Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
m a s
No. 2197.
Zaterdag 5 Juni 1886.
26e Jaargang,
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—Eranco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32*.
Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENT!®^
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
nit
blrtti vepscliijnt Uiiisdns- en Vrljdnsavond bi| den itgever P. J. VAN »E SAN»E te Ter Nenzen.
folitieli Overzicht.
l)e onder-secretaris van buiteiilandscbe zaken in
England, beeft medegedeeld, dat aan deregeenng
niets bekend was van de deelneraing van Russiscne
agenten aan een complot tegen den korst van
BuWrije, en dat aan de regeenug geen enkel te.it
ter kennis was gekomen, waarin zij aanleiding zou
kunnen vinden om tot de Russische regeenng een
vertoog over deze kwestie te ricbten. Het was te
denken, dat de aanspraken van den burgemeester
en den metropolitaan van Moskou de buiteulandsclie
pers druk zouden bezig houdeD, en dat men m
England wel niet het rainst groote oogen zou zetten.
En^inderdaad het beteekent nog al lets. De stad
Moskou mag bij monde van haar hoofd verkondigen,
dat zij rekeut op de vervulling van den ouden
droom eener Byzantijnscbe heerscbappij. is dit
een antwoord op de dagorder aan de vloot van
Sebastopol? Of is te Liviadia eene omkeenng van
de Russische staatkuude voorbereid, en zal het
offensieve streven zicb weder op den voorgronc
dringen, en het ganscbe Oosteu met bloedige ellende
vervullen?
Van de oude Cretenzen zullen we binnen kort
in onze godshuizen hooren en de tegenwoordige
bewoners van Creta laten niet na om openlijk te
verklaren, niet te zullen rusten voor bun eiland
met Griekenland vereenigd zal zijn. Onder en
boven den grond is Candia vulcamsch. De i urken
zien er niet vriendelijker om, na zulke ontboezmgen.
Wie wenscht meer naar oorlog, dan de Cretenzers.
De blokkade ecbter verhindert elke poging tot
verzet en hoelaug kan die nog duren De heer
Trikoepis ontwapent wel is waar, maar hij beweert
dat de groote mogendheden met dezen maatregel
van inweudig bestuur niet te maken hebben, en
weigert hardnekkig, haar daarvan officieel m kennis
te stellen. Indien hij op dit punt toegeeft, zegt
hij zouden de mogendheden kunnen beweren,
dat wij hare toestemming noodig haddeu om later,
als dit onvermijdelijk bleek, het leger weer op
voet van oorlog te brengen. Griekenland zou op
die wiize zijne sou vereimteit. en zijne onafRankelij klieid
vervreemden en dit is onmogelijk. De Grieksche
premier rekent er op, dat het volk en de kamer-
meerderheid hem in deze houding zullen steuneu.
Gedurende de aanstaande afwezigheid van den
Koninf zal Trikoepis waarschijnlijk met het
regeutschap worden belast, en dus de handen vnj
hebben Misschien weet men in St. 1 etersburg
meer van 't een en ander en het kan heel wel
gebeureu, dat George zijn zwager hier of daar
ontmoet, al is dat om alle „officieeligheden te
vermijden, juist niet in de Newa-stad of in het
oude Kremlin.
Onder de bedrijven door maakt de Baas van
Turkije zich weer nader bevriend met het kleine
volkje van de Zwarte bergen. De vice-admiraal
Suleyman—Pacha, adjudant van den Sultan, is met
een talrijk gevolg te Cettinje aangekomen, om den
Vorst van Montenegro de versierselen der orde van
Nischam-Iinatiaz over te brengen. Kleine ge-
schenken ondcrhouden de vriendschap, schijnt de
Sultan te denken.
In een ander klein landje, wiens Vorsten, evenals
Koning George, vermaagschapt zijn aan Rusland,
is de positie tusschen Vorst en volk nog altijd
curieus. Wij liebben Denemarken op het oog,
waar Estrup nog maar altijd de gebraden haan
speelt. De heer Berg, voorzitter van het Folkething,
zit nog altijd in de gribus en heeft daar ook zijn
zilveren bruiloft gevierd. De Deensche democratic
heeft deze gelegenheid gretig aangepakt voor een
huldebetoou aan haren grijzen leider. In de kapel
der gevangenis werd door pastoor Hostrup eene
feestrede gehouden en daarna betuigde de heer
Berg zijnen dank, maar in voorzichtiger bewoor-
dingen dan zeker burgemeester in 't hartje van
Roruk's rijk. Al de leiders der linkerzijde van
den Rijksdag waren verschenen en het getal afge-
vaardigden uit verschillende deelen des lands was
buitengewoon groot. Eene eergave van 45000
kronen, door het volk bijeengebracht, werd over-
handigd, het regende telegrammen en zelts uit het
land der Noren kwamen geschenken. Estrup kan
de toekomst zien, zijn despotiek bestuur zal eindigen.
De Fransche Kamer heeft beraadslaagd over de
interpellatie van Michelin en Planteau omtrent het
voortduren van de werkstaking te Decazeville.
Beiden eischten dat de regeering aan de mijn-
compaguie en aan de mijnwerkers de verplichting
oplegde oin zich aan eene scheidsrechterlijke uit-
spraak te onderwerpen; daarenboven wilde Basly
aan de werkstakers op staatskosten hulp verleenen
en daarvoor eene som van een half millioen francs
beschikbaar zien gesteld. Zijne rede was, volgeus
eigen bekentenis, door anderen gemaakt. De in
terpellatie liep kalm af en met 369 tegen 171
stem men besloot men ora over te gaan tot de orde
van den dag.
De heer Baron Schimmelpeniiinck van der
Oye is Dinsdag in Zwitserlaud overleden, nadat hij
in de laatste dagen aan hevige aanvallen van koorts
had geleden
De overledene bekleedde geruimeu tijd de functie
van opper ceremoniemeester bij Zr. Ms. Huis en
bleef, na het nederleggen van deze betrekking, als
grootmeester aan het koninklijke hof verbonden.
Hij was lid van den Haagschen pemeenteraad
en van de provinciale staten van Zuid-Holland, tot
bij de jongste periodieke verkiezing, toen hij ver-
zocht buiten aanmerking te blijven.
Baron Schimmelpeniiinck van der Oye was een
voorstauder van de kunst, en heeft als lid der
commissie van beheer en toezicht over de verzame-
ling van geschied- en oudheidkundige voorwerpen
in het gemeente-museum te 's Hage belangrijke
diensten aan de stad en de instelling bewezen.
Men deelt aan de N. R. Ct. raede, dat bij
den Raad van State aanhangig is een voorstel tot
verhoogiug van het tarief der binnenlandsche tele
grammen. Het zou nl. worden bepaald op 3 cent
per 2 woorden, met een grondtax van 10 cent en
een minimum van 25 cent. Voor dagblad-telegram-
men zou hetzelfde tarief gelden, doch boven 40
woorden zou slechts een cent per woord worden
berekend.
Het is niet te hopen, dat dit bericht juist is,
merkt de N. R. Ct. terecht op. Verhoogiug van
het tarief voor telegrammen zou wel eens ten ge-
volge kunnen hebben, dat er van de telegraaf
minder gebruik werd gemaakt en alzoo het doel van
den maatregel, namelijk aan de schatkist een ruimere
opbrengst te verzekeren, werd gemist. Het belang
van het publiek zou dau zijn benadeeld, zonder dat
er eenig voordeel tegenover stond.
Wat meer bepaald de dagblad-telegrammen be-
treft, zou een verlaagd tarief voor zulke telegrammen,
zooals in het buitenland bestaat, zeer zeker beter
getuigen van verstandig inzicht in hetgeen het
publiek belang eischt.
Naar aanleiding der denkbeelden in het
Utrechtsch Dagblad ontwikkeld, om een nationalen
feestdag in het leven te roepen, waarvoor op den
verjaardag van H. K. H. Prinses Wilhelmina
vooral de aandacht gevestigd werd, zijn te Utrecht
een paar vergaderiugen van belangstellenden ge
houden. In eene bijeenkomst is nu besloten,
naar het genoemde blad mededeelt, maatregelen
te beramen, die tot viering van een nationalen
feestdag kunnen leiden. Om bizondere redenen
is evenwel daartoe niet de Prinsessedag gekozen.
Aanvankelijk is bepaald, dat men trachten zal
den aanstaanden 709ten verjaardag van Z. M. den
Koning met meer dan gewouen luister te doen
vieren. Een commissie is benoemd, om het tot
nu toe besprokene nader in overweging te nemen
en voorstellen te outwerpen, en die aan het oor-
deel van een in September te houden vergadering
te onderwerpen.
De volgende aansporing tot het aanranden
en bestelen van vrouwen op den openbareu weg
schrijft Domela Nieuwenhuis in zijn blad. Wan-
neer er onder zijn onwetende volgelingen eenigen
dien schandelijken raad volgen is hij de hoofd-
sehuldige.
„Ziethier waar heen het gaat. In de Parijsche
bladen leest men
Mevrouw W., een rijke Amerikaansche dame,
passeerde in een open rijtuig de boulevard Haus-
mann. Plotseling werpt zich een jongman in het
rijtuig, ontrukt mevrouw W. een juweelen speld
uit haar hoed, gaat er aan den anderen kfcnt uit
en zet het op een loopen.
Op het geroep van het slachtoffer werpen voor-
bijgangers zich op den brutalen dief. Men kon
hem pas aan den hoek der rue Trouchet tegen-
houden.
Ondervraagd door den commissaris van politie
Gazaneuve, antwoordde hij eenvoudig
,/Ik heet Louis Albert Martin, ik ben zonder
werk en vind het heel natuurlijk om'mij te voeden
ten koste van hen die te rijk zijn."
Wij vragen ook op onze beurt: kent men iets
dommer en lager dan te sterven van gebrek, terwijl
anderen sterven teugevolge van overdaad P
Wanneer men alles gedaau heeft om werk te
vinden en de maatschappelijk anarchie het iemand
onmogelijk maakt om te leven, wat blijft er dan
anders over dan iets dergelijks te doen Zoodra
het volk tot bewustzijn komt, zal het steeds
meer en meer geschieden, daarvan houden wij
ons ovcrtuigd
Voor aan zijn blad worden met vette letter het
uur en dag medegedeeld „dat onze redacteur F.
Domela Nieuwenhuis voor de rechtbank te's Gra-
venhage zal terecht staan," en op de laatste blad-
zijde plaatst Domela Nieuwenhuis in de ,/Strijd-
penuing" de volgende opruiende woorden
,/Arbeiders uit alle oorden, ik vraag u in ge-
moede als men D. N. aanrandt, moeten wij zulks
dan lijdelijk aanzien
Men is dus gewaarschuwd.
Uit Oorschot wordt van 1 Juni gemeld
,,IIeden avond omstreeks kwart na zeven ure
ontlastte zich over deze gemeente een onweder,
vergezeld van geweldigen hagelslag, voortgezweept
door een hevigen windde hagelsteenen wareu
veel grooter dan kippeueieren alvorens was er een
gesuis merkbaar als van een aankomende spoortrein.
De bebouwde kom der gemeente en even daar-
buiten hebben verschrikkelijk geleden van al de
te veld staande vruchten is letterlijk niets overge-
blevengeen huis of het heeft schade aan glazen
of pannen vooral aan de aan de windzijde gelegen
huizen (wind west) zijn de pannen en glazen geheel
vernield. In het klooster alleen is voor meer dan
1000 schade aan glaswerk en pannen. Dit weder
duurde ongeveer een half uur. Omstreeks half
negen barstte er weder een onweder los, gepaard
met hevigen slagregen, welke ten gevolge van het
breken der pannen veel waterschade aan de aan-
wezige en geborgen goederen veroorzaakte, zooals
aan granen en andere koopmansgoederen.
Heden ochtend 6 ure (2 Juni) zag men nog
hoopen hagel liggen van een halven voet dikte
het marktplein en verdere plaatsen waar boomen
stonden, was dik bedekt met afgehagelde bladeren
en takken; de glazenmakers en metselaars hebben
F FXJILFFTO N
De oude Dost is het dorp ingegaan. Adolf
legt in een zachte sluimering en Hilda zit alleen
op den drempel voor het huis, terwijl haar liootd
zwaarmoedig neerhing. De handen, waarvoor het
nu aan arbeid ontbreekt, liggen gevouwen in den
schoot en het omfloersde oog zweeft naar westelijke
bergen, die door de gouden stralen der ondergaande
zon tooverachtig verlicht worden, terwijl aan den
oostelijkeu hemel de maan haar weg begint.
Daar naderen schreden bijna scheen het haar
toe, alsof zij die reeds eenmaal had gehoord. Zij
wendde zich naar de richting, van waar het geluid
kwam, en reeds staat Klaas Karsten voor haar,
Snel staat zij op, om hem te begroeten.
„Ik kom juist om te zien, hoe het met uw broer
issprak hijzich wegens zijn onverwachte
verschijning verontschuldigend.
„Het gaat van avond iets beter hoewel met
veel. Ik weet niet welke wending de ziekte zal
nemen," antwoordde zij weenend. Anders hebben
de aanvallen nooit zoo lang aangehouden. Een
maand lang herhalen zij zicli heftig. Dn hij is
toch mijn alles, wat ik lieb. Ik vroeg den
arts om zijn meening, en hij zeide wat ik te
verwachten had. Ach hoe vreeselijk Hij
sprak
Zij kon niet doorspreken. Zij verborg haar gelaat
in de handen en weende, alsof haar hart bij die
gedachte moest breken.
Ook in Klaas vonden die zware zuchten een
weerklankhij voelde haar komtner en toch kwam
er geen woord van troost over zijn lippen. Outroerd
schudde hij zijn hoofd.
Plotseling vatte hij een besluit Het meisje is
naar de tuindeur gegaan om eenigszins kalm te
worden. Hij volgt haar, komt naast haar en raakt
haar arm aan.
Hilda, bed wing uw smart. De arme is dan
immers van veel smarten bevrijd. Dat hij echter
uw alles is dat is niet zoo. Nog is er iemand
buiten hem, die u zijn leven, zijn hart, zijn liefde
schenkt. Hilda wilt gij als mijn vrouw in mijn
huis komen
Verbaasd keek Hilda hem een oogenblik aan.
Maar weldra zag zij aan zijn vriendelijken, ernstigen
blik dat het hem ernst waswat hij zeide.
Een vriend lijke, zoete glimlach verhelderde het
zwaarmoedige gelaat en een zacht rood vloog over
de wangen.
Een doordringende, smeekende kreet verbrak tie
plechtisre stilte van dit oogenblik.
Hilda! Hilda! Gij beloofdet, mij met te
vcrlatcn i"
De geroepene suelde in huis. Adolf zat overeind
in het bed, met wijd geopende oogen, strak voor
zich heen kijkeud en de arineu wanhopig, smeekend
naar zijn zuster uitstrekkend.
„Mijn beste jongen, ik heb u niet verlaten. Ik
ben hier. Ik ben alleen bij de deur geweest,
terwijl gij sliept."
Liefderijk sloeg zij den arm om hem heen en
weenend verborg zij zijn hoofd aan haar borst.
„Ik geloof dat ik gedroomd heb
sprak hij.
„Gij legdet mij in een kleine boot op een wijden,
wij den straom, zoo breed, dat ik er niet over
heen kon zien, en gij stond aan een oever, met de
eene hand aan de boot en beloofdet, mij niet te
verlaten. Daar kwam echter iemand, hij stak u zijn
armen toe, en gij liet de boot los en wendet u tot
hem. Ik kon zijn gelaat niet zien. Mijn boot
echter voer weg. Ik riepmaar gij hoordet mij
niet, want de vreemdeling hield u in zijn armen
en kuste u; toen vergat gij mij."
Hilda's oogen openden zich wijden strak keek
zij haar broeder aan, en haar gelaat gloeide. Was
dat toeval of een waarsehuwing uit den hemel
Geduldig wachtte Klaas Karsten aan de deur,
tot zij weer verscheen.
Adolf slaapt weer," zei zij, „toch is hij zeer onrustig
en ik moet weer bij hem zijn. Goeden nacht."
„Geen goeden nacht, voordat ik een antwoord op
mijn vraag heb. Zeg ,/ja" en ik zal heengaan," ant
woordde hij, haar naderenden haar bij de hand vattend.
„Ik ik kan niet „ja" zeggen. Hebt gij Adolf
gehoord? Hij droomde, en zijn droom was een
ernstige waarsehuwing voor mij," sprak zij outroerd.
„Toen moeder stierf, moest ik haar beloven op mijn
knieen, Adolf niet te verlaten, mij geheel aan hem
te wijden, te lijden en te werken voor hem. En
straks toen ik juist „ja" wilde zeggen, kreeg Adolf
in den droom een waarsehuwing. En ik zie, dat
ik hem juist wilde verlaten. En als ik „ja" zeg,
dan geef ik u, wat Adolf's deel moest zijn, zoolang
hij leeft."
Hij trachtte haar te overreden, te overtuigen, dat
zij immers den broeder niet zou vergeten.
Maar zij beloofde alleen, er nog eens over te
denken, en over een week kon zij eerst antwoord
geven. Toen ontwaakte nieuwe hoop in zijn hart,
en een kus van haar lippen stelend, nam hij
afscheid tot Zaterdag.
vZuster," fluisterde de zieke zachtzij buigt
haar hoofd, om elk der woorden van den stervende
op te vangen. ^Zuster ween niet zoo.
Ik zar niet lang meer lijden.
En als gij onder de hop
staat zal ik rondom u
zweven."
Het zwakke hoofd zinkt zacht aan haar borst,
de klagende stem sterft langzamerhand weg.
TEH Ul/JVSHIi: (OIKWT
(S L O T.)