Algemeen
Nienws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 2166.
YVoensdag 17 Februari 1886.
26e Jaargang.
DE SCH00NE SIRENE.
Binnenland.
,56
9,40
4,20
ABONNEMENT:
Voor
Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,—. Franco per post:
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,82*.
Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busbouders.
ADVERTENTIEN:
Grootere letters
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer /0,10.
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prijs.
Dlt blad verschijnt Dlnsdag- en Vrijdagavond bij den nitgever p. A. VAN D E s A N P E te Ter Nenzen.
Polities Overzicht.
De bebeerscber der Zwarte Bergen, Vorst Ni-
kita van Montenegro, beleeft in St. Petersburg
gulden dagen. Niet slecbts is hij daar de gast
van den Czaar, doch van alle kanten strooinen hem
huldigingen en eerbewijzen too, die zeer gescnikt
zouden zijn om den duodecimo—potentaat bet hoofd
op hoi te brengen, indien hij iets meer was dan
een werktuig in de handen der Russische regeenng
De Slavische weldadigheidsvereeniging, met generaal
Durnowo aan bet hoofd, heeft den Montenegrijnschen
Vorst hare hulde betuigd en kort daarop verscheen
eene tweede Panslavistische deputatie, onder aan-
voering van den bekenden publicist Komarolt.
Deze laatste verzekerde Vorst Nikita, dat .alle
Russen dagelijks bun Scbepper smeekten de grenzen
van Montenegro tot de Drina en de Save uit te
breiden en Bosnie en de Herzegowina bij het roem-
rucbtige land in te lijven. Dit scbijnt den Vorst
toch wel wat kras te zijn geweest, want toen nog
meer deputation geboor bij hem verzocbten, liet
hij zicb ziek melden. Het laat zich hooren, dat
de getrouwe Montenegrijuen tbans verheerlijkt wor
den, want indien de overeenkomst tussehen Vorst
Alexander van Bulgarije en den Sultan door de
mogendhedeu wordt goedgekeurd, zal daarmede aan
Rutland's prestige en invloed in bet oosten van
bet Balkanschiereiland een zware slag zijn toege-
bracbt. De te Moskou verscbijnende Wjedomosti,
het orgaan van Katkoff, noemt deze overeenkomst
strijdig met de eer. Rusland zal daartoe, volgens
het blad, nooit zijne toestemming kunnen geven,
maar alle pogingen in het werk moeten stellen,
om de resultaten "van bet gemeenschappelijk over-
leg tussehen Turkije en Bulgarije omver te stoo-
ten. Gelukkig wordt in kringen, waar men zicb
minder door Panslavistiscben ijver van de wijs laat
brengen, verzekerd dat de Czaar vast besloten is
om ^oor het verkrijgen van de hoognoodige wij-
zigingen in deze overeenkomst slecbts van vrede-
lievende middelen gebruik te maken en dat de
hierop betrekkmg hebbende voorstellen van Rus-
siscbe zijde waarscbijnlijk bij de meeste groote
mogendbeden en zeker bij Oosteurijk steun zullen
vindeu. Uit Bucharest wordt gemeld, dat Bulgarije
er in toegestemd beet't om de vraag eener vergoe-
ding van oorlogskosten, door Servie te betalen,
eerst dan ter sprake te brengen, als men het over
de andere vredesvoorwaarden is eens geworden.
Deze concessie staat vrij wel gelijk met het laten
valleu van den geheeleu eiscb.
Uit Weenen wordt aan de Kolnische Zeitung
gemelddat de Vorst van Bulgarijemet het
oog op de oorlogszuchtige houding der Serviscbe
Regeering, die bare toerustingen en hare troepen-
bewegingen steeds blijft voortzetten en de vredes-
onderhandelingen te Bucharest op de lange baan
schuift, zich genoodzaakt heeft gezien om aan
de groote mogendheden mede te deelen, dat hij
binnen kort weder tot mobilisatie zal moeten
overgaan, teneinde op 1 Maart, na afloop van
den wapenstilstand, ten minste tegen overrompeliug
beveiligd te zijn. De berichtgever voegt er echter
bij, dat men in diplomatieke kringen te V eenen
overtuigd is, dat Servie den uitdrukkelijken wil
der mogendheden kennende het niet tot het
uiterste zal laten komeu te meer, omdat de
Bulgaarsche regeering zich buitengewoon gematigd
heeft betoond, en zelfs den eisch tot betaling eener
oorlogsschatting heeft laten vallen.
Volgens berichten uit Parijs heeft de heer De
Freycinet een lang onderhoud gehad met den En-
gelschen gezant Lord Lyons, die hem mededeelde,
dat het nieuwe Kabinet getrouw zal blijven aan
de houding, door Lord Salisbury in de Grieksche
kwestie aangenomen, en dat de bevelhebber van
het Engelsche eskader in de Suda—baai nieuwe
instruction had ontvangen, die de hem vroeger
toegezondene volkomen bevestigden. De heer De
Freycinet antwoordde, dat ook Frankrijk zijne
houding tegenover Griekenland niet had gewijzigd
dat het bij Griekenland op ontwapening zou blijven
aandringen, maar met zijne bemoeiingen ook niet
verder zou gaan.
Frankrijk heeft thans zijne instemming te kennen
gegeven met de overeenkomst tussehen Bulgarije
en de Porte, doch onder voorbehoud dat al de
groote mogendheden zich daarbij aansluiten. Zoo-
dra een van deze weigert dit te doen, zal ook
Frankrijk zijne vrijheid van handelen herneraen.
Men ziet, dat de zaken in het Oosten nog niet
in het reine zijn. Het is niet gemakkelijk te
ontwaren, waarheen de diplomatic leidt. Als de
drukte over de socialistenwet en het monopolie in
Berlijn aan kant is, misschien laat de Rijkskan-
selier dan wel iets van zich hooren over de Oos-
tersche kwestie. Zijn stem is niet die eens roependen
in de woestijn
FEUILLETON.
6)
ALPHOSJSE DAUDET.
Te jong om natuurschoon te beseffen en het
landschap, dat zich voor zijn blik ontrolde, te
kunnen bewonderen, had de grootsche schoonheid
der oevers toch indruk op den jongen V ictor
gemaakt.
Moeder Louveau, toen hij zoo stil en ingetrokken
bleef, had al meer dan eens gezegd:
ffHij is doofstora, die jongen!"
Neen, hij was niet doofstom, de kleine Parij-
zenaar uit het Quartier du Temple.
Toen hij eindelijk de overtuiging had gekregen
dat hij niet droomde en, ondanks de bedrei-
gingen van moeder Louveau, weinig meer van
den commissaris te vreezen had, kwam zijn
tongetje los.
Men zou gezegd hebbeneen bloem, die uit
een donkeren kelder plotseling in het voile zon-
licht wordt overgeplaatst.
Hij bleef nu niet meer schuw en angstig in
een hoek zitten.
Onder het gewelfd voorhoofd zagen de diep-
liggende oogen niet meer zoo gejaagd en onrustig
De opbrengst van 's Rijks middelen over de
maand Januari 11. bedroeg f 6,557,795,55, tegen
f 6,488,616,81, in Januari 1885.
De raming voor een maand is f 8,846,017,83.
De eerste maand van het ingetreden jaar is
dus voor de Rijks middelen weder weinig gunstig
geweest, Wel is het eindcijfer iets hooger dan in
1885, maar dit is aan twee omstandigheden toe
te schrijven, die met vermeerdering van welvaart
of grootere draagkracht der bevolking niet in ver-
band staan. Het personeel namelijk dat nog veel
had goed te maken, bracht onder den invloed der
buitengewone opcenten/766,000 optegen/"698,000
in 1885, en de suikeraccijns, waarvan de opbrengst
ten vorigen jare nog aan het ebben was, gaf, nu
om zich heen en hoewel hij altijd een bleek be-
daard kind kon genoemd worden, hoorde men hem
menigmaal met Clara lachen en stoeien.
Het kleine ding hield dol van haar speel-
makker, zooals kiuderen van dien leeftijd van
elkander houden, alleen om het genot van met
elkander te kibbelen en zich weder te verzoenen.
Hoewel zij erg stout en koppig kon zijn, was zij
zeer goedhartig van aard en men behoefde den
commissaris maar even te. noemen, om haar aan -
stonds te doen gehoorzamen.
Nauwelijks was men te Carbigny of er kwam
een nieuw zusje ter wereld.
Dat gaf alweer een wieg meer in de kleine
kajuit en heel wat werk en drukte, want Mimile
was pas achttien maanden en aan een meid kon
niet gedacht worden.
Moeder Louveau had dan ook heel wat te
knorren en te pruttelen.
Nietnand in den omtrek beklaagde haar echter.
En zelfs de boeren zeiden ronduit hun gevoelen
tegen mijnheer den pastoor, die hun den schipper
tot voorbeeld stelde.
ffIk zeg maar, mijnheer de pastoor, dat men
meer dan gek moet zijn, om, wanneer men zelf
drie kiuderen heeft, er die van anderen ook nog
bij te nemen."
Maar de Louveau's zijn altijd zoo geweest en
zullen nooit veranderen; zij moeten nu eenmaal
bluffen, dat kunnen zij niet laten."
de nieuwe regeling definitief in werking is,./"437,000
tegen 192,000 in 1885. Nagenoeg alle andere
middelen, bepaaldelijk invoerrechten, patenten, re-
gistratie, zegel, zoutaccijns, bieraccijns, geslackt,
zelfs gedistelleerd zijn achteruitgaande. En dat
niettegenstaande Januari 1885 reeds voor het meeren-
deel hoogst ongunstige cijfers opleverde. De op
brengst der posterijen is haast het eenige lichtpunt.
De geschorste ambtenaar Croll heeft in een
adres aan de Tweede Kamer zijne bezwaren uiteen-
gezet tegen zijne schorsing en betoogt dat hij,
ondanks zijne verhouding tot desociaal-democralische
vereeniging, als ambtenaar steeds zijn plicht deed.
Waar hij steeds zijne plichten vervulde, verzoekt
hij de Kamer hem in zijne rechten te handhaveu.
De wakkere directeur der Kouinkl. Nederl.
fabriek van gebogen glas, de heer J. J. B. J.
Bouvy te Dordrecht, heeft de noodige maatregelen
genomen om, ondanks de ramp die zijn onder-
neming trof, het werk in deze belangrijke zaak
toch geregeld te kunnen voortzetten. Van hoe-
veel belang dit voor velen is, kan men begrijpen,
als men leest wat het jongste jaarverslag der
Dordtsche Kamer van Koophandel over deze fa
briek bevat.
Deze inrichting leest men daar de eenige
van dien aard in Nederland, wordt met ongeveer
40 man, drie ovens en een stoommachine van 12
paardekrachten gedreven.
Aan deze nijverheid is de glasverzilvering toe-
gevoegd, waardoor spiegels in een dag kunnen
afgeleverd worden, terwijl het foelien met bladtin
en kwik 2 a 3 weken vereischt.
De omzet hiervan neemt steeds toe, omdat het
verzilveringssysteem deugdzaam blijkt te zijn.
Deze fabriek heeft op de tentoonstelling te Mel
bourne in 1881, van al de inzendingen der wereld
de hoogste bekroning bekomen voor glasindustrie,
en op de wereldteutoonstelling te Amsterdam van
1883 de gouden medaille.
De Minister van Financien heeft toegestaan,
dat het buitenlandsch glas, hetwelk geslepen, ge
bogen of verzilverd weder wordt uitgevoerd, tot
het ondergaan van die bewerkingen vrij van rechten
wordt ingevoerd.
Uit alle oorden der wereld komen bestellingen
bij deze fabriek.
In de Kalverstraat te Amsterdam is verleden
week een politie-agent mishandeld door personen
uit een troep van ongeveer 200 menschen, waarbij
zich verschillende sociaal-democraten bevonden.
Naar aanleiding van wat deze agent te lijden heeft,
omdat hij als een man zijn plicht deed, heeft het
Hbl. haar stadgenooten uitgenoodigd, aan de politie
in dezen voor haar zoo moeielijken tijd een blijk
van waardeering te geven. ,/Gesard, beleedigd,
door het gemeen aangevallen, plotseling omsingeld
door lafaards, die met hun alien den man durven
mishandelen, hebben de agenten een zwaren plicht
te vervullen laat zegt het Hbl.deburgerij,
welke zij verdedigen, daarom voor hen zorgen als
ze ziek of gewond zijnlaat ons iets doen om
voor hun weduwen en kiuderen te zorgen, als ze
in hun dienst bezwijken."
Ten behoeve van het met dat doel bestaande
„Politiefonds" ontving het Hbl. reeds f 1830,
waaronder van Dr. Mezger f 1000, met het bijschrift
//Met Gods hulp, voor orde en wet."
Hoe onbescliaamd de zoutsmokkelaars in
Noord-Brabant zijn, kan blijken uit de volgende
advertentie, voorkomende in de Nieuwe Bredasche
Courant van Zondag 14 Febr.
z/In deze courant van 21 Jan. 11. is door de
rijkspolitie te Zundert bericht, dat zij 14 smok-
kelaars in handen had gekregen. Dit is bezijden
de waarheid, want bedoelde 14 personen, die deel
uitmaakten van een complot van dertig personen,
waren verraden door zekeren P. v. Z. en bleven
op minstens 1000 meter afstands van den mare-
ckaussee Verhagen, zoodat deze hen niet kon
herkennen.
De 14 Zoutsmokkelaars."
Uit Leeuwarden schrijft men In weerwil
van den //kwakkelwinter," blijft het ijsvermaak in
de provincie Friesland in vollen gang. Men behoeft
daartoe slechts de Leeuw. Ct. in te zien, die dage
lijks kolommen vol advertenties van te houden
hardrijderijen op schaatsen heeft, van allerlei aard
en later bericht van den uitslag bevat. In de
laatste drie dagen waren er ten minste 50 aange-
kondigde hardrijderijen hier van mannen, daar van
mannen en vrouwen, ginds alleen van arbeiders, om
hen zoodoende wat te laten verdienen, daar ieder
ten slotte altijd iets ontving, verder van school-
kinderen, tot zelfs van vijf jaar, die na afloop op
den koop toe nog eens flink werden getracteerd in
't schoolgebouw of herberg. In 't kort, het is
thans alles leven en vroolijkheid, en, waar men in
de onmiddellijke nabijheid geen voldoend sterk ijs
heeft, trekt men verder op naar de meeren, die
reeds sedert weken met een dikke ijskorst zijn bedekt
en waar het dan ook voortdurend van schaatsen-
rijders wemelt.
Eergisteren werd bij het binnenkomen van
een trein te Zutfen door het persooneel, dat zich
in de bagagewagen bevond, een schok gevoeld.
Yeronderstellende dat iets aan den weg mankeerde,
werden maatregelen genomen om de veiligheid van
den volgenden trein, die in aantocht was, te ver-
zekeren. Bij onderzoek bleek, dat twee vrouwelijke
personen onder den trein waren geraakt. Onmiddel-
lijk werd geneeskundige hulp ingeroepen, waardoor
van de eene slechts den dood en van de andere
zware verwonding aan een der beenen kon worden
geconstateerd.
Men wenschte hun wel geen kwaad toe, maar
men vond toch, dat zij een lesje verdiend hadden.
Mijnheer de pastoor was een goedige, mee-
gaande man, die zeer geneigd was naar het oordeel
van anderen over te hellen en zich meestal ter
rechter ure een tekst uit de Heilige Schrift her-
innerde, om zijn plotselingen omkeer voor zich-
zelven te rechtvaardigen.
z/Mijn parochianen hebben gelijk," dacht hij,
terwijl hij zich onder de slecht geschoren kin
wreef. //Men moet den Heer niet verzoeken."
Maar daar de Louveau's, hoe dan ook, goede
brave lieden waren, ging hij hun als naar gewoonte
zijn herderlijk bezoek brengen.
Hij vond de ijverige huismoeder bezig een
broek voor Victor te knippen uit een oude kiel
van haar man, want de dreumes was letterlijk
zonder kleeren gekomen en slordigheid kon zij
niet dulden.
Zij school mijnheer den pastoor een bankje toe
om te gaan zitten en daar deze dadelijk over
Victor sprak en te verstaan gaf, dat men met
voorspraak van den aartsbisschop bem wellicht in
het weeshuis van Autum kon geplaatst krijgen,
gaf moeder Louveau, die niet op haar mondje
gevallen was, vrij stekelig ten antwoord:
z/Dat de jongen ons tot last is, dat is waar,
mijnheer de pastoor; door met dat kind bij ons
te komen aanzetten, heeft Frans alweer getoond
dat hij geen hoogvlieger is. Ik ben niet hard-
vochtiger van aard dan mijn man; als ik in zijn
plaats was geweest, zou ik een erg medelijden
met Victor hebben gehad, maar ik had hem
toch gelaten waar hij was. Maar nu hij er
eenmaal is doen wij hem niet weg en mochten
wij er vroeg of laat door in verlegenheid geraken,
welnu, dan zullen we geen mensch een aalmoes
vragen."
Juist op dat oogenblik kwam Victor binnen
met Mimile, die aan zijn hals hing. De dreu
mes, geweldig boos dat hij gespeend was gewor
den, wreekte zich door geen voet op den grond
te willen zetten. Daarbij kreeg hij tanden en
beet iedereen.
Getroffen door dit schouwspel, legde de pastoor
zijn hand op het hoofd van den vondeling en
zeide plechtig:
z/Houd maar goeden moed, moeder Louveau;
Gods zegen rust op talrijke kuisgezinnen." En
hij ging heen, ten hoogste voldaan over zichzel-
ven, nu hij zich op het juiste oogenblik een
spreuk had herinnerd, die hier zoo volkomen van
toepassing was.
Zij had geen onwaarheid gesproken, moeder
Louveau, toen zij beweerde dat Victor nu geheel
als lid der familie beschouwd werd.
Al pruttelende, al dreigende dat hij naar den
commissaris zou worden gebracht, was zij zich lang-
zamerhand aan het arme bleeke veutje gaan hech-
ten, dat haar overal als haar schaduw volgde.
TER \EIZE\SCHE COIRAM.
DOOR