Gemengde bericliten. ik om den trein heen en bereikte de tegenoverge- stelde zijde. Enkele zwarte massa's bemerkte ik in liet grasdat waren menscben. Een hunner was uit den trein gesprongen en bad het been gebroken. Een conducteur liep naast den trein. Het bloed stroomde hem uit neus en mond. Zijn verhemelte, tong en wang waren verbrijzeld. En niemand kon bem helpen, want er was geen arts in den trein. Ik gaf hem mijn zakdoek om bet bloed te stelpen, dock de zakdoek was weldra doorweekt. Daarna klom ik in een der verbrijzelde waggonsdoordat het portier verbrijzeld was kon ik er iuklimmen ik tastte rond in stukken hout, kusseus enz., daar bereikte mijn hand een gezicbt. Het was dat van iemand, die met de armen tusscben twee staven geklemd zatoverigens was hij geheel ongedeerd, doch bij kon niet weg, en helpen konden we ook niet, daarvoor waren onze krachten niet toereikend. We beloofden hem terug te komen en wij gingen verder om te zien of er te helpen was. Met eenige moeite gelukte bet ons eenige con- ducteurs en macbinisten te voorschijn te halen zij zagen er vreeselijk uit. ifeen hunner was door het vuur zijner locomotief gedeeltelijk verbrand. De aangezicbten en de inwendige deelen waren vreeselijk gekwetst. Hunne oogen waren met bloed beloopen het bloed stroomde uit neus en ooren. We hielpen hen voorloopig in leege coupe's. Ze leden ver- schrikkelijkde minste aanraking deed hen pijn. Ze informeerden met gebroken stem naar hunne kameraden, doch we durfden hen niet te zeggen wat wij er van dachtenwe hielden ons dus onwetend. De hoofdconducteur was nog zoek. We vondeu hem en een auder als lijken terug. Een derde, die naast hen gereden had, was door den schok over de verbrijzelde wagenkap gelicht en had vervolgens zijn heil gezocht over de andere wagens heen. Ik vond hem later terug en bracht hem naar de halte Ruinerwolde. Inmiddels was om personeel en geneeskundige hulp naar Meppel getelegrafeerd. We hadden reeds een aanvang gemaakt met het vervoer der gewonden. We brachten hen alien naar de halte. Weldra was de vloer der kamer geheel met bloed bedekt. De ongelukkigen zaten wanhopig voor zich te kijken. A1 het menschelijke uit hunne gezichten was ver- dweuen, de oogen waren onzichtbaar, de aangezichten zwart. Buiten de halte stond een conducteur; ik vroeg hem of ik telegrafeeren kon, doch hij wees mij op zijn mond; de ongelukkige kon niet meer praten. Zijn mond en tong waren verbrijzeld. Toen de trein uit Meppel gekomen was, werd er een aanvang gemaakt met het toedienen van ge neeskundige hulp. We gingen steeds door met het vervoeren der gewonden hun aantal bedroeg op dat oogenblik ongeveer twaalf. Daar er werktuigen mede gekomen waren, begon men de overigen te voorschijn te halen. Een heer, die met zijne neven op reis was, had tusschen de banken beide beenen gebroken. Ik geloof niet, dat dat tooneel ooit uit mijn geheugen zal gaan. Daarvoor heeft het een te diepen indruk gemaakt. Ik heb wel eens gepoogd mij eene voorstelling van een spoorwegongeluk te maken, doch de werkelijkheid overtrof de verbeelding. Bij het opruimen van een gebroken waggon had ik mijn rechterschoen geheel opengehaald. Doch ik merkte het toen nog niet. Eerst later ontdekte ik dat. Mijne voeten waren doornat. Mijn eene schoen had ik weggesmeten, daar hij mij meer hinderde dan dienstig was. Om 1 uur vertrokken we met den hulptrein naar Meppel, enkele licht- gewonden medevoerende. Aan het station te Meppel verdrong het volk zich, om iets te hooren. Om half drie waren wij te Zwolle en konden wij verder zelf voor logement zorgen. Van morgen 8 uur kwamen wij te Kampen aanmijne kameraden hadden niet gedacht mij nog levend te ontmoeten. Gij kunt u voorstellen hoe blijde ik ben, dat het zoo afgeloopen is. Omtrent het ijs in de rivieren vernemen wij, dat de rivier tusschen Gorinchem en Dordrecht vrij van ijs is. Eergisteravond is de Lek losgeko- men, tengevolge waarvan de Noord en de Maas het nog niet geschied is, dan kunt gij het met eigen oogen zien." //Doe wat gij wilt, maar hoor mij eerst aan." //Onze vaders bepaalden," aldus ging Kornelie voort, „dat het geld ons ten deel zou vallen als onze wederzijdsche familien door een huwelijk zouden vereenigd zijn. Of zij daarbij handelden in goed vertrouwen op onze wederzijdsche plannen of niet dat verandert aan de kwestie niets. Voor ons beiden is het geld verloren gegaan. Maar John, als er nu toch nog eens een middel ware om de beide familien ten slotte bijeen te brengen ^Hoe moet ik dat verstaan?" was John's ver- wonderde wedervraag. ,/Eenvoudig genoeg, John. Gij hebt een huwbare dochter en mijn oudsten zoon gij hebt hem gisteren leeren kennen gun ik niets liever dan een brave, beminnenswaardige vrouw." ,/Wat gij zelf eens met verachting van de hand hebt gewezen als een greep in uw heiligste rec'nten, zou dit mijn dochter zich moeten laten welgevallen, en dat alleen om een paar oude dollars?" vroeg Winslow somber; „neen, Kornelie, dat kan u geen ernst zijn, of uw hart moest in den afgeloopen nacht van een edelgesteente in een giftigen padde- stoel verandert zijn." ,/Zoo liadt ge voor dertig jaar tot uwen en mijnen vader moeten spreken, en alles zou anders geloopen zijn, John maar gij waandet doch wat doet tot voor Rotterdam zoo vol drijfijs zijn, dat de stoombootreederij Eop Smit Goharen dienst gisteren morgen niet heeft kunnen hervatten, zoodat de booten weder in de havens zijn gebracht. Een boot is met veel moeite gisterenmorgen aangekomen, doch heeft zijn passagiers aan de Maaskade moeten afzetten, daar zij wegens het vele drijfijs den oever aan de Oosterkade niet kon bereiken. Het bootje van IJselmonde is met veel moeite van daar te Rotterdam aangekomen, doch is niet meer teruggegaan. De Zierikzeesche boot is eergistermorgen van Zierikzee vertrokken, heeft te Willemstad moeten overnachten en is gisterenmiddag te twaalf uur eerst aangekomen. De booten naar Brielle en Maassluis varen gere- geld. De stoomboot van Den Bominel zal niet voor Donderdag komen, die van Middelharnis heeft het niet verder gebracht dan tot Schiedam, waar zij, waarschijnlijk met een gebrek aan een der raderen, is blijven liggen. Aan boord van het Nederlandsche stoomschip Rheuania, dat Zaterdag Vlissingen gepasseerd is met bestemming naar Antwerpen, bevoud zich de eerste stuurman van het Fransche stoomschip Ministre Abbattucci, 22 Dec. van Havre naar Marseille vertrokken en den 31 d. a. v. door een accident aan den stoomketel gezonken. Genoemde eerste stuurman, waarschijnlijk de eenige overgeblevene van de equipage, had zich weten te redden op het dak eener dekhut van het verongelukte stoomschip. Daarop drijvend werd hij in de Spaansche zee door de Rhenania ontdektde zee was echter te hoog en te onstuimig om eene boot te kunnen uitzetten, terwijl de schipbreukeling te uitgeput bleek om zelf eenige poging tot zijne verdere redding te kunnen aanwenden. De 2de stuurman der Rhenania, een jongmensch, Dordtenaar van geboorte, besloot toen zijn leven te wagenvoorzien van eene reddingboei sprong hij moedig in de golven en zwom naar den onge lukkige. Eene lijn werd hem van zijn stoomschip toegeworpen, gelukkig door hem gegrepen en met veel moeite en iuspanning mocht men er in slagen den redder met den geredde veilig binnen boord te halen. Blijkens bericht van den Nederlandschen gezant te Brussel, is de in- en doorvoer van var- kens en versch varkensvleesch uit Denemarken, Zweden en Noorwegen in Belgie verboden. TER XEUZEN, 10 Januari 1888. Een eenvoudig maar achtingswaardig ingezeten onzer stad viert a. s. Donderdag zijn 80jarig ge- boortefeest. Marinus Roose, een der oudstrijders uit //de revolutie van '30" viert dan dit schoone feest. Een veelbewogen leven heeft zeker de grijze man achter zich. Nadat de citadel van Antwerpen niettegenstaande kranige verdediging aan ffden Eranschman" was overgegeven moest ook hij als krijgsgevangene 5 maanden in het land van den vijand doorbrengen. Met zijne dappere medestrijders werd hij door Eransche oorlogschepen naar het vaderland gebracht, dat hun met open armen ontving. Na een reis vol tegenspoeden arriveerden zij te Vlissingen en werden zij achtereenvolgens gezondeu naar Gorkum, Utrecht en Amersfoort. In al deze steden geleek hun aankomst een zegetocht. Yoor de heldeu van Chasse waren eerepoorten opgericht, waren duizende //vaderlanders" op de been, werden feesten gegeven en vuurwerken af- gestoken Den ouden eenvoudigen man thans nog kras en gezond onze hartelijke gelukwensch Door den dikken mist die den ganschen dag onze stad en de Schelde in duister huide kon de provinciale boot heden niet naar Vlissingen ver- trekken en noch in deze haven aankomen. Yele reizigers waren hierdoor weder teleurgesteld en moesten de reis via Antwerpen naar de overzijde doen. Enkelen die voor reclitszaken heden te Mid- delburg moesten verschijneu en den ganschen dag dit er heden nog toe? Er is geen sprake meer van ons beiden, doch van onze kindereu, en als die er even stellig op blijven aandringen om met el- kander in het huwelijk te treden, als ik destijds weigerde uw vrouw te worden, dan mogen wij ons daartegen niet verzetten. Meent gij intusschen dat bij mijn voorstel het geld mij voor oogen zweefde welnu, wat belet u om uw stuk inderdaad te verbranden Mijn goede Abel en ik, wij begonnen met ledige handen en nooit hadden wij reden ons zulks te beklagen. Zoo kunnen de kinderen ook doen." ,(/Zij zouden elkander lief gekregen hebben?" vroeg Winslow ongeloovig. Op zijn best vier en twintig uur geleden zagen zij elkander voor het allereerst." #Nauwelijks zes uur had ik mijn Abel gekend, of ik voelde dat ik hem eeuwig zou blijven bemin- nen; en daar hij volkomen hetzelfde gevoel bij zich ontwaarde, was de zaak spoedig in orde en hebben wij elkander bemind en toebehoord totdat de dood ons scheidde." ,/Gelooft gij dat dit met mijn Kate en uw zoon even eens het geval zal wezen z/Ik weet het, John. Anders zou ik mij zeker niet de moeite hebben gegeven om mijn paard, dat beter voor de ploeg dan als rijpaard voldoet, her- waarts te brengen." (Wordt vervolgd.) op beter weder hadden gewacht, kregen omstreeks 4 uur nam. de gelukkige tijding voorloopig tot uadere oproeping huiswaarts te kunnen gaan. Axel. In de afgeloopen week werd alhier, bij het graven tot het maken van een regenbak in de Gentsche Yaartstraat, op eene diepte van 6 decimeter het geraamte gevonden van een mensch, naar alle waarschijnlijkheid behoort hebbende tot het vrouwelijk geslacht. De overblijfselen zijn door den grafdelver op de algemeene begraafplaats begraven. Men verdiept zich in gissingen, wat de oorzaak is, hoe op zulk eene plaats een menschelijk ge raamte kan gevonden worden. Zaamslag, 9 Januari. Yrijdag jl. trad de rnuziek- vereeniging: ftDe Volharding" alhier voor de eerste maal in het openbaar op voor hare honoraire leden. Zij gaf n. 1., na een jeugdig bestaan van slechts 15 maanden, haar eerste concert, dat, naar men ons uit goede bron verzekert, in alle opzichten uitmuntend geslaagd is. Een buitengewoon talrijk bezoek, waaronder men onderscheidene vreemdelingen telde, mocht haar daarbij ten deel vallen. De zaal was wel ietwat overvol. Nadat de voorzitter, de heer De Yries, door eene gepaste en luimige toespraak het concert geopend had, werden de nummers van het programma achtereenvolgens op eene boeiende en nette wijze ten gehoore gebracht. Onder de uitgevoerde muziek- stukken verdient vooral met lof vermeld te worden »Le Hallebardiu" (kwartet), dat een daverend applaus ten deel viel en na een voortdurend ge- roep van//bis, bisop uieuw met succes voor- gedragen werd. Ook de beide kluchtspelen, vermeld onder no. 4 en 8 van het programma werden op eene uit- stekende wijze ten tooneele gevoerd. De dillitanten gaven over het algemeen blijken, dat het hen in dit opzicht niet aan talent ontbreekt. Althans de rolleu waren flink ingestudeerd en werden op meesterlijke wijze voorgedragen. Een opgewekt bal, dat tot zeer laat in den nacht duurde en waarbij tal van danslustigen het hart eens recht ophaalden, besloot het genot van dezen avond, dat, naar wij hopen, bij velen nog lang in aangename herinnering moge blijven. We wenschen, dat de levensvatbaarheid der vereeniging, tot hiertoe zoo krachtig geopenbaard, door eendracht en onderlinge samenwerkiug steeds meer moge gevoed en versterkt worden, en dat de leden den naam der vereeniging, die met gouden letteren in haar vaandel prijkt, steeds meerder eere mogen aandoen, door te blijven volharden in hunnen ijver tot grooter volmaking in de edele toonkuust. Ossenisse. De loop der bevolking dezer ge- meente was over 1887 als volgt Geboren 14 mann., 14 vrouw., totaal 28, waar onder onwettig 1 mann. Overleden 4 mann., 10 vrouw., totaal 14; levenloos aangegeven 1 mann. In deze gemeente vestigden zich 22 mann., 20 vrouw., totaal 42, terwijl uit deze gemeente ver trokken 26 mann., 23 vrouw totaal 49. Er werden 4 huwelijken gesloten, alstusschen jongmans en jongedochters 3 en tusschen weduw- naar en jongedochter 1. Bevolking op 31 Dec. 1886 1/ 31 h 1887 432 440 872 438 441 879 alzoo vermeerderd met 7 personen. Philippine. De loop der bevolking dezer ge meente was over het afgeloopen dienstjaar 1887 als volgt: Geboren 18 mann., 20 vrouw., totaal 38. Over leden 3 mann., 2 vrouw., totaal 5. Gevestigd hebben zich 13 mann., 14 vrouw., totaal 27vertrokken zijn 13 mann., 7 vrouw., totaal 20. Er werden 3 huwelijken gesloten. Bevolking op 31 Dec. 1886 452 379 831 ,z 31 1887 467 404 871 aldus vermeerderd met 40 personen. Sas van Gent. De loop der bevolking dezer gemeente was over het afgeloopen dienstjaar 1887 als volgt Geboren 23 mann., 25 vrouw., totaal 48. Over leden 10 mann., 9 vrouw., totaal 19. Er vestigden zich in de gemeente 56 mann., 58 vrouw., totaal 114, terwijl vertrokken 66 mann., 69 vrouw., totaal 135 Aantal gesloten huwelijken 8. Bevolking op 31 Dec. 1886 649 681 1330 31 1887 652 686 1338 alzoo eene vermeerdering van 8 personen. Westdorpe. De loop der bevolking dezer ge meente over 1887 was als volgt Geboren 21 mann., 29 vrouw., totaal 50, waar onder 1 vrouw. onecht. Overleden 12 mann., 6 vrouw., waaronder 1 mann. niet tot de werkelijke bevolking behoorende, alzoo 11 mann., 6 vrouw., totaal 17. Levenloos aangegeven 2 mann., 1 vrouw., totaal 3. In de gemeente vestigden zich 28 mann., 24 vrouw., totaal 52, terwijl vertrokken 34 mann., 38 vrouw., totaal 72. 9 huwelijken werden voltrokken, als6 tusschen jongmans en jongedochters, 1 tusschen jongman en weduwe, 1 tusschen weduwnaar en jongedochter en 1 tusschen weduwnaar en weduwe. Bevolking op 31 Dec. 1886 875 899 1774 31 1887 879 908 1787 is alzoo vermeerderd met 13 personen. Knnton Oostburg, 8 Jan. Ook in Oostburg is het gouden priesterfeest van Z. H. den Paus feestelijk herdacht. De nette kerk was in feestdos. Het schip en het kruis van den tempel waren ver- sierd met de nationale driekleur en een talrijke schare was opgekomen om van hunne belangstelling getuigenis te geven. Nadat het klokgelui de geloovigen had opge- roepen ter feestelijke herdenking, klonk van het net versierde oksaal fanfaren rauziek, dat statig golfde door de gewelfde bogen en gevolgd werd door een plechtig lof. Yoor het hoogaltaar was eene verhevenheid opgericht op keurige en toch eenvoudige wijze met heerlijke bloemen gesierd. In het midden van dien bloemkrans prijkte het portret van den Heiligen Yader en daarbij een opschrift luidende Hulde der Oostburgsche Catholieken gebracht aan Z. H. Leo XIII Paus- Koning op zijn gouden priesterfeest." Nadat de fanfaren zich nog een paar malen had doen hooren werd de Leo cantate uitgevoerd, die met aandacht werd aangehoord. Ook in deze gemeente is dus het gouden feest van Leo XIII op waardige wijze herdacht. RECHTSZAKEN. Arrondissements-rechtbank te Middelhurg. In zake de belastingovertreding (zie de nummers van 21 December en 4 Januari jl.) is, bij vonnis van 10 Januari 1888, verklaard dat de eerste be- klaagde, C. S., gezagvoerder, in dienst van de medebeklaagden W. A. B. en H. F. L. v. d. L., haudelende onder de firma v. d. L. B., reeders en cargadoors, eigenaren van het stoomschip ,/Anna", welke als zoodanig met de administratie in betrek- king staan, heeft gegleegd de sub a en c hun bij akten van dagvaard ten laste gelegde feiten, vvaar- voor de tweede en derde beklaagden verantwoor- delijk zijn verklaardzij zijn verder schuldig ver klaard aan het sub b hun bij akte van dagvaard ten laste gelegde feit en veroordeeld ieder hunner tot twee geldboeten van f 400 en eene geldboete van f 5332,50. Wijders is verbeurd verklaard het in beslag ge- nomen stoomschip of de daarvoor in de plaats getredeu waarde en die waarde executabel verklaard voor de opgelegde boeten. Voorts is bepaald dat, indien beklaagden de boeten niet betalen, zij zullen worden gecorrigeerd door eene hechtenis van 1 maand voor elke boete van f 400 en van 1 jaar voor de boete van 5332,50. Ten slotte zijn beide beklaagden veroordeeld in de kosten van bekeuring en in die van 't rechts- geding. Uit Hoensbroek (L schrijft men aan de Tijd Door den brigadier der merechaussee uit Heerle werd dezer dagen alhier een onderzoek ingesteld betrekkelijk eene ingediende klacht tegen den ge- meente-secretaris D., alhier, waarbij deze beschuldigd wordt, in kennelijken staat te hebben verkeerd, na afloop der woelige raadsvergadering op 27 Dec. 11. Het register, bevattende de notulen enz., werd den secretaris door het hoofd der gemeente in eene herberg ontnomen. De getuigen, die betrekkelijk voornoemde beschuldiging werden gehoord, verklaren niet te kunnen zeggen, dat D. beschouken was, trouwens, Hoensbroek's secretaris loopt altoos schuiu of scheef! Tijdens de ongeregeldheden te Hoensbroek deed de marechaussee uit Heerle elken nacbt aldaar dienst, een a twee maanden lang. Voor haar moest, natuurlijk een onderkomen gezocht worden, enz. Als zoodanig werd haar het koffiehuis van den heer E. Floran aangewezen, waarin de heden voeding en huisvesting vonden. Na afloop der bewaking bedroeg de nota wegens gemaakte verteringen, enz. ongeveer f 52, welke som de kastelein thans te vergeefs vordert. De afgetreden raadsleden verkla ren, dat hij, die de gewapende macht bestelde, ook maar moet zorgen voor de thans gemaakte kosten, de burgemeester trekt zich insgelijks van de zaak niets aan. De koffiehuishouder wil thans den burgemeester aansprakelijk stellen voor bovengenoemd bedrag, aangezien, zegt hij, de be waking toch in het belang van Hoensbroek heeft plaats gehad. Men is benieuwd wat het vervolg van dezen stap zal zijn. Dat het aantal huwelijken in de hoofdstad in 1887 zoo bijzonder grout was, zie men volstrekt niet aan voor een bewijs van zoo groote welvaart teekent het Handelsblad aan. Personen die op de hoogte zijn verzekeren dat een zeer groot gedeelte der huwelijken zonder eenigen twijfel onder de z/onberadene" zijn te rangschikken. Bij meer dan 1000 waren de personen bij ,/het vestigen van een gezin" buiten machte kosten van de noodige stukken of de leges te betalen. Bij de spoorwegramp te Ruinerwold werd aan het station aldaar jenever verkocht voor //vijftien stuivers het theelepeltje" en niet voor vijftien stuivers het glaasje, zooals eerst gemeld is. Een Elburger visscher ging met zijn 4 zoons uit, om wat spiering te bemachtigen. Niet ver van Harderwijk werd door een ongelukkig toeval het ijs gespleten, en het geheele gezin verdween in de diepte. Dame in een boekwinkel//Een postzegel van een halve cent als het u blieft." mann. vrouw. totaal. mann. vrouw. totaal. mann. vrouw. totaal. mann. vrouw. totaal.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1888 | | pagina 2