Alg emeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen. AANBESTEDING, No. 2303. Zaterdag 11 Juni 1887. 27e Jaargang, aan te besteden Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor Nederland f 1,10. "Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$. Men abonneert zicb bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTlEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. nit blad versch|jnt Uinsdat- en Vrijdasravond blj den uitgever P. J. V A Bl DE 8 A M O E te Ter Nenzen. Bij deze courant behoort eeii bijvoegsel. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van STOPPELDIJK maken bekend, dat zij op Zaterdag 25 Jiuii 1887, des namiddags 1$ uur in de Gemeente- kamer te Rapeuburg, zullen trachten in het openbaar Het verbouwen en uitbreiden der onderwijzerswoning te Pauluspolder. De plaatselijke aanwijzing zal geschieden op Zaterdag 18 Juni 1887, des namiddags 1$ uur. Bestek en teekening liggen op de Gemeente- Secretarie tot op den dag der besteding terinzage en zullen aldaar in afsckrift tegen betaling der kosten verkrijgbaar zijn. Stoppeldijk, 6 Juni 1887. Burgemeester en Wethouders voornoemd, COLLOT d'ESCURY, Burgemeester. D. YSEBAERT, Secretaris. .folitieli Overzicht, De politieke kar loopt in Engeland langs niet minder hobbeligen weg. Te Birmingham is eene bijeenkomst gehouden van radicale unionisten, onder voorzitterschap van Chamberlain. Aan de vergadering werden brieven voorgelezen van Bright en van lord Hartington. De eerste klaagde over den scherpen toon van de voorstanders der scheiding, over de vennooten Gladstone en Parnell. Hij wijst op hunne meerderheid en valt den ex-minister hard, omdat „he has turned his coat," (zijn kleed heeft omgekeerd van iuzicht is of schijnt veranderd.) Hartington deed uitkomen, dat Gladstone zich wel bereid had verklaard om zijn, door de volkstem veroordeeld, ontwerp te wijzigen, maar dat hij in gebreke was gebleven om aan te toonen, hoe dit op practische en bevredigende wijze zou kunnen geschieden. De houding der Home Rulers had, volgens hem, de oplossing der lersche kwestie naar eene verre toekomst verschoven. Uitbreiding van zelfregeering voor Ierland was noodig en gewenscht, maar slechts mogelijk op eene wijze, die de parlemen- taire meerderheid volkomen voldeed. Daarenboven werd het gezag van het Parlement dagelijks ver- zwakt door de samenwerking van een deel der liberalen met eene partij, die niet den minsten eerbied voor de parlementaire instellingen toonde te bezitten. Chamberlain meende, dat het oogenblik was gekomen om een nieuwen weg in te slaan, daar de liberale partij voor goed gescheurd was. Admiraal Maxse wilde niets van een zelf-bestuur in Ierland weten, FEUILLETON. 5) De familie van den kapitein bestond slechts uit zijne vrouw en een kleinen knaap van zes jaar. Mevrouw Winterdalen was een schoone vrouw van even 24 jaren, met blauwe oogen en vlasblond haar, met een bevallige, slanke gestalte en een be- koorlijk gelaat, die met haar man een hoogst gelukkig leven leidde. Het eenig verdriet der jonge vrouw was de veel- vuldige, langdurige afwezigheid van haar man, die ten gevolge van zijn zeemansberoep meer dan de helft van het jaar op zijn schip doorbracht en, zooals men beweerde, voornamelijk tusschen West-Indie en Europa reisde. Des te grooter vreugde heerschte er dan ook in het huis van den kapitien, wanneer hij behouden en wel en met geschenken voor vrouw en kind beladen van een eenigszins lange reis tot de zijnen terugkeerde. Terwijl de kapitein op zee was, stond Mads Nielsen de jonge vrouw steeds als beschermer en dienaar ter zijde; hij hield met dezelve bereidvaardigheid haar tuin in orde, als waarmee hij haar de levensbehoeften uit Svendborg bezorgde. Reeds vijf jaren lang bewoonde kapitein Win terdalen met de zijnen de villa en nog altijd waren dat, volgens hem, zou uitloopen op onafhankelijk- heidsverklaring. Lord Randolph Churchil is te Wolverhamptom opgetreden en heeft daar voor velen onaangename waarheden gezegd, a la Dilke. Hk zal u eenige curieuse zaken vertellen," zeide de spreker. „Gij hebt geen eukele vesting die be- hoorlijk is gewapend of geproviandeerd, een groot aantal strategische plaatsen is geheel niet gewapend en geheel met geproviandeerd. De groote vesting Malta kan een garnizoen geen drie weken lang onderhouden. Gij hebt geen enkel stuk zwaar geschut, van welken aard ook, in reserve. Gij hebt evenmin een enkel projectiel voor zulk geschut in reserve. Uwe rijdende artillerie, waarop hij zoo trotsch zijt, is gewapend met een kanon, dat lord Wolseley het slechtste in gansch Europa noemt. Uwe veldartillerie is met zulk slecht geschut ge wapend, dat men het door ander zal moeten ver- vangen. Uwe Britsche infanterie, die vroeger de beste in de wereld heette, is voorzien van geweren, die bij elk gevecht zijn gebleken onbruikbaar te zijn, de bajonetten buigen bij het gebruik krom, even als de sabels uwer cavallerie en die van uwe matrozen. Ofschoon gij 31 millioen pond jaarlijks uitgeeft voor leger en vloot, hebt ge slechts trans- portmiddelen voor 20000 man. Indien dit uwe militaire positie is en ik tart ieder om het tegen te spreken, is het dan niet de grootste en de ergerlijkste dwaasheid, te spreken van het overwicht van Eugeland in den raad van Europa? Denkt gij niet, dat het de grootste en ergelijkste dwaasheid zou zijn voor een Minister als er zoo een te vinden was om te droomen van gewapend verzet tegen Ruslaud's voortdringen in Zuid-Europa En terwijl Lord Churchill deze philippica hield, redevoerde Gladstone in Wales, waar hij giug be- toogen, dat de oplossing der lersche kwestie geen uitstel kan leiden, omdat vele hervormingen daarop wachten. Dit stuk speelde juist op zijn plaats, want in Wales heeft men het land aan de tienden voor de Engelsche staatskerk, wijl negen tienden der bevolking niet tot de Anglikaansche kerk behooren. Of deze nieuwe tactiek van den Hout- hakker den toets der critiek in alle opzichten kan doorstaan, betwijfelen wij. Dat hij Wales zoo voor zijn Home Rule kan winnen, dit betwijfelen wij niet. Ofschoon de onderhandelingen met de Porte tot een gunstig resultaat hebben geleid, is de Egyptische kwestie daarom nog niet van de baan. Erankrijk heeft al geweigerd tot de Engelsch—Turksche con- ventie toe te treden. In Midden-Azie heeft zich ook iets voorgedaan, dat voor John Bull onaaugenaam is. De emir van Bokhara heeft uit zijne omgev-ing al de personen weggezonden, die tegen de Russen intrigeerden en kwaadwillige geruchten omtrent den aanleg van Russische spoorwegen door het Khanaat verspreiden. De emir gaf bij die gelegenheid den de schranderste dames van Svendborg er niet in geslaagd, nadere bijzonderheden aangaande het werke- lijk doen en laten der vreemdelingen op het spoor te komen. Mevrouw Winterdalen bezocht niemand, en ontving geene bezoekende kapitein werd, wanneer hij altijd slechts voor zeer korten tijd op zijn landhuis vertoefde, bijna nooit gezien, en bij den ouden Mads Nielsen richten zelfs de slimste vragen niets uit; beproefde men het iets aangaande de familie te weten te komen, dan wist hij den vrager altijd spottend met een kluitjen in het riet te sturen; de nieuwsgierigen achtten het eene ramp, dat Mads Nielsen een oud vrijer waswanneer hij eene vrouw had gehad zoo meenden zij dan zouden zij'reeds lang ge- weten hebben, niet alleen wat het voor eenesoort van familie was, maar ook precies hoe het er in de garderobe en de linnenkast van mevrouw Winterdalen uitzag. 's Daags na de ramp van Bornholm, die in Svendborg dadelijk bekend was geworden en groote ontsteltenis had veroorzaakt, stond Mads Nielsen met nog een anderen visscher aan het strand en beiden keken vorschend naar de zee. Tevergeefs deden ze alle moeite om te ontdekken wat zij zochten en zelfs de verrekijker gaf geen hulp. Inmiddels was het avond geworden en vol onrust liepen de beide mannen lang3 het strand heen en weer. ffIk kan het niet geloovenbegon Mads gouverneur-generaal van Turkestan kennis, dat hij en zijne onderdanen met ongeduld het tijdstip te gemoet zagen, dat hun land met het machtige rijk van den Witten Czaar zou worden verbonden. Een gevoelige ontboezeming voor den Brit, die zoo on- gaarne zulk een sympatie voor Rusland ziet Over de Bulgaarsche zaken valt weinig te zeggen. De Porte heeft eene laatste poging gedaan om Rusland over te halen tot het aanwijzen van een candidaat voor den troon. Mocht deze poging vruchteloos blijven, dan zou de Porte het initiatief nemen om een candidaat aan de mogendhedeu voor te stellen. Het kleine vorstje in de Zwarte bergen is aan de Albaneesche grens in contact geweest met Turksche bendenveel dooden aan beide zij den, wordt uit Scutari bericht. De Staats-courant van 9 Juni bevestigt het bericht, dat aan den Minister van marine tijdelijk de waarneming wordt opgedragen van de functien van Minister van waterstaat, handel en nijverheid, gedurende den tijd dat laatstgenoemde tot herstel van gezondheid in het buitenland vertoeft. Het verlof duurt een maand en gaat in 10 dezer. De Parijsche correspondent van de Daily News meldt, dat de bestelling van eenige gala- costuums, door H. M. de Koningin der Nederlanden te Parijs gedaan, is ingetrokken. Als reden daarvoor wordt opgegeven dat de gezondheidstoestand van Z. M. den Koning veel zorg baart. Z. M. zou namelijk zeer zwak zijn en lijden aan storing in de spijsvertering en rheumatische jicht van ernstigen aard. Het gure weder zou den toestand hebben verergerd. Dit onrustbareud bericht wordt tot dusver niet bevestigd door hetgeen hier te lande omtrent de gezondheid des Konings bekend is. Alleen verneemt men dat Z. M. in de laatste dagen niet uitging, daar het loopen hem moeilijk viel. Aan den heer Mr. A. F. K. Hartogh is gisteren verlof verleend op een nader te bepalen dag tot den Minister van Justitie een vraag te richten, naar aanleiding van het feit, dat eenige personen door het Hof te Amsterdam, wegens de ongeregeldheden op 25 en 26 Juli jl. veroordeeld, die straffen nog ondergaan, niettegenstaande zij, die in geheel gelijke omstandigheden verkeerden, door den Hoogen Raad van rechtsvervolgingzijnontslagen, op grond van de niet-strafbaarheid van het ten laste gelegde. Gaarne deelen wij de bizonderheden mede die van deskundige zijde worden verschaft, omtrent de juiste oorzaak van de greve te Scheveningen. Bij het z. g. graaien, dat is het klaarmaken van het vaartuig, dat bij eenigen goeden wil en arbeidzaamheid der zeven koppen sterke equipage plotseling, „dat het verhaal waarheid zou bevatten, Petersen." „Het moet waar zijn, Mads," gaf de andere ten antwoord; ,/denkt ge dan, dat het Fadrelandet zou schrijven, dat het mooiste oorlogsschip in de lucht gesprongen zou zijn, als het niets dan een verzinsel was De kapitein is verraden en heeft liever vrijwillig willen sterven dan uitgeleverd te worden aan den Koning." „De verrader moge sterven," barstte Mads los, terwijl hij de vuist balde, „al ware het mijn eigen broeder! Maar zie eindelijk." Drie roode vuurpijlen stegen op een aanmerkelijken afstands uit de zee ten hemel op. v Laten we spoedig antwoorden riep Mads en met schitterenden glans stegen, door Mads en Petersen afgestokenvan Thoro eveneens drie vlammende slangen in het duister het luchtruim in. (,Gode zij dank, dat de angst en de onzekerheid nu eindelijk ophoudeu Madsik zou ziek geworden zijn van ongerustheid, als we tot morgen te vergeefs op de Schildpad hadden moeten wachten." ,/Als kapitein Vonved er nu maar op is." De visschers klommen in een boot en roeiden in zee, in de richting vanwaar de vuurpijlen hadden geschitterd na een half uur varens zagen zij niet ver voor zich uit een rood licht, en oogenblikkelijk stak Mads een roode lautaarn aan. Al heel spoedig bevonden zij zich in de nabijheid van een groot, zwart vaartuig, dat een kleiner achter zich sleepte. in eenige dagen kan geschieden, werd vroeger door de stuurvrouw, d. i. de vrouw van den schipper, brood, kaas, boter en ook een ,/beetje," d. i. sterke drank verschaft. Deze verstrekking gaf aanleiding tot voor den reeder minder aangename praktijken, zoodat voor een aantal jaren de gezamenlijke reeders besloten daaraan voor goed een eind te maken en de onkosten van die verstrekking te dekken door f 25 aan de bemanning cadeau te geven. Daar- tegen is nooit opgekomen. Maar de laatste acht, negen jaren, toen de gouden haringtijd te Sche veningen nog heerschende was, is eigenlijk het misbruik ingeslopen, dat de bemanning behalve die f 25 ook ontving f 100, af te trekken van de ruwe besommiug. Dit moet nu zoo worden begrepen, dat de reeder daaraan betaalde f 67 de bemanning betaalde later aan die /"100 /33, zoodat 't geheele verschil over bet graaigeld eigenlijk loopt over een som van f 42. Aangenomen, dat die in acht deelen verdeeld wordt, de equipage plus 1 buitenman (soms deelt een Scheveningsche buitenraan ook er in mede, de vreemde buitenlieden krijgen daarvan nooit iets, omdat zij eerst aan boord komen als 't schip klaar is) dan bedraagt dit per kop f 5,20. En daarover loopt nu 't gansche geschil. Nu echter de gouden haringtijd voor Scheve ningen totaal voorbij is en schippers en zeelieden van opgespaarde penningen huisjes bouwen en de reeders van jaar tot jaar door de enorme concur- rentie, hoofdzakelijk van Duitschland en Engeland, wat den haring betreft, achteruit gaan, zoo zelfs, dat daarvan door bevoegden, buiten de reederij staande, merkwaardige staaltjes zouden kunnen worden geleverd, besloot men in December 1886, dat voor 1887 geen verandering, welke ook, in de primitieve condition, waarop gevaren werd, zouden worden toegestaan, omdat 't niet kon en dat men zich stipt aan die voorwaarden zou houden. De reeders hebben dit en schippers en zeelieden,. voor- dat zij werden aangemonsterd medegedeeld. Er is toch wel eenigszins door't zeevolk gemopperd, doch bezwaren van eenigen ernstigen aard zijn daartegen niet ingebracht, omdat de visschers zich voorstelden dat ook ditmaal 't een maatregel van den dag zou zijn, ofschoon zij zeer goed weten dat de financieele toestand van de reeders alles behalve schitterend is en niets meer kan worden toegestaan. Daarbij kan men nog voegen, dat de reeders uitsluitend de schrobnetvisscherij doen uitoefenen ten bate van de visschers, wijl elk schip in die maanden voor hen zeker een verlies oplevert van f 500 en dit varen ook alleen plaats heeft om 1800 koppen niet broodeloos te laten rondloopen en er aan zoogen. »wijvenvisch" of visch achter de schuit, bijna even zooveel verheimelijkt wordt als de geheele besom- ming per reis bedraagt, waarvan de reeder geen stuiver verlangt. „Mads Nielsen klonk een krachtige stem van het dek der Schildpad. Kapitein Yonved juichte deze, die de stem had herkend. „Gode zij dank, Petersen De visschers, die de Schildpad inmiddels hadden bereikt, bestegen vlug het schip, en met een krachtigen handdruk en een ernstig gelaat ontving Lars Vonved eerst Mads daarna Petersen. //Dus alles is toch verzonuen, ziet ge wel, Petersen," riep Mads zijn vriend toe. „Nu zie je hoe je het Fadrelandet kunt vertrouwen „Helaas, alles is maar al te waar, Mads," zei Vonved met trillende stem. #Ik moet u iets vreeselijks mededeelen." Ontzet week de visscher achteruit. i/O, ik had er reeds een voorgevoel vanriep hij. wWaar is Jdrg?" ^Gevonnisd, arme vriend Mads Nielsen sloeg zich met beide handen voor het hoofd. Kapitein kapitein Vonved bracht hij met moeite uit, „was mijn broeder de verrader? Jdrg de Judas?" Ja, Mads; zoo trouw als gij zijt, zoo trouweloos was Jdrg; mij en u en al ouze vrienden had hij voor een buidel vol daalders verkocht. Door de gansche bemanning der Schildpad en der Amalia is het oordeel over hem uitgesproken en zijn straf vond hij op den bodem der zee." //Ik zou hem mede veroordeeld hebben, kapitein TER \ElZE\iS('flE <01 111 VI

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1887 | | pagina 1