Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
AAHBKSTIDIWG.
Jaar-, Paarden- en Veemarkt
No. 2331.
Zaterdag 17 September 1887.
27e Jaar^anj^
aanbesteden:
TE HULST,
op Maandag den 3 October 1887 (3e Kermisdag),
S) VERKOCHT.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruirate berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
Uit blad verschijnt Diiadaj- en Vrijdas;aTond blj den nitsever P. J. VAN I> E SANDE te Ter Nenzen.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen op IMnsdag, 27 dezer, 's morgens 11 uur,
op het gemeenteraadhuis, in het openbaar, bij enkele
inschrijviug,
Het leggen van een grindbaan,
ter lengte van ongeveer 300 meters,
op bet gehucht Sluiskil.
De voorwaarden liggen ter inzage op de gemeente-
secretarie, zoomede in de herberg van Van Sele
te Sluiskil.
Plaatselijke aanwijzing zal geschieden Maandag,
19 dezer, 's middags van 24 ureu, terwijl verder
inlichtingen te bekomen zijn bij den gemeente-
bouwmeester.
Ter Neuzen, 13 September 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Tijdens de aanstaande kermis alhier mogen de
tapperijen voortdurend open blijven, onder dien
verstande evenwel, dat zij ten alien tijde dadelijk
moeten worden gesloten, wanneer de politie dit
mocht bevelen, terwijl op den laatsten kermis-
dag, des Zaterdags, zoowel de kramen, tenten,
enz., als de tapperijen moeten worden gesloten
uiterlijk des nachts te 12 uren.
Ter Neuzen, 15 September 1887.
De Burgemeester,
J. A. VAN BOVEN.
aanvang des voormiddags om 10 uur, met uitlo-
ving van 9 verschillende I* It E II I ft voor
aangebracbt Vee.
De Burgemeester van Hulst,
CHS. PIERSSENS.
Politieli Overzicht.
Bismarck's blad, de Nordd., zal denkelijk gelijk
krijgen en de ontmoeting van Keizer en Czaar niet
doorgaan. Dit blijkt nader. Tusschen Keizer
Wdhelm en Vorst Bismarck bestond, wil men,
FEUILLETON.
De ouwe luisterviuk had de stem eener vrouw
gehoord, die haar geliefde beweendemaar was nu
de man met wien zij gesproken had de geliefde
of slechts een tusschenpersoon
Op den dag waarop, volgens de raededeeling van
den postmeester, de extra-postpaarden besteld worden
maakte de luitenant Von Willich, 's namiddags
tusschen 2 en 3 ure zijn gewonen wandelrit. Hij
volgde den straatweg, doch ging niet den kant van
de rivier. Had hij werkelijk nachtelijke bijeen-
komsten in het Inselpark, dan lag het voor de
hand dat hij bij dag niet die richting koos. Tegen
zijn gewoonte liet hij zijn paard langzaam stappen
en trachtte langs een omweg den boschrand te
bereiken. Hij reed voorbij een herberg waar een
ledig huurkoetsje voor de deur stond, doch hij
sloeg daarop geen acht maar bleef onafgebroken
naar het bosch turen.
Een knaap trad daaruit, wenkte hem en verdween
onmiddellijk weer in het dichtst van het hout. De
luitenant scheen eerst eenigszins verrast door die
verschijning, doch daarna den jongen te herkennen,
want, na eerst nog eens rondgekeken te hebben,
reed hij op het bosch toe, steeg af en trad op den
knaap toe die hem wachtte.
aanvankelijk verschil van inzicht over een mogelijk
onderhoud tusschen de twee gekroonde hoofden,
te meer daar het zoogenaamde drie-Keizers-bond
niet eerst in September afloopt, maar reeds voor
eenige maanden, n.l. in den loop van het laatste
voorjaar, bepaald een eiude nam. Zoolang de Czaar
niet zelf den wensch naar een onderhoud, met het
doel om tot een verstandhouding tusschen de drie
Keizers terug te keeren, uitspreekt, schijnt Vorst
Bismarck in het belang van een zuiveren toestand
eene uitnoodiging van Duitscblands zijde tot eene
samenkomst niet nuttig en wenschelijk te achten.
Een oproeping tot eene algemeene vergaderiug
der socialistiscke partij in het aanstaande najaar is
onlangs uitgegaan van de socialistische afgevaardigden
in den Duitschen Rijksdag. Volgens 't program
komen aan de orde, o. a. de houding en
werkzaamheden der socialistische afgevaardigden in
den Rijksdag en de Landdagen het standpunt der
partij ten opzichte van vragen over rijksbelasting
en tolrecbt, in verband met maatschappelijke her-
vorming van regeeringswege en de wetten op bescher-
ming van den werkman het standpunt der partij
bij verkieziugen voor den Rijksdageen voorstel
tot bijeenroeping van een internationaal werklieden-
congres in het volgende jaar, ter beraadslaging
over een gemeenschappelijke optreding der werklieden
in alle beschaafde landen omtrent eene internationale
wet op bescherming van den werkman; en eindelijk
het standpunt der socialisten ten opzichte der
anarchisten.
Naar luide van Fransche berichten heeft baron
Blanc in eene audientie bij den Sultan, dezen bet
standpunt van Italie in de Bulgaarsche kwestie
toegelichl en verklaard, dat Italie meent dat de
keuze door de Sobranje wettig is en Ferdinand
houdt voor den uitverkorene des volks, maar dat
de nieuwe Vorst niet correct heeft gehandeld door
het aanvaarden der troon, zonder voorafgaande
toestemming van den Sultan en de mogendheden.
Italie meent, dat de bestaande onwettigheid wettig
kan worden gemaakt en wenscht, dat de mogend
heden zich met elkauder zullen verstaan.
De Standard meent, dat de dagen van den
Coburger als Vorst van Bulgarije geteld zijn, omdat
Bulgarije geld noodig heeft en dit van niemand
kan krijgen.
Intusschen komen er meer zwarte wolken aan
den horizon. De Bulgaarsche uitgewekenen Bendereff
en Grueff, de hoofdaanleggers van de samenzwering
tegen Vorst Alexander, zijn uit St. Petersburg in
Rumenie aangekomen, waar zij, volgens den corres
pondent van de Koln. Zeit. te Sofia, ruim van
geldmiddelen voorzien, op hartstochtelijke wijze
ijveren tegen de tegenwoordige regeering. Bismarck
wil niet als bemiddelaar optreden en Oosteurijk heeft
zijn consul-generaal te Sofia thuis geroepen, terwijl
ook Frankrijks vertegenwoordiger te Roestschoek
„fIoe gij zoo bier, Sabine?"
„Ik kom u een boodschap brengen, Hubert."
vZeker geen goede."
z/Elize ruoet morgen weg."
De officier ontroerde zicbtbaar en greep de banden
van het als knaap verkleede meisje.
,0 God, Sabine was al wat hij kon uitbrengen
en angstig klemde hij het meisje aan zijn borst.
„Hij komt morgen, de paarden zijn reeds voor
onze afreis besteld," vervolgde het meisje.
„En zal zij lang wegblijven
„Daar schrijft hij niets van, doch Elize gelooft
niet, dat wij hier zullen terugkeejen."
De officier stond in diep gep«ms verzonken.
//En Elize verzoekt u heden avond afscheid van
haar te komen nemen."
Nog stond de luitenant sprakeloos.
z/Zult ge komen, Hubert
z/Sabine was zijn eenig antwoord. Zichtbaar
voerde hij een heftigen strijd in zijn binnenste.
z/Gij moet komen, Hubert," vervolgde zij driftig.
Haar lief gezicht was met een bios overtogen, haar
oogen fonkelden en geheel haar gelaat teekende
wilskracht. Het was een schoon gevorind meisje
van veertieu of vijftien jaren, en reeds krachtig
ontwikkeld.
/,Ik vraag u Sabine, kan ik komen?"
z/Wilt ge haar dooden, Hubert?"
z/Wel nu dan, ik zal komen."
Het meisje greep zijn hand en kuste die. Traneu
hoogstwaarschijnlijk zal gaan, omdat hij zich daar
tengevolge van regeeringloosheid niet meer veilig
waant. Stamboeloff heeft den oud-Minister Ra-
doslavoff in hechtenis moeten nemen, onder be-
schuldiging van hoogverraad, terwijl eenige te Peters
burg wonende Bulgaren aan den Paus eene berisping
hebben toegezonden over zijne welwillendheid ten
opzichte van Ferdinand.
In Engeland maakt men zich weer ongerust over
den toestand op de Samoa-eilanden, waar de
Duitschers zich weer hebben genesteld, zooals de
berichten melden. Een Duitsch escader had de
opdracht ontvangen om voldoening te eischen wegens
diefstallen op plantages en wegens beleediging van den
Keizer en van Duitsche onderdanen, die des Keizers
verjaardag hadden gevierd. Waarschijnlijk zal de
militaire macht optreden, indien Koning Malietoa
deze voldoening weigert.
De uitslag van de herstemming voor een lid
van de Tweede Kamer in het hoofdkiesdistrict
Leiden is als volgt
Uitgebracht 2442 geldige stemmen. Gekozen
de heeren O. baron van Wassenaer Catwijck (a.-r.)
met 1415 stemmen en J. H. Donner (a.-r.) met
1393 stemmen.
De heeren Mr. J. P. Smeele (r.—k.) en Mr.
Van Nunen (r.-k.) verkregen resp. 1042 en 1029
stemmen.
Te Winschoten werden uitgebracht 1110 geldige
stemmen. Gekozen de heer Prof. Mr. H. L.
■Drucker (1.) met 606 stemmen.
De heer A. Winkler Prins (1.) verkreeg 504
stemmen.
Naar wij vernemen heeft het scheikundig onder-
zoek van het vleesch, dat onlangs te Middelburg tot
de bewuste vergiftiging aanleiding moet hebben
gegeven, aan't licht gebracht, dat zoowel het vleesch
als het braaksel der lijders lijkgift of Ptomainen
bevatten.
Het is bekend, dat deze stoffen, in het menschelijk
lichaam gevoerd, ernstige vergiftigingsverschijnselen,
zelfs den dood kunnen veroorzaken. M. Ct.
Door den kommandant der gendarmes te Aken
werd Vrijdag te Vaals eene zaak onderzocht be-
treffende schennis van ons grondgebied door den
Pruisischen gendarme J. uit Laurensberg. Deze
gendarme trachtte namelijk eenige dagen geleden
eenen orgeldraaier van den Nederlandschen bodem
over de Duitsche grenzen te sleepen, hetgeen hem
echter door de ingezetenen van Vaals werd belet.
Naar men verneemt, is uit het onderzoek gebleken,
dat de bedoelde politieman in kennelijken staat
verkeerde. Hij zal wegens het genoemde feit uit
den dienst ontslagen worden.
stonden in hare lieve oogen. Hij kuste ze weg
en drukte haar in zijn armen.
,/0 heb dank, trouwe Hubert, Als ge wist hoe
tnijn arme zuster lijdt. Maar gij weet het niet
waar?" Ook gij zijt zoo ongelukkig. Ja, beiden
lijdt ge, maar 't is uw schuld niet. Och, die
lieve goeie zuster is zoo diep, diep ongelukkig.
Doch het zal haar weer opbeuren wanneer ze u
nog slechts eenmaal gezien, en uit uw mond
gehoord heeft dat Och, ge weet niet hoe
innig lief zij u heeft, Hubert, en daarom wees
toegevend en vriendelijk jegens haar. Wees har-
telijk en schenk haar daardoor nieuwe levenskracht,
welke zij zoo zeer behoeft. Ohet deed haar
zoo goed u weer te zien't was een lichtstraal in
haar kwijnend leven. Helaas thansDoch
ge komt van avond om zeven uur niet waar, zij
't dan ook voor het laatst.
z/Ik zal komen, Sabine." Hij kuste het meisje
nogmaals dat naar de herberg terugging waar een
wagen op haar gewacht had om haar weder naar
de stad te brengen. De luitenant keek het voer-
tuig zoolang mogelijk na, sprong daarna te paard
en reed dieper het bosch in. Doch heden joeg
hij niet in wilden galop en toen hij na een paar
uren huiswaarst keerde, was zijn paard niet, zooals
anders, met schuim en zweet bedekt.
Kwart voor zevenen, verliet de luitenant Von
Willich zijn woning, doorkruiste verschillende
straten en keek telkens achterom of hij ook ach-
l it een pensionnaat van geestelijke zusters nabij
Maastricht is dezer dagen een meerderjarig meisje
geschaakt onder de volgende omstandigheden Bij de
overste van het klooster had zich eene dame aange-
meld, om bedoeld meisje namens de familie in ont-
vangst te nemen. In afwachting van de beslissing
of aan dat verzoek al dan niet zou worden voldaan,
werd aan de dame toegestaan, met het meisje in
den tuin te wandelen. Van die gelegenheid maakten
beiden gebruik om, alvorens de beslissing was ge-
vallen, te ontvluchten. Later is gebleken dat de
dame niemand anders was dan de jonge man, met
wien het meisje tegen den zin harer familie liefdes-
betrekkingen had aangeknoopt. Juist wegens deze
betrekkingen hadden de ouders haar naar het pen
sionnaat gezonden. (N. R. Ct.)
De ,/kapitein" van het leger des Heils, Tyler,
is eergisteravond in zijn woning te Amsterdam
door zekeren Jansen zoo hevig met een zwaar blok
op het hoofd geslagen, dat hij hevig bloedend be-
wusteloos neerzeeg en bedlegerig is.
Tegen den dader is proces-verbaal opgemaakt.
Hij bevindt zich in hechtenis.
Door den Minister van Binnenl. Zaken is
aan de Commissarissen des Konings een circulaire
gericht, waarin deze verzocht worden er burgemeesters
op te wijzen dat veldwachters en andere beambten
van de politie, belast met het geleide van militie-
plichtigen of met het verleenen van bijstand bij
dat geleide, voor zoover zij tot het volbrengen van
dien last van spoorwegen gebruik maken, steeds
van een reisorder moeten voorzien zijn, volgens
het artikel der wet tot regeling van den dienst
enz. der spoorwegen, waarbij hun in die gevallen
kosteloos plaats in de rijtuigen wordt verleend.
Men meldt uit Amsterdam
Naar wij vernemen, wordt door den officier van
justitie alhier wederom een social:sten-proces aan-
hanging gemaakt, en wel tegen den dichter van
het //Welkomslied ter eere van onzen vriend en
voorganger F. Domela Nieuwenhuis, na zijne on-
verwachte invrijheidstelling 31 Aug. 1887," wijze:
z/voor Koning en voor Vaderland waakt ieder jongen
mee," bekend als de kinder-aubade bij de April-
feesten. De dichter, P. C. d. R., volgens Recht
voor Allen de Ruijter, zal zich namelijk voor den
rechter moeten verantwoorden voor de woorden van
het couplet, waarin ZEx. de Minister van Justitie
beleedigende woorden worden toegevoegd. Het lied
werd gedurende de feestelijke ontvangst van D. N.
alhier, op Zondag 4 Sept., in en om het Volkspark
verkocht en verspreid.
Het aantal instellingen van onderwijs te
Leiden wordt met het aanstaande najaar naar
het L. D. meldt weder met eene vermeerderd
de Notariaatschool.
Reeds sedert geruimen tijd heeft tot de oprichting
tervolgd werd. Niemand ontwarende ging hij de
stadspoort uit en liep langs een omweg naar de
rivier. Aan den steiger tegenover het veerhuisje
gekomen, keek hij eerst nog eens rond en klapte
daarna driemaal in de banden.
Onmiddellijk werd aan de overzijde een bootje
losgemaakt en naar den steiger geroeid. De luitenant
stapte in het schuitje dat door een oud man aan
wal werd gehouden.
//Niets bijzonders, Urner?" vroeg de officier.
,/Neen, luitenant."
z/Vooruit dan, maar hou het midden van den
stroom zoodat men ons van den oever niet zien kan."
De oude schipper voerde het schuitje in het midden
der rivier, roeide daarna stroomafwaarts en kwam
eindelijk bij den muur en het poortje waar de
rnajoor op den bewusten avond had staan loeren.
Haltzeide de officier, toen zij ter hoogte van
het Inselpark gekomen waren„roei nu naar de
bocht."
De schipper stuurde het bootje derwaarts en de
officier sprong aan wal. ,/Wacht hier even," sprak
hij fluisterend tot den schipper, ging het park in,
doch kwam spoedig terug.
,/Hebt ge een uurtje tijd, Urner?"
z/J a wel, luitenant."
//Zou men je ginds niet missen."
z/Neen."
z/Nu, wacht dan aan de overzijde op me, doch
roei tot onder de struiken, zoo gedekt mogelijk,
TER \EIZE\S(UE 101 HUT
1MB—i—M"—— ■nun ir