Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2111. Zaterdag 8 Augustus 1885. 25e Jaargang. feuilletonT 4) Op Nieuwjaarsdag. Binnenland ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Yoor Nederland f 1,10. Yoor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32£. Men abonneert zicb bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- busliouders. ADVERTENTlEN: Van 1 tot 4 regels f 0,40. Yoor elke regel meer 0,10. Grootere letters wordeu naar plaatsruimte berekend. Men kan zicb abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Dit bind verschijnt Uinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgcver P. J. VAN DE S A N D E te Ter Neuzen. folitieli Overzicht. Ternauwernood is door de Fransche Kamer het krediet van 12 millioen voor Madagascar goedge- keurd, of de regeering komt met nieuwe aanvragen voor den dag. Een krediet-aanvraag van ruim 600,000 fr. voor de kolonisatie van Obock en de uitbreiding van het protectoraat op Tadschura, is ingediend en reeds behandeld, doch wegens onvol- doende opkomst der leden nog niet aangenomen. Over een ander voorstel, om ten behoeve van de Fransche nederzettingeu aan de Golf van Guinea 947,000 francs (waarvau 300,000 fr. voor schade- vergoeding aan de Afrikaansche Maatschappij) toe te staan, zal waarschijulijk nog voor de sluiting der zitting worden beraadslaagd. Volgens de Temps zijn de troepen in Tongkin sterk lijdende aan dyssenterie en kwaadaardige koortsen. Gedurende de maand Mei stierven 161 soldaten, tegen 41 in dezelfde maai.d van het vorige jaar. In de eerste helft van Juni werden dagelijks gemiddeld 12 sterfgevallen geconstateerd. De Temps acht het dringend noodzakelijk, dat men de troepen, die nu reeds 18 maanden in Tongkin hebben doorgebracht, naar Frankrijk laat terugkeeren. Een depeche uit Berlijn brengt den vrij uit- voerigen inhoud van een artikel in de Nordd. Allg. Zeit., dat dienen moest als antwoord op een artikel in de Temps, waarin gewezen werd op de noodzakelijkheid van versterking der Fransche cavalerie op Frankrijks oostelijke en zuidoostelijke grenzen. //In deze chauvinistische agitatie van de Temps," zegt genoemd blad, ,/ligt het bewijs op- gesloten, dat een vreedzame ontwikkeling der wederzijdsche goede verstandhouding, zooals zij door Duitschland wordt gewenscht, geenszins strookt met Frankrijks bedoelingen. Wij worden er steeds aan herinnerd, geheel tegen onzen wil, dat Frank rijk slechts wacht op een gunstige gelegenheid om, hetzij alleen, hetzij in vereeniging met anderen, ous te overrompelen. Ook in het buitenland zal niemand eenigen twijfel koesteren aangaande de oprechtheid van Duitschlands voornemen, om onder geenerlei voorwendsel zijn westelijken nabuur aan te vallenniemand echter zal zich een zekere mate van bezorgdheid kunnen ontveinzen, wanneer hij ziet, dat de door Frankrijk verbeide revanche- dag nog steeds een welkom middel aan de hand geeft, waarmede elk partijhoofd in Frankrijk de gemoederen zijner landgenooten in gisting kan brengeu. Deze mogelijkheid, gevoegd bij Frank rijks har.delwijze om een vredelievende regeering, door het voortdurend beroep op een revanche- oorlog, moeilijkheden te bereiden, doet ons vreezen, dat onze Fransche naburen op het behoud van den vrede met Duitschland geen hoogen prijs stellen." In politieke kringen te Berlijn beschouwt men dit artikel als een dreigende waarschuwing wegens de zinspeling van Jules Ferry op revanche (S 1 o t.) Daar klonken bellen op den weg en een slede ging naar de hofstede, die aan den meester van Hendrik behoorde. De laatste was aan het venster getreden, om te zien wat er was. #De boer krijgt bezoek," zeide hij. Maar het bezoek scheen niet den boer maar de bewoners van de hut te gelden, want spoedig kwam de eigenaar der hofstede met den vreemdeling naar het huisje. Het was een statig heer, in een prachtige pels gehuld; een dichte, donkere baard omgaf zijn gelaaten een muts van bevervel bedekte het hoofd, terwijl zijn voeten in groote pelslaarzen staken. ,/Ik wenschte, dat wij van daag ougestoord onder elkander konden blijven," zei Anna, terwijl zij Martha bij het afnemen van de tafel hielp. Wat moeteu die twee hier doen?" „Als er maar geen verandering op handen is en de boer mij opzegt!" mompelde Hendrik. Daar werd aan de deur geklopt; en terstond daarop traden de mannen binnen. ,/Noem mij niet kwalijk, dat wij op een ongelegen tijd komen," zei de boer na de eerste begroeting; //deze heer heeft eenige woorden met u te spreken Hendrik bet zal spoedig afgehandeld zijn." bij gelegenheid van het debat in de Kamer van afgevaardigden over het crediet ter zake van Mada gascar. Men gelooft, dat de Norddeutsche eigenlijk ten doel heeft aan de Franschen in het algemeen een waarschuwing te geven, om bij hun aanstaande verkiezingen niet het denkbeeld van revanche als middel ter agitatie te bezigen, waardoor in de Duitsche handels- en andere kringen ernstige on- gerustheid zou worden teweeggebracht. De Standard heeft thans een nader bericht over den financieelen ondergang van de Trans vaal. Na de betalingen gestaakt te hebben, zou thans, naar uit Kaapstad aan de Standard gemeld wordtde Transvaalsche regeering zich voorstellen schatkistbiljetten uit te geven tot een bedrag van 45,000 pond tegen eene leening van 75,000 pond, en als waarborg stellen de reeds verschuldigde belastingen tot een bedrag van 80,000 pond. Het telegram voegt er bij, dat naar het gerucht wil, Duitschland de Transvaal zal helpen het geld te verkrijgen. De Koln. Zeit. drijft eenigermate den spot met dit gerucht. Duitschland heeft op het oogenblik volstrekt geen betrekking op Transvaal en de Duitsche financiers zullen ook zeker niet erg geneigd zijn om relaties aan te knoopen met een rijk, dat in staat van kennelijk onvermogen verkeert, dat geheel buiten Duitschen invloed staat en waarop geen handel gedreven wordt. Waarborgen voor een leening te zoeken in de onbetaalde opbrengst der grondbelasting is voorts een geheel nieuw denkbeeld, voegt het blad er bij. Slecht beheerde rijken, zooals Turkije en Griekenland, verpanden ook wel de opbrengst der belastingen, doch nemen dan steeds die, welke werkelijk betaald wordenaan de onbetaalde dacht men tot nog toe niet. In elk geval heeft het bericht nog nadere op'aeldering noodig. Over den opvolger van den heer Van Erp Taalman Kip schrijft het Vad. het volgende. De nieuw opgetreden Minister van Marine is bij onze zeemacht geen onbekend man hij behoort tot de kundigste officieren van onze vloot en hij kan, als een man in de voile kracht van zijn leven hij werd 10 Juli 1836 geboren groote diensten bewijzen door zijn kennis van de materieele en intellectueele behoeften onzer marine. Willem Lodewijk Adolf Gericke behoorde onder de eerste jongelingen die in 1850 aan onze Kon. Mil. Academie te Breda werden geplaatst. Drie jaren later, op 1 Sept. 1853, tot adelborst benoemd, doorliep hij van 1 Jan. 1856 als 2e luitenant, van 1 Febr. 1866 als le luitenant, van 1 Juli 1875 als kapitein-luitenant en van 1 Febr. 1882 als kapitein ter zee alle rangen en alle takken van den dienstdegelijk commandant en Sink krijgsman, De vrouwen wilden de kamer verlaten en de beide zonen haar volgen. z/Blijf maar hier," riep de onbekende hun toe en trok zijn pels uit en nam plaats. z/Het zijn geen geheimen,die ik heb mede te deelen, integendeel moet ik op een zeer oude geschiedenis terugkomen." Allen keken den spreker, dien zij heden voor de eerste maal zagen, vragend aan. ffGij waart vroeger in beter doen, en bezat zelf een kleine hofstede en leefdet gelukkig en tevreden," voer de man voort, die volgens uitspraak een buitenlander moest zijn. //Uw goedhartigheid en de goede gedachten, die gij tegenover uw mede- menschen koesterdetzijn uw ongeluk geweest men ontnam u uw geheele vermogen, zoodat gij genoodzaakt waart als knecht te dienen." //Men heeft u de waarheid gezegd, mijnheer, maar waartoe haalt gij die oude geschiedenis- sen aan," antwoordde Hendrik verwouderd. //Ik ben met mijn lot tevreden en dat is mij voldoende." z/Ik weet nog meerzei de onbekende verderterwijl hij een prachtige sigarenkoker te voorschijn haalde en aan de aanwezige man nen presenteerde. //Gij veroorlooft het toch juffrouw?" voegde hij er bij de sigaar omhoog houdend. In plaats van te antwoorden, ging Anna om vuur te halen. onderscheidde hij zich aan boord en in de kolonien, in vredestijd en in den stnjd voor de eer des Vaderlands. Yan daar, dat hem den 8 Febr. 1859 ook de Mil. Willemsorde 4e kl. ten deel viel wegens zijn waardig en beleidvol gedrag op Djambi. Nadat hij in Oost en West vele diensten had bewezen, keerde hij hier te lande terug, om zich in een sedentairen werkkring aan de belangen der marine te wijden, nl. als instructeur aan het Marine- instituut. Van 1869 tot 1875 was hij als zoodanig werkzaam en zijn verdiensten in die betrekking gebleken, werden beloond door zijn benoeming tot ridder der orde van den Ned. Leeuw. Na zijn terugkeer uit Willemsoord trad hij aan het Depar- temeut van Marine als inspecteur der artillerie op, en in die hoedanigheid viel hem thans de eer tebeurt tot Minister van Marine te worden benoemd. Men schrijft aan de Amsterdammer uit Ylissingen Naar men uit goede bron verneemt, is tot burgemeester dezer gemeente benoemd de gepensionneerde majoor bij het Indische leger, Romswinckel. De heer A. Smit, van wien in de laatste dagen hier algemeen het gerucht loopt, dat hij tot burge meester zou worden herbenoemd en die functie weder zou aanvaarden, is reeds bezig naar elders te verhuizen. Door den krijgsraad is thans uitspraak gedaan in de zooveel gerucht gemaakt hebbende zaak der Haagsche cavalerie-ofiicieren. De le luit. v. L. is veroordeeld tot eene correctioneele gevangenisstraf van eene maand, te ondergaan in 14 dagen een- zame opsluiting en twee boetende le luit. A. J. P. M. tot eene geldboete, terwijl de le luit. H. C. P. L. M. is vrijgesprokeu. Tegen de drankwet is in den Raad van Eede een nieuw bezwaar geopperd, hetwelk van overwegend belang wordt geachthet betreft de verleening van //vergunning'' aan minderjarige meisjes. Een der leden wees er op, dat de Raad tegen de onzedelijkheid moest waken en er toch in het z.g. //Half Elfje" sterk tegen de zedelijkheid wordt gezondigd. Na den dood van de ouders is daar de vergunning overgegaan op het oudste der minder jarige meisjes. De voorzitter van den Raad ver- klaarde geen recht te hebben, in dit geval vergunning te weigeren, ook niet, zoo verklaarde hij op een vraag van een der leden, wanneer die vergunning gevraagd werd door een meisje van 10 jaren. Verschillende leden oordeelden, dat zoo iets de onzedelijkheid zeer in de hand werkt. Door zoogenaamde ronselaars wordt tegen- woordig te Amsterdam de handel in valsche papieren op vrij groote schaal gedreven. Zij gaan in hunne kwade practijken met eene sluwheid te werk, die elke verbeelding overtreft. Zij trachten door z/De man, door wien gij alles hebt verloren is een vriend van mij," zeide de vreemdeling tot Hendrik, nadat hij de sigaar had aangestoken; //hij heeft mij opgedragen, u op te zoeken en u vergift'enis te vragen." z/Het was zonder twijfel Huisman's bedoeling niet om mij te bedriegen," antwoordde Hendrik, z/maar de omstandigheden dwongen hem er toe. Ik ben den zwaren slag van toen te boven gekomen en als het Huisman niet slechter gaat, als mij, zal hij ook tevreden zijn." z/Dat is edel gesproken," zei de vreemdeling en liet verlegen den zwaren gouden horlogeketting door de vingers glijden. „Ik geloof, dat het mijn vriend goed gaat, en hij heeft mij behalve de beste groeten ook nog een kleine gedachtenis mee gegeven. Hier neem die." Daarbij tastte hij in zijn borstzak en haalde er een saamgevouwen papier uit, dat hij aan Hendrik overgaf. Hendrik opende het; terwijl hij las, werd zijn gelaat doodsbleek. De bezoeker beschou wde hem glimlachend. z/Niet mogelijk dat is een dwaling of een ongepaste scherts zei Hendrik, terwijl hij het papier opvouwde en weer terug wilde geven. z/In geenen deele, waarde Hendrik," nam nu de boer het woord. //Ik heb werkelijk mijn hofstede verkocht en geen ander mensch dan gij is er bezitter van. Kijk maar goed, het contract in uw hand is volkomen in orde." Sprakeloos staarde de geheele familie naar de handlangers geholpen te weten te komen waar de adressen zijn van personen, die reeds den leeftijd van 23 jaar bereikt hebben, onge- huwd en om de eene of andere reden van den militaireu dienst zijn vrijgesteld. Zij begeven zich derwaarts en, onder voorwendsel dat zij ver- moedelijk eene goede betrekking of werk kunnen bezorgen, vragen zij inlichting omtrent alles, wat voor het samenstellen van de benoodige papieren noodig is. Met die gegevens wordt de persoon, die de valsche papieren moet gebruiken, nauwkeurig in kennia gesteld. Kent hij de les goed, dan wordt hij er op uit- gezonden om de vereischte stukken, die natuurlijk den ander betreffen, bij provincie- en gemeente- besturen te lichten. Aangezien elk individu, dat een certificaat van goed gedrag bij de politie aanvraagt, dit op het politiebureel moet onderteekenen; wordt dengeen, die met valsche papieren dienst wil nemen, door zijne raadgevers steeds het consigen gegeven: te verklaren, dat hij met kan schrijven, zoodat hij met het stellen van een kruisje kan volstaan; de zwendelaars maken hem diets dat hij dan geen valschheid in geschrifte pleegt, eene misleiding waardoor velen zich maar al te licht laten mede- sleepen. De politie, aan wier scherpzinnig uit- vorschen het gelukt is, het samenweefsel van deze bedriegerij te ontdekken, heeft thans ook het middel weten te vinden, om dergelijke kwade practijken te verijdelen. Door de rechtbank te Assen is Annechien Gelmers te Wilhelmsoord, gem. Emmen, beklaagd van vergiftiging van haar vader, vrijgesproken, als hebbende in deze gehandeld zonder oordeel des onderscheids, met last even wel dat zij zal worden overgebracht naar een verbeterhuis tot 10 December 1893. Een aantal werklieden vervoegde zich eer- gisterochtend aan het raadhuis te Rotterdam, ten einde den burgemeester te spreken over het voort durend gebrek aan werk. Zij werden welwillend te woord gestaan, maar moesten natuurlijk onge- troost vertrekken. De dood van Dr. Sagemehl, te Amsterdam, blijkt van eene noodlottige vergissing het gevolg te zijn. In plaats van een geneesmiddel voor de maag, dat hij wilde innemen, nam hij bij ongeluk sublimaat (eene zeer gevaarlijke kwikverbinding), met het treurig gevolg, dat hij weldra onder hevige pijnen overleed. Op het eiland Terschelling heeft onlangs bij de voorbereidende werkzaamheden voor een gebouw ten behoeve van het loodswezen, een treurig on geluk plaats gehad. Nadat een put was gegraven en men juist wilde beginnen met het metselwerk aan den binnenkant, ontstond plotseling een sterke beide mannen; niemand kon goed aan het onver- wachte geluk gelooven. Toen stond de vreemdeling op, zette de armen in de zijde en riep z/A oor den duivel, ben ik dan ginds onder de Yankees zoo zeer veranderd, dat mijn beste vrienden mij niet meer kennen? Kijk mij eens goed aan, ik ben Huisman, die gekomen is om alles weer goed te maken, voor zoover dat mogelijk is. Kom, geef mij de hand en laat alles vergeven en ver- geten zijn." En voordat Hendrik het kon verhinderen, drukte hij hem aan zijn borst. Toen moest Huisman vertellen. Hij was in de nieuwe wereld gelukkig geweest, had handel gedreven in koren en was daardoor een rijk man geworden. Het verlangen naar het geliefde vaderland, maar hoofdzakelijk de wensch om zijn verarmden vriend het verlorene terug te geven, brack - ten hem naar het geboorteland terug. Voor veertien dagen was hij te Amsterdam aangekomen, had heimelijk onderzoek en moeite gedaan om Hendrik's vroegere bezitting voor hem te koopen. Ma..n.r de tegenwoordige eigenaar kon er niet van scheiden en dus had hij de hofstede gekocht, waarop Hendrik reeds verscheiden jaren werkte. z/Ik zelf deug niet meer voor den landbouw," zei Huisman eindelijk/;ik kan ruimschoots leven en zal in den omtrek een huis met tuin koopen en, als gij het toestaat, u dikwijls bezoeken." Allen drongen naar den Amerikaan om hem te danken, maar deze weerde hen bescheiden af. TEH NEUZEISCHE (IIIRAIT

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1885 | | pagina 1