Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. m No. 2135. Zaterdag 31 October 1885. 25e Jaargang. BEKKNDMAK1NG. ONSCHOLDIG VEROORDESLD. Binnenland ABONNEMENT: Per dne maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,32£. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADYERTENTlEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elke regel meer f 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zicb abonneeren tot bet plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Hit blad versclitjnt Dinadag- en Vrijdagavond bij den uitgevcp P. J. VAN DE 8 A N D E te Ter Neuzen. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van TER NEUZEN maken bekend, dat in die gemeente zal worden gehouden op Woensdag, 11 November 1885. Ter Neuzen, 29 October 1885. Burgemeester en Wethouders vooruoemd, J. A. VAN BOVEN, Burgemeester. J. DIELEMAN, Secretaris. Politiek Overzicht. „Ik zal niet lang kamerlid blijven," zeide Rochefort, „ik heb een maudaat en zal het ver- vullen. Ik heb drie dingen te vragenvoor- eerstscheiding van kerk en staat. Die eene somnambule wil gaan hooren, betaalt liaar zelf wie een priester meeut noodig te hebben, be- tale hem zelf ook. Ten tweede in beschuldi- ging stelling van het Ministerie Ferry. En als men dat weigert Dan zal ik zeggen, dat, degenen die tegenstemmeu, Ferry's misdaden goedkeuren. Maar dan zal ik nog geduld heb ben en het derde vragenamnestie voor alle politieke veroordeelden. Als dat ook geweigerd wordt, heb ik op het Palais-Bourbon niets meer te doen, en daar ik mijn geld niet wil ontvan- gen, zonder het verdiend te hebben, neem ik dan mijn ontslag." Michelin is niet minder duidelijk geweest. ,,Ik zal wachten tot de her- vormingen, die ik wensch, door anderen worden voorgesteldalleen als dat niet gebeurt, zal ik zelf de hand aan het werk slaan. Wat de Prin- sen van Orleans betreft, zoolang zij zich rustig houden, kan eeu liberaai republikein hun hunne geboorte niet tot misdaad rekeuen maar als zij samenzweren, moet men meer doen dan hen verbannenmen moet hen fusilleereu Paul de Cassagnac zegt, vol opgewondenheid „Men kan zeggen, dat het opportuuisme afge- daan heeft, zoowel als het centre gauche, zoo- wel als de Republiek in den vorm welken zij tot nog toe had. De regeering hangt geheel af van de genade van CUmenceaudeze kan doen wat hij wilhij kan den Senaat afschaf- feD, hij kan de Conventie doen uitroepenals binnen twee maanden, honderd radicalen de Con ventie vragen, kan men haar niet weigeren. De tegenwoordige toestand laat alle macht aan het toevalde Republiek is in gevaarlijker stelling dan zij ooit geweest is." Volgens de Soir is in den Mmisterraad een onderzoek ingesleld naar het aandeel, dat de Prinsen van Orleans of hunne FETJILLETO N Eeu levensbeeld door G. L. ,/Aan een zekeren Bolze, mijnheer de majoor, een man, die hier ter goeder naam en faam bekend staat. Bij het hooren van den naam Bolze was het alsof Lehmann uit eenen droom wakker werd. „Bolze? Waar is Bolze? Is er bij Baize geen brand geweest?" riep hij op eens uit. Schrik en angst hadden den man tot liiertoe zoo- zeer bevangen, dat hij nog niet eenmaal gezien had, dat zijn buurman gelukkig van het verwoestende element verschoond was ge'oleven. Ja, waar mocht Bolze zijn? Niemand had hem gezien. H Bolze heeft mijn huis in brand gestoken, Bolze heelt het gansche dorp aangestoken en mijnen armen vader verbrandschreeuwde Lehmann op schorren toon; Bolze is de oorzaak van alles!" Slechts met veel moeite gelukte het den woedende tot bedaren te brengen en te weten te komen waarop dan toch die onlzettende verdenking steunde. Bolze had sinds jaren met Lehmann een proces gevoerd wegens een stuk weiland aan den lioek van het bosch en Bolze had ten slotte dat proces verloren. Dat proces had natuurlijk veel geld gekost en daar Bolze de kosten moest dragen, was agenten in de verkiezingen genomen hebben. De vraag zou gesteld zijn of het niet noodzakelijk was de Prinsen te verbannen, als hebbende zich doen gelden als pretendenten. Op Frankrijks koloniale politiek rust nog geen zegen. In Tongfcin hebben de zeeroovers, de zwarte vlaggen en de benden van Thyet weder overmoedig het hoofd opgestoken. De troepen door de cholera ge- teisterd, zijn tegen hare zware taak niet meer opgewassen. Ook in Madagascar gaan de zaken slechtde laatste nederlaag kostte den Franschen wel is waar slechts twee dooden, maar bracht aan hun prestige een nadeel toe, dat door de overwinning, welke de dappere kapitein Penueguin behaalde, niet is goed gemaakt. Volgens eene depeche van generaal Courcy hebben drie colonnes onder bevel van generaal Jamont, de stad Than- Mai iugenomen. De vijand nam de vlucht en liet veel dooden achter. Wordt Birma door John Bull geannexeerd, dan zullen Engeland en Frankrijk elkaar ook te na komen in Achter-Indie, evenals Engeland en Rusland iu het land aan de andere zijde van Lord Dufferins gebied, en botsingen tusschen de wederzijdsche troepen komen aan de orde. De oneenigheden tusschen Engeland en Spanje zijn nog niet uit den weg geruimd, de Spaausche regeering wacht nog op officieele bescheiden uit Cuba, na welker ontvangst het protest van den Engelschen zaakgelastigde te Madrid zal beantwoord worden. Spanje en Duitschland zijn nog niet verbroederd. De mail van Manilla is aangekomen en heeft bericht, dat de Spnnjaarden drie dagen bezig geweest zijn met het lossen van goederen, paarden en vee, en het onderhandelen met de inboorlingen over eeu ceremonieel van inbezitnemiug; toen kwain de „Iltis" en nam Yap in 'oezit zonder ceremonieel, waarop de Spanjaard zich protesteerend terug trok. Volgens eene Reuter-depeche aan den Standard uit Cairo, is zuster Cipriani den 22 dezer, na eene reis van 16 dagen, van Khartoem te Akasheh aangekomen. Zij deelt mede dat Khartoem geheel verlaten is, terwijl Omdurman dicht bevolkt en een tweede Mekka is geworden van wege bedevaarten naar het graf van den Mahdi. Zuster Cipriani verhaalt van een zieken Franschman, die van zijn karaeel viel en begraven werd, voor dat hij dood was. Slatin Bey, Lupton Bey en de heer Cazzi bevinden zich geboeid te Omdurman. Hare be- schrijving van Khartoem's val sterat overeen met hetgeen wij er van weten. Verwonderen zal het ons wat de Europeesche Areopagus, aan den Bosphorus gezeten, bij een volgend schrijveu heeft gewrocht en of de blank geslepen sabels der Serviers ook eenigen dienst hebben gedaan. hij diep in schulden geraakt en altijd vijandig jegens Lehmann gezind gebleven, vooral omdat hij nog steeds in de meening verkeerde, dat toch het recht aan zijne zijde was. Nog den vorigen avond was het tusschen hun beiden tot eene heftige woordenwisseling gekomen, en daar Lehmann zich, onvoorzichtig genoeg, over het gewonnen proces en het groote verlies van Bolze vroolijk had gemaakt, had deze zich de woorden laten ontvallen: #A1 ben jij nu ook de rijke Lehmann en ik de geru'ineerde Bolze, toch kan zich nog wel eens het blaadje keeren er kan zooveel gebeuren!" en daarmede was hij de deur uitgegaan en niemand had hem meer gezien. //llm! Inndat is in alien gevalle eenigszins vreemd," merkte de majoor op; „we moesteu toch dien man eens zien," en hij ging met den predikant naar de nabijgelegen hofstede. De deuren stonden open en ongehinderd traden zij de woniug binnen. In de wooukamer zag het er treurig uit. Bolze zelf droeg nog de kleeding van den vorigen avond en staarde met groote glazige oogen de biuneu- komenden aan, zonder zijne plaats aan het bed zijner vrouw te verlaten. De vrouw zelve was korten tijd geleden moeder geworden, het kind was in den ongeluksnacht ge- storven, de vrouw had door den schrik van den brand een toeval gekregen en was thans den dood nabij. Z. M. de Koning heeft Jhr. Mr. Yan der Does de Willebois, op zijn verzoek, eervol outslagen als Minister van Buitenlandsche Zaken en Jhr. Mr. Van Karnebeek, oud—Commissaris des Konings in de provincie Zeeland, als zoodanig benoemd. De heer Van der Does de Willebois gevoelde zich reeds sedert maanden zeer ongesteld en kon daarom zijn gewichtige betrekking niet blijven waarnemen. Door den luitenant—generaal, inspecteur van het wapeu der infanterie, zijn, namens het departe- raent van oorlog, aan de verschillende korpsen van het leger exemplaren toegezonden van een op last van den Minister van oorlog vervaardigden leidraad, bevattende: Wenken voorde kommandanten der infanterie-schutterijen." In dien leidraad wordt, onder meer, aangegeven, welke oefeningen vooral en de wijze waarop die moeten plaats hebben door de schutterijen dienen gevolgd te worden. Uit de verschillende garnizoensplaatsen zal een officier der infanterie van het leger als instructeur en leider bij die oefeningen worden aangewezen, voor de schutterij van het garnizoen of voor die der dichtst bijgelegen gemeenten zonder garnizoen. Uit Vucht wordt aan de N. R. Ct. gemeld Door den Belgischen aannemer van't stucadoor- werk zijn ook Vuchtenaars aan het werk gezet, waardoor de oorzaak der ontevredenheid is wegge- nomen. Later arriveerden er ook weer een 50 Belgeu om hen, die de vorige week van schrik weggegaan zijn, te vervangen, zoodat het werk nu weer met kracht voortgezet kan worden. Den 1 December a. s. kunnen, volgens een schrijven van Gedeputeerde Staten aan de gemeentebesturen ge- richt, de armlastige krankzinnigen uit Noord- Brabant geplaatst worden, zoodat er dan in elk geval een gedeelte bewoonbaar zal moeten zijn. Op dat tijdstip moest volgens 't bestek 't geheele gesticht gereed zijn op eene boete van f 1000 voor iederen dag te late oplevering, doch om ver schillende redenen is den aannemer, naar ik hoor, voor f 12000 een uitstel van drie maanden verleend. Op tal van plaatsen te en in de omstreken van Eindhoven hebben weder vele baldadigheden plaats gehad. Te Stratum is tot bloedens toe ge- vochten. Te Eindhoven werd men in een paar koffiehuizen handgemeen en hadden er verwondingen plaats, terwijl de ruiten verbrijzeld werden. Te Woensel werden mede in een paar herbergen de ruiten stuk geslagen, terwijl de baldadigheid zoo ver ging, een gebouwtje, bij een woning gebouwd, af te breken. In een koffiehuis aan den Boschdijk werden niet alleen de bezoekers, maar ook de herbergier en vrouw schaudelijk mishandeld, zonder De predikant had met een enkelen blik den treurigen toestand begrepen, ging op den wezenloos voor zich uit starenden Bolze toe en legde de hand op zijuen schouder. „Ook u, vriend Bolze," zeide hij met bewogen stem, „heeft het ongeluk, schoou dan ook op an dere wijze, bezocht; al heeft u het vuur verschoond, de dood is bij u binnengetreden. Wanhoop echter niet, draag uw lijden met geduld, de Heer legt niemand zwaarder last op dan hij dragen kan en wien hij lief heeft, kastijdt hij zoo lezen wij in de Heilige Schrift." Hij heeft mijn huis in brand gestoken, mijnen vader verinoordMet deze woorden storinde Lehmann het vertrek binnen en wilde zich op den ongelukkigen man werpeu. Met moeite gelukte het aan de binnengetreden boeren en de politiedienaars den woedende te ver- wijderen en de majoor zocht nu, in vereeniging met den rchout, in de eerste plaats eenig licht in de zaak te krijgeu. De uitslag van het onderhoud was voor Bolze inderdaad bezwarend. Dat hij de dreigende woorden in de kroeg had uitgesprokeu, werd door oog- en oorgetuigen be- vestigd en hij was niet voor het aaubrekeu van den dag, alzoo ongeveer op het oogenblik, dat de brand was uitgebroken, te huis gekomen. Zijn eigen kuecht, die bij zijn meisje den tijd had vergeteu, had hem naar huis zien gaan en bij die late te huiskomst was hem tevens in het oog dat daarvoor eene aanleiding schijnt te bestaau. Verschillende processen zijn opgemaakt, doch slechts een persoon is, blijkens de N. R. Ct., aangehouden. Een vreeselijk onheil had Dinsdagnacht te Amsterdam plaats. Het Handelsblad deelt daar- omtrent het volgende mede: In den afgeloopen nacht tegen half een hoorden bewoners van de Warmoesstraat tegenover de Oudebrugsteeg hulpgeroep van eene dienstbode, die in een naehtgewaad op de stoep van het hoekhuis nummer 62, waarin een manufactuur- winkel, als een waanzinnige riep, dat het huis in brand stond. Inderdaad, het vertrek naast de wiukelkast, uitkomende in de Oudebrugsteeg, stond in voile vlam. Personen die het huis wilden biunensnellen om hulp te verleenen, werden door anderen, die het hopelooze daarvan inzagen, terug gehoudentoch drong een persoon door, maar nauw was hij in het huis verdwenen, of de wiukel werd door de vlammen aangetast, de bovenver- trekken geraakten in brand en toen de brandweer, dadelijk gewaarschuwd dat de brand hevig was, na weinige minuten met veel materieel en personnel versclieen, stond zij voor eeu vuurzee. De heer des huizes was bij het uitbreken van den brand niet in de woning. Op eeu kamer achter het vertrek, waar men 't eerst de vlammen zag, sliepeu de vrouw met drie kiuderen. Niemand had ze zien vluchten. Bij de dienstbode die hulp had geroepen kon men niet vernemen of ze redding hadden gevonden, want zij liet zich niet meer zien. De man, die in het huis was gedrongen, keerde niet terug. En terwijl de brandweer het vuur bluschte, dat reeds de omliggende perceeleu bij den langen Niezel deerlijk had geblakerd, werden de omstanders meer en meer versterkt in het vermoeden, dat een vreese lijk ongeluk was geschied. Nog tijdens het woeden der vlammen werd gepoogd in het huis binnen te dringen. Moedige brandwachts zochten overal waar ze konden komen, toen 't bovenhuis nog brandde en dikke rook de vertrekken vulde. Niets werd gevonden. De door smart verteerde man en vader liep onder begelei- ding overal been, waar hij kon denken dat zijn gezin een onderkomen had gevonden. HelaasZij die redding als onmogelijk be- schouwdeu van den aanvang af, hadden gelijk. Toen het vuur door stoom— en handspuiten was gebluscht en de brand tot het nagenoeg geheel uitgebrande huis was beperkt, toen leverde een onderzoek het treurigste resultaat. Op een voorkamer vond men het onherkenbare lijk van een man, zeker dat van den hulpvaardige die zelf opofferend zijn leven waagde. Op de trap naar den zolder vond men de verkoolde lijken van de vrouw en twee kinderen, die in hunne poging om naar boven te vluchten een verschrikkelijken gevallen, dat zijn meester er zeer vreemd en ver- ward had uitgezien. Bolze wist tot zijne verontschuldiging niets aan te voeren, dan dat hij in de kroeg zich over Lehmann verschrikkelijk geergerd had en om zich een weinig te verstrooieu het bosch was ingegaan. Hij had intusschen tegen zijne gewoonte de borrelflesch, die hij in den zak droeg, meermalen aangesprokeu en was eindelijk door vermoeidheid en het gebruik van den drank in slaap gevallen. Toen hij weder ont- waakte, was het reeds tegen den morgentijd, doch van den brand had hij niets gemerkt. Te huis gekomen, had zijne vrouw hem beknord; er waren hevige woorden gewisseld en terstond daarop was de brand uitgebarsten. Het kleine kind, pas eenige dagen oud, was reeds van de geboorte af ziekelijk geweest en in den morgen overleden. De dood van het kind, zoowel als de schrik door het vreesselijk vuur, had zijne buitendien reeds zwakke vrouw zoodanig aangegrepen, dat zij aanvallen van zinsverbijstering had gekregen, die ten laatste in volkomene razernij oversloegen. Hij had derhalve niet bij den brand kunnen zijn, maar integendeel zelf hulp noodig gehad om zijne razende vrouw te bedwingen, doch het was hem met mogelijk geweest, door roepeu iemand bij zich te krijgeu. Hoe natuurlijk dit verhaal ook was, en hoezeer het ook door de omstandigheden werd bevestigd, toch kon niemand der aanwezigen een lichten argwaan onderdrukken. TER EISCHE 01 RUT jm—m—mni t—r 2)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1885 | | pagina 1