Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2201.
Zaterdag 19 Juni 1886.
26e Jaargang.
D E. WI L VDI .E.f
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADYERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
(fit bind verwchijnt Uinftdaj. en Vrijjdnsavond bij den uitgcver P. J. VAN D E S A N D E te Ter Neuzen.
folitieli Overzicht.
De Engelsche regeering heeft in het tiooger-
en in het Lagerhuis officieel medegedeeld, dat zij
van de Koninsin de toestemming had gekregeu oin
het Parlement te ontbinden, zoodra de nood-
zakelijkste aangelegenheden zullen zijn afgedaan.
Dientengevolge drong de heer Gladstone in het
Lagerhuis aan op den meest mogelijken spoed, en
verzocht iederen dag den voorrang voor de fiuancieele
voorstellen der regeering, die zich echter zullen
beperken tot voorloopige, tot 1 October loopende
credieten. Verder zou de regeering het wetsontwerp
betreffende het verkeer op spoorwegen en kanalen
lalen vervallen, maar voortgaan met het ontwerp
op den geneeskundigen dienst, dat, naar zij hoopte,
nog zou kunnen worden aangenomen. Namens de
conservatieve oppositie verklaarde Sir Michael Hicks
Beach zich met deze voorstellen der regeering te
vereenigen. Lord Salisbury zoowel als lord
Hartington hebben geweigerd de opdracht tot
vorming van een nieuw Ministerie, tenzij verlot
gegeven werd onmiddellijk het Parlement te ont
binden. Men was ook in den Ivabineisraad over-
tuigd, dat het uitstellen van de ontbinding aan de
liberale partij tocli niet de verloren eenheid zou
teruggeven en dat het derhalve geraden was, zoo
spoedig mogelijk de kiezers te raadplegen. In het
Hoogerhuis werd de Home-Rule ook besproken.
Belungrijk was alleen de verklaring van lord Car
narvon, naar aanleiding van eene door den heer
Parnell in het Lagerhuis gebezigde uitdrukking.
De leider der Iersche nationalisten had bij het
laatste debat te kennen gegeven, dat de voormalige
conservatieve regeering beloofd had, iudien zij weder
aan het roer kwam, een Home—Rule voorstel te
zullen mdienen. Sir Michael Hicks Beach had
deze bewering op zeer stellige wijze tegengesproken
maar de heer Parnell had haar volgehouden, en
zich bereid verklaard om den naam van den Minister
te noemen, indien bij door dezen daartoe gemachtigd
werd. Het is naderhand bekend geworden dat de
bedoelde persoon lord Carnarvon was, en dat deze
inderdaad met Parnell heeft gesproken, doch niet
officieel en zonder voorkennis van zijne ambtge-
liooten. Lord Carnarvon kon dientengevolge in
het Hoogerhuis verklaren, dat de conservatieve
regeeriug aan Parnell geen zoodanige toezegging
had gedaan. De bloedige botsiugen in Belfast
hebben zich herhaald, niet alleen bestoken de
Protest ant en en de Katholieken elkander, maar ook
de politie en de troepen, die de orde trachten te
handhaven, worden met steenworpen en geweer-
sclioten ontvangen,
De Fransche Kamer heeft haar besluit genomen,
de graaf van Parijs, de hertog van Chartres en de
beide Napoleons, Jeioine en Victor, zullen het land
moeten verlaten, als ten minste de Senaat niet
anders beslist. De radicaal Henri trachtte in de
FEUILLETON.
„Op barschen toon beval mijn oom hem vooruit
te gaan, en bedreigd door onze geweerloopen, moest
hij gehoorzamen.
,;lk kreeg medelijden met den armen kerel, of
liever met zijn vrouw en kinderen, want deze
konden toch moeielijk in den winter hun broodwinner
missen. Ik trachtte mijn oom te bewegen den
Italiaan zijn vrijheid terug te geven. Eerst weigerde
hij, maar eindelijk gaf hij toe, helaasEn de
strooper kreeg zijn geweer terug, beloofde ons
pleehtig nooit weder op Zwitsersch grondgebied te
zullen jagen, en dankte ons vurig voor de hem
bewezen genade. Maar nooit zal ik den blik
vergeten, dien hij ons toewierp, toen hij vertrok.
't Was een blik vol haat en wraakzucht, die mij
deed sidderen.
Spoedig was de Italiaan uit het gezicht verdwenen
en, daar het nog vroeg was, besloten wij onze
jacht te hervatten. Na uren geloopen te hebben,
zonder een gems te zien, besloten wij huiswaarts
te keerenbovendieu bespeurden wij de voorteekenen
van een naderend onweer, want groote wolkenmassa's
pakten zich tusschen de bergen samen.
zitting aan te toonen, dat er voor de verbanning
geen grond bestond en dat daardoor geen enkel
ouaangenaam feit zou ophoudeu te bestaan. Ge-
raakte de republiek werkelijk in gevaar, dan tnocht
men de gevaarlijke lieden bij den kraag pakken,
maar men mocht niet iets, dat men eenvoudig on-
aangeuaam vond, tot voorwendsel nemen voor eene
staatshandeling. Ook Passv en Michon spraken
tegen de verbanning. Daarna kwam de Minister-
president aan het woord. vDe regeeriug," zoo
sprak De Freycinet, zeker denkende aan de bekende
spreuk van Talleyrand, volgens wien de taal den
mensck gegeven is om zijne gedachten te verbergen,
,/de regeering heeft het initiatief willen nemen
voor de voorgestelde maatregelen. Er is een punt
waartoe zij onvermijdelijk wordt gebracht: haar
recht om 'oizondere maatregelen te nemen ten op-
zichte van de verdedigers van andere regeeriugs-
vormen. De Kamer kan de noodzakelijkheid der
toepassing ontkennen, maar het recht blijft bestaan."
De Hongaarsche regeering schijnt eindelijk de
overtuiging te hebben verkregen, dat de tooneelen
van geweld en wanorde in de hoofdstad met
krachtige hand moeten worden onderdrukt. De
stad lijkt op een militair kamp, de infanterie en
de huzaren chargeerden herhaaldelijk en beletten
samenscholingen van eenigeu omvang. Op twee
plaatsen werd tegenstand geboden, eens werdeu zelfs
de huzaren een oogcnblik teruggedreven. Een bende
oproerlingen trachtte de gasfabriek in brand te
steken, maar werd gelukkig in de uitvoering van
dit plan verhinderd. Het aantal der gewonden is
groot en eveuzoo dat der gearresteerden.
Van over den Donau kunnen wij weinig anders
mededeelen dan het overlijden van Server Pacha,
den man, die de partij vertegenwoordigde, welke
in de toenadering tot de Westersche mogendheden
geen heil voor Turkije zag, maar aan eene uauwe
aansluiting bij Rusland de voorkeur gaf om den
ondergang der halve inaan te verhoeden. Bij de
kroning van Alexander II was hij te Moskou en
bleef na dien tijd zaakgelastigde te St. Petersburg.
Uit Griekenland kornen tijdmg n, die weinig »be-
langrijk zijn en die we dus stilzwijgend voorbij
gaan. Heel belangstelleud omtrent het buitenland
is deze week ons volk ook juist niet, de verkiezing
beheerscht hier niet miuder dan in Engeland de
gemoederen en daarom basta.
Uit Wildungen meldt men aan het D. v. Z.—H.,
dat HII. MM. de Konitig en de Koningin jl.
Zaterdag een bezoek hebben ontvangen van HH.
DD. HH. den Vorst en den Erfprins van WalJeck—
Pyrmont, vader en broeder van H. M. de Koningin.
Te 12 uur 's namiddags kwamen IIH. DD. HH
te Wildungen aan, waar zij door HH. MM. van
,/tWas juist een dag als heden," vervolgde
Bizetti, en een diepe zucht welde uit zijn borst.
Ondanks het vergevorderde jaargetijde was de lucht
drukkend, en een doodsche stilte heerschte om
ons lieen het onweer kwam met ongewonen spoed
opzetten, en wij begrepen een schuilplaats te moeten
zoeken. We waren op dezen berg, mijnheer, iets
zuidelijker, en daar deze grot ons toen reeds bekend
was, richtten wij daarheen onze schreden. Het
onweer haalde ons evenwel in, maar gelukkig
begon het nog niet te regenen, want anders zou
het van de bergen neerstroomende water ons
den weg hebben afgesneden, en waren wij zeer
waarschijnlijk in de diepte gestortons pad liep
toch over de gevaarlijkste plaatsen, waar de voet
geen steunpunt vindt, wanneer het water er over
vloeit.
Maar het bliksemde en donderde geweldiger,
als ik nog ooit gezien en gehoord had, en de
stormwind huilde over de kale rotsen en maakte
onzen tocht tot een der gevaarvolste dien ik ooit
deed.
Reeds waren wij dicht bij de grot en achtten
ons gered, toen ik plotseling den scherpen knal
eener buks hoorde, en mijn oom terzelfder tijd
met den uitroep „o God, Candenzio, het is de
Italiaan I" bloedende ter aurde stortte. Ik trok
den gewotide onmiddellijk achter een rotsblik, en
trachtte het bloed, dat uit zijn borst vloeide met
behulp van mijn zakdoek te stelpen. Spoedig
het station werden afgehaald. Te half een was
er familie—dejeuner, waarbij in den voortuin der
villa een muziek-uitvoering plaats had door het
Kurorchest. Te half acht was er weder diner ter
eere van de hooge bezoekers.
Na het diner is de Vorst van Waldeck-Pyrmont
naar Arolsen teruggekeerd, terwijl de Erlprms tot
Dinsdag als gast van HH. MM. te Wildungen in
in de villa „Gocke" bleef logeeren,
IIH. MM. zijn voornemens den 25sten dezer naar
Arolsen te vertrekken, om een tegenbezoek bij de
Vorstelijke familie aldaar af te leggen. Tot 1
Juli zullen zij aldaar vertoeven, om dan het bui-
tenpaleis te Soestdijk te betrekken, waar zij zullen
blijven totdat Z. M. in de Residentie komt om de
nieuwe Kamers der Staten-Generaal te opeuen.
In de afdeeling voor de geschillen van bestuur
is eergisteren ingekomen een Koninklijk besluit
houdende beschikking op het beroep van A. G.
V. Iloinbach, grondeigenaar te Hulst, als mondeli
gemachtigde van A. A. O. A. L. G. baron Stratenus,
te Zeist, tegen eene beslissing van Gedep. Staten
van Zeeland, omtrent den jegger der wegen en
voetpaden in de gemeente Stoppeldijk. Niet ont-
vankelijk verklaard.
Het bestuur van Hope College, te Holland (Ver.
Staten), heeft een verzoekschrift aan Willem III,
Koning der Nederlanden, gcricht, om eene ver-
zameling van Hollandsche literatuur, tot weder-
aauvulling van de universiteits-bibliotheek. Het
verzoekschrift is onderteekend, onder zegel, door
den gouverneur en superintendent van openbaar
onderwijs en zal door Ds. P. Moerdijk, van Grand
Rapids, in persoon overhandigd worden, tijdens
zijn bezoek iu Nederland.
In vele gemeenten des lands, is Dinsdag de
opkomst der kiezers buitengewoon groot geweest.
Te Bominel kwamen alle 186 kiezers ter stembus.
Slechts 1 bleef o. a. weg te Borkeloo (wegens
ziekte), te Ambt Deutichem, te Zoelen, te Val-
kenburg, te Schoondijke2 ontbraken te Ommen,
3 te Groenlo (waarvan 2 wegens ziekte) en te
Tholen, 5 op de 192 te Stad Deutichem op reis
of overledenl en 5 op de 65 te Bruinisse.
Te Middelburg maakten 96 pCt. van hun recht
gebruik te Zutfen 95 pCt. (18 op 32 ontbrekende
waren afwezig wegens ziekte, overlijden of ver
ilizing) te Wageningen ook 95 pCt. op 2 na
alle 15 afwezigen ongesteld of op reis)te Arnhem,
te Zwijndrecht, te Ter Neuzen en te Viissingen
94 pCt.te Woerden en te Zwolle 93 pCt.te
Deventer en te Delft 92 pCt.te Kampen, te
Hilversum, te Goes en te Bergen op Zoom 90
pCt., te Utrecht 88 pCt.te Dordrecht met Dub-
beldam 85 pCt.te Leiden 83 pCt.te Zierikzee
81, te Ainersfoort en Wormerveer 80 pCt.te
Den Haag met Scheveningen 78 pCt., enz.
verloor hij echter zijn bewustzijn, en ik begreep,
dat hij, indien hij gedurende het onweer daar
moest blijven liggen het leven er niet zou
af brengen.
Maar hoe hem in de grot te brengen. Den
weg daarheen bestreek de Italiaan, en tot elken
prijs zou hij den eenigsten getuige zij tier misdaad
voor eeuwig het zwijgen opleggenwaarom de
schurk den twe'eden loop zijner buks niet op mij
afgeschoten had, begreep ik niet. 't Kan evenwel
zijn, dat hij dit toch gedaan heeft, want even
nadat mijn oom viel. kwam een ratelende donderslag,
die dat schot gemakkelijk kon overstemmen.
Handenwringende stond ik daar en wist niet
Wat te doen. Hier den nacht door te brengen,
onbeschut tegen den orkaan en bedreigd door de
stroomen water, die straks van de bergen zouden
komen, moest noodlottige gevolgen hebben.
En op het pad, dat tot ons beider redding voerde,
wachtte de moordenaar, met den vinger aan den
trekker zijner buks.
T Werd reeds donker om mij been, en dikke
regendroppels begonnen te vallen. Ik nam een
besluit. Ik keek mijn geweer na, spande den haan,
en kroop toen als een slang over den grond,
opmerkzaam rondziende om te ontdekken, waar
mijn vijand zich verscholen had. Ik zag niets en
ik waagde mij iets verder. Maar nauwelijks was
mijn hoofd geheel buiten de beschuttende rots, of
wederom knalde de buks van den Italiaan, en zijn
Op Pinkstermaandag is te Helmond een
eigenaardig feest gevierd. Het aldaar bestaande
aloude schuttersgilde der H. Catharina had namelijk
tegen dien dag een schietwedstrijd uitgeschreven,
waaraan 32 gilden deelnamen. Voorafgegaan door
een drietal manschappen der marechaussees en eene
eerewacht te paard en vergezeld van het plaatselijk
muziekgezelschap, trokken die 32 gilden voor den
middag in optocht door Helmonds straten. Deze
optocht leverde een hoogst eigenaardigen en zeer
schilderachtigen aanblik op. De vele eeuwen oude
gilden, die in het oostelijk gedeelte van Noord-
Braband, in Limburg en in de Rijnprovincien nog
steeds bestaan en bloeien, hebben meest alle met
lofwaardige pieteit zorgvuldig vele oude gebruiken
en gewoonten in eere gehouden en vele oude vaan-
dels, trommen, kleedingstukken, zilveren koniugs-
schilden en papegaaien, sjerpen en andere versier-
selen en waardigheidsteekenen bewaard. Het gilde
waardoor de wedstrijd was uitgeschreven had, op
initiatief van een bekend beoefenaar van Noord—
Brabant's geschiedenis, in den uitschrijfbrief er op
aangedrongen, dat de mededingendc gilden de in
hun bezit zijnde vaandels, oude kleedingstukken,
trommen, kostbaarheden enz. zouden medebrengen,
en deze hadden daaraan in ruime mate voldaan.
Vandaar dat de optocht zoo bizonder eigenaardig
en schilderaehtig was. Twee-en-dertig oude kleur-
rijke zijden vaandels gaven aan het geheel een
bont en levendig aanzien, hoeden met groote pluimen
gesierd, zijden sjerpen, korte broeken, oude helle-
baarden en degens en niet het minst de fluweelen,
met zilveren schilden behangen buizen der schut-
terskoningen kwamen den indruk verhoogen, terwijl
32 eigenaardig gekleede tamboers met oude reus-
achtige en beschilderde trommen niet weiuig tot
de levendigheid bijdroegen. Er was weinig ver-
beeldingskracht toe noodig om zich bij het zien van
den optocht een paar eeuwen terug v rplaatst te
zien te midden van onze vroolijke karakteristieke
voorouders, want bijna evenzoo rnoet er eene glans-
rijke ^incomst" vau „scuttengilden", die ten vsciet-
spel" togen, uitgezien hebben. Nog eens, de
optocht was merkwaardig, eigenaardig en schilder
aehtig in de hoogste mate.
Nadat de optocht geeindigd was, begon de wed
strijd. Er werd met opgewektheid naar den vogel
geschoten, en toen de kamp beslist was en de
prijzen waren uitgereikt, keerden de deelnemers
dankbaar en voldaan huiswaarts.
De uitslag van den wedstrijd heeft voor de lezers
te weinig belang om hier vermeld te worden. Genoeg
zij het dat er prachtige prijzen waren uitgeloofd,
o. a. ook voor het schoonste ,/vaandelslaon" voor
het gilde dat het oudste koning^schild en voor het
gilde dat de meeste koningsschilden medebracht.
Het wedstrijdgevend gezelschap heeft wel eer van
het feest, dat volkomeu geslaagd is. (N. R. Ct.)
kogel rukte mij den hoed van het hoofd. Buiten
mijzelve van drift sprong ik op, ofschoon ik wist,
dat de schurk onmiddellijk weer vuur kon geven.
En daar stond hij, nauwelijks 20 pas van mij af,
't geweer op mijne borst gericht.
Maar ook mijn wapen was gereed, en, juist toen
een verblindende bliksemstraal alles om ons heen
in gloed zette, bliksemde het ook uit onze geweren,
en het geknal dier schoten mengde zich met den
ratelenden donder. Ik was niet getroffen, maar
mijn tegenpartij lag bewegenloos op den grond,
mijn kogel was hem dwars door de borst gegaan.
Ik stielde naar hem toe, hopende dat hij slechts
gekwetst was. Hij leefde nog toen ik hem bereikte
maar ik zag dat zijn oogenblikken geteld waren.
Ik knielde bij hem neder om zijn laatste woorden
op te vangen; misschien dat hij nog berouwvol en
zijn onwilligen moordenaar vergevende de eeuwig-
heid zou ingaan.
Ik richtte den stervende op, maar nauwelijks
herkende hij mij of zijn bijna machtelooze hand
stiet mij terug en terwijl zijn brekend oog
mij nog vol haat aanstaarde en van zijn lippen
wwees vervloektklonk, zonk hij achterover en
stierf. God hebbe zijne ziel
Ik ging toen naar mijn oom en droeg hem naar
de veilige grot, wanrheeu ik ook het lijk van den
Italiaan bracht. 't Kon toch zijn, dat deze slechts
bewusteloos was.
En toen de regen uit den hemel stroomde, de
TER VEIZEVSIHE (OIRWT.
(S L O T.)