Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 2030. Woensdag 29 October 1884. 24e Jaargang. DE V1SSCHER EN DE BANKER Binnenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor Nederland f 1,10. Voor Belgie f 1,40. Voor Amerika f 1,32^. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirecteuren en Brieven- bushouders. ADVERTENTIilN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elke regel meer 0,10. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Men kan zich abonneeren tot het plaatsen van 500 regels en meer per jaar, tot veel verminderden prijs. Itit lilad verschijnt Diusdag- cn Vrijdagavond bij den uttgever P, J(. VAN DE S A IN II E te Ter Neuzen. .folitieli Overzicht. Bij onze oostelijke naburen blijft nog ongemeene drukte heerschen in zake de aanstaande verkiezin- gen. Meetings en lezingen zijn aan de orde van den dag. De sociaal-democraten liouden zich in in de heele verkiezingsperiode buitengewoon kalm, maar de nationaal—liberalen en Duitsch-vrijzinnigen laten niets ongemoeid om de liberale volksmeetings in de war te jagen. In 161 districten wagen de nationaal-liberalen den strijd en terwijl de Duitsch— conservatieven voortdurend slechte berichten ont- vangen uit de provincien, zijn de voorstanders der middelpartij steeds vol moed. De kansen der liberalen zijn in de laatste dagen zeer verbeterd. Zij hebben het voordeel, niet te vroeg in het strijdperk te zijn getreden en hun kruit is nog niet verschoten. In de westelijke provincien zijn de katholieke kiezers wel te bewegen om liberalen te ondersteunen, maar niet om conservatieven te helpen. In Silezie daarentegen is het omgekeerde het geval, hetgeen hoofdzakelijk toe te schrijven is aan den adel, die agrarische belangen behartigt en dientengevolge het jonkerdom in de hand werkt. Dit verklaart, waarom in Silezie katholieke minderheden uitgenoodigd worden direct conserva tieven te kiezen, terwijl in het westen deze hulp onmiddellijk aan beslist liberalen ten deel valt. Terwijl in verschillende landen de Hoogerhuizen aangevallen worden, in Engelaud de radicalen eenen heftigen strijd tegen het Pairschap voerenin Prankrijk de Senaat in zijne samenstelling aange- tast wordt, is men in Hongarije reeds het verst gekomen. De- Magnatentafel, de lijst van leden voor het Hoogerhuis, zal herzien worden; de Mi nister Tisza heeft het ontwerp daartoe reeds in- gediend. De regeeringsbladen in Prankrijk doen zich alle moeite om de hevige uitvallen van de Pruisenhaters af te koelen. Gij kunt blijven voortgaan, zeggen ze, met uwe oostelijke naburen te verafschuwen gij behoeft Metz en Straatsburg en de bloedvlekkcn van Sedan niet te vergeten; gij moogt zelfs in stilte over uw revancheplannen blijven peinzen maar gij behoeft daarom uw eigen belang niet met voeten te treden. De Congo-conferentie blijft niet- temin velen Franschen een doorn in het oog. In de Kamer heeft de werkman-afgevaardigde uit Lyon een zot figuur gemaakt. De man toonde niets van de aanhangige zaken te begrijpen en werd door de gansche Kamer uitgelachen. De commissie van rapporteurs over de Tongkin- credieten heeft bijna eenstemmig besloten, dat eene grootere som dan die, door de regeering voorgesteld, zal moeten worden aangevraagd, teneinde tot eene definitieve oplossing van het vraagstuk te komen. Men zegt, dat de Fransche legerhoofden voor eene eventueele expeditie naar Peking een compleet legerkorps van 40,000 man van alle wapens vragen, FEUILLETON. ,/Kijk, daar is het. Misschien kan het u nog van dienst zijn bij het zoeken naar uw ouders. Een mooie vrouw, niet waar?" ging hij voort. //Er ligt in haar gelaat iets zachts en goeds, dat iemand treft. Zij heeft een moederlijken blik." George sidderde bij deze woorden. Hij had hetzelfde gedacht. ,/Achals zij mijn inoeder eens was!" h Dat heb ik altijd gedacht." /■/Mijn moeder. Ja, dat moet zij wezen O, dat portretje zal ik trouw bewaren, het zal altijd op mijn hart rusten." z/Dan is het op de rechte plaats," antwoordde Houton. //Maar het wordt al laat, en inorgen moeten wij vroeg op, als wij naar Tom Willems willen. Zijt ge vast besloten, dat gij met hem scheep wilt?" z/Ja vader." z/Tot morgen dan, en slaap wel." Maar George sloot den geheelen nacht geen oog, omdat hij te hevig ontroerd was. Zoodra de dag aanbrak, stond hij op. Hij verliet de hut, en ging peinzend aan het strand zitten op een rots, waar Marie, Houtons dochter, hem elken avond opwachtte, als hij van de vischvangst terug keerde. met twee pontontreinen, 8000 paarden, 120 veld- stukken, drijvende en land-ambalances voor 8000 patienten en een aantal kleine kanonneerbooten. De Chineezen laten den Franschen geen buit achter als zij het kunnen schikken. De kolenmijnen in de nabijheid van Ke—lang zijn op bevel van Bui- Ming—Chang door middel van buskruit verwoest en de steenkolen-depots zijn in brand gestoken. Dat is voor de Franschen een leelijke streep door de rekening. Misschien dat er spoedig een einde aan den oorlog, die niet verklaard is, komt, want de Chinees heeft geen duiten meer en ook geen krediet, daar de leening aan de //Honkong and Shanghai Bankis mislukt. Ook onder de afge- vaardigden gaan stemmen op tegen Ferry's houding in zake de expeditie. Georges Perin zeide, dat Ferry de Kamer had bedrogen, daar men in oorlog en omstandigheden was, die den Minister tot een schuldige maken. Hij wil vrede maken en Tongkin laten varen, omdat de voordeelen niet opwegen tegen de offers aan menschen en geld. De uiterste linkerzijde is volstrekt niet homogeen met de re geering, de rechterzijde zegt //boe noch bah." lntusschen is de Ministerraad het eens geworden om belangrijke versterkingen naar Tongkin te zenden. Admiraal Courbet heeft de haven van Formossa voor geblokkeerd verklaard. In Engeland zal men er geeu vrede mee hebben, dat men zich op de Berlijnsche conferentie over de Afrikaansche nederzettingen met den Niger zal bemoeien. John Bull zegt: //de Niger is ons." Prankrijk wil de nederzetting op de kust van Senegambie buiteu alle bespreking gehouden hebben en als nu Portugal op aanstoken van Engeland zijne exception opwerpt ten opzichte van den Congo, dan blijft er niet veel ter bespreking over. De nieuwe Chineesche gezant voor Berlijn, eenen, Rome en Den Haag, de heer Schutsin— tchen, is te Venetie aangekomen met 24 kaalkoppen in zijn gevolg. Ook vrouw en dochter zijn mee- gekomen om de tent in Berlijn op te slaan. Generaal Millot, uit Tongkin teruggeroepen, is te Marseille aangeland en verwelkomd door de hoofden der radicalen. Van het Koninklijk kasteel Berg in Luxem burg schrijft men, dat de gezondheidstoestand van Z. M. den Koning sedert Zijn komst in Luxemburg niets te wenschen overlaat. Verleden week heeft in de bosschen van Walferdange de eerste groote jachtpartij plaats gehad, waaraan Z. M. met vijf heeren van zijn huis deelnam. Des ochtends vroeg vertrok de Koninklijke jachtstoet per extra-trein van Berg naar Wal ferdange, waar het dejeuner gebruikt werd. Te De wind, die den geheelen nacht onstuimig was geweest, was bedaard. Een frissche bries woei nu, en deed de rosmariju langs het strand als beschroomd sidderen. Op de zee zag men nog eenig schuim, maar de golven rolden zacht tot aan 's jonkmans voeten. George bleef lang zitten peinzen. Een lichte stap, die het zand deed kraken, trok hem uit zijn gepeinzen. Hij hief zijn hoofd op, en herkende Marie. Het meisje zeide//Ik vind u toch eindelijk Maar is het waar wat men mij gezegd heeft? Wilt gij weg en ons verlaten?" z/Ik moet, Marie." z/Neen, dat is onmogelijk. Gij zult niet heengaan. En wat zal er van mij worden, als ik u niet meer heb om mij te beminnen, om mijn treurige dagen op te vroolijken. Denkt gij dan niet meer aan den tijd van onze jeugd, die zoo kalm was en zoo gelukkig z/Zal mijn vertrek u dan leed veroorzaken z/Vraagt gij mij dat George?" vroeg het meisje verwijtend. z/Vergeef het mij Marie. Maar ik ben ook zoo blij!" //Zoo blij?" z/Uw vader heeft mij alles gezegd. Ik ben uw broeder niet." Het meisje staarde hem verbaasd aan, en vroeg z/Zijt ge mijn broeder niet?" z/Neen." 5 uren 's uamiddags kwam de stoet op het kasteel Berg terug. Om den anderen dag maken HH. MM. met het Prinsesje des middags een rijtoer in de om- streken van Berg en op de dagen dat dit uit- stapje niet plaats heeft rijdt Z. M. met de heeren Graven Dumonceau en De Villers, den secretaris voor de zaken van het Groot—Hertogdom, terwijl dan H. M. de Koningin met de Hofdames van dienst een rijtoer maakt. 1'rinses Wilhelmina was eenige dagen geleden licht ongesteld. Onmiddellijk is een doctor uit Mersch ontboden, die verklaarde dat de ongesteld- heid van voorbijgaanden aard was. H. K. H. is dan ook nu weder veel beter, zoodat de doctor slechts nu en dan zijn visites herhaald. Het is zeker dat HH. MM. den 14 November naar de residentie zullen komen, doch nog niet zeker is het of HH. MM. daar zullen blijven, dan wel nog eenige weken op Het Loo zullen gaan vertoeven. De werkzaamheden aan 's Rijks-Munt te Utrecht zullen in het begin van November een aanvang neraen. Er zal gemunt worden voor 400,000 aan Indisehe 25-centstukken,/400,000 aan Indisehe 10-centstukken en f 100,000 aan Nederlandsche 10—centstukken. De N. Rott. Ct. ontving het volgende tele gram uit Londen dd. 25 October. Hedenmiddag had ik een gesprek met den beheerenden directeur van de Chatham-Doverlijn den heer Harris. Deze sprak de loopende geruchten tegen, dat de Vlis- singsche maildienst over Queensboro dadelijk ge- staakt zou worden. De Chatham-compagnie ontving geenerlei kennisgeving dat de Maatschappij //Zee- laud" voornemens is de dienst op Queensboro te laten varen. De reeds gemaakte retourbiljetten en schikkingen verhinderen eene wijziging voor het einde van het jaar. De heer Harris moest niettemin erkennen, dat de betrekkingen tusschen de Chatham-spoorweg-maatschappij en de Zeeland uiterst gespannen zijn, en dat waarscbijnlijk de verbinding met Queensboro spoedig zal verlaten worden. Hij klaagde bitter over het proces door de Zeeland tegen de Chatham-spoorweg-maat schappij ingesteld, dat eerstdaags behandeld zal worden. Bedoeld geding, door de Zeeland op on- aangename wijze, noodeloos en kostbaar gevoerd, acht liij de ware oorzaak der bestaande spanning. De Chatham-compagnie stelde voor om ook alle punten van geschil aan de scheidsrechterlijke uitspraak van den Nederlandschen gezant te Londen te onderwerpen, maar dit billijk voorstel bleef zelfs onbeantwoord. Een treurig ongeval heeft te Dordrecht plaats gehad. De geneesheer Dr. W. F. J. had onder zijne vele patienten een kind dat aan diphtheritis Up dit antwoord van George volgde eenig zwijgen. if W elriu, ik ben ook zeer blij!" antwoordde Marie eindelijk. //O, bemint ge mij dan ook, zooals ik u bemin, niet als een broeder!" riep George uit. ,/Heb dank voor uw woorden, Marie! Nu kan ik ver- trekken, omdat ik gelukkig genoeg ben voor drie jaren afzijns!" z/Maar is dat dan vast bepaald? Zult gij met Tom Willems scheep gaan //Ilet moet. Ik heb zelf aan Houton gevraagd, of hijln'J wilde laten gaan. En ben ik daarenboven niet als zijn zoon, omdat ik zoo lang ten zijnen laste ben geweest. Ja, ik moet vertrekken Marie. Maar ik zal terugkomen. Doch beloof mij dat gij voor mijn terugkomst niet zult trouwen. Belooft ge mij dat?" z/Ja, ik beloof het u!" Houton wachtte intusschen op George. Zij keerden naar de hut terug. Een kwartier later liepen Georges en de visscher samen naar Leith, waar de sloep van Tom Willems, de Robert, toen voor anker lag. De nacht brak aan. Daags na het vertrek van George zat Houton stil zijn pijpje te rooken onder den grooten schoorsteenmantel. Hij had de armen over de borst geslagen en zat te peinzen. Eens- klaps draaide hij zich om naar Johanna, die in een hoek van de kamer met huishoudwerk bezig was. Hij vroeg,/Gaat gij van avond niet uit, niet spinnen leed en moest daartoe eene inspuiting in de keel van den lijder doen. Bij die gelegenheid blijkt eene geringe hoeveelheid smetstof in het oog van den arts te zijn gekomen, althans spoedig vertoonde zich eene ontsteking, die dermate is toegenomen dat, ondanks alle aangewende middelen, het besmette oog zal verloren zijn. Uit Lemmer wordt gemeld, dat aldaar gis- terennacht boos weder heeft gewoed, vergezeld van donder, vreeselijken bliksem, hagel en regen. Het zeewater is gestegen tot 2,1 meter boven A. P. en de buitendijk is ondergeloopen. Veel vee is verdronken en men verwacht nog hooger peijl. Vrijdag is te Vucht iets gebeurd dat in de kunstwereld wel eenige belangstelling zal wekken. Op het kasteel Maurik werden nl. de familie— portretten van den huize Beeresteyn verkocht. De catalogus, een model van eenvoud, sprak alleen van diverse portretten op doek en paneel. Maar onder die stukken kwamen twee tot nu toe geheel onbekend gebleven kapitale kunststukken van Rem brandt voor. Waarschijnlijk nooit vernist, waren deze doeken langzamerhand vuil geworden, versleten, op enkele plaatsen min of meer vergaan, zoodat zij er zeer onooglijk uitzagen. Zij dragen echter de nog goed leesbare signaturen R. H. v. Rijn, 1632ze behooren dus tot de eerste periode van des schilders werkzaamheid. Tot betrekkelijk weinige uren, voor de stukken in veiling kwamen wist de familie niet, welken schat zij bezaten. Deskundigen hadden de ontdekking gedaan en ieder der aan- wezigen vleide zich wellicht het geheim alleen te kennen. De familie evenwel op de hoogte gebracht, bracht weldra den prijs zoo hoog, dat na een bod van de iirma's Frederik Muller en Pappelendam van f 56,000 op eenmaal tot f 75,000 werd overgegaan, waarop ieder zweeg. De stukken zijn dus nog het eigendom der familie. Fabriek en magazijn van verfwaren enz. van de lirma H. Vettewinkel Zonen aau de Prins Hendrikkade te Amsterdam, grenst onmiddellijk aan het woonhuis van het hoofd der firma en is door een binnendeur in het benedengedeelte aan de zijde der Prins Hendrikkade daarmede in ge- meenschap. Een vrij onzacht geritsel aan die deur wekte giste- rennacht, omstreeks 3 uur, de bizondere aandacht van mevrouw V., die op de bovenverdieping haar slaapkamer had. IJlings en zonder zich hulp te verzekeren loopt zij met kaarslicht de trap af, die naar het portaal der eerste verdieping geleidde en daarvan door een glazen deur gescheiden is. Dat licht joeg den onwelkomen bezoeker op de vlucht, die met het openbreken der deur reeds een lieil eind gevorderd was. Hij ging intusschen niet met leege zakken. Bij onderzoek werden twee ,/Ik wacht op Marie," antwoordde Johanna. //Ik weet niet waar zij heeu is." De visscher draaide zich weer ongeduldig naar het vuur Johanna's tegenwoordigheid scheen hem te hinderen. Juist kwam het meisje thuis. ,/Ha! Zijt ge daar eindelijk?" begon hij weer. z/Waar bleeft gij toch? Uw moeder wacht op u al een uur lang." Marie mompelde eenige onverstaanbare woorden, maar men kon aan haar roode oogen, aan haar treurig voorkomen gemakkelijk raden, van waar zij kwam. Johanna zeide: ,/Ik durf wedden dat zij weer heeft zitten weenen. Sinds gisteren heeft zij aan- houdend gegreind. George is wel gelukkig, dat hij zoo betreurd wordt. Ik weet niet of wij wel zoo betreurd zullen worden." Terwijl Johanna dit vrij boos zeide, had zij haar mantel genomen en over den schouder geworpen. Marie was al gereed en zij gingen uit om te spinnen. z/Nu ben ik toch eindelijk alleen," zei Houton, nadat de vrouwen de deur achter zich hadden dicht- getrokken, //nu kan mijnheer Zomer komen," Hij stond op en haalde achter de kast een flesch met brandewijn en twee glazen, die hij op tafel zette. Toen hij daarna zijn lamp had aangestoken ging hij zieu of de persoon nog niet kwam, dien hij verwachtte. //Nog niets!" zeide hij, terwijl hij weer binnen- kwam en nogmaals aan tafel ging zitten. TER NEIIZEAISCHE (OlRANiT.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1884 | | pagina 1