Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2256. Woensdag 28 December 1886. 26e Jaargang. s) DE; SO HAP EDO I IF* Binnenland. a 40 CENT. ABONNEMENT: Per drie maanden biunen Ter Neuzen 1,—. Eranco per t. y Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika K Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. Bit blad ver.thlj.it Blii-.H,. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters word en naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaartot veel verminderden prijs. uitgcver Tei* Neuzen. Nieuwjaarsadvertentien voor het nummer dat op 1 Januari 1887 verschijnt worden weder geplaatst De inzendingen kunnen geschieden tot uiterlijk Vrijdag 31 dezer, des namiddags 5 ure. Ter Neuzen, 28 Dec. 1386. De Uitgever, P. J. VAN DE SANDE. IPolitieli Overzicht, De Ereisinnige Zeitung deelt mede, dat //een zeer hoog geplaatst conservatief persoon" op eene vraag omtrent de plannen van den Duitschen Rijks- kanselier met het legerontwerp geantwoord had: Wij eonservatieven zijn zelf daaromtrent nog niet ingelicht, wat de Rijkskanselier eigenlijk wil en hoever wij daarom het centrum tegemoet kunnen komen. Ook de Minister van Oorlog zal waar- schijnlijk nog niet omtrent de laatste plannen van den Rijkskanselier onderricht zijn. Wellicht lieeft ook de Rijkskanselier zelf nog geen definitief besluit genomen. Blijkt het, dat de toestand in Europa werkelijk bedenkelijk is, dan moet de Rijks kanselier eene spoedige beslissing omtrent het ont- werp na Nieuwjaar wenschen, en zeer spoedig zal hij dan met de centrumpartij tot een overeenkomst komen. Schijnen echter de vooruitzichten voort- durend vreedzaam en heeft dus een legerontwerp feitelijk minder beteekenis, dan is het toch niet oninogelijk dat de Rijkskanselier eene oplossing uit- lokt, voorondersteld dat hij voor deze een nationaal- liberaal conservatieve meerderheid voorziet." Gelijktijdig met Duitschlands wensch naar leger- versterking, openbaart zich dezelfde begeerte in Prankrijk. De eene regeering brengt de andere het hoofd op hoi en de belastingschuldigen worden geschoren, desnoods gevild. De Minister van Oorlog, Boulnnger, heeft niet alleen, gelijk men weet, ont- zagelijke sommen voor oorlog gevraagd, die hij ook wel krijgen zal, maar ook er op gewezen hoe het dringend noodig is, dat Erankrijk ten oorlog gereed zij. De radicalen tot welke de Minister be- hoort slaan tevens de alarintrom, en wijzen op dreigend gevaar. Over 't geheel sehijnt men in Erankrijk ineens te vergeten, hoe men nog pas allerlei bezuiniging wenschte. De leden van den Duitschen Rijksdag kunnen zich in de vacantie nu eens bedenken of hun stem voor of tegen het oorlogsbudget zal klinken. FEUILLETON. In de keuken had Rachilla intusschen de tafel gedekt en de lamp aangestoken. Op zuiver ge- schuurde borden dampte de gele mameliga (stijve maisbrij, polenta)daarnaast lag frissche schapen- kaas en stond de groene brandewijnskruik en een klein drinkglas. Meteen trad de vrouw des huizes, gevolgd door een troep arbeiders, in de keuken. #Den hemel zij dank dat wij het laatste hooi binnen hebben. De winter mag nu komen, wij hebben voeder genoeg voor onze kudden." De schapenboer knikte zwijgend en ging aan tafel, terwijl de arbeiders hem volgden. Langzaam vulde hij het glas uit de groote kruik, sprak zijn zegen er over uit en drouk het glas leeg. Gevuld reikte hij het daarop aan zijuen buurman aan zijn rechterhand, die hetzelfde deed en het opnieuw leeg gedronken glas teruggaf, tot ten slotte de laatste een glas gedronken had en het naast de kruik plaatste. Met waardigheid en ernst sprak nu de batsch het tafelgebed, dat de aanwezigen staande nazeiden. Daarop werd door de boerin de mameliga met eene dunnen koperdraad in stukken gesneden en met de kaas overgereikt. Gedurende het eten heerschte er de diepste stilte en slechts zelden sprak een der andere mannen een woord. De heer Parnell, die weken lang niets van zich heeft laten hooren, is plotseling met zijne moeder de ijverigste aller Parnellisten weder te Londen verschenen, en heeft daar zijn intrek in een hotel genomen. Waar hij zoolang geweest is, blijft een diep geheim. Aan de bladen is medegedeeld, dat hij ziek was geweest, doch tegen de opening van het Parlement (13 Januari) genoegzaam hersteld hoopte te zijn om zijn gewonen arbeid te hervatten. Over het veel besproken Plan of Campaign wil de leider der nationalisten, die beweert eerst door de nieuwsbladen iets van dit plan te hebben gehoord, zich niet uitlaten voordat hij eerst in Ierland is geweest, en zich daar door persoonlijk onderzoek op de hoogte heeft gesteld. Natuurlijk wordt de verklaring van den heer Parnell, dat het jongste optreden der nationale liga geheel buiten zijne voorkennis heeft plaats gehad, door velen met een ongeloovig schouderophalen beantwoord. Het is echter zeer wel mogelijk, dat de heer Parnell zich opzettelijk op den achtergrond heeft gehouden, omdat een echecvoordat nog de eigenlijke parlementaire veldtocht begint, voor zijn prestige zeer gevaarlijk zou zijn, en omdat onderhandelingen tusschen hem en de Regeering niet wel mogelijk zouden zijn, indien hij het onderspit moest delven in een conflict, waarbij de wet aan de zijde der Regeering is In elk geval treed Parnell nu weder op den voorgrond. De Pall Mall Gazette, die tot zijne bewonderaars behoortwijdt aan hem in haar laatst verschenen nummer een hoofdartikel en een karakterschets. Het eerste eindigt met de volgende woorden//De heer Parnell gaat naar Ierland, om inlichtingen te verzamelen. Dat is goed. Laat hem, wanneer hij gaat, oppassen, dat hij de zaak der Iersche pachters niet opoffert aan de belangen der Engelsche partijen. Er bestaat niet veel gevaar, dat hij die fout zal begaan, als hij op de plaats zelf is. Hij kan als het hem goeddunkt, het Plan of Champaign afkeuren, maar slechts onder de voorwaarde, dat hij een nieuw, beter werkend en vernuftiger plan 'oedenkt, waar- door de pachter, die de formule No reduction, no rent aanneemt, kan bewaard worden voor het lijden, dat gewoonlijk met eene uitzetting gepaard gaat. Dit is de conditio sine qua non. Op de eene of andere wijze moeten de slechte landheeren tot toegeven gedwongen worden. Agrarische mis- daden waren daartoe vroeger het middelinplaats daarvan is nu het Plan of Champaign gekomen. Dit kan op zijn beurt weder door eene andere methode worden vervangen, als Mr. Parnell er eene weet te bedenken. Het is mogelijk dat hem dit gelukt, maar het nieuwe plan moet spoedig komen, indien men den toestand niet onhoudbaar wil doen worden. De heer Parnell zal verstandig handelen, als hij zoo spoedig mogelijk beter wordt en naar Ierland reist. Na een langdurig lijden overleed eergisteren te Scheveningen de heer J. Dirks, hoofdingenieur van den Waterstaat, die zich door zijn uitgebreide kundighedenvooral door den aanleg van het Noordzeekanaal en door zijn werkzaamheid aan het Panamakanaal, van een uitstekende zijde heeft doen kennen. Hij vertegenwoordigde gedurende eenige jaren Amsterdam in de Tweede Kamer. Naar men aan het Hbl. mededeelt, is de portefeuille van Marine aangeboden aan den kapt. t/z. C. H. Bogaert, thans commandant van het eskader in West—Indie, en aan den kapt. t/z. C. H. le Bron de Vexela, laatstelijk commandant van den //Nautilus." Beiden hebben er voor bedankt. Te Hengeloo is een //socialisten-congres" gehouden. Men schrijft van daar o. a. het vol gende Wat op de vergadering van afgevaardigden is voorgevallen werd niet bekend, want die is met gesloten deuren gehouden. Maar van de gelegenheid werd gebruik gemaakt om in een openbare bijeen- komst op de arbeiders te werken. Ongeveer 200 personen, minder dan men ver- wacht had, waren opgekomen, de afgevaardigden en eenige nieuwsgierigen er bij gerekend. Toespraken werden gehouden door de burgers Bennink, Domela Nieuwenhuis en Eortujn. De eerste viel de werk- gevers aan met een uitgezochte verzameling van onaangenaam klinkende woorden. Hij vaarde ook uit tegen de heeren Stork, wat degenen die weten hoeveel die fabrikanten voor hun werklieden doen, met verbazing vervulde over de groote mate van liehtgeloovigheid en onmogelijkheid die de redenaar bij zijn toehoorders onderstelde. Domela was keuriger in zijn uitdrukkingen. Hij viel de Regeering en de Vertegenwoordiging aan. bepaaldelijk het financieel beleid. In plaats Van op de bezuiuigingen te wijzen, die allengs zijn ingevoerd, vond hij het beter de oude geschiedenis van het dure beha ngselpapier aan een der Ministerien op te halen. De laatste spreker was Eortuyn, die de kunst verstaat zijn hoorders aan het lachen te brengen, maar tevens zoo beleedigende taal over den Minister van justitie uitte, dat de overheid er een stokje bij moest steken. De burgemeester, die met eenige politieagenten de vergadering bijwoonde, verklaarde zulke taal niet te dulden en dat tegen den spreker proces-verbaal zou worden opgemaakt. Daarmede scheen de lust tot spreken te zijn uitgedoofd. De vergadering werd door den voor- zitter gesloten. De vele in den laatsten tijd voorgekomen pogingen om op allerlei wijzen den handelsstand te bedriegen en af te zetten, hebben geleid tot een Na een dankgebed stonden zij daarna van hunne zitplaatsen op en de batsch overhandigde hen het loon. De meesten haastten zich om weg te gaan, want zij hadden bij een boer, die vier uur daar van daan woonde, werk gekregen en wilden de uren van den nacht gebruiken om den volgenden morgen vroegtijdig daar te zijn. Slechts drie maak- ten van de slaapplaatsen welke door den boer hen aangeboden waren, gebruik. Aan elk der vertrek- kenden gaf de vrouw een stuk kaas en maisbrood mee op weg. De arbeiders waren nauwelijks weg, toen een tschoban (schaapherder) binnen kwam. z/Stepune (huisbaas)," zeide hij ,/wij zijn met de kudde schapen zoo even aangekomenwaar zullen wij ze doen overnachten Op den heuvel daar- ginds z/Breng ze op het woudveld bij huis," antwoordde de batsch, ,/daar is gras en water, en daar kunt ge de dieren het best bij elkaar houden." //Stepune, daarvoor is de top des heuvels veel beter geschikt," zeide de schaapherder. z/Dat zie ik niet in Breng ze maar in het woudveld 1" z/Naar uwe verkiezing, Stepune," antwoordde de herder bedaard. //Let er wel op dat er geen scbapen wegloopen. Morgen voor het aanbreken van den dag gaan we naar de stad pas op je tellen." //Wij zullen onzen plicht doen, Stepune De batsch vulde het glas en reikte het den herder die het onder dankbetuiging leeg dronk en zich verwijderde. Nu zag ik naar mijn slaapplaats uit, welke men mij in de groote kamer waarin ook de batsch sliep, gemaakt had. Onrustig keerde de schapenboer zich telkens op zijn bed om, dat de planken kraakten. Wat hij wel dacht wat hem kwelde Ook ik kon langen tijd de slaap niet vatten. Intusschen lagen de beide herders bij de hun toevertrouwde kudde schapen. Het waren trouwe, zorgvuldige mannen, die een uitstekenden wolfshond bij zich hadden, waarop zij in elk gevaar konden rekenen. Het was even na middernacht, toen de hond onrustig werd en een gebrom liet hooren, waardoor de herders ontwaakten. Oplettend keken zij rondom zich, maar ontdekten niets verdachts. //Deze plaats beviel mij niet," fluisterde de eene schaapherder. //Het is hier zoo donker dat de vijand ongezien kan wegsluipen." z/Gij zijt bang, George Wat zou ons hier kunnen overkomen dat op den heuvel niet zou plaats grijpen?" z/Dat zult ge zien, Juon! Ik kan het niet zeggen, maar ik vrees iets kwaads. 'k Wou dat het al dag was." De herders zwegen en legden zich weer neder te rusten. Een poos bleef alles rustig. Plotseling sprong de hond op en brak los in een wild, lang aanhoudend gehuil. Op T zelfde oogenblik vloog poging om aan die bedriegelijke praktijken paal en perk te stellen. Een aanzienlijk handelscomite in ons land heeft nl. besloten tot oprichting van een z/Algemeen Nederlandsch Informatie- en Schuld- invorderings-Bureau," dat overal in ons land zijn vertakkingen zal vestigen om de noodige handels- lnformatien te verschaffen en zich te belasten met het invorderen van schulden op minnelijken of langs rechterlijken weg. Het comite heeft gemeend, dat Zwolle het ge- schikste punt is om het bureau te vestigen. Tot directeur is benoemd de heer D. J. H. van Tus- senbroek, die door zijn betrekking tot de vereeni- Slng //'Schuttevaer" algemeeue bekendheid heeft verkregen, een onafhankelijk bestaan heeft en den tijd heeft om zich speciaal aan de zaak te wijden. legen een lage contributie zal men in de gelegen heid zijn zich in de toekomst voor schade te vrij- waren. Men meldt aan de N. Rott. Crt. De tamilie te Winterswijk verwachtte dezer dagen een jong eleve der Gewebeschule teCrefeld te gast, een Amerikaan van geboorte. Het jong- mensch kwam niet en liet zich verscheiden dagen wachten. Wat was nu de reden van het oponthoud Een professor" in de biologie had in den laatsten tijd te Crefeld voorstellingen gegeven en ^schitte- rende proeven van zijn bedwelmiugstaleut vertoond. Onder de levenslustige kweekelingen der Gewebe schule hadden daarna sommigen beproefd den professor na te bootsen, en daarbij was o. a. geble- ken dat de jonge Amerikaan in hooge mate de biologeer-gave bezat. Hij deed niet minder sterke toeren dan de groote man zelf! Daags nu voor zijn vertrek naar Winterswijk bevond hij zich met eenige kameraden in een banket- en likeurwinkel. Daar werden al gek- scherend met de bufletjulfrouw de gewone kunsten verkocht//oogen dicht doen" //niet meer open krijgen enz. Alles gelukte voortreffelijk. Ein- delijk riep de lief hebber-bioloog uitSie konnen nicht mehr sprechen en werkelijk beproefde het meisje tevergeefs een klank uit te brengen. Maar men stelle zich den algemeenen schrik voor, toen het bleek dat het meisje hare stem voorgoed had verloren. De stellige verzekering van den Ameri kaan dat ze wel spreken kon, baatte niets. De juffrouw verloor haar bewustzijn, en bleef een half etmaal m dien toestand. Er volgde eene opzetting van enkele deelen der keel en andere bedenkelijke verschijnselen, en de geneesheeren konden evenmin het kwaad verhelpen. Toen kwam men op het denkbeeld den professor" in Duitschland te gaan opzoeken, en na heel wat iuspauning van den dilettant-bioloog gelukte het hem dezen te vinden en mee te voeren naar Crefeld. Of het nu te danken is aan de bezwering van den grooten man, dan of de natuur of de weten- een helle vlam ten hemel, welks licht diep in het woud doordrong. z/Lieve hemel, wat is dat riep George ver- schrikt. Sta op, Juon, er is brand!" z/Waar, waar?" riep deze en sprong op. z/Daar, daar ginds Een blok hooi op de weido staat in brand. Zorg er voor, dat wij de schapen bij elkaar houdenmij sehijnt het toe, dat dit op ons gemunt is." De door het woedend gehuil van den hond, even als door het licht van 't vuur, op elkaar toedrin- gende schapen stonden bevend naast elkaar en de herders zochten ze door hunne gewone roepen te kalmeeren, wat echter niet gelukte. Thans brandde het daar ook en ginds; zware zuilen rook stegen ten hemel. Daar vloog plotseling, door een on- ziclitbare hand voortgeslingerd, een zwaar voorwerp onder bange schapen, daarop nog een en nog een. In 't eerst drongen de schapen nog dichter op elkaar, maar bij de laatste worp vlogen zij uit elkaar. Te vergeefs lieten de herders hunnen kalmee- renden roep klinken, te vergeefs liepen zij er achter aan en te vergeefs was het geblaf van den hond om de dieren den weg te versperren. Te huis was nog alles rustig. Angstig ijlde George heen om den slapenuen boer te wekken. In der haast sprong hij op en liep naar't venster. z/Stepune, om Gods wil ontwaak riep George. tiw hooi staat in voile vlamde schapendieven zijn er en hebben het in brand gestoken." SCHE UltANT. V A IV IANDE

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1886 | | pagina 1