Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2184.
Woensdag 21 April 1886.
6) DE STEEN VAN TIBERIUS.
26e Jaargang.
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82$.
Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busbouders.
ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot bet plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Dit blad verachljgat Oineidng- en Vrijdagavoud bij dci» uttgcver P. Jl. TAN E I A N U E te Ter Kcuzen
.t*olitieli Overzicht.
In de zitting van het Engelscbe Parlement van
13 April verzekerde Gladstone, dat nocb de bepaling
volgens welke de invoerrecbten en accijnsen in
lerland onder recbtstreekscbe controle van bet rijk
zullen staan, nocb het voorschrift, dat voortaan
geen vertegenwoordigers van lerland in bet rijks-
parlement zitting zullen hebben, tot de essentieele
deelen van zijn programma bebooren. En ofscboon
de vrienden van Gladstone trachten aan te toouen,
dat men de plannen van den Premier in hun
geheel moet aannemen of eene drakonische dwang-
wet moet invoeren, bet aantal vrienden van het
nieuwe wetsontwerp wint er niet op. Intusschen
gaat de regeering voort met het aanvullen der
dagelijks ontstaande vacatures in het Ministerie.
De oude beer Depetris, die elk oogenblik de
kwestie van vertrouwen stelt, ziet in Rome telkens
zijne meerderheid slenken. Bij de laatste stemming
bedroeg zij slecbts 14 stemmen, daarbij gerekend
die der Ministers en onder-secretarissen. Met
schipperen en laveeren heeft de oude man er veel
doorgehaald en zeer veel goeds ook, maar op den
duur kan een Kabinet, dat „vleesch noch visch"
is, niet op warme belangstelling rekenen. Het zit
er in Italie juist toe als hier ten onzent. Legt
Depretis de portefeui'le neer, wie zal Humbert
neinen om een nieuw Ministerie saam te stellen?
Z. M. beeft er wel een Scbaepman, een Lohman,
een Schimmelpenninck, een Van Houten, een
Kappeyne, maar bet „doode punt" zit die lui
in den weg.
De grootste Premier van alle Premiers beeft
tusscbeu beide nog eens een buitenkansje, niet
in den Rijksdag maar in het Pruisische Heerenbuis
bijvoorbeeld. Gelijk te verwachten was is het
wetsontwerp betrekkelijk de kerkelijke politiek
aangeuomen met de door bisschop Kropp aange-
bracbte wijzigingen. Bismarck verliet zijn plaats
achter de ministerieele tafel, om als gewoon lid
aan de stemming deel te nemen. Onder anderen
sternde hij voor het voorstel van den bisschop, om
de bepaling te doen vervallen, volgens welke tot
onderwijzer in een seminariuin of eene onder
geestelijke leiding staande kostschool niemand mocht
worden aangesteld, die van staatswege minder
gewenscht" werd geacht. Nu koint het ontwerp
voor den Landdag, waar de nationaal liberalen,
die het ontwerp niet zeer gezind zijn, de balans
besturen.
Voor ons Nederlanders is bet niet van belang
ontbloot te vernemen, hoe bet met de kanaal-plannen
bij onze Oostersche buren gaat. Nu dan, de
Minister Botticber trad met warmte in den Landdag
op en verklaarde de bewering, als zou de Regeering
geen open oog en oor hebben voor de kanaal-plannen,
voor onzin. Het kanaal Dortmunt-Eems zal zeker
niet verworpen worden, en om naar Bremen, Emden
FEXJILXJBTQN.
Van baar kon ik natuurlijk geenerlei ophelde-
ring verwachtenmaar met de mooie weduwe
sprak ik gaarne, en dikwijls over het jonge paar,
zoodra het zicb maar aan ons bijzijn onttrok, wat
dikwijls genoeg placht te geschieden.
//Mij vertrouwt zij geen enkel woord toe van
baar gevoelens," zei de goedaardige vrouw, terwijl
zij er op koddige wijze bijvoegde,/,en raadsels beb
ik tot heden slecbts dan kunnen raden, als er de
oplossing zwart op wit onder stoud gedrukt of
geschreven. Mijn broeder kan heusch te nauwer-
nood een boeiend menscb genoemd worden, en
tocb geloof ik stellig, dat Helena zich ten zeerste
door hem aangetrokken gevoelt. Maar wie kan
ook weten, hoezeer de liefde hem misscbien in
baar oogen verfraait? Wie kent ook al de ge-
beimen van bet zonderling werktuigje, dat een
jong meisje het hart noemt? Helena is een merk-
waardig, zonderling wezen; zij is niet eigenzinnig,
maar grillig. Misscbien bemint ze mijn broeder
juist wel, omdat hij zoo spotleelijk is! Misscbien
wil zij ook maar bepaald een man met een
uitmuntenden geest, en omdat Willem geenszins
mooi, deftig, of buitengewoon beleefd mag heeten,
beeft hij immers alle reden, dat bij zicb zooveel
mogelijk met de wijsbeid bezig houdt!"
of Hamburg te zenden, wat nu den Neder-Rijn
afgaat, dat eischt bet belang van Duitschland,
daarom legt men wegen en graaft men kanalen.
//Het hemd is mij nader dan de rok," zei Windthorst
onlangs.
In het Hongaarscbe Huis van afgevaardigden
heeft de Jodenbater Istoczy vrij wat lawaai gemaakt.
Deze anti—semiet kwam aanloopen met een ontwerp
tot invoering eener beursbelasting, naar Duitscb
model, omdat de beurs meer en meer in handen
van Joden kornt. De Minister maakte den voor-
steller opmerkzaam op het geval, dat de grondwet
met zijne beginselen in strijd is.
In Rusland is de ontevredenheid der pers alge
meen over het beslag der onderhandelingen over
de Bulgaarsche zaken. //Wij zijn door de andere
mogendheden met een kluitje in bet riet gestuurd,"
zoo luidt de jammerklacht, die dienst moet doen
om het vuurtje, dat aan het doven is, weer te
doen opglimmen. Men moet versteld staan over
de goocbeltoeren van den Czaar, als het ten minste
waar is, dat bij met den Zieken man eene confe-
rentie zal houden in de Zwarte zee, dat is te zeggen
aan boord van een Russisch oorlogsschip. Als
den patient maar geen slaapdrankje wordt inge-
geven, wel verdoovend maar niet genezend. Tot
overmaat van ramp is ook nog te Konstantinopel
eene samenzwering tegen bet leven van den Sultan
ontdekt, op touw gezet door eene partij, welke
over de houding van de Porte tegen Griekenland
ontevreden is. Met de andere mogendheden, ver-
tegenwoordigd in de GriekscheTurkscbe wateren
zal de Czaar wel mee moeten doen om den Helleen
aan te zeggen: ,/staak je vijandige houding binnen
zooveel dagen, of.../' Een raar ding, die po
litiek //De barometer staat op storm," zegt generaal
Ignatieff, zoo met een zullen de Bulgaren zich
van Vorst Alexander ontdoen en komen de poppen
aan het dansen want ook Keizer Frans te Weenen
en de Czaar zijn geen dikke vrienden. Gelukkig
dat men bij ondervinding weetop Ignatieff's
woord geeft de lombard geen duit.
De Ilaagsche krouiekschrijver van de N. Gron. Ct.
noemt bet een feit, dat het tegenwoordig kabinet
niet in zeer hooge mate in Zr. Ms. persoonlijke
guust meer deelt. Welke de oorzaken daarvan
zijn schrijft hij voegt mij niet te onderzoe-
kenmen heeft het ik wees er vroeger zijde-
lings op aan de voorgedragen conversie toege-
schreven, omdat het van algemeene notoriteit is,
dat de Koning een groot deel van zijn privaatver-
mogen, men beweert twee millioen, in 4 pets,
nationale schuld beeft belegdna de uitgifte der
leeningen van 1883 en 1884 werden voor Zr. Ms.
rekening, deels in ruil voor Billiton-aandeelen,
Over den wondervollen topaas sprak Wenzel toen
met mij nog maar hoogst zelden. Wij gevoelden
beiden, dat het kostbaar kleinood geen gepast onder-
werp kon wezen voor een alledaagsch praatje tijdens
onze ledige oogenblikken. Toen wij vroeger onzen
vriend Angelo op de Campagna uit het oog verloren,
was in mij de vaste overtuiging reeds ontwaakt,
dat wij vroeger, of later op eenigerlei wijze nog
wel meer van hem zouden hooren. Ondertusschen
waren er reeds tal van weken voorbijgegaan, zon-
der dat hij kwam opdagen.
Z66 naderde het Kerstfeest.
De Heilige Nacht vond ons vieren in de Sixtijn-
sche kapel, waar wij met kloppende harten
sidderend naar de wonderschoone Hoogmis luis-
sterden.
Mevrouw Dorpinghaus had zich volgens gewoonte
onder mijne lioede gesteld. Toen wij met ons
beiden de kerk verlieten, inerkten wij dat ons
gezelschap in het gedrang van ons gescheiden was
geraakt. Onder de zuilenrij wachten wij ze een
tijdlang vergeefs, en toen wij later voor de hui-
zing van de dames kwamen, bleek het, dat bei
den nog niet thuis waren gekomen. Doch ik ge-
voelde mij genoopt het paartje te verontschuldigen,
en daarom zeide ik, dat zij waarschijnlijk te mid
den van den stroom der overige kerkbezoekers
naar de Sint-Pieterskerk getogen zouden zijn,
dewijl zij daar in de reusachtige, halfdonkere
koepelkerk de duizenden kaarsen misschien wilden
enorme sommen in /vieren", op een dag ongeveer
voor een tonne gouds te gelijk, belegd. Maar toch
zie ik in dit beweren, waaraan ook 't gerucht
omtrent een ministerie Schimmelpenninck (dat is
met intrekking der conversie) moet worden toege-
schreven, niets anders dan een beursmanoeuvre,
die intusschen wel een weinigje is gelukt. Het
feit echter ik stel er prijs op het te herhalen
dat Z. M. toestemming gaf om het conversie-
ontwerp in te dienen, bewijst, dat hij boven een
zelfzuchtige politiek verheven is. Uit eigenbelang
behoeft men niet te vreezen, dat onze constitutio-
neele vorst het ministerie nu zal laten heengaan.
Doch T feit is niettemin waar, dat Z. M. niet
meer zooveel vertrouwen in het ministerie heeft
als voorheen. Om dit te bewijzen moet ik even
een paar maanden teruggaan en u in het Koninklijk
paleis geleiden op den dag der receptie ter gelegen-
heid van 's Konings verjaardag. De heer Creiners,
president der Tweede Kamer, bood Z. M. zijne
gelukwenschen aan en er volgde een kort gesprek,
dat van kenschetseuden aard is. //Waarom hebt
ge toch de Kamer zoo laat bijeengeroepen vroeg
de Koning.
z/Het geschiedde op verzoek van uwer majesteits
regeering, Sire," antwoordde de president.
z/Mijn regeering
vJa, Sire, de heer Heemskerk had het verzoek
daartoe tot mij gericht."
z/Mr. Heemskerk mijn regeering ah, quelle
idee saugrenue(Welk dwaas idee).
En de heer Heemskerk stond daarbijMen kan
daaruit voldoende opmaken, dat de Koning aller-
minst uit persoonlijke sympathie het kabinet zal
houden om de kamer te laten varen. Doch ik
acht een andere oplossing totaal ondenkbaar.
H. K. II. Prinses Albert van Saksen-Alten-
burg, geb. Prinses Marie van Pruisen, vroeger
gemalin van wijlen Z. K. H. Prius Hendrik der
Nederlanden, is Zaterdag op het kasteel A'lbertsberg,
bij Dresden, van een dochter bevallen.
De Prinses en de jonggeborene zijn naar om-
standigheden zeer welvarend.
Zaterdag werd op de algemeene begraafplaats
te's Gravenhage het stoffelijk overschot van mevrouw
Bosboom-Toussaint ter aarde besteld. Het was
eene aandoenlijke plechtigheid. De lijkbaar was
bedekt met 17 kransen, waaronder van de ver-
eenigingen //Oefening kweekt kennis," en „Pulchri
Studio," van de redactie van het maandschrift
z/de Gids," enz.
Van degenen, die zich op het gebied der Neder-
landsche letterkunde en der schilderkunst een naain
hebben verworven, waren de meesten tegenwoordig,
en ook andere mannen van beleekenis, beuevens
eene groote schaar vrienden en vereerders waren
bij het graf vereenigd.
De heer Arnold Ising voerde het woord namens
zien branden. Men kon immers ook niets onbe-
hoorlijks in vinden, dat het tweetal aldus tijdens
den nacht wandelden, omdat zij eigenlijk voor oom en
nicht konden doorgaan
Eindelijk kwamen de nablijvers thuis: doch niet
als oom en nicht, maar wel als verloofden. Dit
hoorde ik den volgenden morgen, zoodra, ik toen
op Wenzels kamer kwam. Rusteloos liep hij been
en weer, waaruit ik onmiddellijk opmaakte, dat hij
mij iets gewichtigst zou moeten meedeelen, wat hij
ten slotte dan ook deed.
,/Hoor eens!" begon hij, „ik moet u wat nieuws
vertellen. Ik ben verloofd! Zooals ge mij hier
nu ziet, ben ik, naar men p'eegt te zeggen, bepaald
een gelukkige kerel!"
Van harte wenschte ik hem geluk, waarbij hij
overspannen heen en weer bleef loopen. Doch
eensklaps bleef hij voor zijn schrijftafel staan, van
welke hij een kleine lade opentrok. Daar lag de
groote mantelhaak, die mij nu noch grootscher en
indrukwekkender voorkwam dan vroeger.
z/Dat zou een prachtig geschenk zijn voor mijn
bruid!" riep Wenzel, nadat hij zijn oogen een
tijdlang op de stralende pracht van het juweel te
gast had laten gaan. //Hoe zoude zij den steen
het best kunnen dragen? Waar zou ik hem het
best laten inzetten?"
z/Gij zult hem maar op een manier kunnen ge-
bruiken," luidde mijn antwoord, //namelijk in een
massief medallion, dat aan een kostbaren halsketting
de vereeniging //Oefening kweekt kennis," Dr.
Beijnen en Dr. Ten Brink namens de Nederl.
maatschappij van letterkunde, van welke de ont-
slapene het eenig Nederlandsch vrouwelijk lid was
geweest. De heer N. J. van Hall sprak namens
z/de Gids." Allen huldigden de groote gaven der
romanciere.
Een neef herdacht de liefdevolle, zorgzame vrouw
en dankte namens den heer Bosboom voor de be-
wezen eer.
Het afbranden van huizen neemt in de Gro-
ninger Veenkolonien weder onrustbarend toe. Bijna
elken dag branden een, soms twee pereeelen af.
Nu weder is een winkelbehuizing van H. Brands
te Musselkanaal door onbekende oorzaak een prooi
van't vuur geworden. Alles was te Brussel verzekerd.
In Oost—Friesland heeft een verzekeringsmaat-
schappij een verstandigen maatregel genomen. Ten
gevolge nl. van de vele gevallen van inslaan van
den bliksem in molens, had de maatschappij aan
de verzekerden de helft van de kosten voor den
aanleg van een blikseraafleider toegestaan. Daarop
hebben dadelijk 64 van de 220 verzekerde wind-
molens zich van afleiders voorzien, en nu doet
dat weer een groot aantal.
Een paar dagen geleden ontmoetten in de
Kleine Kattenburgerstraat, te Amsterdam, twee
beschonken mariniers een dienstmeisje; zij grepen
haar aan en toen zij zich tegen hunne aanranding
verzette, wierpen de onverlaten haar in een trap,
waarna de een haar zoo lievig de keel toekneep,
dat zij, ernstig inwendig gekneusd, de ouderlijke
woning bereikte. Het meisje is aan de gevolgen
overleden. Zij was 19 jaren oud. De daders zijn in
hechtenis.
Onlangs is gemeld, dat de luitenant-kwar-
tiermeester bij het 8e reg. inf. zonder orde op zijne
zaken te stellen spoorloos verdwenen was. In
verband hiermede deelt men thaus mede dat, nadat
de kas van dezen rekenplichtigen ofticier was opge-
nomen deze in behoorlijke orde is bevonden. Deze
omstandigheid en het plotseliug verdwijnen van
den kwartiermeester doen het vermoeden ontstaan,
dat hem een ongeluk overkomen is.
Intusschen wordt de officier, nu de 28 dagen
voor vrijwilligen terugkeer verstreken zijn, zoolang
het tegendeel niet blijkt, als deserteur beschouwd.
Uit Maastricht wordt van 17 April gemeld:
Na het standje van gisteren in den voornacht,
toen een troep volk, bestaaude uit eenige schreeuwers,
opgeschoten jongens en meisjes, en zooals gewoon-
lijk met vele nieuwsgierigeu aangevuld, van half
tien tot elf uur, zingende eenige straten doortrok-
van eenige huizen glazen stuk werpende, is alles
tot de vorige rust teruggekeerd.
Nader verneemt men, dat eenige meesters-glas-
blazers geweigerd hebben, voor verminderd loon te
moet hangen. Stellig zal het keizerlijk kleinood
als het op den boezem van een schoone vrouw rust
de wereld beter vullen met zijn stralen dan nu,
terwijl het hier in een donkere lade tusscbeu tandeu-
borstels en scheermessen ligt te schuilen. Doch
volgens mijn manier van zien zoude slechts een
schoone met een stellig bepaald voorkomen zulk
een grootsch kleinood mogen dragen namelijkEen
donkere, voile, prachtige vrouween vrouw met
het gelaat van een Romeinsche Keizerin met de
schouders van een klassiek staudbeeld. Een slank,
tenger meisje met blauwe oogen, en blonde haren
zou integendeel naar mijn manier van zien aan
het kostbaar kleinood een veel te zwareu last hebben,
en wanneer ik den steen, bij voorbeeld, aan mej.
Helena's hals zou moeten zien, dan zou ik mij
altijd inbeelden, dat hij haar stellig voorover zou
trekkeu
Mijn bewering scheen Wenzel onaangenaam te
treffeu, hoewel hij toch weer glimlachte, toen hij
de lade sloot.
//Helena bezit nu inderdaad wel niet de schouders
van de Yenus van Milo," antwoordde hij, //maar
ik geloof toch, dat men heur zwaarder zou moeten
belasten dan met dit kleinood, indien men haar
voorover zou willen trekkeu
Op veel Kerstfeesten ben ik niet kerkwaarts ge
togen, maar zoover als ik mij kan herinneren, ben
ik steeds gewoon geweest, dat ik op Kerstdag lang,
en alleen ging wandelen, waarbij ik mij nooit aan
TER HIEEZENSCHE (01R4AT