Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. D) 1 essssv No. 2277. Zaterdag 12 Maart 1887. 27e Jaargang, Binnenlaud. ABONNEMENT: Per dne maanden biimen Ter Neuzen 1,—. Franco per post: Voor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor America 1,32*. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Bneven- bushouders. ADVERTENT I E N Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaartot veel verminderden prijs. Bit bind ver»ebl|nt Binsdag- en Vrijdagavond bij den nitgever P. J. VAN WE SANWE te Ter Nenzen. Bij deze courant behoort eeu bijvoegsel. JL*olitieli Overzicht, De begrooting zal door den Rijksdag van Duitschland waarscbijnlijk zeer spoedig worden afcehandeld. Eerst wanneer de voorstellen der regeering tot het sclieppen van nieuwe bronnen van inkornsten aan de orde zijn, zal de kracht der nieuwe meerderheid worden op de proef gesteld. De uitslag der verkiezingen in Elzas-Lotharingen is eene bittere teleurstelling geweest voor de re- veering, die had verwacht, dat de meerderheid der bevolkinc zich met de Duitsche heerschappvj had verzoend! Door het ontbinden van vereemgingen hoopt zij waarsehijulijk de kracht te breken van hare tegenstanders, aan wier verzoening zij der- halve schijnt te wanhopen. Een Italiaansch blad verzekerde, dat tusschen Italie, Oostenrijk en Duitschland een verbond was gesloten, waarbij aan eerst genoemd land" de ver- werving van grondgebied werd toegezegd^ als loon voor eene ondersteuning tegen Rusland ot Frankrijk. In het eerste geval zou Oostenrijk het gebied van Trente afstaan in het tweede zou Duitschland, Tunis en Constanstine aan Italie overlaten. Het bestaan van dit tractaat is dadelijk door de Temps tegengesproken, maar het wordt door de Diritto bevestigd, die eveuwel verzekert, dat Oos tenrijk voor de ondersteuning tegen Rusland den afstand van het gebied ten Zuiden van Trente heeft beloofd en dat Duitschland Italie's medewerking in een oorlog tegen I raukrijk met Nice, Savoie en een gedeelte der Provence zou beloonen. Bovendien zouden de beide keizerrijkeu zich hebben verbon den, niet toe te laten, dat het evenwicht in de Middellandsche zee werd gestoord en Italie te on- dersteunen, als het zich van Tripoli wil meester roaken. In 't Brittenland blijft er nog veel aan t haakje. John Bull moet alle kanten uitkijken. De dikke Emir in Afghanistan werft een groot leger aan en heeft een schrijven tot zijne onderdauen gericht, waariu liij hen aanspoort zich voor te bereiden tot den heiligen oorlog tegen de ongeloovigen. De Sultan dringt aan op de ontruiming van Egypte >t geen volstrekt niet in 't program van Wolff voorkomt, maar ook door andere mogendheden wel geweuscht wordt. Aan de oostkust van Afrika zitten de Portugeezen in dik weer met den Sultan van Mozambique, wiens onderdauen tegen de Portugeezen in opstaud zijn gekomeu en behalve de kantoren van deze ook huizen van Engelschen vernield hebben, waarom de Engelsche consul beeft getelegrafeerd oin bijstand tot bescherming der Engelsche onder dauen. Een tarievenkwestie heeft aanleidiug ge- geveu, dat de diplomatieke betrekkingen tusschen Engeland en Venezuela zijn afgebroken. Hierbij nog het wroeten en woelen der socialisteu in Albion en den toestand in Ierlaud, waar de onlusten voort duren, terwijl de staats—secretaris wegens oogziekte zijn ontslag heeft moeten nemen, dat maakt te zamen nog al iets. Opmerkelijk zijn de onthullingen van een Russisch stafofficier over den toestand van het ltussische leger. Volgeus dezen krijgsman zou Rusland niet opgewassen zijn tegen Oostenrijk. Volgens zijne bewering heeft de Czaar noch eerlijke aanvoerders, noch eene eerlijke administratie. De geheele militaire en burgerlijke organisatie berust-op een zedelijk verrotten groudslagde onlangs openbaar gemaakte opgaven omtrent de strijdkrachten zijn volkomen onjuisteen groot deel van de millioenen soldaten bestaat alleen op het papier; het overige is ellendig gewapend en gekleed, tengevolge van knoeierijen tusschen leveranciers en officieren van administratieduizenden van die soldaten zouden na twee dagen marsch onbruikbaar zijn natuurlijk, zoo vervolgt de stafofficier, onze legerstutistiek is prachtig eu op papier kunnen wij alles bewijzen, maar wanneer men mij eu vijftig andere eerlijke officieren volmacht gaf, dan zouden wij beginnen met vijfhonderd chefs van administratie op te knoopen en daarmede de legerhprvorming aanvangen. In Frankrijk blijft men hoogst voorzichtig, dat blijkt nu weer. Generaal Boulanger heeft den officieren van den staf verboden om buitenlanders als dienstboden, onderwijzers of onderwijzeressen in hunne huishoudingen toe te laten. Er konden immers spionnen onder loopen. De tijdingen uit het Oosten van ons werelddeel zijn van dien aard, dat men opnieuw respect moet krijgen voor de Bulgaarsche regeering door hare vastberaden houding en hare zonder aarzeling genomen maatregelen bij de door de Russeu ver- wekte opschuddingen. Volgens de laatste berichten heerscht thans overal rust. Het plan was op 4 Maart, d. i. juist tien jaar na den laatsten vrede gesloten tusschen Rusland en Turkije, een opstand te verwekken. Deswege zijn door de politie Zankofl(?) Karaveloff, Tsanoff en Nikiforoff en andere hoofden der oppositie gevangen genomen De bewijzen huuner medeplichtigheid aan de militaire opstanden heeft de regeering in handen. Het volgende adres is dezer dagen verzonden Aan den Kouing. Geven met verschuldigde gevoelens te kenuen, de ondergeteekenden, dat in" den laatsten tijd in ons Vaderland meer vervolgingeu wegens staatkundige misdrijven worden ingesteld,° dan sedert het tijdperk, hetwelk aan de Grondwetsherziening van 1848 is voorafgegaan, het geval is geweest; dat dientengevolge eene leemte in onze bestaande strafwetgeving in het licht is getreden; dat onze strafwetgeving noch in den aard der straffen, noch in de toepassing der straffen op heu, die wegens politieke misdrijven veroordeeld worden, eenig onderscheid maakt met gewone misdadigers; dat dit onderscheid in andere landen wel gemaakt wordt, en de rechtsgrond daarvoor wordt gevonden in de omstandigheid, dat de personen, die een poli- tiek misdrijf begaan, niet uit den aard van het misdrijf misdadigers zijn in de gewone opvatting van het woord en integeildeel veeltijds uitmunten door een hoogst zedelijk levensgedrag, zoodat het rechtsgevoel zich er tegen verzet, dat dergelijke veroordeelden worden behandeld op dezelfde wijze als dieven, moordenaars, falsarissen enz. Redenen waarom zij Uwer Majesteit verzoeken het tot stand komen van een wet te bevorderen, waardoor in het vervolg een onderscheid zal worden gemaakt in de straffen en althans in de wijze van behandeling in de gevangenis van personen, die wegens politieke misdrijven veroordeeld worden. 't Welk doende enz. Een adres van denzelfden inhoud is gericht aan de Tweede Kamer. Met het buiteugewoon droge weder zijn bereids de veldwerkzaamheden bij den boer aangevangen. De wintergewassen schijnen weinig geleden te heb ben. Nu worden reeds de boonen en erwten aan den akker toevertrouwd en wordt de grond, die voor de bietenteelt is aangewezen, diep losgemaakt, voor zoover dit niet reeds vroeger heeft plaats gevonden. Overal heerscht leven en beweging in het veld. Als de zon schijnt, verheft de leeuwerik zich jubelend in de lucht en kweelen de spreeuwen hunne aardige deuutjes op de daken. Het leed van den winter is vergeten en de betere dagen voor den arme zijn aangebroken. Het vee op den stal is zeer gezond, de prijzen van het vee zijn echter niet hoog, alleen de varkens worden duur betaald. De boerinnen zijn ruim voorzien van eieren, maar ook al ten gevolge der lage graan- prijzen wordt de vraag door de aanbiedingen over- troffen en de prijzen verminderden veel spoediger dan andere jaren. Niemaud kan dit echter als een ramp voor 't algemeen aanmerken. Omtrent den jougsten aanval op een sector- patrouille in de onmiddellijke nabijheid van Kotta Radja, bevat eene correspondentie van de Loc. het volgende De 2de luitenant G. Nijpels, ging op sector- patrouille met 15 manschappen. Hij had als beginpunt van zijne marsch den Pedir-dijk gekozen eu doorzocht vervolgens het terrein benoorden daarvan. Tegen het middaguur huiswaarts keerende wat noodwendig weder langs denzelfden weg moest geschieden werd de patrouille op ongeveer het noordelijke punt van den dijk door eene bende vafi -841 Atjehers aangevallen. Yolgt gij mij op de kaart, dan is het punt ongeveer 1 d.M. zuidelijk gelegen van Lota Moesapie of 0,75 d.M. west van kampong Tiban. Tot het doen van patrouillegangen is het terrein daar zeer ongunstig. Men viudt er een bijna ondoordringbare reraboe, afgewisseld door alang alang, tot bijna manshoogte. De, Atjehers hadden zich dan ook daarin verscholen, links en rechts van het voetpad, met het doel zoodra de patrouille er zich langs bewoog van beide zijden een salvo uit donderbussen te geven om daariw*; gebruik makende van de ver- warring, haar verder af te maken met lans en klewang. De toeleg gelukte; het vuur der donder bussen deed reeds een enkele der onzen gewond nederstorten, terwijl een zestal, overbluft door den plotselingen aanval, bijna aan het wankelen geraakte. Zij verwijderden zich, doch toen de dappere Nijpels alien toeriep„mannen, blijft staan en deniet minder moedige Pruns krachtig antwoordde .Luitenant, wij staan toen vormde dat handjevol menschen als het ware een muur, wier vernietiging wel mogelijk was, maar niet zoo gemakkelijk. Een goed onderhouden snelvuur deed enkele voorvechters in het zand bijten, en toen die drom van vijanden langzamerhand gedund werd, deinsde de Atjeher terug. Aan onze zijde waren 6 gewonden, en aangezieu Nijpels met de 9 overigen voor dezen zorg moest dragen kon hij moeilijk de verliezen van den vijand nagaan. Geweren vielen den Atjehers niet in handen, en de patrouille, die later het terrein nader onderzocht heeft, vond menigvuldige sporen van bloed. Bij het zoeken vond men nog den verloren helmhoed van Nijpels terug en een donderbus. Een Atjeher was ul. op Nijpels toegeijld om hem met eene lans te doorboren. Pruns zag dit, en voor Nijpels den Atjeher door een revolverschot kon nedervellen, had Pruns den stoot gepareerd met zijn geweer, doch hij sloeg daarbij den luitenant den hoed van het hoofd en bekwam een lanssteek in de rechterzijde. Te Venloo kwam eergisteren van Well een troep Zigeuners, bestaande uit 12 personen, die 4 paarden en 2 wagens bij zich hadden, doch weldra over de grenzen uitgeleid werden. De Pruisische politie scheen daar echter niet zeer mede ingenomen, want zij bracht hen nog dieuzelfden dag naar Venloo terug, waar zij thans verblijf houden. Er zal nu eene nadere beschikking omtrent hen moeten genomen worden. Uit Aalten wordt aan de N. R. Ct. gemeld Ds. Gangel was Maandagocbtend op reis ge- gaan, en men verwachtte hem met den laatsten trein hier terugdaarom had zich een stoet van ongeveer 300 personen, verreweg de meesten geene Ganglianen, naar het station begeven, om hem te FKUILLETOISI. 3) Naar het Engelsch. 'Neen, sergeant, er is hier geen enkele soldaat geweest," hernam hij en vervolgde daarop, terwijl hij zijn stem merkelijk liet dalen. .Wilt ge ook wat lekkere tabak van mij koopen Ik bekommerde me weinig om de verzekering van den man en besloot zelf het terrein te onder- zoeken, zonder me te bekommeren of deze daad wel wettig was. Eerst stelde ik Williams op post aan de deur, met bevel niemand in of uit te laten, en ging toen, ondanks de vertoogen van Nathan en zijne bedreigingen van de politie te zullen halen, zorgvuldig het kamertje achter den winkel doorzoeken. Er was niemand nu ging ik de vermolmde trap op; de deur boven was gesloten, maar ik trapte ze open, en bevond me toen in een stikdonker, muf riekend vertrek. Ik ging weder naar beneden in het winkeltje, trok zonder omslag een kaars uit een pak, stak die aan en keerde naar het opkamertje terug, dat een bergplaats van de vodden en beendereu bleek te zijn, waarin de man een grooten handel dreef. Ik opende de luiken van het venster, waarvan de ruiten met een dikke laag smeer bedekt waren, en haalde met de tromp van mijn geweer iederen hoop vodden om maar tot mijne bittere teleurstelling hield de vluch- teling zich daar niet schuil. Plotseling zag ik iets glinsterends op den vloer, dat bij nader onderzoek bleek ijzervijlzel te zijn. Dit deed mijn hart van vreugde kloppen. Blijkbaar was Scales in het win keltje geweest en had zich hier van zijne hand- boeien bevrijd. Ik doorzocht op nieuw uiterst zorgvuldig de kamer. Het raam scheen niet open te gaan en niemand kon hieruit outsnappen, zonder de plinlen los te maken. Nu onderzocht ik de zoldering en bespeurde een luik, dat toegang tot de vliering gaf en juist groot genoeg was voor een man om er door te kruipen. .Daar zit de vogel nu zeker," juichte ik in stilte. Toen riep ik door de opening. ,/Ik weet, dat gij er zit, Scales; het zou maar beter voor je zijn, als gij dadelijk voor den dag kwaamt. Geen antwoord volgdedaarom besloot ik op staanden voet het terrein te laten verkennen. Ik riep Williams toe, dat hij eens naar een agent moest uitzien eu bijna onmiddellijk schreeuwde hij van beneden, dat hij een constabel geprest had. Toen liet ik W illiams boven komen om mij te helper), de agent zou beneden wel op den koopman passen. Nadat wij de bouwvallige tafel onder de opening van het luik hadden geplaatst, kroop Williams er suel door en bereikte de vliering. Daar ik wist, dat wij met iemand te doen hadden, die tot alles in staat was, oordeelde ik het noodig, dat mijn makker op eene ontmoeting voorbereid zou zijn. Ik maakte dus zijn bajonet los en reikte hem die over, te gelijk met de aangestoken kaars. Terwijl hij over de krakende dwarsbalken kroop in de richting van den gevel, waar het raam zich bevond, doorzocht hij zorgvuldig het inwendige en ik wachtte ademloos beneden in de kamer. „Is er iemand?" riep ik. „Een oogenblikje ik heb nog niet alles kunnen doorzoeken," antwoordde Williams, en toen begon hij de tegenovergestelde zijde te onderzoeken. „Kom er uit, schelm riep hij eindelijk ver- ontwaardigd uit. „Ik heb hem sergeant. Hij zit hier in een hoekje verscholen Toen hoorde ik den vluchteling hijgend fluisteren .Ik heb een mes op zak, en als gij mij te na komt, dan snijd ik je den hals af, al moet ik er ook voor hangen Daar ik bang was mijn makker bloot te stellen aan het gevaar van in de beperkte ruimte van het vlierinkje met zulk een schelm man tegen man te moeten worstelen, riep ik Williams naar de opening teruglaadde mijn Snider geweer en overhandigde hem dit. Toen klom ik op de tafel, stak mijn hoofd door het luik en hield de kaars vast. Mijn bloed was nu aan het koken en ik was vast besloten bevel te geven den schelm neer te schieten als hij weigerde zich over te geven. .In naam der Koningiu geef je over!" schreeuwde ik. Er kwam geen antwoord maar de vluchteling kon duidelijk het overhalen van den haan van Williams geweer hooreu. Als gij er niet uitkomt, eer ik vijf heb geteld, dan zijt gij een kind des doods. Een twee drie ;/lIaltIn 's hemels naam geef mij eenkans! smeekte nu de schelm op heeschen fluisterenden toon. .Eerst je mes weggeworpen en dan er uit." De schelm wierp Williams zijn mes toe, die het achter hem aan het auder einde van de vliering nedergooidetoen kroop hij uit zijn schuilplaats naar ons toe en bij het flauwe licht der kaars be speurde ik tot mijne groote verwonderiug, dat hij in burgerkleeding was. Toen hij dichterbij kwam, waren wij hoogst verwouderd te zien dat hij niet de man was, dien wij zochten maar Scales makker, de deserteur, dien men er van verdacht de kamer van den officier te hebben bestolen. .Ik beken, dat ik heb gestolen," bekende de man dwaas genoeg en scheen gaarne dien last van zijn borst te wentelen, .maar Scales hielp mij en de oude Nathan heeft ons dat karweitje op den hals geschoven." .Scales is hier geweestZeg mij dus maar op staanden voet, wat gij van hem weetdat zal voor je zelven beter zijn." „Ja," hernam de deserteur, toen hij door het luikje in de kamer was gegleden .ik heb hem de TER NE11ZENSCHE COHANT.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1887 | | pagina 1