Algemeen
Nieuws- en Advertentiefclad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2187.
Zaterdag 1 Mei 1886.
DE STEEN VAN TIBERIUS.
26e Jaargang.
A A SI It EST ED I: SI:
Binnenland.
5,50
6 00
6,12
6,34
6,57
7,19
8,30
5,261
5,32!
5.31
5,40
5,45
5,50
6,03
6,55
8,24
8,35
9,11
9,15
9,22
9,80
9.32
9,35.'
ABONNEMEKT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post:
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82|.
Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer f 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
Kit bind verachijnt Dinsdaj. en Vrijdagavond bij den uitgever P. JL VAN E 8 A SI B E te Ter Neuzen.
Burgemeester en Wetliouders van
TER NEUZEN zullen op Douderdag.
6 Mei a. S., 'smorgens 11 ure, cp het gemeente
huis, in het openbaar, bij enkele inschrijving,
het rioleeren en derapen, met bij-
levering der noodige materialen,
van het nog opene gedeelte der
gemeentewaterleiding, nabij de
Westschutkolk aldaar.
Plaatselijke aanwijzing gescbiedt Dinsdag a. s.,
>s morgens 10 ure.
Bestek en voorwaarden liggen van af Maandag
te voren op de geraeente-secretarie ter inzage.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen
bij den gemeente-bouwmeester.
Ter Neuzen, 30 April 1886.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J."A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
folitieli Overzicht.
Voor de Europeescbe diplomatic zijn de Paasch-
dagen geen rustdagen geweest. Te Athene is alles
op haren en snaren gezet. Het ultimatum, door
de gezanten van alle mogeudheden (behalve Frankrijk)
geteekend, is overhaudigd. In dat stuk wordt
verzocht dat Griekenland de verzekering heeft te
geveu dat de orders tot ontwapening binnen eene
week worden uitgevaardigd. Vier Engelscbe pant-
serschepen, een Duitsch, een Oostenrijksch en een
Italiaansch oorlogschip zijn van de baai van Soeda
voor Phaleron verschenen. Aan de Engelsche
legatie heeft eene bijeenkomst plaats van de bui-
tenlandsche vertegenwoordigers te Athene. Men
zegt dan ook dat Delyannis gehoor zal geven aan
Frankrijk's aandrang, vooral nu Duitschlaud, Italie
en Engeland haast maken, te meer naar mate het
gevaar van vredebreuk grooter wordt. Aan de
grenzen van Thessalie en Epirus is reeds gevuurd,
de Oostersche despoot houdt wapenschouwingeu in
Besarabie en broedt stellig iets uit te Livadia.
De Russische bladen gaan voort meer oorlogsgezind
te worden Katkoff, een invloedrijk publicist, toont
aan dat Ruslaud zich los dient te maken van zijn
samengaan met de overige groote mogendheden
Het moest in het Oosten meer op eigen hand
handelen, zegt Katkoff. lleeft Engeland niet Birma
veroverd, zonder vooraf te vragen of het Europeesch
concert daarloe zijn zegen gaf Eu mdien Engeland
met den een of anderen Battenberger te doeu had,
zou het zich niet tot Europa hebben gewend en
geen protocollen hebben opgesteldhet zou een
eskader naar de Dardanellen gezonden en dan nog
wel nadrukkelijk geeischt hebben dat de Porte hare
troepen Oost-Rumelie liet binnen rukken; dan zou
FEUILLETON.
Nu! misschien waren wij, de drie prozamenschen
die haar dagelijksche omgeving vormdenniet
uitverkoren, of niet waardig genoeg om haar voor
goed te kennen. Maar indien mij ondertusschen
een slimme menschenkenner eens bij denjasknoop
had gepakt, eu mij daarna had gezegd, dat er in
ons gezelschap een jonge dame was die haar vrienden
t'avond, of te morgen een hoogst buitengewone
verrassing ten beste zou geven, dan zou ik dien
menschenkenner den mijuer vingers op de borst
gezet hebben, waarna ik hem dan glimlachend zou
antwoorden, dat hij mijn eigen overtuiging juist in
woorden, had gebracht.
Of er in de verhouding tusschen de beide verloofden
in den laatsten tijd ook eenige verandering was
gekomen, kon ik niet bepaald bemerken, hoewel ik
toch zeer goed gevoelde, dat alles niet was, zooals
het behoorde te wezen. Omdat Wenzel zelf niets
wilde loslaten, brak ik eindelijk het ijs inet de vraag,
of hij misschien ook meende, dat mej. Dorpinghaus
den grooten topaas met eenige gegronde reden in
verband kon brengen met den schilderachtiaen
jonkman dien zij onlangs op de villa Borghese had
ontmoet
Toen stoof mijn vriend op met den uitroep
de Battenberger niet slechts uit Oost-Rumelie, maar
ook uit Bulgarije verdreven zijn.
Ten laatste komt de gelukkige tijding dat de
driftige Koning der Ilellenen, force majeure mis
schien, tot ontwapeuing is overgegaan.
De heer Clemenceau en zijne vrienden hebben
een bewijs van zedelijken moed gegeven, dat waar-
deering verdient. Men wete, dat er van socialistische
zijde geijverd werd voor de verkiezing van een
der beide reporters, die te Decazeville eene treurige
vermaardheid verwierven, tot lid van de Fransche
Kainer in de plaats van Rochefort. Roche en
Quercj zitten beiden voor 15 maanden in de ge-
vangenis, en zijn dus niet verkiesbaar, maar dit
hinderde de heethoofdige geestverwanten van Baslj
en Camelinat in het minst niet. De reporters
van den //Intransigeant" en den wCri du peuple"
waren met het gouvernement in botsing geweest
en hebben een rechterlijk vonnis tot hun last
ziedaar een meer dan voldoende reden, om voor
hen de deuren der volksvertegenwoordiging te
outsluiten: Er was slechts een bezwaar, wie van
beide helden zou de uitverkorene ziju Hier
moest het lot beslissen. Met veel plechtigheid
werden op eene vergadering, de namen van Roche
en Duc-Quercj op twee stukjes papier in een
hoed gestopt, men zegt dat Louise Michel, om
aan de plechtigheid eene bizondere wijding te geven,
haar hoofddeksel afstond. Burger Roche kwam
uit den hoed. En thans gebeurt het ongelooflijke,
Clemenceau weigerde, als een tweede WillemTell,
zich voor dezen hoed te buigen. Iu eene ver
gadering van de radicale en radicaal-soeialistische
pers werd besloten de uitspraak van den volkshoed
niet te eerbiedigen, en Gaulier werd verkozen tot
candidaat. Men kan nu zeggen dat Clemenceau
zich van een lastigen en compromitteerenden anarchis-
tischen aanhang heeft bevrijd, een daad waartoe
moed behoort, daar zijne populariteit er mee op
het spel stond. De Fransche Ministers De Freycinet
en Baihaut hebben een onderhoud gehad met den
heer L6on Say, voorzitter der Compagnie des mines
te Decazeville. De heer Say betoogde, dat de maat-
schappij tegenover de raddraaiers der werkstaking
niet toegefelijk kon zijn, omdat deze grootendeels
niet aan de mijnwerken verbonden waren. Als
de regeering deze vreemde arbeiders verwijderde,
zou de maatschappij gaarne met haar eigen werk-
volk onderhandelen. Verder deelde de heer Say
inede, dat de hoofdingenieur Blazy zijn ontslag
zou nemen. Driehonderd werklieden zijn weder
iu de mijnen aan den arbeid.
Te Grammont in Belgie hebben de arbeiders in
eene lucifersfabriek het werk gestaakt. Om de
tusschenkomst der door de plaatselijke autoriteiten
te hulp geroepen gendarmes onmogelijk te maken
hadden zij alle dnaibruggen over de gekanaliseerde
Dendre algedraaid. Toch gelukte het den gen-
Heeft zij hem schilderachtig genoemd
Heeft Helena u gezegd dat zij dien kerel
schilderachtig vond
„Toch nietDaar heeft zij niet eens aan gedacht
Maar hij is toch schilderachtig, wat gij ten slotte
minstens wel zult moeten toegeven."
„Ja zijn haar had hij stellig in geen acht dagen
gekamd, en dat zult gij misschien schilderachtig
noeinenEn voor zoo iets is Helena niet gevoelig.
Doch het is in elk geval zonderling, dat zij voor
den mooien topaas zulk een onbegrijpelijken weerzin
koestert. Zij beweert, dat Keizer Tiberius haar
alle genot van het kleinood zou vergallen. Doch
mij dunktdat zij daarin de geschiedkundige
antipathie te ver drijft; want steeds heb ik geloofd,
dat niets bij een mooie vrouw den smaak voor
schitterende edelsteenen kon verdooven. Overigens
is het zeker, dat die landlooper haar toen heeft
aangesproken I"
,/En wat heeft hij haar gezegd?"
,/Hij heeft haar gevraagd, of zij met mij was
verloofd
„En wat heeft zij daarop geantwoord
Niets I"
Dan rnoet, zij bepaald bang geweest zijn
vDat is zeer goed mogelijk, al beweert zij ook
het tegendeel. Tevens heeft hij haar gevraagd, of
zij maar niet bang voor hem zou wezen, omdat hij
maar een arm mensch was, die niets geen kwnad
zocht, doch die maar doodeenvoudig zijn recht wilde
darmes, het verkeer te herstellen en den toegsng
te forceerenzij werden echter met steenworpen
ontvangen en aan beide zijden vielen gekwetsten.
Bij de komst van troepen uit Gent was de orde
spoedig hersteld.
Gisteren deelden we aan eenige onzer abonnees
't volgende per bulletin mede
Wij vernemen dat het thans officieel is, dat het
ministerie zijn verzoek om ontslag heeft ingetrokken.
Kamerontbinding zou niet te wachten zijn maar
een nieuwe kieswet zal voorbereid worden.
De Koninklijke familie is Dinsdagmiddag om
half twee uit 's Gravenhage vertrokken tot het
brengen van haar jaarlijks bezoek aan de hoofdstad.
De overtocht geschiedde met een extra-trein van
de Hollandsche spoorwegmaatschappij.
Te's Gravenhage deden de generaal Jhr. Verspijck
en Jhr. Klerck waarnemend gouverneur der
residentie, HH. MM. tot aan den trein uitgeleide.
Op het perron van het Amsterdamsche station
werden de hooge reizigers ontvangen door den
president en den secretaris der II. IJ. S. M. de
heeren Westerwoudt en Roell. De Koningin van
Zweden, die in het Amstelhotel vertoeft, had zich
door een van hare kamerheeren laten vertegen-
woordigen.
Onder het gebulder van het geschut, dat de
gebruikelijke saluutschoten loste, namen HH. MM.
met het prinsesje en haar gevolg plants in de open
rijtuigen, waarmede de weg langs Prins Hendrikkade
en Damrak werd afgelegd naar het paleis, door de
duizenden, die langs den weg stonden geschaard,
met geestdrift toegejuicht. Bizonder warm was de
ontvangst, die aan de Koninklijke gasten ten deel
viel op den Dam, waar een dicht opeengepakte
menigte hunne komst verbeidde. Om ruim half
drie reden HH. MM. het plein op en een oogen'obk
later vertoonde de forsche gestalte van den Koning,
in de admiraalsuniform gedostzich met zijne
gemalin en het lieve Koningskind op het balkon
voor de jubeleude schare.
In het paleis werden HH. MM. opgewacht door
de burgemeester, de kamerheeren en dames du
palais en de adjudanten in buitengewonen dienst.
Van deze laatsten werd de commandant der schutterij,
kolonel Van Someren Brand, door Z. M. geluk
gewenscht met zijne benoeming tot ridder der
Orde van den Nederlandschen leeuwhet ordeteeken
werd hem door den Koning persoonlijk overhandigd.
De Koningin reed reeds weinige minuten later
uit, om een bezoek te brengen aan de Koningin
van Zweden in het Amstelhotel, die dit omstreeks
vijf uur met een contra-bezoek beantwoordde.
Ann het diner ten hove namen, behalve de leden
der hofhouding, deel de commissaris des Konings,
hebben. Zij gaf hem in het geheel geen antwoord;
zij liet hem maar stilletjes staan. Ik heb haar
later gezegd, dat de kerel waanzinnig was, en
daarmee heb ik bepaald niet gelogen
Misschien met," luidde mijn antwoord. Daarna
wilde ik voor den laatsten keer nog eens beproeven,
of ik mijn vriend niet kon overtuigen van het
onrecht, dat hij tegenover Angelo had gepleegd.
Floor eens, Wenzelzeide ik daarom, wanneer
heden iemand beweerde, dat er in uw eigen onder-
scheidingsvermogen ook een bedenkelijke verschui-
ving waargenomen kan worden, dan zou hij eveneens
niet liegen. Nu zinspeel ik natuurlijk weer op
den topaas. Wanneer men onder zekere omstan-
digheden zijn halsstarrigheid te ver blijft drijven,
dan begint zij buiten kijf onbetwistbaar op waauziu
te gelijken."
Wenzel glimlachte koeltjes, toen hij tegensprekend
zeide //Het bestaan van dergelijke omstandigheden
wordt door mij bestreden. En als ik in uw oog krank-
zinnig rnoet schijtien, dan wil ik van mijn kant ook
aanspraak maken op het voorrecht, dat alle waanzin-
nigen bezittenIk zeg u dus, dat mij in dit
geval niets, niets euvel geduid kan of mag worden.
Wanneer ge mij dus zedelessen wilt voorpreeken,
zult gij daarvoor een van mijn heldere oogenblikken
moeten afwachten
De eerste adem van de jonge lente heeft een
bijna betooverenden invloed op de sombere, oude
Stad der Zeven heuvelsmaar zij heeft tevens iets
de burgemeester, de commaudanten der marine en
van de stau, die gedurende het verblijf van den
Koning en de Koniilgin aldaar dagelijks de gasten
van HH. MM. zijn.
Omtrent de bezoeken, die zullen wO.vden ge
bracht aan nuttige en liefdadige instellingen, 7Sr-
neemt men, dat dit jaar het Instituut tot onderwijs
voor blinden ook door den Koning zal worden
bezocht, die het verlangen te kennen heeft gegeven,
het nieuwe gebouw, dat de inrichting heeft be-
trokken iu oogenschouw te nemen. Denkelijk zal
het bezoek a. s. Maandag plaats hebben.
Onder leiding van de heeren Leijten en
Boermans, Roomsch-Katholieke bisschoppen van
Breda en Roermond, zal binnen kort een pelgrims-
tocht naar Rome gehouden worden. Vele geeste-
lijken en leeken zullen daaraan deelnemen.
Volgens een onlangs afgekondigd besluit des
Konings, treedt met 1 Juni e. k. de wet in wer-
king, volgens welke voor alle nog ongezegelde soorten
van effecten een zegelrecht is verschuldigd van 5
cents over elke 50 van de nominale waarde,
die in het stuk uitgedrukt staat. Bij gebreke
daarvan zijn de stukken niet leverbaar.
Om de voldoening van het recht te bevorderen,
is bepaald dat men slechts een vijfde, dus een cent
van elke f 50 heeft te betalen, ingeval de stukken
tusschen 1 Juni en 30 November 1886 worden
gezegeld, en de helft of 2 J cent per f 50, inge
val het van 1 December 1886 tot 28 Februari
1887 geschiedt.
De zegeling kan geschieden of door afstempeling
aan een zegelkantoor, of door opplakking, wat de
houder zelf kan doen, mits het zegel dan later
door den outvanger worde afgestempeld uiterlijk
<5en maand na de genoemde termijnen. Men kan
ook de opplakking door den ambtenaar doen ge
schieden, die tegen vergoeding der kosten ten huize
van de belanghebbenden, welke hun verlangen
daartoe schriftelijk te kennen geven, de operatie
volbrengt.
De bizonderheden omtrent deze regeling vindt
men in een boekje, door gebr. Belinfante in Den
Haag is uitgegeven met goedkeuring van den Mi
nister van Financien.
Dat boekje bevat tevens een lijst van de effecten,
die hier te lande het meest voorkomen en nog
niet gezegeld zijn, met bijvoeging van het (voile)
bedrag dat voor elk stuk, naar gelang der nominale
waarde, is verschuldigd. Yeleu fondsenhouders zal
die handleiding zeker zeer welkom zijn.
Door den Minister van Biunen'andsche zaken
is aan De Ruvter, van Ridderkerk, die de vorige
week door een dollen bond gebeten werd, toege-
staan zich op lands kosten naar Parijs te begeven
ten einde de inentingen bij prof. Pasteur te on-
dergaan.
kwalijks in den dampkring ten gavolge, wat voor
het gestel van de vreemdelingen, die in Rome ver-
wijlen, allerlei ongemakken pleegt te kweeken. Bij
gevolg begon de soiroeco, die reeds veertien dagen
achter elkander had geraasd, ook weldra over den
gemoedsaard van de goede mevrouw Dorpinghaus,
die anders altijd zoo gelijkmatig vroolijk kon wezen,
een sluier van ziekelijke zwaarmoedigheid te werpen.
Zij verbeelde zich bepaald, dat zij de Malariakoorts
reeds iu heur aderen voelde. Maar de geneesheer,
die men ijlings raadpleegde, stelde haar weer gerust
hij ried haar niets aan dan een andere verblijfplaats,
en zeide heur aan, dat zij maar onmiddellijk voor
een paar weken in Albano zou g.ian wonen. Diens-
volgens werd er dadelijk gepakt en gezadeld, en de
twee dames verhuisden fluks onder Wenzel's geleide
naar Albano. Ik moest echter om verschillende
reden in Rome blijven; maar ik moest de lieve
weduwe toch beloven, dat ik haar zoodra mogelijk
in Albano zou komen bezoeken.
Hoewel ik mij nu eenigszins over de gezondheid
van mevrouw Dorpinghaus verontrustte, toch moest
ik nog acht dagen laten voorbij gaan voor ik aan de
vervulling van mijn belofde kon denken, en toen kon
ik nog maar een nacht buiten Rome blijven. In Albano
trof ik mijn vrienden en vriendinnen gezond en
wel aan in hun logemeut, zoodat ik den volgenden
morgen weer met een gerust hart kon afreizen,
omdat ik weer bijtijds in Rome wilde wezen. De
oude, wankelende postwagen, die mij door de Cam-
TER NEIIZEISCHE ('Oil H A IT