Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2280.
Woensdag 23 Maart 1887.
27e Jaargang,
AA3HBBSTEDIBJ 6.
AANBESTEDEN
2) Oude Kennissen.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika f 1,32^.
Men abonneert zicb bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kac zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Hit bind verscliijjnt UiuNdag. en Vpljjd.*«savond bij den uitaever P. X. VAN D E S A Al B E te Ter Keuzen.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen op Dinsdag30 Maart 1887, des voor-
middags 11 uren, in het gemeentebuis aldaar, in
het openbaar, bij enkele inschrijving,
1°. het onderhouden van en doen van
herstellingen sxn.n de gebouwen
en andere gemeente-eigendommen,
met bijlevering der benoodigde
materialen, gedurende 1887.
2°. het uitvoeren van eenige verfwer-
ken (afzonderlijk perceel).
De bestekken liggen ter lezing en zijn verkrijg-
baar ter gemeente-secretarie van 18 Maart a. s.
Inlichtingen zijn te bekomen bij den gemeente—
bouvvmeester.
Ter Neuzen, 15 Maart 1887.
Burgemeester en Wethouders voornoeind,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
folitieli Overzicht.
Het is zeet verklaarbaar, dat de uitslag der ver-
kiezingen in Elzas-Lotharingen te Berlijn een zeer
onaangenamen indruk beeft gemaakt." Men gaat
echter te ver, wanneer men dnaruit wil afleiden,
dat de Duitsche regeering de Rijkslanden voor een
te gevaarlijk bezit houdt en dus het oor zou willen
leenen aan een voorstel, om aan de beide provincien
eene zekere autonomie, ja zelfs politieke neutraliteit
toe te kenuen. De niet ongelukkige bemoeiingen
van de kerk met zekere vraagstukken van inter-
natiouale politiek bebben aanleiding gegeven tot
het gerucbt, dat een voorstel is in gekomen om van
Zwitserland, Elzas-Lothariugen, Luxemburg, Belgie
en Nederland een zoogeuoeinden neutralen gordel
te makeneen rij van stootkussens tusschen
Duitschland en Frankrijk. Voorloopig toont men
zich in Duitschland weinig gezind om dit denkbeeld
van den Parijschen Figaro te verwezelijken. Iu-
tegendeel wordt de anti-Duitscbe demonstratie in
de Rijkslanden door de regeering te Berlijn met
groote gestrengheid beantwoord. Men weet, dat in
de vorige week een aantal schertn-, gymnastiek-
en zangvereenigingen zijn ontbonden, als verdacht
van gemeenschap met Fransche geestverwanten,
terwijl ettelijke officieele personen, die bij de ver-
kiezingen niet genoeg ijver voor „de goede zaak"
hadden betoond, van hunne ambten zijn ontzet.
De heer De Lesseps, die eenige dagen te Berlijn
FEUILLETON.
,/Lange Andreas, zie ik je ten langenleste nog
eens weer? Nu, dat doet me pleizierMet die
woorden werd Kiirtenberg uit zijne droomeD gewekt.
Hij zag op en ontwaardde een man met een
verwilderd gezicht waaruit een paar kleine
kwaadaardige oogen hem woest aanzagen. Het
was een in lompen gekleede, vierkante kerel, met
een dikken knoestigen stok in de hand.
„Gij kent mij zeker niet meer?" ging de
landlooper lachend voort en plaatste zich voor den
scbrijnwerker, die zonder een woord te spreken
verder wilde gaan. Het is al langen tijd geleden
dat wij slaapkameraden waren, maar ik heb je
toch op staanden voet weer herkend, al ben je
ook gebeel verauderd."
,/Ge vergist u.," antwoordde Kiirtenberg en
wilde zijn weg vervolgen."
tfOch, maak maar geen uitvluchtjes, Andreas
en zijn breede hand op Andreas schouder leggend
voegde gij er bij„Dat is tot niets nut. Ik
heb voor gezicbten een zeer sterk geheugen. Met
wien ik eens in de gevangenis gezeten heb, dien
herken ik altijd weer. Ik had het trouwens
niet kunnen droomen, dat ik hier op de blauwe
mertine (in de dieventaal beteekent dit Pruisen)
heeft doorgebracbt, waar hij den Franschen gezant
Herbette de versierselen van bet grootkruis van
het legioen van eer kwara overbrengen, is in de
Duitsche hoofdstad door de Keizerlijke familie en
de verschillende autoriteiten ontvangen op eene
uiterst vleiende wijze, die in Frankrijk niet onop-
gemerkt is gebleven. Men zou zich echter ver-
gissen, indien men in deze hulde, gebracht aan
den talentvollen en beminnelijken grijsaard, die
het geheim der eeuwige jeugd schijnt te bezitten,
iets meer zag dan eene waardeering van zijne
persoonlijke eigenschappen. De geruchten van eene
door hem tot stand gebrachte toenadering tusschen
Duitschland en Frankrijk zijn even ongegrond als
de bewering, dat hij den heer Von Bismarck zou
hebben gewonnen voor de neutralisatie van het
Suez-kanaal, waarbij natuurlijk aan eene gansch
andere neutralisatie moet worden gedachtdan
die, welke door Sir Henry Drummond Wolff aan
de Porte is voorgesteld.
De Russische gezant te Konstantinopel, de heer
Nelidoff, begint tegenover de Porte meer dan ooit
te voren een aanmatigenden en hoogen toon aan
te slaan. Hij heeft thans den Sultan laten weten,
dat hij niet meer met de Porte verkoos te ver-
keeren, zoolang Kjamiel Pacha grootvizier was.
De Italiaansche Opinione bespreekt in een
hoofdartikel de zich in den laatsten tijd telkens
herhalende aanvallen der Fransche pers op Italie's
politiek. Deze staatkunde zegt het orgaan van
graaf Robilant is het noodzakelijk gevolg van
het feit, dat Frankrijk, door zich van Tunis
meester te maken, Italie's belangen in de Middel-
landsche Zee heeft bedreigd, en wel nadat de
jongste der groote mogendheden een bewijs van
belangeloosheid had gegeven door met ledige
handen van het congres van Berlijn terug te
keeren. Frankrijk kau, na de annexatie van Tunis,
des te minder eene lijdelijke berusting van Italie
verwachten, omdat het nu zooals men pleegt te
zeggen uit de versterkte haven van Birserta
Sicilie en Sardiuie bedreigt. Italie is niet voor-
nemensaan zijn iuvloed in de Middellandsche
Zee nog meer afbreuk te laten doen en heeft
daarom nauwere betrekkingen aangeknoopt met
Engeland, Oostenrijk en Duitschland. Toch heeft
Frankrijk niets van Italie te duchten, indien het
slechts den vrede van Europa niet verstoort, en Italie's
belangen in de Middellandsche zee verder onaangetast
laat. Ook wanneer Frankrijk deze voorwaarden
niet vervultzal bij Italie geen oogenblik de
gedachte opkomen, om zijn voordeel te doen met
eene mogelijke nederlaag van de Fransche wapenen.
Wie heweert, dat in zulk een geval Italie voor
zich Nizza en Savoye zou eischen, is een lasteraar.
Ouze woorden zijn duidelijk zegt Opinione.
Moge de Fransche pers daarin aanleiding vinden,
om zich niet te mengen in onze binnenlandsche
een oude kameraad en landsman zou aantreffen."
Bij het woord „gevangenis" was den schrijnwerker
de schrik om 't hart geslagenschuw en doodsbleek
zag hij naar alle kanten uit of iemand dat woord
ook mocht gehoord hebben. Van ver warring kon
bij niets zeggen.
„Wees nu maar niet bang, er is niemand te
zien," zeide de landlooper en met eene boosaardige
vreugde schiep hij vermaak in de grenzenlooze
verlegenbeid van den andere. //Nu, kom, het is
geen scbandeIk heb meer dan eens in het
tuchthuis gezeten, en ik zou den kerel willen zien,
die mij dat durft verwijten."
z/Ik weet niet wat ge wilt en ken u inderdaad
nietzeide Kiirtenberg nog eens en beproefde
meteen om door een vluggen looppas zich van hem
te verwijderen.
ffNu maak mij nu alsjijblief niet kwaad 1"
riep tbans de landlooper dreigend en verhaastte
zijne schreden om aan de zijde van den andere te
blijven.
,/Ben je soms te voornaam geworden om een ouden
kameraad een vriendelijk woord te gunnen
Maar wie als gij vijf jaren in het tuchthuis gezeten
heeft, heeft geen recht meer om trotsch te zijn,
en mij kunt ge niet wijs maken, dat ik den schrijn
werker Andreas Miinsing niet weer herkennen zou.
Gij wordt zoo rood om 't gezicht als een meisje.
Ja, de zwarte Friedel Ueberling heeft nog goede
oogen. En nu kom, Andreas. Vertel mij eens
aangelegenheden. Mogen de Franschen zich ook
het denkbeeid uit het hoofd zetten, dat Italie's
buitenlandsche politiek zal veranderen, wanneer de
linkerzijde aan het roer komt. Slechts de radikaalste
leden van de uiterste linkerzijde zouden de basis
van Italie's buitenlandsche staatkunde willen ver
anderen eene meerderheid zou voor zulk eene
poging stellig niet te vinden zijn. Frankrijk zou
dus verstandig doen, indien het zich niet met
onwaarschijnlijke combinatien bezig hield, maar er
zich op toelegde, zijne betrekkingen tot Italie
vruchtbaarder en hartelijker te maken.
De regeering heeft besloten generaal Gene uit
Massowah terug te roepen en hem door een ander
als bevelhebber over de Italiaansche troepen te
vervangen. De reden hiervoor is, dat de generaal
het beslag heeft opgeheven op te Massowah aan-
wezige, voor Ras—Aloela bestemde geweren en deze
wapenen aan het opperhoofd der Abyssiniers heeft
gezonden, om daardoor de uitlevering van graaf
Salimheni en diens medgezel te verkrijgen.
Door de regeering is thans een wets-ontwerp
ingediend tot uitstel van de periodieke Juni-ver-
kiezingen.
Het eeuig artikel luidtIn afwijking van artikel
100 der wet van 4 Juli 1850 (Staatsblad no. 37)
wordt de tijd voor de verkiezingen tot vervulling
van de plaatsen der leden van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, die met den derden Maandag
van September 1887 aftreden, vastgesteld, op den
tweeden Dinsdag van Augustus 1887.
Als toelichting zegt de regeering
z/Daar het niet zeker is, dat het werk der her-
ziening van de Grondwet zoo spoedig zal vorderen,
dat voor Juni a. s. de wetten, bedoeld in art. 196
der Grondwet, zullen zijn afgekondigd, en eene
ontbinding der Kamers van de Staten-Generaal zal
hebben plaats gehad, schijnt het wenschelijk de
aanstaar.de periodieke verkiezingen voor de Tweede
Kamer tot een later tijdstip uit te stellen, ten
einde te voorkomen dat de kiezers spoedig na de
gewone verkiezingen weder tot eene nieuwe ver-
kiezing moeten worden opgeroepen.
In het voorgestelde ontwerp van wet wordt
daartoe de tweede Dinsdag der maand Augustus
aangewezen, omdat het den minister voorkomt, dat
voor dien tijd voor beide Kamers der Staten-Gene
raal genoegzame tijd beschikbaar zal zijn om het
werk aan de herzieuing verbonden zonder over-
haasting ten einde te brengen."
Men meldt uit Westelijk Zeeuwsch-Vlaan
deren aan de G Ct.
Nu de tramweg BreskensMaldeghem zijne vol-
tooiing nadert, worden in verschillende gemeenten
plannen gevorind om de inwijding, die naar alle
hoe het je gegaan is, sinds wij elkander in het
tuchthuis vaarwel" gezegd hebben
z/Spreek toch niet telkens van het tuchthuis
zeide Kiirtenberg met gedempte stem, en hij zag
in dat hij zijn anderen medegevaugene toch niet
meer kon ontkomen.
Waarom niet?" grinnikte de andere met de grootste
brutaalheid van een totaal bedorven mensch. ¥Het
is volstrekt geen schande zich in het tuchthuis een
paar jaar te hebben opgehouden. We kunnen het
ook inrichting tot zedelijke verbetering noemen,.dat
klinkt inderdaad veel fijner zeide de landlooper
en liet daarbij een woest gelach hooren.
Kiirtenberg keek weer angstig naar alle kanten
om. Tot zijn geluk was de landweg tamelijk
eenzaam en het begon reeds te schemeren. Slechts
nu en dan reed naar het naaste dorp een wagen
met koren, maar de daarop zittende knechts en
meiden lachten en schaterden onder elkaar en zagen
hun beiden niet aan.
,/Hoe gaat het je thans?" vroeg de landlooper.
//Ik zoek mij door het leven te slaan," was het
ontwijkend antwoord.
z/Heel mooi, maar menigeen gel ukt dat niet. Ik
heb bijna heel Duitschland doorkruist, en zooals
je ziet, heb ik het nog niet ver kunnen brengen,"
en bij dat gezegde zag hij lachende naar zijne vuile
lompen. vJa, als men ten minste maar eens een
nieuw pak kon krijgen, dan zon 't wel mogelijk
zijn om werk te vinden, maar zooals ik er thans
waarschijnlijkheid in de laatste helft der maand
April zal plaats hebben, feestelijk te vieren. Daartoe
worden hereids maatregelen genomen, zooals het
inzainelen van gelden, het engageeren van muziek-
korpsen enz., o. a. te Breskens en te Schoondijke.
De gemeente Sluis werd in de afgeloopen week
eigenares van een kuis, dat in den wfig stond.
Ilierdoor is weer een der vele bezwaren uit den
weg geruimd.
Het trampersoneel is door de benoeming van
den heer Heuft te Winterswijk tot directeur bijna
voltallig; de machinisten zijn reeds aangesteld en
in dienst.
Jammer, dat, nu de goede zaak tot stand ge
bracht is, zich hier en daar stemmen verheffen
tegen hen, die meer of minder in haar belang
deden.
De Kadzandtenaars zullen echter weten, wie zij
als hunne weldoeners te beschouwen hebben en
diegenen te gelegener tijd hunne hulde betoonen.
Naar wij van goederliand vernemen, zegt het
Gron. Wbld., is F. Domela Nieuwenhuis1 in de
gevangenis ernstig ougesteld. Deze ongesteldheid'
is te onrustbarender, omdat is bekend geworden,
dat zijne ziekte van dien aard is, dat verder ver-
blijf in de eel voor hem doodelijk zal zijn.
Ook in andere bladen zagen wij reeds berichten
van dien aard.
Of zij uit betrouwbare bron voortvloeien, weten
wij niet. Zoo het waar is, wat daar wordt mee-
gedeeld, dan mag men van den rechtvaardigen
en humanen zin van den minister verwachten
dat hij de celstraf niet feitelijk tot doodstraf
maaktzoo het niet waar is, zou uitdrukkelijke
tegenspraak van bevoegde zijde niet ongewenscht
zijn, om te voorkomen, dat het bericht verder
worde geexploiteerd. Vad.
Naar wij vernemen, is weldra eene voordracht
van wet te verwachten om de bij de militie in»e-
lijfden, die dit jaar voor ontslag aan de beurt zouden
komen, tot een jaar langeren dienst te verplichten.
Een telle heide— en boschbrand is eergisteren
onder Apeldoorn uitgebroken, vermoedelijk door
vonken uit een locomotief. Het vuur brandde eerst
over ongeveer unr de beplanting langs de spoor-
baan weg. Van de spoorlijn sloeg het in de keide-
velden van het kroondomein, van de Kootwijker
maalschap en op die, gelegen onder Hoog-Buurloo.
Veel akkermaalshout ging verloren, terwijl zelfs
nog niet hij raining kan gezegd worden, over
hoeveel 1IA. de vlammen zich uitstrekten. De
idle wind maakte het blusschen schier onmogelijk.
De burgemeester van Apeldoorn was sjeruimen tijd
op het terrein.
Men schrijft uit Utrecht aan de N. R. Ct:
Een kleine, maar gevaarlijke bende, had sinds
eenigen tijd hier verkeerde praktijken uitgeoefend,
voornamelijk door bij winkeliers bestellingen te
uitzie, durf ik mij bij 't daglicht ter nauwernood
laten zien."
Kiirtenberg zweeg en overlegde, of hij niet
misschien door het geven van een som gelds van den
verschrikkelijken man kon afkomen Maar zijn
helder verstand deed hem Jegelijkertijd inzien, dat
hij daardoor den ellendigen landlooper aan zich
verbinden zou, want de praktijk der oude schurken
was hem niet onbekend, dat zij n.l. gaarne oude
kameraden, die zich trots alles weer er boven op
werken, opsporen om hen geld af te persen en niet
eerder te rusten voordat zij hem weer op den weg
des verderfs gevoerd hebben. Daarom had Andreas
zich zoo ver mogelijk van zijn vaderland verwijderd.
Hier, in deze ver verwijderde streken hoopte hij
nooit een mensch te zullen ontmoeten, die hem
aan zijn ongelukkig verleden kerinnerde, en nu
had dat onzalig noodlot hem toch getroffen.
z/Gij zijt een welvarend man, naar ik zie, gij
kunt mij helpen," ging Friedel voort, nog voordat
de schrijnwerker iets had gezegd. „Het zou waar-
lijk aardig zijn als gij een ouden kameraad aan
een paar daalders wildet helpen. Ik wil ook een
eerlijke kerel worden, en als ge me twintig of
dertig daalders wilt leenen, hoort ge, slechts leenen,
Andreas, dan zou 't mij toch eenig voordeel aan-
gebraclit hebben, dat ik mij over 't weerzien van
een ouden kameraad mocht verheugen.
f Gij moet niet denken, dat ik er warmpjes inzit,"
antwoordde Kiirtenberg voorzichtig, en toen de
TER NEIIZENSCHE COIIRA NT
i ri