Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
No 2072.
Woensdng 25 Maart 1885.
7 JOMROnff DE PBESMSS.
d
I -<
25e Jaargan^.
Binnenland.
Buitenland.
Gemengde berichten.
M
4
4
A
Uit Wageningen meldt men nader omtrent
den moord: Zaterdag zijn 13 personen van hier
als getuigen te Arnhern gehoord, voornamelijk oin
te zien of de bij Aalten gearresteerde W. Egeling
dezelfde is, die zich op Zondag en Maandag jl.
hier ophield Hoe wel Egeling thans zijn snor
mist, herkenden de meesten hem terstondde
verdachte herkende ook den tramconducteur Jonker
en bekende, Zondag en Maandag te hebben gereisd
met de tram, waarin zich die conducteur bevond.
Hij blijft echter met de meesle kalmte de misdaad
ontkennen en geeft vrij goede uitleggiugen aan
bezwarende feiten, die tegen hem worden aangevoerd.
Het bloed aan zijn hand, wenkbrauwen en
kleeren is, naar hij opgeeft, veroorzaakt door een
ketting bij het stappen in de tram. De opgaaf,
waar hij van Zondag op Maandag gelogeerd heeft,
kwarn niet met die van de getuigen overeen.
Tegen gisteren waren op nieuw verschillende
personen gedagvaard uit Wageningen en Beimekom.
In laatstgenoemde plaats heeft E. naar een bar-
bier gezocht en in een winkel een horlogeketting
gekocht en 2^ eentstukken gewisseld.
Uit het feit, dat E. bekent te Wageningen te
zijn geweest en herkend is door hen, die hem aan
de deur bij den vermoorde hebben gezien
alsook door de knoop, die van zijn jas wordt ver
mis!, en bij het lijk van Jansen werd gevonden
blijkt vrij overtuigend, dat men den werkelijken
schuldige in handen heeft.
Aan den kantonrechter en den kommissaris van
politie te Wageningen kcmt alle lof toe voor de
buitengewoon ijverige pogingen, terstond na den
moord tot opsporing aangewend.
Onlangs werd gemeld, dat de hoofdcommissaris
van politie te 's Gravenhage, de heer Van Scherm-
beek, zich naar Ostende had begeven, om de be-
handeliug bij te wonen van de klachten, door
Nederlandsche visscbers ingebracht tegen Belgische,
wegens belemmeringenvan dezen ondervonden
tijdens het uitoefenen der visscherij in de Noordzee.
De kantonrechter van Ostende had te oordeelen
over klachten, zoowel van Engelsche als van Noord-
wijksche, Scheveningsche en Vlanrdinger visschers.
Door het O. M. waren de geheele bemanningen
der visschersvaartuig'.-n gedagvaard. De kanton
rechter heeft echter bij zijn vonnis de stuurlieden
of schippers als chefs der visschersvaartuigen straf-
rechtelijk alleen verantwoordelijk gesteld en hen
wegens opzettelijke benadeeliug veroordeeld tot
boeten van 10 tot 25 francs Dit is de eerste
beslissing, die door een Belgischen rechter genomen
werd, op groud van de internntionale overeenkomst
tot bescherming van de visscherij in de Noordzee.
Naar aanleiding van den moord, waarvan de
heer Sukurada het slachtoffer is geworden, schrijtt
de briefschrijver uit de hofstad van de Arnh. Ct.
De Japansche diplomaten zijn niet gelukkig in
hunne Haagsche amours. Een paar jaar geleden
werd de secretaris dier legatie in een slecht huis
dronken gemaakt en letterlijk van alles, wat hij
niet aan de natuur te danken had, beroofd; de
nachtpolitie vond hem, van alle teekenen van waar-
digheid en identiteit ontdaan, volkoinen onherken-
baar en bewusteloos, op eene bank op het Plein
liggen. Den volgenden dag, toen de roes uitge-
slapen was, kon de diplomaat zich doen herkennen.
De dames, die hem zoo hadden toegetakeld, kregen
FEUILLETON.
//Een engel I" mompelde hij. //Ha, soupebien
Een lief klein hartje! Acht en een halve maand,
niet waar?"
z/Acht maanden en negentien dagen, mijnheer
de markies!"
Bechameil was buiten zichzelf van vreugd.
Goe morgen, mimi," zeide hij terwijl hij zijn
kip teeder liefkoosde, //mimimimimimi, goe mor
gen, goe morgen, liefje!
Ha, Badot, BadotVeutrebien Tricambien
Wat een lievert. Sinds het begin van de wereld
heeft men nog nooit iets zoo volmaakts gezien!
En joukvrouw De Presmes zelf"
Hij speelde met zijn kipje, waarbij hij allerlei
gezichten sneed, en in een oogenblik vol wanorde-
lijken hartstocht ontroofde hij aan het dier een zoen.
Arme doode kip
z/Laat nu de Manceaux maar eens opkomen
riep hij, terwijl hij zijn katoeuen muts dwars zette.
z/Laat ze nu maar eens opkomen met liun verminkte
kapoenen, welke dikke vetheid, zooals ik altijd heb
gezcgd, inderdand een ziekte mag heeten."
z/Dat heeft mijnheer de markies altijd gezegd,"
bevestigde Badot. //Niet waar, Barnache!"
z/Altijd en eeuwig I" antwoordde de k imerdienaar.
huisvesting en voeding van Staatswege, echter
met verlies van de vrijheid, waarvan zij misbruik
hadden gemaakt, voor zes jaarde legatie-
secretaris werd verplaatst.
Ten gevolge van de crisis, die thans in de
suikerindustrie heerscht, hebben de heeren Van
Campenhout Co., suikerfabrikanten te Oosterhout,
besloten de volgende suikercampagne niet te werken.
Men wil, dat onze Regeering heeft besloten
van Nederland's belangstelling in de Antwerpsche
tentoonstelling te doen blijken, door zich, op den
openingsdag, in de haven van Antwerpen te doen
vertegenwoordigen door verscbeiden oorlogsvaar-
tuigen, met name de korvet Marnix en de brik
Castor..
In het Oudezijds Heerenlogement te Amster
dam is te bezichtigen de verzameling postzegels
e. d., welke de Amsterdamsche vereeniging van
postzegelverzamelaars plan heeft naar Weenen te
zenden, waar binnenkort eene tentoonstelling op
dit gebied zal worden geopend.
Volledige of nagenoeg volledige verzamelingen
van postzegels, postkaarten, postcouverts, postwissels,
in 't kort al die middelen van het postverkeer,
welke, vroesrer nagenoeg onbekend, thans onmisbaar
zijn geworden in den maatschappelijken gang van
zaken, treft men hier aan.
De collectie is voor Nederland geheel compleet.
Zij heeft de oudste zoowel als de nieuwste uitingen
op dit gebied. Dit is ook het geval met Neder-
landsch-Indie. Dan treft men belangwekkende
verzamelingen aan van de kolonien Suriname en
Curagao, van Luxemburg en Oranje-Vrijstaat, ter
wijl ook de collecties van Belgie, Erankrijk en,
zij no kolonien, Brunswijk, Japan, Amerika enz.
veel bieden, dat zelfs den niet-liefhebber belang
inboezemt.
Ook ziet men uit deze inzending, dat Nederland
in het postverkeer nog wel van andere landen iets
zou kunnen overnomen, dat practisch is. De
Weener kaarten bij v., waarop men per post zijne
belasting kan betalen, zijn zeer doelmatig.
Natuurlijk is de verzameling ook verscheidene
typen en u n i c a rijk, zooals misdrukken, of post-
postzegels en briefkaarten, welke slechts kort be-
stonden; exbriefkaarten van 15 en 12£ ct. van
Suriname, zonder overdrukeene Nederlandsche
briefkaart voor buitenlandsch verkeer, waarvan
slechts 750 exemplaren zijn gedrukteen Roode-
kruis-zegel uit den Atjeh-oorlogAmerikaansche
postzegels, die als dagelijksch betaalmiddel dienst
deden een als brief kaart gebruikt Zweedsch lucifers-
doosje; postzegels uit de Commune, in't kort:
te veel om hier te vermelden. Zeker is, dat de
Nederlandsche inzending op de Weener tentoon
stelling een zeer goed figuur zal maken.
De onlusten in de Belgische mijn-districten
nemen weder toe. Te Wasmes zijn 1800 brooden
ontvangen, als geschenk van de Gentsche socia-
listen; te Paturages een wagon aardappelen uit
Duitschland.
Te Frameries zijn een zestigtal werkliedeu door
de werkstakers uit Sars-la-Bruyere verhinderd
hun werk te doen. De gendarmerie heeft den
aanval trachten af te slaan, maar zou het onder-
spit gedolven hebben, als niet de troepen haar
te hulp gekomen waren. Deze veegden het ter-
,/Laat ze maar eens opkomenIk daag ze uit
Bah, die kapoenen! Watten en olie! Sponzen in
reuzel gedooptWat houdt hen staande, die roovers
van een goeden naam? Wat? Een vooroordeel."
„Een laag vooroordeel zei Badot.
z/Eeu ongelukkig vooroordeelwaagde Barnache
te zeggen.
z/Een stom vooroordeelDat is het woord."
Ha riepen Salomon en Barnache, dat is
het woord I"
z/Goe morgen, mimi I" zei Bechameil, die weer
zachter gestemd word, nu hij naar de kip keek,
z/goe morgen, mijn mimimimimimiHebt gij al
ontbeten? Zie, Badot, dat is de Yenis de Medicis
onder de vogelsWelk een fraaie rondingWelke
schouders! Jonkvrouw De Presmes is wel mooi,
maar deze houding
z/En hoe bekoorlijkriep Salomon.
Barnache sloeg zijn handen maar ineen, alsof
hij geen woorden kon vinden, die plechtig genoeg
waren voor de uitdrukking van zijn ontroeriug.
z/Wil mijnheer de markies zelf het toilet maken
vroeg Salomon.
z/Ik geloof van ja," antwoordde Bechameil. //Ik
zal die bekoorlijke Arsena wel plukken. Ik noem
haar Arsena, Salomon, naar een persoon, die mij
in mijn jeugd dierbaar was. Ik zal haar een schijntje
van spek geven Niet te veel, niet waar
uMijn meening is," antwoordde Badot, //dat
Arsena heel goed spek kan missen."
rein schoon en verhinderden het plunderen der
woningen, waarmede de werkstakers reeds begon-
nen waren.
Eene deputatie, bij den burgemeester van Far
meries toegelaten, verzocht hem, eene al was het
slechts geringe verliooging van loon te beloven.
De bnrgemeester antwoordde dat, uithoofde der
crisis, zelfs de geringste verhooging van loon on-
mogelijk was, en slechts met opofferingen van de
zijde der eigenaars het werk werd voortgezet.
De aanhoudende slapte in het werk, die
zich tot in Amerika doet gevoelen, heeft onlangs
aanleiding gegeven tot het bespreken van een
kwestie ook in andere landen niet onbekenddie
van den arbeid door gevangenen. Natuurlijk komt
het verzet van den kant der werkliedeu die de
gevangenen voor //onderkruipers" uitmakeu. In
de Vereenigde Staten werkt de crimineel veroor-
deelde voor den allerlaagsten prijs in concurrentie
met den allerhoogst betaalden vrijen werkman.
Een Amerikaansch blad maakt hierbij de opmerking
dat den gevangenen een handwerk moest geleerd
worden, niet om in de gevangenis met eerlijke
meuschen op oneerlijke wijze te concurreeren, maar
om later op eerlijke manier zijn brood te kunnen
verdienen.
Terwijl een achttienjarig meisje de kerk van
Caltanissetta binnentrad en haar vingers met wij-
water bevochtigde, naderde haar een man, die
haar twee dolksteken in de borst toebracht.
Jalousie zou de oorzaak zijn geweest. De dader
ontkwa'm. Zijn slachtoffer verkeert in levensgevaar.
Door het gerechtshof van Palermo is een
28jarige vrouw tot levenslange gevangenisstraf
veroordeeld, die de minnares van haar man gedood
en daarna het lijk in stukken gesneden en in een
afgrond geworpen had.
In Duitschland wordt groote belangstelling
getoond in het lot van de vrouwen en kinderen
der mijnwerkers, die in de mijn te Camphausen
het leven verloren. Van alle ksnten komen bij-
dragen, ten einde te voorzien in de behoeften der
weduwen en weezen, die door de ramp van hun
kostwinner zijn beroofd. Tot dusver zijn gevonden
159 lijken, 15 gekwetsten, die in het lazareth
worden verpleegd en 51 levenden. Van deze
laatsten zijn nog twee personen bezweken. Het
gerucht werd verspreid, dat door een tweede ont-
ploffiug nog 120 der redders omkwamen, maar van
officieele zijde werd dit bericht terstond tegenge-
sproken, daar na de eerste ramp geen verdere
ongelukken plaats vonden. Van de mijnwerkers,
die tijdens de ramp in de mijngaugen waren, zijn
nu nog 14 personen, ondanks alle nasporingen,
niet gevonden. In het Berliner Tageblatt wordt
het voorstel geopperd om van het Bisinarck-fonds
dat wordt bijeengebracht om bij gelegenheid van
zijn geboortefeest ter beschikking van den kanselier
te worden gesteld, een gedeelte af te zouderen tot
ondersteuuing der betrekkingen van de verongelukte
mijnwerkers.
In de Koln. Zt. komt een uitvoerig bericht
voor aangaande de Industrie, de stoomboot, die
het regelmatig goederenverkeer tusschen de Rijn-
steden en de Engelsche havens, binnen door, geopend
heeft. Het schip behoort aan de Badensche schroef-
stoombootvaart-maatschappij en is door de heeren
L. Smit Zoon te Kinderdijk gebouwd. Het is
bij Lloyds le klasse geregistreerd.
//Even als een schoone blanketsel kan missen,
Salomon."
Salomon glimlachte. Barnache lachte luidkeels.
Bechameil had spijt over de afwezigheid van
jonkvrouw De Presmes, die zijn fijne geestigheid
naar waarde geschat zou hebben.
De brave Bretagners, welke dien dag aan het
bureau van mijnheer den intendant van de belastingen
kwamen, deden als Tauchettezij meenden, dat
mijnheer de intendant zich met gewichtige werken
bezig hield.
Zij vergisten zich niet. Mijnheer de intendant
plukte Arsena in de stille geheimnis van zijn kabinet.
Ondertusschen doolde Olivier-Tousaint-Constant-
Hilaine enz., door de stad met zijn lang rapier,
zijn overrijpen jas en zijn kalen vilten hoed.
De arme mooie jongen zocht, zoo hard hij kon,
naar de tienduizend pond, welke de vervolging van
Bechameil moesten stuiten.
Tienduizend pond, wanneer knechts u een slecht
gekleed edelman noemen!
Arme OlivierZijn vrienden hielden zeer veel
van hem, maar tienduizend pond!
Tegen het midden van den dag ging hij op een
steenen bank bij het stadhuis zitten, en hij overwoog,
of hij zich maar dadelijk zou gaan verdrinken, of
dat hij tot den volgenden dag zou wachten.
Een paar honderd kronen had hij gekregen.
En nog maar met zeer groote moeiteMen had
hem viervlot uitgelachen met zijn tienduizend pond.
Te Keulen werd het schip op zijn eerste vaart
van Londen met plechtigheid ontvangen. Trouwens
overal trok de verschijning van het hooge zeeschip
op den Rijn de aandacht. Toen het Keulen naderde,
werden electrische lichten in de mast geheschen
en begroette het de stad met drie kanonschoten.
De ontvangst in de haven was zeer feestelijk.
Tal van autoriteiten waren tegenwoordigeen
Commerzienrath gaf zijn ingenomenheid met de
plechtigheid te kennen door een Hoch op den
Keizer in te stelleneen andere Commerzienrath,
voorzitter der Keulsche Kamer van Koophandel,
dronk op den president van den raad van toe-
zicht der maatschappij, dtn heer Wahl te Rotterdam,
dien hij den vader noemde van het nu zoo ge
lukkig tot uitvoering gekomen denkbeeld.
De Industrie vaart om de tieu dagen van Keulen
naar Louden en omgekeerd.
Lord Reay is bij zijn afscheidsbezoek aan
Nederland geslaagd in een onderhandeling met
het Ministerie van Oorlog over den afstand of
verkoop van het oude vaandel van de beroemde
z/Schotsche Brigade." Onder welke voorwaarden
de Nederlandsche overheden besloten, lord Reay
zijn verzoek toe te staanis niet bekend;
doch na zeer vele moeielijkhedeu te hebben over-
wonnen gelukte het hem, en het vaandel is thans
in handen van den Lord-Provost van Edinburgh.
Lord Reay heeft daarmede niet alleen aan de
zoo bij uitstek vaderlandslievende Schotten een
grooten dienst bewezen, maar de zaak ging hem
ook persoonlijk ter harte, want de geschiedenis
van de Brigade is zeer nauw vermengd met de
geschiedenis zij ner familie de Mackay's daar
meer dan een der familieledeu op verschillende
tijden het opperbevel over dat regiment voerde.
De Brigade was reeds bij de stichting van de
Hollandsche Republiek behulpzaam. Het regiment
maakte een gedeelte van het leger uit, waarmede
Willem HI in 1688 in Engeland landde, streed
voor het Huis van Oranje te Killiecrankie, in
Schotland, en te Athlone en Aughrim, in Ierland,
stond Willem bij in zijn strijd met Lodewijk
XIV en onderscheidde zich bij vele beroemde
veldslagen.
Niet minder dan 181 sollicitanten hebben zich
te Arnhem aangemeld voor de betrekking van
administrateur—boekhouder in den cooperatieven
winkel van Eigen Hulp. Iemand te Wanneper-
veen bezit een tammen otter. In den vorigen
zomer ving men het beest, toen het nog zeer
klein was. Dagelijks gaat het dier in het water.
Te Nieuwerkerk (Duiveland) is in eene sloot het
lijkje gevonden van een kind van het mannelijk
geslacht. De justitie doet onderzoek. Eenige
schippers te Tholen hebben het recht op een per-
ceel dat zij tot 1892 a, f 65 per jaar in pacht
hadden, aan eenige heeren overgedaan voor ruim
f 22000. Een visscher in den IJpolder ving
jl. Vrijdag een snoek van 20 pond en bijna een
meter lang. En dat iu den verboden tijdEr
is een epidemie uitgebroken onder de Friesche
veldmuizen, hetgeen de landbouwers natuurlijk een
zeer verblijdend verschijnsel achten. Als eene
opmerkelijke bizonderheid leest men in de statis-
tieke opgaven van Venezuela over 1884, dat daar
Terwijl hij zat te peinzen, reed de koets van
mijnheer den president voorbij. Aline stak haar
hoofd door het portier, en het bekoorlijke kind, dat
wel kon denken, dat het misschien een laatste
vaarwel was, gaf met haar bekoorlijke hand den
vliegenden zoen terug, welken Olivier haar dien
morgen had toegezonden.
Olivier stond fier en trotsch op. Hij keek
verachtelijk naar de steenen bank; hij zette zijn vilten
hoed op een oor, en hij sloeg den weg in naar het
hotel, dat mijnheer de Bechameil bewoonde.
De koets van mijnheer den president De Presmes
bleef voortrollen. Het frissche toilet van Aline moest
dubbelen dienst doen. Er zou eerst nog een bezoek
worden afgelegd bij mevrouw de markiezin De
Coetlogan, de echtgenoote van mijnheer den luitenant
des konings.
Aline was treurig, al speelden er blauwe klokjes
vroolijk in haar blonde haren. De markiezin zei
tegen den president: ,/Onze dierbare lievelinge
danst niet genoeg."
Aline wilde glimlachen, maar de tranen schoten
in haar oogen.
Zij dacht aan Olivier
De verkeering van de beide kinderen was geen
groot spektakelstuk, in hetwelk geknarst, gehuild
en gestuiptrekt moet worden. Er was volstrekt
niets overdrevens in hun wederzijdsche genegenheid,
welke alleen aan de wettige huwelijksvreugd deed
denken. Maar zij bemiuden elkander vurig. Zij
van de Ter Heuzensche Courant