No. 2299. Zaterdag 28 Mei 1887. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. AMTBISTEBme. 27e Jaargang, Binnenland. ABONKEMENT: Per drie maanden biunen Ter Neuzen 1,Franco per post Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Yoor Amerika 1,321. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven bushouders. Voor ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer ner jaar, tot veel verminderden prijs. Bit blad vergchljut Dinttdag- en Vrljdagavoud bij den aitgever P, Ter Nenzen. BU deze courant hchoort eeu bijvoegsel Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN zullen op Ilouderdag, 3 Juni a. s., 's morgeus 10 ure, op het gemeentehuis in het openbaar, bij enkele inschrijving, AANBESTEDEN het maken van riolen en bijbehoo- rende werken, met bijlevering van materialen. De voorwaarden liggen ter inzage op de ge- meente—secretarie. Plaatselijke aanwijzing zal geschieden Zaterdag 28 dezer, 's namiddags 3 ure, terwijl verder in- lichtingen te bekomen zijn bij den gemeente- bouwmeester. Ter Neuzen, 24 Mei 1887. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. A. VAN BOVEN, Burgemeester. J. DIELEMAN, Secretaris. F*olitieli Overzicht, In Frankrijk is de toestand nog gelijk. Freycinet heeft den president der republiek een bezoek ge- bracht en verklaard, in de gegeven omstandigheden geen kans te zien tot het vormen van een levens- vatbaar Kabinet en dientengevolge het hem gegeven mandaat neer te leggeu. 't Is inderdaad moeilijk. Men behoeft slechts den stand der partijen in de Kamer na te gaan om hiervan overtuigd te worden. Noch de radicalen, noch de oppertunisten kunnen over eene raeerderheid beschikken, daar de 164 leden der rechterzijde, dus de vijanden der republiek, steeds de schaal ten gunste van de oppositie kunnen doen overhellen. Dus is eene republikeinsche meerderheid slechts mogelijk door samenwerking van twee of meer republikeinsche fractien. Een andere uitweg is: Kamer ontbinding, een beroep op het volk door een nieuw Ministerie. Maardat zou een greep in het duister zijn. Het volk heeft zijn leiders, bewerkers en dwingers. De oppositie tegen het op nieuw benoemen van generaal Boulanger tot Minister van Oorlog neemt in omvang toe. Een gevoelige knak is hem toegebracht door het openbaar maken van zijn deelname in dezoogenaamde geheime fondsen met een half millioen francs, welke gelden bestemd waren om Boulanger den steun te verzekeren van bladen als de France, de Lanterne en zelfs de Revanche. De Figaro bevat een artikel dat veel sensatie maakt. In dit artikel deelt generaal Le Flo, die herhaaldelijk voor de laatste maal van 1871 tot 1879 Fransch gezant te St. Petersburg is geweest, mede, dat FEUILLETON. Yorst Bismarck in 1875 alleen door de krachtdadige tusschenkomst van Czaar Alexander II is verhinderd om aan Frankrijk den oorlog te verklaren. De zending van den heer Von Radowitz naar St. Petersburg had, volgens de mededeeling, geen ander doel gehad, dan Rusland, voor het gevai dat Duitsch- laud weder den oorlog aan Frankrijk zou verklaren, tot een welwillende onzijdigheid over te halen, en het in ruil daarvoor de vrije hand zou laten in het Oosten. De Czaar had deze voorstellen met verontwaardiging afgewezenen den heer Von Radowitz zeer //ongenadig" behandeldaan generaal Le Flo had Alexander II de stelligste verzekeringen van tusschenkomst gegeven, en zelfs beloofd, den gezant te zullen waarschuwen, als hij merkte, dat de Duitsche Rijks-kanselier tot de uitvoering zijner booze plannen wilde overgaan. De ijverige toerustin- gen van Frankrijk had de Czaar volkomen gebil- lijkt„soyez forts had hij generaal Le Flo telkens toegevoegd. Verder had de Russische gezant te 1'arijs, V orst Orloff, den generaal medegedeeld, hoe reeds in 1874 de heer Von Bismarck hadgezegd: c/Wij verlangen geen oorlog, maar Frankrijk reor- ganiseert zijn materiaal aan wapenen en manschappen te snel naar onzen zin. Daarom willen wij een nieuwen waarborg hebben, en zullen wij Nancy bezetten." Dat kan van a tot z waar zijn, maar 't is jammer dat twee getuigen doof voor alle navraag zijn, n.l. Alexander II en Gortschakoff, die beiden at patres zijn gegaau. De Czaar, de Czarina en de Grootvorsten zijn weder te Gatschina teruggekeerd uit het land der Donsche kozakken. Dat wegen, bruggen en stations met soldaten waren afgezet, behoeft nauwelijks ge- zegd. Het doel der reis is geweest het installeeren van den Czarewitch als Hetman van de Donsche kozakken. Dit heeft met vele ceremonien plaats gehadrevues en krijgsspelen zijn gehouden, ridder- orden verleend en geschenken aangeboden. Brood en zout, de symbolen der gastvrijheid, werden te Novotscherkask door eene deputatie op een reus- achtigen zilveren schotel, door de eigenaars der mijnen aan den Don in een groote vaas den Keizer aangeboden. Na de wapenschouwing bracht men den Czarewitch een prachtig roomkleurig rijpaard, een geschenk van zijne regimenten. De vorstelijke familie is er goed afgekomen, beter dan de gou- verneur van Astrakan, die bezweken is aan de ge- volgen van een aanslag, op hem gepleegd. De moordenaar is fier op zijne daad, daar hij het land van den dwingeland heeft willen verlossen. Kaul- bars heeft verslag gedaan van zijne reis naar Bis marck en den Czaar als zijne overtuiging te kennen gegeven, dat de Bulgaarsche aangelegenheden op vredelievende wijze zouden bijgelegd worden. Nu, de Bulgaren zullen hun eigen zaken wel afdoen. De geldcrisis, waarop Rusland gehoopt had, komt niet, zelfs heeft de Regeering medegedeeld, dat de geruchten onwaarheid bevatten als zou zij steeds met financieele moeielijkheden te kampen hebben. Of Bismarck zijn oorlogsraaterieel klaar heeft? Men zou 't zeggen, omdat een groot aantal werklieden van het arsenaal te Spandau hun con°;e hebben gekregen. Een Elzasser afgevaardigde, de Slijarige Dollfus, een echt Fransch patriot, is tot de vaderen vergaderd. Ofschoon hij slechts een- maal op den Duitschen Rijksdag is verschenen om er eene acte van protest voor te lezen, werd hij toch telkens door de Elzassers herkozen als protest tegen de annexatie. In het Engelsche Lagerhuis is het amendement van Russell verworpen, dat als strafbaar feit wilde uitsluiten de combination van pachters onderling tegen betaling van te hooge pachtsommen. De onderhandeliugen met den Paus loopen op niets uit, nu het Vatikaan zich niet met de Iersche kwestie wil inlaten, maar integendeel prelaten benoemd, die verdacht zijn van Parnellisme. 't Wordt er niet beter op met die toestanden, nu Lord Hartington namens de Liberale unionisten verklaard heeft dat de fractie besloten heeft iedere bepaling te verwerpen, krachtens welke zekere rechtsgedingen over in lerland gepleegde misdrijven voor een Engelsche rechtbank zouden worden behandeld. De ongun- stige berichten uit Cairo over den toestand aan de zuidelijke grens van Egypte wekken ook niet tot blijmoedigheid bij de Britten. Blijkens eene mededeeling ouder de „Officieele berichten" is de postverzeuding uit Duitschland naar Engeland nu voorloopig zoo geregeld, dat een deel der pakketten, die uit Noord-Duitschland, den weg over Vlissingen zal nemen, en het overige dien over Ostende zal blijven volgen. Van de ver- beteringen, door Belgie toegezegd, zal het afhangen, of deze voorloopige regeling al dan niet een blij vend karakter zal krijgen. De reis van Londen naar Berlijn over Vlissingen duurt 24 uren. Bremen, Hamburg en het overige deel van Noord-Duitschland verkrijgen een aan- sluiting aan deze hoofdlijn. Een ontaarde moeder A. M. genaamd, die met G. B. een zwervend leven leidt, besloot tusschen Venendaal en Eede zich van haar achtjarig zoontje te ontdoen, niettegenstaande het ongelukkige kind iederen dag nog 50 a 75 centen met bedelen ophaalde dat genoemd tweetal aan sterken drank offerde. Ver van eenige woning werd het kind stevig aan een boom gebonden en toen verwijderde men zich als ware er niets gebeurd. Na langen tijd wist het knaapje zich los te worstelen en dwalend bereikte hij Venendaal waar hij voorloopig door de politie ouder dak is gebracht. A. M. en G. B. worden opgespoord. Treurig schudde de ander methethoofd. Als de eerlijke Engelschman een scherper blik had gebad, dan zou hij bemerkt hebben dat de Deen niet zoo treurig gestemd was, als hij dit na het verlies van zijn schip en zijne bemanning wel had kunnen en moeten zijn; veeleer sprak uit de oogen van den vreemdeliog een zekere kalmte en koude tevreden- heid. n Wat voor een schip hadt ge //Een brik." //Iloe heette ze //Eingteens Minde." //Dat klinkt mij precies als Hebreeuwsch in de ooren schrijf me die naam eens in mijn dagboek, De Deen deed wat de ander verlangde. //Wilt ge uw naam er ook nog bij schrijven verzocht de Engelschman. ,/Vreemde namen kan ik slecht onthouden, als ik ze niet eerst geschreven voor oogen heb gehad." Deze zoo eenvoudige en natuurlijke vraag, waarop de Deen toch voorbereid had moeten zijn, bracht een indruk bij hem teweeg, waarover de Engelschman ontstelde. Terwijl hij zich fier verhief, staarde hij den kapitein met trotsch en dreigend gelaat aan, eene siddering giug hem door de leden en hij perste als het ware uit zijne lippen de woorden z/Ik heet Lars Vonved." z/Lars Vonved!" herhaalde de kapitein, terwijl hij er mompelend bijvoegde „Dat zegt hij alsof hij den naam van een admiraal noemt." Eeu oogenblik daarna had Lars Vonved zijn naam in het dagboek van den kapitein geschreven, vervolgens nam hij een blad papier, schreef daar iets op en reikte het den Engelschman over met de woorden ,/Bewaar dit zorgvuldig; het zal u eenmaal van groot gewicht zijn." De verbaasde kapitein greep het papier en las sle'chts de woorden: ,/Eingsteens Minde. Aan kapitein Charles May van de //Camperdown," den 18den Juni 18 Lars Vonved." Met een glimlach bedankte de oude zeeman hem, legde het blad in zijn dagboek en antwoordde //Ik hoop, mijnheer Vonved, dat ik u over een paar dagen behouden te Kopenhagen aan wal kan zetten tot zoolang noodig ik u vriendelijk uit, mijne kajuit met mij te deelenwe hebben dan tijd, nader kennis met elkaar te maken. Nu moet ik naar dek." z/Ik ga met u mee, kapitein." De beide mannen verschenen op het dek en Vonved bracht den stuurman en den matrozen zijn dank voor zijne redding. Vervolgens bezichtigde hij het schip en keek naar het kompas, om zich van den koers van het vaartuig te vergewissen. In de verte bespeurde men andere schepen en ook een paar visschersbooten. Een der eerste schepen trok bizonder de opmerkzaamheid van Vonved, en toen de kapitein hem vroeg waarom hij dit schip met zoo gespannen aaudacht in 't oog hield, antwoordde hij Jk geloof dat ik het kenhet is een Deensch jacht." z/Een Deensch jacht, meneer Vonved?" riep de kapitein verbaasd uit. //Ge moet een scherpen blik hebben dat ge met het bloote oog op zulk een afstand zoo iets kunt ontdekken. Ik zou u zonder verrekijker niet kunnen zeggen, of het een Deensch jacht of eene Engelsche sloep was." Vonved nam een verrekijker, richtte dien op het vaartuig en gaf hem daarna aan den kapitein. //Kent ge het schip?" vroeg deze. vDat zult ge zien," was het antwoord. VI ug en haudig, als de flinkste matroos, klom Vonved in den mastkorf, maakte zijn gordel los, die zich als een vlag van verscheidene ellen ontplooide, en heesch deze als signaal naar boven. Kapitein May richtte zijn kijker op het vaartuig in de verte en was niet weinig verbaasd, toen hij na verloop van eenige minuten bespeurde, dat de bemanning daar zich op de voorplecht verzamelde en dat onmiddellijk daarna een vlag als antwoord op de Camperdown werd geheschen. z/Dat noera ik nog eens opletten," riep de kapitein Vonved toe, toen deze weer met zijn vlaggengordel van uit de mars op het dek was geklommen. z/L w signaal werd dadelijk gezien, meneer Vonved." MeD verneemt, dat de veroordeelden wegens deelneming aan het palingoproer te Amsterdam geen gunstige beschikking te wachten hebben op de verzoeken om gratie of verdere ontheffing van straf, door of namens hen ingediend op grond van de omstandigheid, dat hunne medebeschuldigden, die zien in cassatie hadden voorzien, zijn vrijgesproken of van rechtsvervolging ontslagen. Men schrijft aan de L. C.: Nog weinige dagen dan is het Pinkster en breekt Zomermaand aan; zoo schiet de tijd op. Hoe drijven de grauwe wolken. bteeds uit het noorden met felle wind- vlagenen hoe is de temperatuur? Of er ijs uit de lucht valt, voegt men elkander toe. Drijven er bijgeval nog eene menigte ijsbergen in den Al lan tischen Oceaan rond, die eerst moeten smelten Niemand kan hierop met zekerheid antwoorden maar wat men bij mamer van spreken opvatte, dat er een witte Pinkster verwacht werd, begint geloof to verdienen. Het is in 't hooge Noorden, o. a. TTtreeFf" f fm'p -Zer WarUler d™ te mland itf F Z hflerlpheid Bloei- aand 1887 is daarby spoedig opgegeven. Den uwr nof. ee° Paar, daoen was het groeizaam weer; toen liep de wind naar het noorden, er kwam storm uit het westen, 's nachts onweer met hagel- buien ui het zmden, eindelijk allerlei weer met nachtvorsten uit verschillende windstreken en de noordenwind houdt stand. Daft met eene zoo We temperatuur met groeit worden de tuinders gewaa°r die beweren dat eigenlijk de winter, enkele dagen wefnm°nS 6 T Seweken is. En het scheelt weinig of de andbouwers zijn van hetzelfde voelen, als zij bespeuren dat er geen gras in het .e.],»d ,s, de koeien ,„1 kou3e le hebben en gaarne misschien weer den warmen stal door0"!, W1 re,kken als «J' bezocht worden door hagelsteenen, die haar op den pokkel trom- melen en zeer doen. p,~\Van °udlT~ Z6F de heer A. W(inkier) P(rms) in de N. V. C. heeft ons volk een aikeer van de conscnptie en zoolang het met weerzin onder het juk van deze gebogen gaat, vrijheid Z'C "let beroemen °P het bezit der hA? van beide" bet volk heeft voor het handhaven der onafhankelijkheid van het Vader- land alles over, goed en bloed, en dan zal het zonder dwang gaarne gebruik maken van de aangebodene gelegenheid, om zich daarvoor te oefenen en te wapenen, of het is, als van cosmopolitischen geest, daarvoor onverschillig, en in dit geval is het een onrecht, een inbreuk op zijne vrijheid, het tot den krijgsdienst te dwingen. M anueer men ook maar eenigszins rekening wil houden met gemoedelijke bezwaren en dit dient toch het geval te zijn in een land, waar sedert eeu wen vrijheid van godsdienst haren zetel had ,/De kerels doen niet meer dan hun plicht" antwoordde deze kalm. Intusschen naderde het jacht den driemaster pijlsnel. loen het in de onmiddellijke nabijheid was gekomen, werd een boot uitgezet en vier mannen roeiden tot vlak naast den Engelschman. Lars Vonved riep de mannen iets toe en alle vier ontblootten het hoofd. //Hoe gaat het, jongens?" vroeg hij. Alles wel, kapitein," was het antwoord. Vonved keerde zich tot kapitein May om, stak hem de hand toe en nam afscheid met de woorden Ik moet u hier verlaten, kapitein wees verzekerd dat ik nooit zal vergeten, hoe u mij van den dood hebt gered. Bewaar het blad papier goed, misschien kan ik u nog eenmaal blijk van mijne dankbaarheid geven. Vaarwel Een minuut daarna was hij in de boot en na verloop van een half uur kon kapitein May, zelfs met behulp van zijn verrekijker, niets meer van het jacht van kapitein Lars Vonved bespeuren. Vier dagen na dit voorval liet de Camperdown het anker voor Kopenhagen vallen. Kapitein May guig aan walnadat hij zijner bemanning de noodige bevelen had gegeven, en trad een komehuis binnen, waar hij reeds vroeger dikwijls was geweest. Daar er zich buiten hem niemand m de gelagkamer bevondmet wien hij een praatje had kunnen maken, nam hij de nieuwste krant in handen. Plotseling ontstelde hij hevig, TER EISCHE COIRIYT. SIN DE

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1887 | | pagina 1