Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2369.
Zaterdag 28 Januari 1888.
28e Jaargang,
2)3
Haven Ter Neuzen.
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Eranco per post:
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busbouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot bet plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
im
blad verschljjnt Dinsdas- en Vrijdagavond hij den nltsever P. J. VAN DE S A N D E te Ter Neuzen.
Bij deze courant, behonrt een bijvoegsel.
Wij ontvingen het onderstaand schrijven; om
de belangrijkheid plaatsen wij het aan het boofd
van het blad.
Red.
Mijnheer de Redacteur
In uw blad van Woensdag jl. werd door u met
korte woorden melding gemaakt van het behandelde
in de Eerste Kamer op Vrijdag 20 Jan. In de
zitting van Zaterdag daaraanvolgende werd ecbter
door het geachte lid der Eerste Kamer voor Zee-
land den heer Moolenburgh, eene belangrijke rede
uitgesproken, die volgens het officieel verslag der
Kamer aldus luidt
,/Als de Minister op uitnoodiging van den heer
Van Roijen aan het reizen gaat, neem ik de vrijheid
een klein uitstapje met hem te maken naar het
zuidelijk gedeelte van het land.
Ik begin met mijn dank te betuigen aan den
Minister voor de welwillendheid, door hem te kennen
gegeven, naar aanleiding van de periode in ons
Verslag voorkomende, betrekkelijk de los- en
ladingsplaats aan het kanaal van Ter Neuzen. Deze
zaak is wel niet zoo belangrijk als die, waarop
de vorige geachte spreker gewezen heeft, (de heer Van
Roijen sprak over de spoorweg Groningen—Delfzijl)
maar het geldt hier toch ook een interessant plekje,
dat, wanneer de Minister toch aan het reizen zal zijn,
ook voor hem de moeite waard kan zijn te bezoeken.
Ik voeg er den wensch bij, dat de niting van den
Minister in deze niet moge zijn eene platonische
uiting om de zaak in welwillende overweging te
nemen, maar haar moge belichamen in een of ander
voorstel aan de Wetgevende Macht in te dienen
met audere woorden dat de Minister het denkbeeld
onder cijfers zal willen brengen. Er is bij dat
kanaal van Ter Neuzen, dat een Rijkswerk is,
groote behoefte aan eene los- eu ladingsplaats.
De Regeering zegt//Sedert jaren reeds is aan
de spoorwegmaatschappij Mechelen—Ter Neuzen op
haar verzoek eene aanzienlijke lengte van den dijk
van het kanaal van Ter Neuzen als los— eu laad-
plaats in gebruik gegeven.
Dezer dagen is, op nader verzoek der spoorweg
maatschappij, nog eene uitbreiding aan die vergunning
gegeven, zoodat de maatschappij thans eene opper-
vlakte van ongeveer 8000 M2 in gebruik heeft."
Dat is een blijk van welwillendheid, dat zeer wordt
gewaardeerd maar mag ik den Minister doen op-
merken, dat de spoorwegmaatschappij Mechelen-
Ter Neuzen reeds eene los- en ladingsplaats aan-
gelegd heeft voor hare prive-rekening, dat dit eene
jonge maatschappij is, waarvan moeilijk te ver-
FEUILLBTON.
NOVELLE,
Terwijl Dick ze poogae te verwijderen, brak ze
maar eenige van roest bijna opgevreten ijzeren
zadelgespen toonden aan, dat men, ter bedekking
van hetgeen verborgen was, een zadel had stuk-
gesneden en daarover uitgespreid. Met de meeste
behoedzaamheid schoof Dick het vergane leder
op zij. Toen hij echter een tweede ietwat steviger
sehaeht op tilde, viel er iets rammelends uit, en
het bleek dat hij het bovenste gedeelte van een geld-
t3sch had opgelicht en er een aantal wel vuile maar toch
nog goed bewaarde zilveren dollars voor hem lagen.
//Geld riep Kate juichend. Dollars, dollars
Mie had dat ooit gedacht p"
h Ja geld," herhaalde Winslow uit 't diepst van
zijn gemoed, „en er moeten zes en dertig honderd
dollars zijn."
Kornelie beschouwde Winslow eenige oogenblikken
met ernstigen blik. Daarop staarde zij de vroolijke
verraste Kate aan en wende zich toen tot Dick,
die, op verdere voorschriften wachtende, nog steeds
op de knieen in de kuil lag.
»Ja Dick, dat is het geld dat uw grootvader te
zameu met dien van Kate hier voor u heeft weg-
geborgen. Spring naar beneden Kate en help hem
de dollars naar boven brengen. Doe er mee wat
wachten is, dat zij de enorme kosten, verbonden
aan zulke uitgebreide los- en ladingsplaats als
vereischt wordt, zal dragen. Op dit oogenblik heeft
die maatschappij nog geene financieele resultaten
zij heeft voor de los- en ladingsplaats veel geld
uitgegeven, in de hoop daarvan eenmaal goede
resultaten te zien.
De gemeente Ter Neuzen heeft zich ook groote
offers getroost om de zaak voor hare scheepvaart
eenigszins in orde te hebben, maar is natuurlijk
niet in staat om aan deze zaak die extensie te geven,
die met het oog op de groote scheepvaartbeweging,
die daar heerscht, gevorderd wordt. Zooals ik
reeds zeide, is het kanaal van Ter Neuzen een
Rijkswerk, en als zoodanig ontvangt het Rijk alle
kanaalgeldenalleen schepon die rechtstreeks van
de eerste sluis het kanaal met ongebroken lading
binnenkomen en tot Gent doorvaren, betalen geen
rechten. Alle schepen, die gedeeltelijk lossen
en dat zijn vele betalen voile rechten, en die
heft het Rijk. Terwijl de opbrengst van die rechten
in 1870 bedroeg 1132, is die nu gestegen tot
f 44,000. Het Rijk heeft van 18701 883 genoten
aan kanaalrechten 350,000. Dat is nu, over 16
jaren verdeeld, wel zulk eene enorme som niet,
maar het is toch geene kleinigheid, terwijl het Rijk
volgens het tractaat met Belgie, toch het onderhoud
moet bekostigen. Ik zou daarom wenschen, dat de
Regeering aldaar op Rijkskosten een los- en ladings
plaats deed aanleggen.
Volgens eene gemaakte begrooting zou het eene
zaak zijn van f 65,000. Ik onderstel dat men
aan het Departement wel iets van de zaak zal weten
al is het niet bekend dat er rechtstreeksche adressen
voor die zaak zijn ingekomen.
De Minister zou een goed werk doen, wanneer hij,
als de zaak in eens voor de schatkist te zwaar mocht
zijn, dat werk over meer jaren verdeelde zooals in
Zeeland wel meer plaats heeft bij subsidieering voor
wegen en kanalen, bijv. over 4 jaren, dan zou dat
jaarlijks een f 16,000 kosten wat niet al te veel van
de schatkist gevergd zou wezen.
Is dit nu een verzoek in het locaal belang van
Ter Neuzen
Mijnheer de Voorzitter, ware dit zoo, dan zou
ik huiveren er mede voor den dag te komen.
Wij staan hier niet precies, al worden wij ook door
de Provinciale Staten afgevaardigd, om voor locale
belangen te spreken. Ik beweer echter, dat te
gelijk met het Rijksbelang het locaal belang be-
vorderd kan worden. Hiertegen kan niets in het
midden worden gebracht. Zeer zeker is het, dat
door het tot stand komen van dit werk in de eerste
plaats het Rijksbelang en in de tweede plaats het
belang van Ter Neuzen zal worden gebaat.
Er is iets eigenaardigs aan dezen toestand ver
bonden.
gij wilt, het is uw eigendom," en zich tot Winslow
wendende, nadat Kate lachend bij Dick in den kuil
was gesprongen, zeide zijKom, John, wij hebben
hier niets te maken. Laat de kinderen doen wat
zij verkiezen. Kom, mij dunkt, wij moeten naar
de bron gaan en daar wachten tot zij gereed zijn."
En nog eenmaal klonk het tot de jongelieden in
den kuilvGe behoeft u niet te haasten, de dag
is nog lang," en zich omwendende sloeg zij den
weg naar de bron in.
Winslow voegde zich bij haar, doch zij wisselden
geen woord. Eerst toen zij bij de beek op het gras
zaten, begon Winslow met een eigenaardige uit-
drukking van diepen eerbied
/Kornelie, dus is nu alles ten beste gftkeerd.
Maar nu ik er bedaard over nadenk, kan ik u niet
zeggen hoezeer het mij treft, dat gij dejuisteplek
wist waar het geld verborgen lag."
,/Wie zegt dat?" viel Kornelie hem zeer bedaard
in de rede.
//Gij hebt uw zelf door uw woorden verraden, en
al was dat niet het geval geweest, het feit dat gij
Dick de plaats wist aan te wijzen waar hij zijn
spade in den grond moest steken, sprak immers
duidelijk genoeg."
z/Nu ja, John," sprak zij na een tamelijk lange
pauze, „ik wist het, maar ik mocht het zelf u niet
zeggen, omdat aan die wetenschap voor iemand
anders een zonde kleefde. Om u gerust te stelleu
zal ik u nu alles zeggen, mits de kinderen het
slechts nooit vernemen en het voor hen een geheim
blijve. Luister dan
Wanneer aan mijn denkbeeld uitvoering werd
gegeven, dan behoeft men het verwijt niet te vreezen,
dat door die uitgaven afbreuk zal worden gedaan
aan hetgeen ten koste wordt gelegd voor Amster
dam, Rotterdam, Vlissingen enz. Want het betreft
hier een kanaal of liever vaart, die met geDoemde
plaatsen verband houdt. De schepen, die door het
kanaal naar Gent gaan, hebben met Vlissingen niets
te maken, met den nieuwen waterweg van Rotter
dam evenmin als met IJmuiden.
Men behoeft dus het verwijt niet te vreezen dat
men door den een te bevoordeelen den ander te
kort doet.
In de eerste plaats moet bij de Regeering wegen
dat het een Rijksbelang is, dat het kanaal wordt
in stand gehouden niet alleen, want wat het on
derhoud betreft geschiedt dit reeds, maar bovenal
dat het bruikbaarder worde voor de groote en
kleine vaart, opdat de schippers niet meer be-
angstigd behoeven te zijn voor de moeilijkheden
en lasten, verbonden aan het laden en lossen van
goederen.
Men denke aan de concurrentie van het geduchte
Antwerpen, dat niets verzuimen zal om afzenders
en geconsigneerden aan onze havenplaatsen te ont-
trekken. Vlissingen zou daarbij niets winnen en
wat nu nog door het kanaal van Ter Neuzen gaat
zou daardoor geheel verloren gaan.
Resumeerende, meen ik te mogen zeggen, dat
hetgeen ik verlang is een Rijksbelang, dat alle
recht heeft om aanbevolen te worden in de wel
willende werkzame overweging der Regeering, niet
in hare platonische welwillende overweging."
Hierop antwoordde de Minister van Waterstaat,
Handel en Nijverheid, voor zoover het onzen afge-
vaardigde betrof//Wanneer deze sombere wintertijd
zal zijn voorbijgegaan en deze ongunstige dagen
verwisseld zullen zijn voor vroolijke, zonnige dagen,
zal de Minister gaarne aan de uitnoodiging voldoen,
die tot hem van zoovele zijden gericht is, om hier
en daar locale inspection te maken. Het nut
daarvan is ook, naar zijne meening, onbetwistbaar.
Hij heeft, helaas, tot dusver weinig aan dat ver-
langen kunnen voldoen, omdat hij door vele werk-
zaamheden, te zeer aan de schrijftafel gebonden
was. Er is echter eene schaduwzijde aan verbonden.
En dat is deze, dat hij, bekend wordende met al
de eischen van meer of mindere billijkheid, die tot
verbetering van dezen weg of tot verandering van
dit kanaal of tot verbouwing van eenig station
zullen worden bijgebracht, terugkeeren zal met een
aantal nieuwe postenin de portefeuille, die in eene vol-
gende begrooting zouden moeten worden opgenomen.
De geachte afgevaardigde uit Zeeland, de heer
Moolenburgh, heeft nogmaals een beroep op de
Regeering gedaan in het belang van de los- en
laadplaats te Ter Neuzen. Ook dit punt is in de
z/Dit schrift," en Kornelie haalde het stuk van
haar vader voor den dag, heeft de doodzieke man
mij gegeven, met streng verbod om het in te zien
voordat hij den laatsten adem had uitgeblazen. Hij
geloofde namelijk tot aan zijn dood toe niet dat hij
toen reeds sterven zou. Maar toch schijnt de ge-
dachte bij hem opgekomen te zijn dat, als wij beiden
het niet eens mochten worden, ik na zijn overlijden,
zonder hulp alleen op de wereld zou overblijven.
En het schijnt dat hij uit bezorgdheid voor mijn
toekomst in een zwak oogenblik zijn laatste kracht
heeft aangewend om met een potlood er nog eenige
woorden bij te voegen en het papier weder op den
stoel naast zijn bed te leggen alsof er niets gebeurd
was. Hoe het gebeurd is weet ik nietik weet
alleen dat, toen ik eindelijk gelegenheid vond het
papier te lezen, ik de wel is waar met zwakke hand
geschreven, maar toch nog duidelijk te onderkennen
woorden ontdekte. Daar, lees zelf, John gij zijt
beter met de letters vertrouwd dan ik."
Winslow nam het hem toegereikte papier, en nadat
hij de on regel matige, nauw te onderscheiden letters
een poos met aandacht had beschouwd, las hij overluid
z/Tegen den oostkant van den steen, vlak daar-
naast moet gij graven, tot gij op een laag kleine
steentjes stoot. Die bedekken alles."
Daarop staarde hij met strakken blik in het
kalme gelaat van Kornelie. Hij scheen zijn oogen
niet te vertrouwen.
//Kornelie," begon hij daarop,//met dit schrift in
handen hebt gij hier vlak in de nabijheid vele jaren
lang een kommervol leven geleid 1"
gewisselde stukken besproken, en de geachte afge
vaardigde kan akte nemen van hetgeen gezegd is.
De geachte afgevaardigde heeft gezegd, dat het
hem niet bekend was of daartoe een verzoek was
ingekomenik moet hem antwoorden, daarna een
onderzoek te hebben laten instellen, doch aan mijn
Departement is zoodanig verzoek niet ontvangen."
Met genoegen zal door een ieder die belang stelt
het to be or not to be van Ter Neuzen, deze
redevoering gelezen zijn, en gaarne voeg ik mij bij
diegenen, die den heer Moolenburgh daarvoor dank-
baar zijn, vooral omdat die afgevaardigde de eerste
geweest is, die deze aangelegenheid onder de aan
dacht van den Minister gebracht heeft.
Uit de rede van den heer Moolenburgh treft mij
evenwel vooral de kwestie van de groote offers die
de gemeente Ter Neuzen zich getroost zoude hebben
om de zaak voor hare scheepvaart eenigszins in
orde te hebben, want ik durf het tegendeel beweren
en velen met mij. Ik ga zelfs zoover met te
zeggen, dat voor handel en scheepvaart te Ter
Neuzen nog niets gedaan is door de gemeente.
De offers die gedaan zijn, werden door de spoor-
wegen gedaan en dpor het particulier initiatief, de
gemeente bleef in de achterhoede, in alle opzichten,
en toch ten onrechte, want wat was Ter Neuzen,
zonder de spoorwegen, zonder den handel Een
nederig dorp aan Schelde's boord gelegen.
Krijgen we naderhand de f 65,000 voor een ge
deelte kaai, welnu, dan wordt een begin gemaakt met
hetgeen ons rechtens toekomt en acht gevende op
het antwoord van den Minister van Waterstaat dan
komt de eer daarvan alleen toe aan den heer
Moolenburgh, want zelfs tot het verkrijgen daarvan,
werd door het gemeentebestuur nog geen verzoek
aan den bevoegden Minister ingediend. En aan u
die durft beweren, dat het gemeentebestuur zooveel
pogingen heeft aangewend door adressen als anders-
zins, in het belang van Ter Neuzen Of doelt
men misschien op het adres om het Registratiekan-
toor hier te krijgen, zooals men uit Hulst schreef?
Het ware misschien wenschelijk, maar handel en
scheepvaart zullen er weinig bij gebaat zijn.
Misschien overdrijf ik. Mocht het waar zijn.
Ik hoop in ieder geval op betere tijden, op meer
initiatief van het Gemeentebestuur van een gemeente,
die door hare buitengewoon gunstige ligging, in
weerwil van alle verdrukking en tegenwerking, de
derde haven van Nederland geworden is in scheep
vaart be weging, en den voortdurenden steun onzer
afgevaardigden in de Eerste Kamer en op den afge
vaardigde, die wij weldra geroepen zullen worden
te kiezen voor de Tweede Kamer.
U dankzeggende voor de mij verleende plaats
ruimte teeken ik mij met hoogachting
Uw Dw. Dr.
H. C. E. VAN IJSSELSTEIJN.
z/Een kommervol leven," antwoordde Kornelie
lachend, #maar ik kwam nooit in de verzoeking
er gebruik van te maken; en geloof mij, mijn trouwe
Abel, die alles wist, dacht er eveneens over. Ook
hij was van oordeel dat mijn vader in zijn stervensuur,
en uit angst voor mij, een verraad aan den uwen
had gepleegd, in een uur dat hij daarvoor niet
verantwoordelijk wasdat wij echter een dubbele
trouwbreuk zouden plegen, als wij uit de wetenschap
van dit geheimvoordeel trokken. Hoe onze
trouw beloond is, John zie eens hoe de beiden
zich moeten inspannen om de dollars samen te
pakken. En daarenboven klopt mijn hart zoo
rustig John, ik kan het u niet beschrijven.
Moge zegen onze kinderen in lengte van jaren
volgen
#En ook u, Kornelie," viel Winslow in, de
hand der oude vrouw drukkende, ;/ja Kornelie, u
volge ook duizendvoudige zegen; ik moet tot mijn
schande erkennen en van ganscher harteGij zijt
veel beter dan ik.
z/Onzin, John, onze zegen bloeit voor ons en
onze kinderen. Moge het hen goed gaan
Beiden zwegen, maar inuerlijke vrede lag op hun
trekken, en, terwijl zij zagen hoe Kate, op den rand
van den kuil staande, vroolijk aannam wat Dick
haar over den rand toereikte, toen was voor hen
de band, die hun kinderen samenhield, en de om-
standigheid dat deze voortaan, vrij van de zorgen
des levens, vroolijk de toekomst tegemoet konden
gaan, de zekerste waarborg voor hun volgend geluk.
E I S D E.
ter ihm iscie
20)
(SlO T.)