Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. AANBESTEDINO. De WonierMter ei zijn pzin. No. 2237. Zaterdag 23 October 1886. 26e Jaargang< Binnenland. aanbesteed: ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor Nederland 1,10. "Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32$. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. l»it blad verschijjnt Uinsdas- en Vrijdagavond hij den ultgever P. J. VAN DE SANDE te Ter Ncnzen. Namens Gedeputeerde Staten van Zeeland zal Donderdag 18 November 18S6, voorm. 10 uren, in de Abdij, worden het HERSTELLEN of VERNIEU- WEN van eenige provinciale wa- terstaatswerken en wegen, met hun onderhoud gedurende drie jaren, in te gaan 1 Januari 1887, in 17 perceelen T)eze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrijving en voorts zooals in bet bestek is bepaald. De iuschrijvings-biljetten moeten ingeleverd wor den voor 17 November 1886 nam. 3 uren. Het bestek ligt ter lezing ter Provinciale Griffie, bij den Hoofdingenieur van den Provincialen water- staat te Middelburg, bij de Ingeuieurs te Zierikzee, Goes en Ter Neuzen, en verder op de plaatsen waar dit gebruikelijk is. Het is verkrijgbaar bij U. F. AUER ZOON te Middelburg. Nadere inlichtiugen zijn te bekomenbij den Hoofdingenieur voor de werken in het algemeen, bij de Ingenieurs voornoemd voor de werken in ieders dienstkring en verder voor perceel 1 en 2 bij den Opzichter P. J. BOONE te Zierikzee; perceel 3 bij den Opzichter J. DORMAAR te St. Maartensdijk perceel 4, 5, 6, 7 en 8 bij den Opzichter F. STURM te Goes; perceel 9 en 10 bij den Opzichter J. A. J. SIBMACHER ZIJNEN te Colijnsplaat perceel 11, 12, 13 en 14 bij den Opzichter J. MULDER te Breskens; perceel 15, 16 en 17 bij den Opzichter M. EIJKE te Ter Neuzen. Gedeputeerde Staten voornoemd, DE BRAUW, Voorzitter. E. FOKKER, Griffier. JPolitiel* Overzicht, Wat Bismark's hart goed zal gedaan hebben Bij de te Metz gehouden verkiezing van een districts-afgevaardigde is de Duitsche candidaat. met eenparige stemmen benoemd, daar de Fransche partij zich van stemming onthield. Als het waar is, dat de Duitsche regeering aan Frankrijk heeft te kennen gegeven, dat zij zich niet wil mengen in de betrekking tusschen Engeland en Egypte, dan zal John Bull wat in zijn nopjes wezen, maar FEU ILLETON. NOVELLE DOOR MATHILDE. 7) (Verkort.) „En er is geen twijfel mogelijk, T is zoo, helaas!" zuchtte Hendrik. z/Dan vraagt ge nog, wat ge doen moet, Hendrik Kunt gij voortgaan op het voetspoor van Dr. Woude de menschen te bedriegen? Kunt gij de Floresta aanprijzen, terwijl ge zelf beter dan iemand weet, dat ze tot niets dienstig is Kunt gij als zijn schoonzoon genieten van het geld, dat hij door bedrog bijeengegaard heeft? Kunt gij dat met uw geweten, uw godsdienst overeenbrengen //Dat alles heb ik mij ook gezegd, tante, maar z/Kind, met den plicht kan men in geen schikking treden. lets mag, of iets mag niet; ja 't is ver- schrikkelijk aan dokter Woude te zeggen, dat gij niet langer van zijn weldaden gebruik kunt maken, als gij verlangt, dat gij in zijn voetstappen treedt, verschrikkelijker nog verwijtingen aan te hooren over weldaden, die nog gij, noch ik hem ooit vroegen en die hij ons aangeboden, zells opgedrongen heeft, maar nog verschrikkelijker is het voor 't aanschijn van God en menschen beladen te zijn met een voortdurende leugen." Frankrjk integendeel zeer teleurgesteld. Sedert eenige weken is de toon door de Fransche pers tegenover Engeland bizonder onvriendelijk. De hoop op een bondgenootschap met Rusland, en op de ontruiming van Egypte door de Engelsehe troepen, wordt nu eens openlijk, dan weder in bedekte termen uitgesproken. De National schrijft o. a. dat het niet waarschijnlijk is, dat zelfs de grootste optimisten onder de Engelschen zich ver- beelden, voor langen tijd in Egypte geinstalleerd te zijn, en zoo zij in dien waan verkeeren is het noodig hun aan het verstand te brengen, dat zij met hunne meeniug geheel alleen staan. Zoo Frankrijk en Rusland op militaire wijs tusschen beide komen, zegt het blad, dan zou Engeland met pak en zak moeten afrukken, zonder een woord te zeggen, maar men wil het zaakje liever langs diplomatieken weg opredderen. De National toont daarna aan, dat de verontwaardiging der Britsche pers over het aan Rusland toegeschreven voornemen om Bulgarije tijdelijk te bezetten, terwijl Engeland zelf zijne troepen sedert jaar en dag in Egypte laat, een goed denkbeeld geeft van huichelarij en kwade trouw van de buren aan gene zijde van het Kanaal. ,/In het vorige jaar heeft Engeland, dank zij onze hulp," zoo gaat het blad voort, ,/te Sofia een tijdelijk succes behaald. Wij had- den recht om te verwachten, dat het als tegen- dienst, ons te Cairo voldoening zou schenken doch volgens gewoonte hebben de Engelschen ons uitgelachen. Wij hebben van Engeland niets te hopen, maar ook niets te vreezen. Vereenigen wij onzen invloed te Konstantinopel met dien van Rusland, dan kunnen wij de vraagstukken, die ons beiden belang inboezemen, gelijktijdig oplossen. Engeland zal woedend wezen, want het weet, dat het niet den minsten tegen- stand kan bieden. Het heeft de handen vol in Ierland, in Birma en in Soedan. Het denkt, dat het ons nogmaals door bedreigingen de vlag kan doen strijkenmaar dit spel zal niet meer gelukken. Het begint ons te vervelen, nog langer dit lijk op het sleeptouw te hebben.'" Aan het slot beweert de France, dat alle verstandige Engelschen overtuigd zijn van den vervallen staat van hun vaderland, en dat Engeland zelfs geen Aziatische mogendheid meer is, maar afgedaald tot den rang van een kleinen „etat oceanique." Bah wat akelige lectuur voor Lord Salisbury, die pas uit Frankrijk naar Engeland is teruggekeerd. En daarbij nog de bizondere onderscheiding, die de Fransche vice-admiraal Marquessac te Konstantinopel ondervindt. De Sultan breugt den officier allerlei huldebewijzen en deelt kwistig hooge ridderorden uit aan officieren en ambtenareu van de Fransche legatie. Zonder twijfel speelt thans de Czaar ook een rol in Stamboel. Met ,/hard tegen hard" oordeelt men niet te Sofia, dat heeft men onder- VIII. Een gesprek met den dokter volgde. Hoezeer Hendrik zich ook in zijne uitdrukkingen matigde, de dokter kon de waarheid niet hooren zonder in woede te ontsteken. z/Gij zijt een ondankbare," zoo riep hij uit, /reen adder, dien ik aan mijn boezem heb gekoesterd; wat zou er van u geworden zijn, zoon van een bankroetier, als ik mij niet over u en uw tantes had ontfermd. Ik heb u uit het slijk opgeheven, ik heb uw studien betaald, u een plaats aan mijn huiselijken haard gegeven, meer nog, mijn eenige dochter mijn oogappel beloofd; en ge vergeldt al die goedheid door den zwartsten ondank. Vertrek, mijnheer, alles is gedaan tusschen onsZie zelf uw brood te verdienen, als schoolmeester, of wat dan ook. Er zal licht een ander te vinden zijn, die mij beter begrijpt, en mij niet verraadt." Hierop vertrok Hendrikals ware hij een misdadiger. Toen wachtte hem nog het afscheid nemen van Flora. Zij verloor ook nu het vertrouwen op liaar vader niet. Zij wees hem de deur met het gebaar eener beleedigde KoninginHendrik boog, terwijl in zijn hart een gevoel ontstond als had hij zijn toekomstig geluk begraven. 't Is gemakkelijk te begrijpen hoe Loonveld opkeek bij het vernemen van het groote nieuws, vonden. Kaulbars zal zijne reis door Oost-Rumelie niet voortzettenmaar naar Sofia terugkeeren om de oude praktijk voor te zetten. Er wordt verzekerd, dat de Russische consul aldaar op 27 Oct. dus den dag, waarop de groote Sobranja zal bijeenkomen al de aan den spoorweg wer- kende Montenegrijnen en alle van werk verstoken Macedoniers in het gebouw van het consulaat heeft ontboden. De Bulgaarsche regeering heeft besloten de drie nota's van Kaulbars niet onbeantwoord te laten, niettegenstaande den onhebbelijken vorm, waarin die stukken gesteld zijn. Een aantal Bulgaarsche afgevaardigden hebben medegedeeld, dat voor de medeplichtigheid van Karaveloff en Tsanoff aan de samenzwering tegen de Vorst overvloedige be- wijzen bestaan. Deze beide personen zullen derhalve worden vervolgd. De regeering heeft reeds bevel gegeven om kolonel Tiloff, den militairen bevel- hebber van Roestschoek, gevangen te nemen, wegens zijne verdachte houding tegenover de Russische agenten. Voor de komst van generaal Kaulbars ontving de kolonel tweemaal een bezoek van den Russischen consul, die hem, indien hij den Russen behulpzaam wilde zijn, bevordering beloofde zoodra de troepen van den Czaar Bulgarije binnentrokken, doch hem met degradatie bedreigde, indien hij niet toegaf. Generaal Kaulbars zelf zond den kolonel strenge bevelen, aan welke Tiloff niet ongehoorzaam durfde te zijn. Jammer, dat deze veel belovende jonge officier zich door de agenten van den Czaar geeft laten misleiden. Bij de herstemming in het district Sneek ter vervulling van de vacature Wybenga in de Tweede Kamer, werden uitgebracht (op een kiezers- aantal van 5015) 4063 geldige stemmen. Daar- van verkregen de heeren P. J. G. van Diggelen 2086 en Mr. W. G. Brantsen van de Zijp (oud- lid der Kamer) 1977 stemmen, zoodat eerstgenoemde is gekozen. Bij de eerste stemming werden uitgebracht 3627 geldige stemmen en verkregen de heeren Van Dig gelen 1712, Brantsen 1584 en Dr. V. Bruinsma 305 stemmen. Het werk op het wrak der Lutine is gestaakt en zal waarschijnlijk in het volgende voorjaarher- vat worden. Eene tentoonstelling van het gevondene zal in de zaal van het Tolhuis, door den eigenaar ter beschikking gesteld, gehouden worden. Van alles zal men een paar stuks tentoonstellen. De opbrengst komt ten bate van het Willem Barends- fonds. Het kappen van netten op zee begint weder, nu de donkere nachten zijn aangebroken. Van schipper D. van Beilen, voerende de schuit 31 Alida dat Dr. Woude zijn hand afgetrokken had van Hendrik Stijnen en dat de jonge man met zijn tantes de stad ging verlaten. De tantes hadden namelijk het edelmoedige besluit genomen het weinigje dat zij nog bezaten op te offeren om Heddrik zijne studien te doen voleindigen. Tante Willemine zou mee naar Utrecht gaan, doch haar zuster Brigitte verkoos liever haar intrek bij den dokter te nemen. Nog de redeneeringen van tante Willemine, noch de smeekingen van Hendrik baatten en zoo moesten dus tante en neef, nadat zij het inboedeltje verkocht en het huisje verhuurd hadden, zonder haar naar Utrecht vertrekken. Zij slaagden er in een net bovenhuisje te vinden, waarvan zij een gedeelte verhuurden en het kleinste zelf bewoonden, en zoo al passend, metend en werkend gelukte het Hendrik zijn studien voort te zettenterwijl zij beiden zoo eenvoudig en zuinigjes mogelijk leefden. Tante Brigitte daarentegen had het goed en ruim bij Dr. Woude; Flora en Anton waren recht vriendelijk voor haarde dokter, hoewel hij in den laatsten tijd lang zoo vroolijk en gezellig niet meer was als vroeger, behandelde haar beleefd en maakte nooit toespelingen op haar weerbarstigen neef. IX. Zoo gingen de jaren om en het werd niet Elisabeth, reeder Simon Dijkhuizen van Scheveningen, is in den nacht van Dinsdag op Woensdag 12/13 October, onder de Engelsehe kust een vleet af- gehakt van 37 netten ter waarde van 1700, door een onbekend schip zonder vuren, en waarvan alleen aan de zeilen te zien was dat het een smak was van Ostende. Vruchteloos heeft schipper Van Beilen naar het eigendom van zijn patroon gezocht. 't Is een ruine voor reeder en zeeman op die manier, kostbare netten verloren en geen visscherij En dan ziet men nu op zee geen enkele Marine- kruiser Ook wordt weder geklaagd dat de Belgen een drieklauw of zeeduivel bij de wet verboden voor aan hun schip hebben om de netten van anderen te vernielen. Wanneer zal het veranderen Volgens een particulier telegram uit Berlijn aan de N. R. Ct. meldt de Romeinsche correspondent der Kreuzzeitung uit het Vaticaan dat de Paus nog op denzelfden voormiddag, op welken hij de Hollandsch-Belgische pelgrims, onder leiding van Rickers ontving, den pas eenige uren te voren van zijn verblijf op het land teruggekeerden staats- secretaris cardinaal Jacobini bij zich heeft ontvangen en met dezen de voorstelling heeft behandeld welke bij de Nederlandsche regeering zullen worden inge- diend ten aanzien van het herstel der diplomatieke betrekkingen. In een adres aan den gemeenteraad te Amsterdam, vestigt de heer W. P. Koopman de aandacht van den raad op de steeds vermeerderende berichten omtrent minderjarige meisjes, die op ver- zoek der ouders worden opgespoord en veelal in slechte huizen zijn terecht gekomen, Als middel tegen dit euvel geeft hij in de eerste plaats aan het verbieden van advertentien in couranten, waarin buffetjuffrouwen voor koffiehuizen worden gevraagd, zonder dat daarbij wordt gevoegd van welk soort koffiehuis sprake is. Vooral voor meisjes buiten Amsterdam, die eene betrekking zoeken, leveren deze advertentien volgens adressant een groot ge- vaar op. Daarom verzoekt adressant den raad "deze adver tentien te verbieden en het publiek, inzonderheid ouders en voogden te waarschuwen. Als bijlagen zijn bij het adres gevoegd 34 adver tentien van bovengenoemden aard, geknipt uit het Vliegend Blad. Sinds eenige dagen wordt te Tilburg vermist zekere G., ambtenaar bij de staatsspoorwegen aldaar. Hij had een verlof aangevraagd voor eenige dagon, en toen hij na afloop daarvan, niet verscheen, werd een onderzoek ingesteld naar den inhoud van de hem toevertrouwde kas, waarin de gelden aanwezig waren ter uitbetaling van de werklieden der ateliers, en bevonden, dat eene aauzienlijke som aan bank- levendiger bij den dokter aan huishij zelf zag er bezorgd en dikwijls zelfs ontevreden uit, hij was te trots om het zijn huisgenooten te bekennen, maar de roem der Floresta begon te tanen zij werden verdrongen door andere wondermid- delen. Daarbij werkten de geneesheeren krachtig het gebruik tegen; de oogen der menschen begonnen open te gaanhet aantal van hen, die tot zulke algemeene geneesmiddelen hun toevlucht namen begon merkelijk te verminderen. Een lastig proces kwam de zaak nog verergeren, hoewel de rechtbank den wonderdokter niet veroordeelen kon, zoo kwam zijn goede naam toch deerlijk gehavend uit de rechtzaal te voorschijn. Flora raadde de oorzaak van haars vaders verdriet; zij wilde nog altijd niets gelooven van hetgeen de lasteraars sprakenzij vertrouwde vast op de grootschheid van haar vaders ontdekking en op de onfeilbare geneeskracht der Floresta. Zij ver- dubbelde dus haar teere liefde en zorg voor hem en trachtte door haar vriendelijke woorden hem op te beuren, hoewel zij nooit met hem sprak over de reden, die zijn voorhoofd zoo vaak met wolken bedekte. Eens aan tafel ontving tante Brigitte een brief; zij stak dien onder het tafellaken en las hem stilletjes,toen zij plotseling een uitroep van blijdschap slaakte. De goede ziel kreeg een kleur en antwoordde stotterend op de belangstellende vragen z/Och, tijding van huis 1" TER HIEIZEISCHE 01R4YT PI——W—MWM—W—g I II III! mil

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1886 | | pagina 1