zwarte werelddeel hebben de lui het te kwaad met den machtigsten staat uit de Nieuwe wereld. Het antwoord van den Sultan van Marokko op het ultimatum schijnt niet beleefd te zijn geweest, althans de gezant der Vereenigde Staten heeft zijne landgenooten aange- zegd, dat zij zich tot inschepen gereed moesten houden. Latere berichten geven hoop op eene minnelijke schikking. De van ouds bekende roovers in den Indischeu archipel, de Soeloe's, wier rijk ligt ten noorden van Borneo, worden door de Spanjaarden eens duchtig onder de hand genomen. De laatsten hebben veel grondgebied genomen en vele forten verwoest. Zoo ver hebben de Italianen het nog niet, de Negus is wel terug getrokken met zijn leger, maar met deze handeling kan men den Italiaan geen geluk wenschen, daar hij nu niet weet, boe lang het leger nog in het onherbergzaame en ongezonde oord op zijn „qui vive" moet blijven. De uitslag der gehouden verkiezingen voor een lid der Tweede Karner in de districten Breda, Druten en Steenwijk is als volgt: Breda Uitgebracht 2736 geldige stemmen, waarvan verkregen Hij stoktereeds bij de laatste woorden had hij scherp en scherper in het gelaat der onbewegelijk voor hem staande vrouw geblikt, een half onder- drukte kreet klonk van zijn lippen, de kruk ontviel zijn hand, als om hulp smeekend breidde hij beide armen uit: //Anna! //Leopold Leopold von Hollendorf gij de kanselier von Randnitz?" Het geluk van het weder- zien en de hoogste ontroering klonken uit Anna's stem. z/Ik ben het," zei de kanselier diep bewogen, z/ik prijs dit langgewacht oogenblik, zoo ge den berouwvolle, den zwaar gestrafte vergunt goed te maken, te vervullen, waarnaar hij sedert jaren met smart heeft verlangd. Anna, de moeder van miju Elimar rust reeds lang in het graf, ik ben vrij, vrij, om mijn schuld aan u te verzoenen, om u voor den tweeden keer mijn naam te geven Anna von Hollendorf, wees thans een Yon Rand nitz." ,/Uw naam 1" Stralend van vreugde richtte Anna zich op Ja, Leopold, ik neem hemniet uit ijdelen, wereldlijken lust," vervolgde zij, //maar ter wille van een ander, van een ongelukkige, die zich tot dusverre naamloos geloofde, dien ik den naam wil geven, die hem toekomt, de ouders, waarnaar zijn edele ziel smacht 1" z/Yan den //eenentwintigstevan George spreekt ge?" De kanselier wankelde. //Groote Godzijn Baron L. Michiels van Verduynen (Katholiek) 1945 stemmen. Mr. P. F. van Cooth (liberaal) 596 stemmen, zoodat gekozen is Baron L. Michiels van Verduynen. Druten Uitgebracht 1863 geldige stemmen, waarvan verkregen Mr. J. A. N. Travaglino (Katholiek) 1501 stemmen. Mr. M. Tydeman Jr. (liberaal) 216 stemmen, zoodat gekozen is Mr. J. A. N. Travaglino. Steenwijk Uitgebracht 2598 geldige stemmen, waarvan verkregen Jbr. Mr. C. J. Th. Beelaerts van Blokland (anti- revolutionair) 1400 stemmen. Mr. W. H. de Beaufort (liberaal) 1184 stemmen, zoodat gekozen is Jhr. Mr. C. J. Th. Beelaerts van Blokland. Het is nu reeds drie jaren geleden, zoo schrijft men uit Amsterdam aan het D. v. Z.-H., dat er geen gelegenheid gegeven werd om een examen af te leggen om tot ambtenaar bij de rijks telegrafie te worden benoemd. Naar wij uit goede bron vernemen, zal nu vermoedelijk nog dit jaar het examen voor klerk—telegrafist worden af- genomen, wegens het gebrek aan personeel, vooral van klerken, dat zich reeds sterk doet gevoelen op de groote kantoren te Amsterdam en Rotterdam. In den nacht van Maandag op Dinsdag is te \lissingen, na een smartelijk lijden overleden de populaire held uit den tijd van Belgischen opstand, wiens naam naast dien van Van Speyk eene historische beteekenis heeft gekregen Jacob Hobein, gepensio- neerd opperstuurman bij de Nederlandsche marine. Hij was te 's Hage den 8en Januari 1810 ge- boren en trad op 13jarigen leeftijd als scheepsjongen in 's lands zeedienst. Na eenige reizen kwam hij in 1830 in het vaderland terug en werd bevorderd tot raatroos 2de klasse. In dezen rang dieude hij in het jaar 1831 aan boord van Zr. Ms. kanonneerboot no. 33, onder bevel van den luitenaut ter zee le klasse De Haan, welk oorlogsvaartuig op de Westerschelde bij Phi lippine lag gestationeerd. In den vroegen morgen van 19 Maart had de commandant bevel gegeven, met eene gewapende sloep de visscherslieden, welke zich onder den wal bevonden, van daar te verjagen. Met grooten ijver werd deze lastgeving uitgevoerd, doch van lieverlede was de sloep in de nabijheid van het Belgische fort Elisabeth, in den Braakman, gekomen, toen een hevig vuur uit het fort op de sloep werd geopend, waardoor eenige manschappen gewond geraakten, zoodat het hoog tijd werd, voor het vijandelijke vuur de wijk te nemen. Daar intusschen de eb was ingetreden, geraakte de sloep bij het Schapenschor aan den grond en was de bemanning door het aanhoudend schieten verplicht ontroering, toen ik hem sprak van het wapen op die doos, mijn voorgevoel vOok het mijne werd eerst gisteren zekerheid," viel Anna hem in de rede. Sedert gisteren weet ik, dat slechts een dwaling mij mijn kind als dood deed beweenen. In net gewoel van den oorlog werden zijn verplegers gedood hij zelf verdween met vijandelijke ruiters. Eer ik mij van den ge liefden knaap scheidde, deelde ik het geschenk van den trouweloozen en toch onvergetelijken man, tusschen hem en mij. Hier, Leopold, is de benedenste helft van het doosje," haar bevende hand nam het gouden sieraad van den hals z/het bovenste gedeelte, met het wapen, siert de borst van den eenentwintigste z/Hij droeg het," zei Von Randnitz met een door tranen verstikte stem. //Anna, God liet ons vinden, om te verliezen, niet zonder doornen zal ons laat geluk zijn. Schenk uw moederlijke liefde alleen aan dezen," vervolgde hij, op Elimar wijzend, ,/hij zal haar verdienenons beider zoon stierf den den dood van een heldHij was de schepper van het plan, waardoor Demmin in onze handen viel zijn voet gleed van de gevaarlijke brug het moeras, Anna, is het graf van onzen geliefden zoon. z/En ik was het, die hem den dood gaf!" Elimar, die ademloos had geluisterd naar de woorden der beide echtgenooten, sprong op van zijn zetel//het lot had u minstens een zoon doen behouden, meent op het schor de wijk te nemen, waar zij tot des namiddags vier uren verbleef onder het trotseeren der grootste gevaren. Toen de vloed gekeerd was en het water begon te wassen, kwam de sloep vlot en dreef weg in de richting der Belgische kusten. Aan boord der kanonneerboot was dit alles opge- merkt, en op voorstel van den commandant boden zich een paar vrijwilligers aan, om te trachten de sloep te bereiken, wat echter door het vuren van den vijand niet mogelijk bleek, zoodat men onverrichter- zake, moest terugkeeren. Jacob Hobein, ondanks deze mislukte poging nog willende beproeven wat hij doen kon, sprong te water, doch moest nagenoeg verstijfd, onder een aanhoudenden kogelregen terug keeren, zonder zijn doel te hebben bereikt. Het kon niet lang meer uitblijven, of de sloep moest met de wapperende Nederlandsche driekleur in handen der Belgen vallen. Ten tweeden male begaf zich nu Hobein vrij- willig te water en bereikt thans zwemmende, onder het voortdurend vuren van den vijand, de sloep, klampte er zich aan vast, beklom haar, ontdeed de vlag van den stok en wikkelde die om het natte lichaam. Daarop trachtte hij weder eenig stuur in de sloep te brengen; dit gelukte en het vaartuig kwam weder aan het Schapenschor, zoodat de zich aldaar bevindende bemanning gelegenheid kreeg zich in te schepen, om daarna in gezelschap van den redder der Nederlandsche vlag naar de kanonneerboot terug te keeren. Koning Willem I benoemde Hobein wegens dit heldenfeit tot ridder der Militaire Willerasorde, waarna in latere jaren de benoeming tot broeder der orde van den Nederlandschen Leeuw volgde. Hobein bleef in 's lands zeedienst en maakte, steeds in rang opklimmende tot den hoogsten be- neden dien van officier (opperstuurman), verschil- lende expedition mede, o. a. ook die naar Bali, waarvoor hij in 1849 de gouden gesp ontving. Na 50 jaren dienst werd Hobein in 1875 ge- pensioneerd en vestigde hij zich metterwoon te Missingen. Op 19 Maart 1881 werd, onder groote deelneining van vorst en vaderland, het 50jarig jubile van Hobein's heldendaad gevierd en werd hem de zilveren medaille der Orde van de Eiken- kroon uitgereikt aan boord van Zr. Ms. kanon neerboot Hydra", door den commandant van dien bodem. Algemeen werd hem op dien dag hulde gebracht. Bij het standbeeld van den grootsten ouzer zeehelden Mi. A. de Ruijter werd hij door den heer J. Span- jaard, inspecteur van het loodswezen, op kernachtige wijze toegesproken, en na in triomf door de stad gevoerd te zijn, was hem eene plechtige ontvangst in het raadhuis bereid. Op dien dag ontving Hobein ook een vleiend schrijven van Z M. den Koning, alsmede van Prins Frederik, die daarbij een aan- zienlijk geschenk in geld had gevoegd. ge, ongelukkige man?" vervolgde hij. „Ge vergist u, on Randuitz heeft geen zoon, mag geen hebben, want deze andere werd, verblind door onzalige ijverzucht, verleid door een verachtelijken knaap, verhit door den wijn, een moordenaar Deze hand stiet den gehaten mededinger in de diepte van het moeras, sedert dezen morgen weet ik, wien zij trof. Hier, lees en richt mij Met deze woorden scheurde hij George's schrijven uit zijn wambuis en reikte het zijn vaderhet viel ter aarde, want in de grootste ontzetting was Von Randnitz teruggedeinsd. //Kain!" stamelde hij, Kain! Wees vervl. //Leopold, houd op, God is barmhartig; ver- twijfelend kwam uw zoon over dezen drempel, getroost mag hij heengaan, zonder schaduw is ons aller geluk. Volgt mij, maar bedwingt uw ontroering; de grootste stilte is noodig. En nu ziet hier!" Verjond door de uitwerking der vreugde snelde moeder Auna naar de aangrenzende karaer; zij sloeg de deur ver open, een heldere legerstede vertoonde zich aan de blikken van vader en zoon daarop rustte in vasten slaap George de eenentwintigste. Trots haar waarschuwing moest Anna toch nog door een veelzeggend gebaar den gelijktijdigen kreet van vader en zoon onderdrukken. Tusschen beiden tredend, vatte zij hunne handen, en ze in de hare vereenigd, zei zij zacht: z/Waar God zijn wonderen zendt, zouden men- TER NEIIZENSCHE 101IUVI

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1888 | | pagina 1