Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
BEST It A TING.
No. 2210.
Woensdag 21 Juli 1886.
26e Jaargang,
AANBESTEDEN
DE BROEDERMOORDER.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post: Voor
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekbandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
word en naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer pei
jaar, tot veel verminderden prijs.
Uit blad vcPHchljnt Dinsdas- en Vrijdngavond bij den uU«ever P. J. V A SI »E S A SI D E te Tep Neuzen.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
zullen Dinsdag, 27 dezer, 's morgens 11 ure, op
het gemeenteraadhuis, in het openbaar, bij enkele
inschrijving,
het bestraten met klinkers van den
weg, van af de bestrating in den
toegangsweg naar het spoorweg-
station tot aan die bij den zuid-
beer.
Bestek en voorwaarden liggen, van af Diusdag
20 te voren, op de gemeente-secretarie ter inzage.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen
bij den gemeente-bouwmeester.
Ter Neuzen, 16 Juli 1886.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
JPolitieli Overzicht.
Over eene meer intieme verstandhouding tus-
schen Rusland en Frankrijk is in de laatste weken
nog al een en ander gezegd. De houding van
deze beide mogendheden in de Grieksche troebelen
heeft wel aanleiding gegeven om het vermoeden
eenigszins te wettigen, als speelden zij eene afzonder-
lijke rol tegenover de audere leden van het Euro-
peesche Sanhedrin. Toch spreekt de Figaro de
mogelijkheid van een Fransch-Russische alliantie
tegen. Het auti-Republikeinsche blad gaat uit
van de onderstelling, dat de Republiek door hare
vertegenwoordigers in het buitenland slecht wordt
gediend, omdat de regeering zelve alles tegenhoudt,
wat tot een alliantie zou kunnen leiden. Als men
met iedereen goede maatjes wil blijven zegt
de Figaro dan heeft men ten slotte geeu enkelen
vriend meer; beter eene slechte alliantie, dan in
het geheel geene. Op grond van deze paradoxale
bewering gaat het blad na, waar Frankrijk zou
kunnen aankloppen. Bij Engeland niet, want sinds
men zich te Parijs men actieve koloniale politiek
bezig houdt, is men te Londen naijverig en wau-
trouwend. Rusland zou een uitmuntend bondgenoot
zijn, maar voor de regeering, die ten deele uit
radiealen bestaat en die naar de pijpen der intran-
sigenten danst, die de Prinsen van Orleans over
de grenzen zet, zijn de kansen verkeken. Italie
schijnt door den schrijver in de Figaro nog niet
te worden meegeteld. Zoo zou dus volgens
hem niets anders overblijven dan eene aan-
sluiting bij Duitschland en Oostenrijk. Dit zou
voor velen eene bittere pil zijn, maar daar, waar
FEXJILLETOJST.
Een tafereel uit Schotland.
/Norman," zeide een der beide zoons van den
laird van Linallan tot zijn broeder, ,/denkt gij de
partij te bezoeken, die Soonart dezen middag geeft?"
//Wis en zeker, Hector; gij niet?"
z/Weet ge, dat Kilmoran er komen zal?"
i,0 ja," hernam Norman, //maar wat wil dat
zeggen?"
»Wat dat zeggen wil!" riep Hector driftig, dat
ik mij even lief van dehoogste spits van den Du-
navarty neerstort, als met Kilmoran hetzelfde huis
bezoek, laat staan mij aan de. ,fde tafel met hem
neerzet. Ik heb hem den dood gc oren en daarom
wil ik geen brood met hem aan dezelfde tafel
breken. Gij hebt ook zulk een eed gedaanhoe
kunt ge voor u zelf verantwoorden, dat ge schijn-
baar vrede met dien man sluit?"
//Laat dat aan mij over, broeder," antwoordde
Norman op zijn gewonen bedaarden toon, //gij zijt
te vurig, te doldriftig, HectorDie hond is het
gevaarlijkst niet, die het meest en het hardst blaft.
Als ik mij vriendelijk jegens Kilmoran aanstel,
is dat enkel om des te zekerder van mijne zaak
te zijn, als zich certs eene gunstige gelegenheid
opdoet."
men zich door het gevoel laat beheerschen, lijden
de belaugen schade.
De gisting in Frankrijk, veroorzaakt door de
verbanningswet, neemt toe, vooral na den uitdagen-
den brief van den hertog van Auraale en het
daarop gevolgde besluit van den ministerraad, om
hem het lot van den graaf van Parijs te doen
deelen. De Figaro en zijn geestverwanten spuwen
vuur en vlam en de republikeinsche bladen noemen
het protest van den hertog onbeschaamd en aan-
matigend. Zij noemen den maatregel van den
minister de zuivere en rechtstreeksche toepassing
der wet van 22 Juni 1886, die alle leden van
familien, welke vroeger over Frankrijk hebben ge-
regeerd, van den dienst in het leger uitsluit, en
gehandhaafd moet worden. In den Senaat is verlof
gevraagd om de regeering te interpelleeren over
het verbanningsdecreet, tegen den hertog uitgevaar-
digd. De regeering raadpleegde den Senaat, welke
besloot, dat de interpellatie thaus niet zou plaats
hebben. De interpellant appelleerde en rnoest zelfs
tot de orde worden geroepen. Ook in de Kamer
werd het ontwerp ter sprake gebracht, waardoor
een hevig tumult ontstoud en twee leden tot de
orde moesten worden geroepen. Ten slotte werd
eene motie van vertrouwen op de regeering met
375 tegen 168 stemmen aangenomen. Generaal
Boulanger is druk bezig met zijn legerhervorming.
Zijn plan is afschaffing van het eenjarig vrijwi'li-
gerschap en van alle privilegien, zoowel van tat
der geestelijkheid als van alle anderen. De voor
Jen dienst ongeschikten zullen even lang als de
geschikten in dienst zijn, dus gedurende drie jaren
eene belasting moeten betalen. Een deel van die
belasting zal aan de gemeenten worden afgestaan,
zoodat deze in het vervolg de gezinnen, welke ge
durende drie jaren bun kostwinners verliezen, zullen
kunnen ondersteunen. Boulanger heeft de kosten
tot op eene centieme berekend en om de Kamer
te winnen, terstond op zijne begrooting al het
overtollige ingekort, ongeveer 40 millioen. Dat
men vooral van de plannen van legerhervormingen
in Berlijn nota neemt, is te gissen, als men even
gaat bedenken dat het de //Franzosen" zijn wie
't geldt. Van de Niemen tot den Rijn klinkt het
nog altijd even luide //Sie solleu ihn nicht haben,
den freien Deutschen Rhein."
Het Gladstone-Ministerie ligt op sterven, de ver-
kiezingen blijven den //Grand Old Man" tegen-
loopen en, ofschoon ze nog niet zijn afgeloopen,
is er geen hoop meer voor het tegenwoordig bewind.
Ongeregeldheden hebben nog steeds in Ierland plaats.
Te Belfast botsen de Orangisten en de Katholieken.
In twee districten zijn geweerschoten en steen-
worpen gewisseld, zoodat het aantal gekwetsten
zeer aanzienlijk moet zijn. De cavallerie houdt de
straten schoon. Latere berichten melden dat dooden
gevallen zijn en dat ook te Limerick weder onge-
,/En hoe lang wilt gij op die gelegenheid wach-
ten vroeg Hector ongeduldig en zijn gelaat
drukte onwillekeurig een zekere verachting uit, dat
zijn omzichtiger broeder zoo lang draalde het ge-
meenschappelijk wraakplan ten uitvoer te brengen.
z/Totdat zij kornt," antwoordde Norman bedaard,
maar met nadruk. //Gij weet, dat wij hem niet
openlijk durven aanvallen, wij zouden anders den
hertog doodelijk beleedigen en ons zelven in het ver-
derf storten, daarom moeten wij onzen tijd afwachten."
Hector smoorde een vloek tusschen de lippen,
draaide zich op de hielen rond en verliet, zonder
verder een woord te zeggen, de kamer, waar dit
gesprek was voorgevallen.
Wij willen van deze gelegenheid gebruik maken
en hier een paar woorden tot opheldering over de
personen inlasschen, welke wij den lezer daareven
voorstelden, en te gelijk ook vermelden in wat
betrekking zij stonden tot elkaar.
De beide broeders Hector en Norman M'Dougal
waren de zoons van Alexander M'Dougal van Li
nallan, een edelman in de westelijke Hooglanden, die
een aanzienlijk vermogen bezat. Zij waren niet jong
meer, reeds vrij ver over de dertig. Gelijk de lezer
uit het weinige gezegde misschien reeds zal hebben
opgemaakt, waren de broeders, ofschoon zij in het
bloedig besluit, dat de stof tot ons verhaal levert,
overeenstemden, toch van zeer verschillenden ge-
moedsaard. Hector was trotsch, onstuimig, harts-
tochtelijk en zoo hij ook den doodelijksten haat
regeidheden .zijn voorgevallen, zoodat de politie van
den sabel gebruik moest maken. Ook met de
socialisten heeft de politie het weer te doen gehad,
ditmaal in de Bell—street te Londen, waar, niet-
tegenstaande het verbod der politie, eene meeting
werd gehouden. Beleefd had het hoofd der Lon-
densche politie verzocht om de meeting op eene
ruimere plaats te houden, daar de menigte de
passage in de Bell-street zou hinderen en de be-
woners dier straat het verzoek hadden gedaan om
de passage vrij te houden, ook ter wille van hun
bedrijf. Naar dit beleefd verzoek van Charles
Warren werd echter niet gehoord. Men ging
zijn gang.
Omtrent den gezondheidstoestand des Konings
vernam de residentiebriefschrijver van het Z. D.,
dat de maagaandoening, aan welke hij onlangs leed,
hem nog al heeft aangedaan. Zijn krachtig gestel
overwon die ongesteldheid betrekkelijk spoedig,
maar de Koning hield er uit een gevoel van af-
matting, waardoor hij spoedig moede wordt. Groote
beweging kan hij zich dan ook nog niet veroor-
loven. Met elken dag neemt echter de beter-
schap toe.
Aan de leden der Tweede Kamer zijn thans
de volgende wetsontwerpen rondgedeeld
le de opnieuw ingediende in de vorige zitting
ongedaan gebleven 12 ontwerpen der Grond wets-
herziening2e het ontwerp op den suikeraccijns,
aangevuld met een bepaling nopens het invoerrecht
op suikerhoudende goederen, zooals voorgesteld is
bij art. 2 van de wijziging in het tarief van invoer-
rechtendaarbij bliji't de Minister met het oog op
den toestand van de schatkist vooreerst verlaging
van accijns bestrijden, evenals de adressen der
raffinadeurs3e de wijziging van eenige artikeleu
der Gemeentewet.
De Strals. Ztg ontleent aan eene oude kroniek
van het jaar 1642 het volgende:
In het jaar 1386 was te Biervliet een visscher
genoemd Wilhelm Buckhold (Willem Beukelsz.)
van welke gezegd wordt dat hij de eerste in gansch
Nederland was die op de gedachte kwam de haring
in zout te bewaren of het zoogenoemde haringkaken
heeft uitgevonden. Deze uitvinding beschouwde
Keizer Karel Y, die zeer gaarne gezouten visch at,
van zoo hooge waarde dat, toen hij in 1556 met
zijne zuster Maria, Koningin van Hongarije, in
Biervliet kwam het graf van den visscher bezocht
om den goeden Willem die reeds 159 jaar rustte,
hiervoor hartelijk te danken.
De Amsterdammer voegt hierbij het volgende
z/Het kan in dezen tijd, nu Nederland in de
herdenking van een glorierijk verleden door jubile-
feesten een verzetje zoekt voor het heden, geen twijfel
tegen die hem beleedigd hadden konde opvatten,
was hij toch niet in staat dezen haat te verbergen
de gansche woeste natuur van den man stond op
zijn stout, licht bewegelijk gelaat te lezen. Anders
was het bij Norman; even wraakzuchtig als zijn
broeder, was hij voorzichtiger en meer op zijne hoede.
Daar hij bezadigd en achterhoudend in zijn uiterlijk
voorkomen was en bij al wat hij deed langzaam
en met overleg te werk ging, was het moeielijk te
ontdekken, wien hij liefde en wien hij haat toe-
droeg. Ja, zoo zorgvuldig verheelde hij wat in
zijn binnenste omging, dat de personen, die het
voorwerp van zijn haat waren, zelden iets van zijne
vijandelijke gezindheid bemerkten, maar zich inte-
gendeel dikwijls door zijn heusche taal, zijn hem
steeds ten dienste staand lachje en zijne schijnbaar
bedaarde stemming Tieten misleiden, zoodat zij het
gevaar, waarin zij verkeerden, niet begrepen voor-
dat zij door eenige plotselinge wending derdingen
zich in zijn macht bevonden en den angel voelden,
dien hij tot daartoe zoo zorgvuldig had verborgen
gehouden. Hij bracht nimmer een slag toe alvorens
hij zeker was, dat deze niet alleen zijn vijand
treffen, maar ook zwaar op hem neervallen zou.
Kilmoran wij volgen het Hooglandsch gebruik,
om de menschen naar hunne bezitting of naar
hunne verblijfplaats te noemen was een naburig
laird of landheer, met wien de familie M'Dougal
langen tijd in vijandschap geleefd en die haar nog
de nieuwe krenking toegevoegd had, dat hij zich
lijden of eene feestcommissie van Biervlftetenaars zal
optreden om den beroemden haringkakc<;r, in navol-
ging van Karel V, eere te bewijzen." -
Toch moeten wij er bijvoegen dat er wel fees ten;"
zoogenoemde nationale, gevierd worden van minder
beteekenis
Sedert geruimen tijd zijn door de Regeering
onderhandelingen gevoerd met de Kon. Mij. ,,de
Schelde", te Vlissingen, over wijziging van het
contract van Juni 1875, dat inmiddels tot 8 Sept.
a. s. is verlengd. Daar de instandhouding van die
industrieele inrichting niet alleen wenschelijk is in
het belang der gem. Vlissingen, maar ook van de
Ned. nijverheid en scheepvaart, toonde de Regeering
zich bereid, de Maatschappij te gemoet te komen
in haar streven daartoe, door in hoofdzaak aan de
door haar gewenschte wijzigingen toe te geven.
Omtrent de opzegbaarheid van het erfpachtscontract
werd spoedig overeenstemming verkregen de Maat
schappij zal de erfpacht om de twee jaren kunnen
doen eindigen door opzegging een jaar te voren
daarentegen is de verplichting van den Staat tot
overneming van gebouwen enz. voor het voile bedrag
der schatting dan beperkt tot die gebouwen, getim-
merten en vaste inrichtingen, welke nu op de ter-
reineu aanwezig zijn of later met toestemming van
den Staat worden gemaakt, terwijl de Staat voor
alle andere gebouwen enz. slechts 65 pCt. der te
schatten waarde zou verschuldigd zijn.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag is
te Rotterdam inbraak gepleegd, in het kantoor
van den heer B. Hausmann, in de Sleutelsteeg.
De dieven schijnen zich aldaar zeer op hun gemak
te hebben gevoeldwant niet alleen kon men zien
dat zij kaarsjes hadden gebruikt, om alles na te
kijken, maar ook was de brandkast zoo forsch
opengebroken, dat zelfs de binnenplaat geheel ver-
bogen was. Zij hebben dus er op vertrouwd, licht
te kunnen branden en geraas te kunnen maken,
zonder daardoor hunne tegenwoordigheid te verraden.
Toen hebben zij uit de brandkast een bedrag van
f 7000 weggekaapt, waar van f 200 in geld en
de rest in papier. Er lagen ook effecten in.; maar
of zij de waarde daarvan niet kenden, dan wel of
zij vreesden, die dingen niet aan den man te
kunnen brengen zonder gevaar voor ontdekking,
althans zij hebben ze maar stilletjes laten liggen.
Een kistje met afgetelde centen in rolletjes hebben
ze ook maar laten staan, hetzij omdat het te lastig
was om het ongemerkt over straat te brengen,
hetzij omdat zij, eenmaal in het bezit van een
zevenduizend gulden, zulk een stapel enkele centen
te nietig vonden. Ten einde niets over te slaan
hebben zij zelfs een kantoorjas nagesnuffeld, een
zakboekje er uitgehaald, en daarin niets van hunne
gading vindende, het op den grond gesmeten. Tot
zelfs de sigaren hebben ze eens goed bekeken, en
bij die gelegenheid hebben zij tevens getooud ken-
door zijuen invloed bij den hertog van Argyle, bij
wien hij in hooge gunst stond, een prachtgoed
wist te verscliaffen, om welks bezit de M'Dougals
de grootste moeite gedaan hadden.
Soonart of de laird van Soonart, gelijk hij
genoemd werd was insgelijks een nabuur, schoon
een wat afgelegener, daar zijne woonplaats onge
veer vijf kwartier van die der M'Douglas en der
Kilmorans af lag, welke laatsten nauwelijks een
kwartier van elkander afwoonden.
Na mededeeling van deze bizonderheden willen
wij met ons verhaal voortgaan.
Norman bleef bij zijn genomen besluit en beklom
kort na het boven medegedeelde gesprek zijn paard,
om naar Soonart te rijden, daar de bewuste partij,
waartoe hij genoodigd was, in den namiddag van
denzelfden dag, dat ons verhaal begint, zou plaats
hebben.
Soonart of Castle Soonart, gelijk het soms heette,
ofschoon het bezwaarlijk den trotschen naam van
kasteel verdiende, was een oud gebouw in den
bouwtrant der zestiende eeuw, met torens en tinnen,
met steile grijze daken en zware muren. Het stond
op de spits eener steile klip, wier voet door de zee
bespoeld werd, en bij stormachtig weder sprongen
de grijze baren als eene schaar hongerige wolven
huilend bij de zwarte rots omhoog. Van de land-
zijde kon men echter gemakkelijk het huis genaken,
daar het door een breeden natuurlijken dam of
landtong met de vaste kust samenhing. In vroeger
X E11E