Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen,
No. 2162.
VVoensdag 3 Februari 1886.
AAHBESTEBraG.
Oprichting Kslkblasscherij.
26e Jaargang.
AANBESTEDEN:
DE SC1I00NE S1RENE.
Binnenland.
5,50
6 00
6,12
6,34
6,57
7,19
8,30
5,30
5,38
5,40
5,45
5,50
6,00
6,08
6,56
m. 12,00
30 6,00
10 10,20
,40 5,00
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. "Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£.
Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
bushouders.
A,DYEETENTlEN:
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer /0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per
jaartot veel verminderden prii°
»it bind vcrwchljnt l)in«da«. en Vrijjdnsavond bij deu ullitever P. J. VAN DE 8 A N D E te Ter Keozcn,
Burgemeester en Wethouders van IER NEUZEN
zullen op Dinsdag, Februari 1886, des voor-
middags 11 uren, in bet geineentebuis aldaar, in
bet openbaar, bij enkele inscbrijviug,
het onderhouden van en doen van
herstellingen nan de gebouwen
en andere gemeente-eigendorumen,
gedurende 1880, met bijlevering
der benoodigde materialen.
Het bestek ligt ter lezing op de gemeente
secretarie van 3 Februari a. s. en zal alsdan daar
verkrijgbaar zijn tegen betaling van f 0,75. Aan-
wijzing zal gescbiedeu op Zatci'dag, 6 Februari
a. s., 's inorgens 10 ure.
Inlichtingen zijn te bekomen bij den Gemeente-
bouwmeester.
Ter Neuzen, 28 Januari 1886.
Burgemeester en Wbthouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. D1ELEMAN, Secretaris.
Burgemeester en M' ethouders van i ER N EUZEN,
Gezien de artt. 6 en 7 der wet van 2 Juni
1875 (Staatsblad n°. 95) tot regaling van bet
toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke
gevaar, schade of hinder kunnen veroorzakeu
maken bekend
dat ter geraeente-secretarie ter visie is gelegd
een verzoek van REIN1ER PLATTEEUW, ora
verguuning tot bet oprichten eener kalkblusscherij
in twee gebouwen, staande op de kadastr.de per-
ceelen sectie C 11°. 2383 en 2384, wijk C 84® en
84b, en dat op Diiisdag, 16 Februari 1886, des
voormiddags 11 uren, ten raadbuize dezer gemeente
gelegenheid zal worden gegeveu, om tegen het
maken dier imichting bezwaren in te brengen en
deze mondeliug of scbriftelijk toe te lichten.
Ter Neuzen, den 2 Februari 1886.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
PEUILLETON.
2)
ALPIIONSE DAUDET.
„Heeft niemand de ouders zien beengaan vroeg
de agent weder.
's Morgens waren zij reeds vertrokkende man
achter de kar, de vrouw met een pak in baar
voorschoot en de jongens met de handen in de
zakken.
Zie ze nu maar eens te krijgen.
Enkele omstanders gaven luide bun verontwaar-
diging te kennen en gingen dan ieder buns weegs.
Hij zat daar al van twaalf uur, bet arme kereltje.
Zijn moeder had hem op een stoel gezet, zeggende
,/Zoet wezen, hoor1"
En van dat oogenblik had hij zitten wachten.
Daar hij schreide van den hongerhad de
fruitvrouw van den overkant hem in den namiddag
een boterham met confituren gegeven.
Maar de boterham was al lang op en het schreien
was weer opnieuw begonnen.
Iiij was dood angstig, het arme kind. Hij was
bang voor de houden, die in zijn buurt kwamen
snuff Jenbang voor de duisterms die iuvielbang
voor al de vreemde menschen die tegen hem spraken
Politiek Overaicht.
Von Bismarck heeft zicb zeer kras uitgelaten
in den Landdag tegenover de Polen. Ilij beweerde,
dat de Koning zijne beloften, bij de inlijving van
Polen gedaan, onmogelijk kon gestand doen, ten-
gevolge van de houding der Polen. De woelingen in
Polen werden als gevaarlijk voor Pruisen beschouwd,
dewijl zij steeds het buitenland tegen Pruisen in
het harnas jasren. Ook bij den Kultur-kampf
speelden de Polen, volgens Von Bismarck, eene
zeer bedenkelijke rol. Wie den Staat niet wil
beschermen en handhaven, kan ook van den Staat
niets verwachten. In de middeleeuwen werden zulke
lieden, die hun gemeenschap met den Staat ont
kenden, in den Rijksban gedaan. Daar het niet
gelukt is, de Polen door welwillendheid te wiunen,
moet men het Poolsche element naar den acliter-
grond dringen en het Duitsche vermeerderen. Dit
is de eigenlijke reden van de uitzettingen, en op
dezen weg zal de regeering blijven voortgaan, niet-
tegenstaande alle besluiten van den Rijksdag
Dit is tenminsle duidelnke taal, heel veel klaarder,
dan die der ex-co lega's Salisbury en Gladstone
in de lerscbe zaak.
De Duitsche Rijkskanselier weet, wat hij wil en
zegt dat bij tusschenpoozen ronduit, zonder dat
juist altijd zijn taal de uitdrukking der gedachte
is In deu Rijksdag sprak de grijze Vorst twee
uren. Zijne fonkelende oogen sctioten bliksems
door de zaal en links en rechts slimrerde hij zijne
verwijten tegen lieden, die de eenheid des Duit-
schen rijks in gevaar brachten door het aanstoken
der partijschap|)en en het in de hand werken van
het //Polentum Verder verweet hij deu Duitscher
zijne ougeevenaarde vaardigheid om in het vel van
anderen te kruipen, vooral in dat van buitenlanders
(voorwaar, geen loffelijk geluigenis van den volks-
nard). ,/Een Duitscher, die te Parijs is geweest,
beschouvvt zicb als een hooger wezen, en als hij
drie jaren in Amerika heeft gewoond, en hier
terugkomt, zegt bij bij ons aan den overkant,"
zoo bulderde de Kauselier. Schoppen was troef
van begin tot eiude.
De blikken zijn voor een oogenblik van bet
Oosten afgewend door den val van het Engel-
selie Ministerie. Salisbury is niet gevallen naar
aanleiding van de beide groote vraagstukken
van den dag, de lerscbe kwestie en de ver-
houding tot Griekenland, maar ten gevolge van
een amendement op de troourede over een punt
van betrekkelijk ondergescliikt belang. Klaar-
blijkelijk heeft de oppositie het debat over de
Iersche kwestie niet durven aanvaar len niettegen-
staande de regeering de. verklnringeu in de troonrede
gegeven nog had aangevuld met de mededeeling,
dat zij een outwerp wilde indieneu tot ouder-
drukkiug der nationale liga in Ierland, en dat
zij dit door eene nieuwe Iersche landwet zou
zijn hartje bonsde als dat van een vogel, die op
sterveu ligt.
De menigte om hem heen groeide steeds aan,
en de agent, wien dit begon te verveleu, had hem
eindelijk bij de hand genomen om hem naar het
politie-bureau te brengen.
„Dus wil niemand hem hebben
„Wacht even!"
Iedereen keerde zicb om.
En men zag een dik, goedig, verweerd gezicbt
en een breeden lachen.len moud, die opensing tot
aan de ooren reusachtige ooren, waarin koperen
ringetjes bengelden.
„Wacht evenals niemand hem hebben wil,
neem ik hem."
Een gemompel van goedkeuring deed zich hooren.
Allerlei uitroepen volgden:
„Dat is flink!"
z/Een mooie daad
z/Braaf gebandeld!"
Vader Louveau, niet weinig opgewonden door
den wijn, den voordeeligen koop dieu hij gesloten
had en de toejuichingen die hem ten deel vielen,
ging met de armen over elkander gekruist midden
in den kring staan.
vWelnuWat? Het is niet meer dan na-
tuurlijk."
Maar deze woorden deden de bewondering geens-
zins veiflauwen en de meest nieuwsgierigen volgden
hem naar den commissaris van politie.
laten volgen. Het debut over de Iersche kwestie
was een al te gevaarlijk terrein. En wat de
Griekscke kwestie betreft, Gladstone, met zijne
dubbelzinnige lofspraak op de Oostersche politiek
van Salisbury, had dezen geen verwijt over zijne
houding gemaakt. Iti Athene stak men de vlag
uit, toen de nederlaag van Salisbury bekend werd,
maar eene algemeene raoedeloosheid volgde, toen
men aan Gladstone's gebluschte Turkenhaat begon
te gelooven. In de troonrede werd o. a. gezegd,
dat een ontwerp zou worden aangeboden om
den verkuop van landerijen gemakkelijk te ma
ken, om daardoor tegemoet te komen, aan de
behoeften der plattelands bevolkiugevenzoo
ontwerpen tot wegneming der moeielijkheden,
welke thans de goedkoope en gemakkelijke
overdracbt van land verhinderen en tot leniging
van den benarden toestand der armere klassen in
de westelijke Hooglanden en op de eilanden van
Schotland. Het adres van antwoord bevatte
eenen eenvoudigen terugslag op deze woorden, doch
Jessie Collings stelde voor, daaraan de volgende
motie toe te voegenDoch dit Huis geeft
nederig zijn leedwezen te kennen, dat door Hare
Majesteit geen maatregelen zijn voorgesteld voor
eene oogenblikkelijke liulp, aan deze klassen te
schenken, en met name voor het verleenen van
gemakkelijke voorwaarden aan arbeiders bij het
landbouwbedrijf en dergelijke personen in de platte-
lands-distncten om perceelen land of kleine boer-
derijen in pacht te krijgen op billijke voorwaarden,
zoowel wat het bedrag, als de zekerheid van den
duur der pacht betreft." De regeering waarschuwde,
dat zij de aanneraing van dit amendement als een
votum van wantrouwen zou beschouwen. Gladstone
ried tot de aanneming, en met 329 tegen 250
stemmeu werd de regeering verslagen. 74 Parnel-
listen stemden tegen de regeering, inaar 39 liber lee
scheiden zicb van Gladstone af, Urwijl 70 zich
outhielden van stemming. Wat -nu?
Gisting en scheuring in de partijen en Parnell
is heer en meester van den toestand. Hij heeft
den voet op den eveuaar en kan de balans laten
kantelen naar de zijde, die hem het voordeeligst
toeschijnt.
Het miniatuur-standbeeld in gips van dat,
hetwelk de Luxemburgsche regeering voor twee
jaren deed vervaardigen in brons, en ter roemrijker
nagedachtenis van den doorluchtigen en beminden
Groothertog en Koning Willem II in de hoofdstad
des hertogdoms plaatste, dat pleisterbeeld (naar men
meent op de ware grootte), hetwelk op de Intern.
Tentoonstelling te Antwerpen in 1885 ieders aan-
dacht trok, zoowel om zijn artistieke bewerking,
als om zijn uitmuntende gelijkenis, door alien die
Aldaar gekomen, moest hij volgens de gewoonte
eenige vragen beantwoorden.
z/Uw naam?"
z/Frans Louveau, mijnheer de commissaris; ik
ben getrouwd en goed getrouwd ook, dat durf ik
te zeggen, met een vrouw die van zessen kla.ir is,
dat verzeker ik 11. En dit is een groot geluk
voor me, mijnheer de commissaris, want ziet u,
ik ben nu juist zoo heel knap niet, ha, haIk
ben geen hoogvlieger. //Frans is geen hoogvlieger
zegt mijn vrouw altijd.
Hij had zich nog nooit van zijn leven zoo
welsprekend gevonden
het was alsof de woorden hem zoo maar vanzelf
toevloeiden.
z/Uw ambacht?"
z/Schipper, mijnheer de commissaris, patroon van
de Schoone Sirene, een flinke schuit, al zeg ik
het zelf, en een equipage.fameus, hoor! Yraag
er de bruggewachters maar naar van pont Marie
tot Clamecy. Kent u dat, Clamecy, mijnheer de
commissaris
En daar de omstanders glimlachten, ging vader
Louveau stotterende voort
z/Een mooie pLats, Clamecy, dat kan ik u zeggen
Alios bout, mooi bout, echt timmerhoutde bazen
hier wet,en er alios van.
Daar ga ik mijn bout inslaan. Ja, ja, dat is
mij goed toevertrouwd, al zeg ik het zelf. Ik
heb zoo'li juisten blik, zietu! Niet dat ik daarom
Koning Willem II hebben gekend, is een paar
dagen geleden op last van Z. M. den Koning aan
het paleis te Amsterdam in twee groote kisten
aangekomen en met groote moeite, aangezien elke
kist ongeveer 1000 kilo zwaar was, binnengebracht.
Z. M. heeft gelast, dat het beeld zal geplaatst
worden in de troonzaal onder de vlag van Chasse,
waar het weldra te zien zal zijn.
Op de lage landen in Groningen en Drentbe
bevinden zich tegenwoordig groote koppels wilde
ganzen, die veel schade veroorzaken. Aan velen
is vergunning verleend, jacht op deze dieren te
maken. Ze zijn echter moeielijk te treffen.
Als verdacht van medeplicbtigbeid aan den
vermoedelijken moord op L'Amble gepleegd is nog
een tweede kelluer, die bij afwisseling te Amster
dam en te Antwerpen woonde, naar de celgevan-
genis overgebracht.
Volgens de Amst. Ct. heeft de recberge nog
twee personen opgebracbt als verdacht van mede-
plichtigheid aan den moord op L'Amble, ul. den
kellner J. H. Elsing, oud 31 jaar, woneude in de
Tullingstraat te 's Gravenhage, en S. J., katoen-
drukker uit Antwerpen, 28 jaar oud.
Elsing stond, volgens het Vad., bij de politie
te 's Hage, op wier aanwijzing hij gevangen werd
genomen, ongunstig bekend. Hij bad in de resi-
dentie vroeger een klein bierhuis.
Hoe vele belangen er betrokken en zoo veel
mogelijk in onderling verhand te houden zijn bij
de dienstregeling der spoorwegen, kan men o. a.
eenigszins opmaken uit de omstandigheid, dat niet
minder dan 93 vertegenwoordigers van de meeste
spoorwegen van middel-Europa en van eenige
stoomvaartmaatschappijen deel namen aan de ver-
gadering, welke dezer dagen te Hamburg plaats
vond, om te beraadslagen over deu aanstaanden
zomerdieust, dien men besloten heeft den 1 Juni
e. k. te doen aanvangeu.
De vergadering over den winterdienst van
1886 87 zal den 16 Juni a. s. te Amsterdam ge-
houden worden.
De Maas is weder buiten hare oevers ge-
treden en staat van dijk tot dijk. De barometer
is dalend met regen. Het kwelwater neemt on-
rustbarend toe. De meeste polderwegen en ook
de provinciale weg naar Osch zijn meer of minder
overstrooind.
Men schrijft in de N. R. Ct. uit Noord-
Beveland Er is alle grond om aan te nemeu,
dat dit jaar de verbouw van suikerbieten op dit
eiland belangrijk minder zijn zal dan in vorige
jaren. De nauwere aaneensluiting der fabrikanten
heeft er de boeren ten onzent toesrebracht,, eveneens
pogingen tot samenwerking te beproeven. Eenige
vergaderingen van belanghebbenden leidden echter
niet tot de gewenschte eendracbt. De strijd zal
knap ben neen, waarlijk ik ben geen hoog
vlieger, dat zegt mijn vrouw gedurig, maar ik heb
een juisten blik.
Laat ik nu eens zeggen, dat ik een boom
neem zoowat van uw dikte met alien eerbied
gesproken, mijnheer de commissaris ik sla er
een touw om, zoo
Hij had al sprekende den agent beetgepakt en
een touw, dat hij uit zijn zak had gehaald, om
hem heen gedraaid.
De agent trachtte los te komen.
z/Laat mij tocb met vrede."
z/Het is maar om mijnheer de commissaris te
laten zien ik draai het touw er zoo ora heen
en dan, als ik de maat heb, vermenigvuldig ik
vermenigvuldig ik
„Waarmee ik vermenigvuldig, kan ik niet meer
bedenkenHet is mijn vrouw, die rekenen
kan en goed ook. Ja, zij is bij de hand, mijn
vrouw."
Het publiek vermaakte zich uitstekend en de
commissaris zelf verwaardigde zich achter zijn tafel
even te glimlachen.
Toen de vroolijkheid een weinig bedaard was,
vroeg hij
z/Waar zult gij dat kind voor opleiden?"
»Ik zal geen reuteDier van hem maken, dat is
zeker. Renteniers zijn er in onze familie niet te
vinden. Maar wel een schipper, een flinke schip-
persjongen zooals de anderen."
TER \EimSIHK (01 RUT
DOOR