I
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
Stremming passage Bruggen.
No. 2099.
Zaterdag 27 Juni 1885.
25e Jaargang.
AAHBESTESmG.
DE WATERKUUR.
FEUILLETON,
Binnenland.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,82£.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven-
busbouders.
ADVERTENTlEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters
worden naar plaatsruimte berekend.
Men kan zicb abonneeren tot bet plaatsen van 500 regels en meer per
jaar, tot veel verminderden prijs.
Ult bind verMchljnt Dinsdas- en Vrijda«;avond blj den uitsever P. J. V i SI DE i SI D E te Ter Neuzen.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
TER NEUZEN zullen op Diusdag;, 30 Juui 1885,
des voormiddugs 11 uren, in bet gemeentehuis
aldaar, in het openbaar, bij enkele inscbrijving,
in twee perceelen
AAN BESTEDEN:
le perceelhet maken van eene houten
beschoeiing langs de gemeen-
tehaven
2e perceel: het maken van eenen water-
keeringsmuur bij voornoemde
haven
beiden met bijlevering der noodige
materialen enz.
De bestekken liggen ter lezing op de gemeente-
secretarie en zijn aldaar, tegen betaling van f 0,50
per exemplaar, verkrijgbaar.
Aanwijzing zal geschieden op Zaterdag 27 dezer,
's morgens 11 uren.
Inlichtingen zijn te bekomen bij den gemeente-
bouwmeester.
Ter Neuzen, 18 Juni 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
Voor de uitvoerinsr van herstellingen, zal de
gemeenscbap voor R1J- en VOERTUIGEN zijn
gestremd
a. over de twee bruggen buiten de Axelsche
poort, van 1 tot en met 30 Juli a. s. en
b. over de brug buiten de Sassche poort, van
3 tot en met 15 Augustus a. s.
en dan kunnen plaats hebben
in het eerste geval, over de Waterstaatsbrug
naast den Zuidbeer, en in het andere, over de
brug op den Westbeer, en verder, in beide geval-
len, door de aansluitende bedekte wegen.
Ter Neuzen, 22 Juni 1885.
Burgemeester en Wethouders aldaar,
J. A. VAN BOVEN, Burgemeester.
J. DIELEMAN, Secretaris.
,/Ga nu been/' zei de directeur van het krank-
zinnigengesticht te L tot een student, die
aan de inrichting de hydropatische genezing praktisch
wilde bestudeeren ,/ga nu been en neem een half
dozijn natte lakeus en wikkel er den jongman in,
die van morgen is hier gekomen."
tfMoet het water heel koud zijn P" vroeg de
student, onwillekeurig rillende want het was Januari
en het vroor hard.
#Het moet worden aangewend in zijn natuurlijken
staat," antwoordde de professor met een vrieudelijk
glimlachje //en stoor u vooral niet aan het
tegenstribbelen, zelfs niet aan het hevigste verzet
van den patient, wie ook. De menschen hier,
denk er om, zijn niet wel bij 't hoofd; dus moet
ge van hunne zonderlinge gedragiugen maar volstrekt
geen notitie nemen. Het jongmensch, 't welk ik
nu onder uwe behandeling stel, zult ge vinden
in No. 4."
Geheel verdiept in de beschouwing van de kracht
des waters, ging de adspirant-dokter heen om de
aangeduide kamer op te zoeken.
Hij vond ze weldra en tegelijkeen jongmensch,
ongeveer van zijn eigen leeftijd, die, hoe wel eenigszins
bleek van gelaatskleur, in zijn uiterlijk geen enkel
spoor van ziekte verried. Deze beantwoordde den
groet van den binnentredende met een lichte
IPolitiefa; Overzicht.
In Londen ondervindt men ook al, dat afbreken
gemakkelijker gaat dan opbouwen. Roepstemmen,
die als marktgeschreeuw klinken, luide bijvals-
betuigingen over een geleden echec zijn er op een
oogenblik genoeg, ieder weet te zeggen hoe het
niet moet; maar komt het er op aan te moeten
zeggen hoe het al moet, dan maken de hardste
schreeuwers dikwijls een zot figuur. De Ministerieele
crisis in Engeland levert van een en ander een
voorbeeld. Nu het kabinet Gladstone gevallen is
en de gevorderde verzekeringen aan Salisbury niet
wil geven, zit de aanstaande Premier met de
handen in het baar. Zou Salisbury nog van hot
Ministerschap moeten afzien, ofschoon de handkus
is gegeven, en zou het oude kabinet, zonder Spencer
en Hartington, weer moeten optreden Heeft Salis
bury zijne eischen tot medewerking ook zoo hoog
gesteld, dat eene weigering moest volgen, om op
eene fatsoenlijke manier van de weinig begeerlijke
taak ontslagen te worden? Is de heele historie
ook een spel om een paar lastige collega's op een
eervolle wijze aan den dijk te zetten? Wij weten
het niet.
Nog is de rust aan de Hudsons-baai niet
hersteld; nog deugt de toestand in Afrika's zuid-
punt niet, en behooren confliclen met de Boers
volstrekt niet tot de onmogelijkheden, vooral sedert
het Transvaalsche land meer en meer ter prooi
wordt aan onderlinge verdeeldhedennog geven
de brutale Engelsche visschers, die meenen den
bezem in den mast te kunnen voereu, dikwijls aan-
leiding tot dispuut met bevriende mogendheden
en eenmaal tot iets meer dan dispuut, zoo ze
aanhouden met het vernielen van het vischtuig
der vreemde collega's; nog schrijdt Bismarck met
zijn invloed voort en laat zelfs Duitsche munt in
Korea slaan. T Zijn diugen van gewicht en een
Minister, die het roer neemt, moet rekening maken
met al die zaken en zaakjes.
Kon de oude Grant het zwaard hanteeren, hij
zou misschien een einde helpen maken aan die
verwoestende krijgstochten van een paar generaals,
die met hunne partijgangers beurtelings de steden
in Bolivia brandschatten of plunderen. In Zuid-
Amerika schijnt geen enkele staat te zijn, die bij
machte is aan dien middeneeuwschen toestand een
einde te maken. Wie weet of nog niet eenmaal
een Duitsch eskader op de Zuid-Amerikaansche
kusten verschijnt, waardoor de jaloezie van de groote
Noord-Amerikaansche Republiek zoodanig wordt
opgewekt, dat ze do handeu steekt in de on-
beredderde Spaansche nalatenschap, en dat het
geen tijd is dat een sterke hand er tusschen ge-
stoken wordt, zal niemand zeggen.
In de oude wereld leven wij thans in een
hoofdbuiging die vrij duidelijk beteekendeWat
komt gij hier doen
Onze debutant-dokter bemerkte al dadelijk, dat
het bij dezen patient niet recht pluis was in de
bovenverdieping en dienovereenkomstig nam hij zijn
maatregelenzonder zich verder te bedenken, draaide
hij de deur op slot en stak den sleutel in zijn
zak. Deze handelwijze had tengevolge dat de
patient de oogen wijd opensperde en den bezoeker
allesbehalve minzaam aankeek.
//Wees zoo goed, mijnheer, mij te zeggen waarom
u de deur op slot draait," zei hij eindelijk, zijn best
doende om kalm te spreken.
z/Om zeker te zijn dat niemand ous komt storen
z/En waarom wenscht gij in mijn kamer door
niemand gestoord te worden?" vroeg de patient op
vrij stroeven toon.
/,Ik ben voor het oogenblik belast met het
toezicht in dit gedeelte van de inrichting," zei de
ander, om den patient het noodige ontzag i.i te
boezemen.
z/Loop naar den dwas het vriendelijk
antwoord, dat van weinig ontzag getuigde.
z/Ik verzoek u, mijnheer, niet te vloeken, maar a
gereed te maken om mijn behandeling te ondergaan."
z/Uw behandeling!"
z/Juist. Trek uit!"
z/Trek uit?"
i/Ja.; trek uw kleeren uit, bedoel ik."
„Ik?"
z/Ge schijnt me zeer zwak van begrip."
ffEn wat zijt ge van plan uit te voeren?"
tijd van verkiezingen en stemmingen, waardoor
veel beweging wordt veroorzaakt en menig
ouedele hartstocht opgewekt. In Brussel hebben
de radicalen het gewonnen bij de keuze van een
lid voor de provinciale staten, en in Frankrijk
zullen de brieven van Courbet zelfs dienst doen
bij de aanstaande verkiezingen, wijl ze zullen
gebezigd worden als stormrammen tegen het vorig
Ministerie, dat volgens Courbet een verachtelijke
rol heeft gespeeld in de verwikkelingen met China
en hem belet met gunstig gevolg zijn plicht te
volvoeren om de Chineezen te doen krommen.
Uit des admiraals brieven blijkt, dat hij steeds
gewenscht heeft meer doortastend te willen han-
delen, maar hierin door het Ministerie verhinderd
werd. De komst van generaal Milot was voor
hem eene terugzetting, en het werkeloos moeten
liggen van het escader op hoog bevel een nood-
lottige order.
We moeten ten slotte nog vermelden, dat
Bismarck begrepen heeft om een kleinzoon van
Wilhelm in de plaats van Manteuffel te. benoe-
men. Of de Elzassers beter met een Duitschen
Prins dan met een Germaanschen veldmaarschalk
in hun schik zullen zijn, is zeer te betwijfelen,
maar de overwonnelingen moeten met Harpagus
zeggen, toen zijn vorst hem het vleesch van
zijn eigen zoon ten eten gaf en hem daarna
vroeg hoe de maaltijd was bekomen//alle spijs,
die de Kouing ons voorzet, moet ons aangenaam
zijn." Maar gelijk Harpagus terzelfden tijd wraak
zwoer tegen den onmensch, zoo gloeit ook in het
hart van Elzasser en Lotharinger steeds een vouk,
die stellig eens in laaie vlam zal uitbreken zoodra
het oogenblik daarvoor gunstig zal zijn. De bewo-
ners van dien linker rijnoever zijn nu eenmaal Fran-
schen in hun hart, Frankrijk is hun vaderland.
De Brusselsche correspondent der N. R. Ct.
en ook die van de Kolu. Zeit. vernamen, dat er
van het bezoek van den Koning der Nederlanden
aan de Ant.werpsche tentoonstelling niets zal komen
Koning Willem III heeft, tijdens zijn bezoek te
Brussel, wel is waar beloofd, ter gelegenheid der
Antwerpsche tentoonstelling opnieuw naar Belgie
te zullen komen, maar hij heeft er bij gevoegd:
iudien zijne gezondheid het hem verguunen zou.
De Koning zou thans, in antwoord op eene tot
hem gerichte uitnoodigiug, aan Koning Leopold
hebben doen weten, dat hij van de uitvoering
van zijn voomemen, om naar Antwerpen te komen,
moet afzien wegens zijn gezondheidstoestand, die
hem niet vergunt zich aan buitengewone ver-
moeienissen bloot te stellen.
,/U achtereenvolgens in zes natte lakens te
rollen; u een flink stortbad te geven, met de
voeten in het koud water; uw hoofd ook in een
nat laken te wikkelen en dan
Vergun me u te zeggen, mijheer, dat ik volstrekt
niet gestemd ben om met me te laten gekscheren
derhalve wees zoo goed uw biezeu te pakken viel
de patient hem nijdig in de rede.
.Trek uw kleeren uit, dan zijt ge een beste
jongen," zei de jonge water—dokter op sussenden
toon.
i/ Wil je maken dat je weg komt, of ik gooi je
het raam uit 1" riep de patient woest.
z/Kom, laten we verstandig zijn! Ge zijt hier
gekomen om genezen te worden en de professor
heeft de behandeling van uw bizonder ziektegeval
aan mij toevertrouwddus laten we terstond
beginnen. Hier zijn, zooals ge ziet, de middelen
die behooren te worden aangewend: koud water,
lakens, enz."
z/Zijt ge een gek of een grappenmaker?" vroeg
de ander grimmig.
z/Ik ben een zeer bescheiden volgeling van
I riesnitz, den apostel van de waterkuur, en ik
hoop, onder 's hemels zegcn, het middel te zijn
om u in t bezit eener volmaakte gezondheid te
herstellen. Maak u gereed voor de natte lakens."
z/Ge zijt voor mij totaal een vreemdeling, zei
de patient, en 't schijnt wel dat gij onbekend zijt
met het feit dat ik een der hoofdeu dezer inrichting
ben."
De student had wel eens gehoord, dat er geen
Woensdagmorgen om 10 uur brak een felle
brand uit in de Sint Anthoniebreestraat te Amster
dam, en wel op de derde verdieping, ten gevolge
van het springen van een petroleumtoestel. De
brandende vloeistof verbreidde zich snel door het
vertrek, zoodat de bewoners niet aan blusschen
denken konden. Het huis was door vijf gezinnen
bewoond. Het bovengedeelte van het perceel is
geheel uitgebrand, en het overige gedeelte kreeg,
evenals de belendende huizen, veel waterschade.
Uit den kelder van het naastgelegen huis (eene
slachtplaats) werden spoedig eene eenige koeien
gehaald, die door den rook dreigden te stikken.
De brandweer werkte met 3 stoomspuiten en eene
handspuitde drijvende stoomspuit „Jan van der
Heijde" was op weg, doch behoefde geen hulp te
verleenen. Ten 12 ure rukte het materieel voor
het grootste gedeelte weer in. De burgemeester
was zeer spoedig op de plaats des onheils.
Volgens de Amst. Ct. is Maandag de instructie
aangevangen tegen Van Ommeren te Amsterdam,
die verdacht wordt de bekende opruiende biljetten
te hebben aangeplakt. Er zouden echter geen
termen zijn om de zaak verder te vervolgen.
Dinsdagmiddag kort voor half twee brak brand
uit in het benedengedeeite der Ned. stoom—sigaren-
vormen— en kistenfabriek aan de Keizershofkade
no. 2 te Dordtrecht, welke, gevoed door den grooten
voorraad bewerkt en onbewerkt bout, zoo spoedig
in kracht toenam, dat te 2 uur het geheele gebouw
een vuurpoel vertoonde en het bovengedeelte der
daarvoor gelegen blokmakerij van den heer A.
Bouman Az. aan de Prinsenstraat, alsmede de aan
de tegenoverzijde der Groote Kalkstraat liggende
gebouwen door de vlammen waren aaugetast.
Zeer spoedig waren alle slangbrandspuiten, de
beide stoompuiten en de haspelwagens der hoogdruk-
waterleidin^ op de plaats des onheils aanwezig en
aan de doelmatig aangewende krachtige hulp dezer
gezamenlijke bluschmiddelen is het te danken, dat
men reeds te 3 uur den brand meester was en te
4| uur geheel gedoofd had, zoodat toen de ver-
schillende spuiten konden inrukken.
De oorzaak van den brand is onbekendpersoon-
lijke ongelukken hadden er niet bij plaats.
De fabriek, waar de brand ontstond, is geheel
uitgebrand. Het gebouw was niet geassureerd;
de machinerieen en de vooraad hout en gereed-
schappen voor 13,000 bij verschillende Nederl.
maat schappijen.
De aangrenzende pakhuizen Noorwegen en
Koppenhagen, nos. 4 en 6 aan de Keizershofkade,
waarvan het bovengedeelte geheel door het vuur
werd vernield, dienden tot bergplaats voor 120
a 150 lasten tar we van den heer A. R. van de
Weg. Door het instorten der zolders werd van
beter midddel is om van gekken iets gedaan te
krijgen, dan hun gelijk te geven. Zoo" deed hij
en antwoordde vriendelijk „Ik weet dat gij een
man van gewicht zijtmaar dit doet in het onder-
havige geval niets af, noch bewijst dat ge niet
overeenkomstig de regels der inrichting moet be-
handeld worden."
Intusschen had hij de lakens gereed gemaakt,
waarin de zieke man zou gewikkeld worden en
het ijskoude water droop hem tusschen de vingers
door.
De patient scheen tot andere gedachten te komen,
want hij begon zijn jas uit te trekken; maar onze
dokter in den dop kon zich niet ontveinzen, dat
er iets dreigends in de uitdrukking zijner oogen
was. Het kleedingstuk werd driftig opdeleuniDg
van een stoel geworpen, waarna zijn eigenaar op
onheilspellende wijze zijn hemdsmouwen begon op
te stroopen. De dokter—student kreeg eenig ver-
moeden, dat 's mans bedoelingen niet bizonder
vriendschappelijk waren, en in de onzekerheid hoever
zijn waanziu hem wellicht zou voeren, meende hij
geen oogenblik meer te mogen verliezenweshalve
hij het natte laken opensloeg, eensklaps vooruitschoot,
het den patient over het hoofd wierp en toen zijn
slachtolier beide armen omklemmende, hem tot
zijn gevangene maakte. De man was voor het
oogenblik hulpeloos en op het punt van te stikken,
terwijl het ijskoud element, dat een Januaritem-
peratuur had, hem langs de leden liep en het merg
in zijn gebeente deed verstijven.
De arme man, die zijn toestand bizonder on-
V.
•i!*
TEI IVEIIZENSCHE (OlIRANT