TER NEUZEIUSCHE COURANT
Al(jemeen Nieuws- en Advertenlieblad voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
BU1TEN LAUD.
BL1VOEGSEL
Zaterdag 16 Augustus 1879. No. 1486.
Landbouwberichten.
Gedurende de verledene week was de midden-
prijs van het vette vee op de voornaamste markten
van Belgie als volgt:
Ossen 75 centimen tot fr. 1,04, stieren 69 tot
89 centimen, koeien en runders 67 tot 89 en kalveren
80 centimen tot fr. 1,15. Opslag twee centimen
behalve de prijs der vette kalvers, die staande is
gebleven; alles per kilo levend gewicht. De markten
waren goed bezet.
Vette varkens 98 centimen tot fr. 1,04. Opslag
twee centimen; insgelijks per kilo levend gewicht.
De markten waren slecht bezet.
Uit Kuilenburg meldt men Met het rooien
der aardappelen is men hier en in de omstreken
druk bezig, doch beschot en kwaliteit laten veel
te wenschen over. Uit sommige velden, waar 50
hectoliter gerooid werden, bleken er slechts 2
hectoliter bruikbare onder te zijn. Door de bekende
ziekte zijn zoowel vroege als late soorten dermate
aangetast, dat dit product hier als geheel mislukt
kan beschouwd worden. Zeker eene aanzienlijke
schade voor hen, die in het verbouwen van dit
product hun hoofdbestaan vinden.
Gevallen van veepest zijn weder voorgekomen
in Rusland bij de Oostenrijksch-Galizische grenzen.
Ook in Moravie is, dicht bij de Pruisische grenzen,
een geval ontdekt in een koppel vee, dat per spoor
werd vervoerd. Er zijn maatregelen genomen tegen
de verspreiding.
De zeven geredde schipbreukelingen van de
Louis David onder welke ook een Nederlander,
Van Houwelingen genaamd zijn te Antwerpen
aangekomen. Naar zij verhalen, had de ramp plaats
op Zondag de 3 Augustus jl. 's avonds ten 9^ uur,
terwijl een dikke mist over de kusten van Bretagne
hing. Onmiddelijk na den schok sprongen 22 man
in zee, om zich zwemmende te redden. Ongelukkig
echter werden zij door het getij meegesleept en
alien verdronken, behalve de eerste stuurman De
Pauw, die, voorzien van een reddingsboei, er in
slaagde zich gedurende den ganschen nacht boven
water te houden. 's Anderendaags werd hij door
een Fransche visschersboot gezien en opgevischt.
Meer dan een uur hadden De Pauw en kapitein
Brock naast elkander gezwommen; anderen der
schipbreukelingen zijn ruim twee uren boven water
gebleven. Eindelijk begaven hen de krachten,
en zonk de een na den anderen weg in de diepte.
De zes manschappen, die op de zinkende boot
zijn gebleven, en gered werden, hadden een schuil-
plaats gezocht in het mastwerk. Zij verklaren,
dat niemand zou verdronken zijn, zoo alien in
de masten waren geklommen, in plaats van over
boord te springen.
Behalve het plan van een tunnel onder het
kanaal tusschen Engeland en Frankrijk, bestaat nu
een ontwerp voor een brug er over. De ingenieur
Gerard de St. Anne heeft aan de Fransche regee-
ring het plan voorgelegd van een viaduct van
kaap Grianez naar Folkestone. Zij zou rusten op
175 zware pijlers op 200 M. afstand van elkaar.
De bovenbouw zou ingericht worden naar het
buizenstelsel, dat ook bij de brug over de Menav-
straat is gevolgd. In het midden van het kanaal
zouden tegelijk twee vluchthavens worden gemaakt.
De bezwaren zijn volgens den ontwerper niet
onoverkomelijk en de kosten niet meer dan 300
millioen francs.
Het nieuwe zware kanon van 40 c. M.
bestemd ter bewapening van kustbatterijen, waar-
mede thans door de firma Krupp proeven worden
genomen, heeft een gewicht van 72,000 KG.,
terwijl de aifuit 41,000 KG. weegt. Bij de proeven
werd gevuurd met projectielen van 740 tot 770
KG. De aanvangssnelheid, verkregen met een
lading van 200 KG. prismatisch buskruid, bedraagt
500 meter, hetgeen wil zeggen, dat het projectiel
van 770 JCG. in de eerste seconde ongeveer 500
meter afstand bereikt. De Engelsche Armstrongs—
kanonnen van 100 ton of 43 cM. hebben een
gewicht van bijna 100,000 KG., en verkrijgen met
een projectiel van 908 en een lading van 214 KG.
een aanvangssnelheid van 480 meter. Vooral ook
met betrekking tot het gewicht van den vuurmond
worden de uitkomsten, door Krupp met dit nieuwe
kanon verkregen, dus gunstigers geoordeeld, dan
die van de Armstrongs-kanonnen.
De socialist Johan Most, gewezen afgevaar-
digde in den Duitschen Rijksdag, te Londen woon-
achtig, kwam te Brussel met het voornemen, in
Belgie een reeks conferences te geven. Daar het
gouvernement geen vergunning had gegeven voor
het verblijf van dezen vreeradeling in Belgie, heeft
hij dadelijk den volgenden dag een reispas ont-
vangen met het bevel het koningrijk te verlaten,
van de uitvoering van welk bevel de bevoegde
macht zich verzekerd heeft, door hem door hare
agenten te doen vergezellen naar den trein voor
Ostende, alwaar de plaatselijke politie zorg heeft
gedragen, dat hij zich naar Engeland terug begaf.
Gremengde Berichten.
Te Meenen in Belgie hebben onlusten plaats
geliad, waaromtrent men het volgende mededeelt
Een oproer is den 11 dezer te Meenen uitge-
barsten in het zoogezegd „kwartier der barakken,"
nabij de Rijselsche poort, ter gelegenheid eener
kwestie van aardappelen. Een koopman zou gezegd
hebben dat hij gedurende den winter gras zou te
eten geven aan de werklieden. Dit gezegde bracht
eene algemeene verontwaardiging teweeg onder het
werkvolk. De brigade gendarmen en de politie
waren machteloos tegenover verscheidene duizende
werklieden, die met steenen en pannen wierpen.
De gendarmen, tot het uiterste gedreven, schoten
een man werd gedood en een zestienjarige knaap
gekwetst. Deze is Dinsdagmorgen overleden. De
burgemeester, die afwezig was, is omtrent 9 ure
in de stad aangekomen en heeft zich onmiddelijk
naar het kwartier begeven. Dank aan de ge
nomen maatregelen is de orde eenigzins hersteld.
In Parijs is opgericht een association des
femmes du monde, met het speciale doel, om vrouwen
voort te helpen bij haar arbeid. Te midden van
alle filantropische instellingen, die de hulp van
mannen, arbeiders, kunstenaars enz. op het oog heb
ben, zal deze installing, om onder de noodige
waarborgen onderwijzeressen, gezelschapsdames, goe-
vernantes enz. voort te helpen, aan een werke-
lijke behoefte voldoen.
Men verhaalt, dat toen de onlangs overleden
tooneelspeler Charles Fechter te Londen woonde,
de Prins van Wales hem dikwijls een bezoek bracht
en zelfs in mimiek en grimeering les van hem
ontving. Op een goeden dag drong de Prins,
zijne vorderingen in de kunst willende toonen, de
vertrekken der Engelsche Koningin binnen, als een
Londensch bedelaar. De grap slaagde nog beter
dan hij dacht, want de Koningin hem niet herken-
nende, trok verschrikt aan een schelkoord en ge-
lastte de toegeschoten bediende onmiddelijk den
„indringer" weg te leiden. Het kostte nog moeite
de Koningin er van te overtuigen, dat de „indrin-
ger" een Prins was.
Een der fraaiste woningen van de deftige
Wilhelmstraat te Berlijn trekt, om de zonderlinge
versieringen van de deur, de algemeene aandacht.
Boven de schelknop is een groote plaat van geel
koper aangebraeht, met het inschrift: wLe baron
de C. R. R., Conseiller de Sa Majeste le loi de S
Daaronder staat in kleine letters: „Niet luidruch-
tig bellen Op de rechterhelft van de deur staat
op een klein schild: „Lid van het genootschap
tegen verarming en bedelarij." Hieronder bevindt
zich het opschrift: „Mevrouw de barones bewoont
den anderen vleugel; zij houdt thans in de bad-
plaats Gastein verblijf." Verder links leest men
de waarschuwing„Let wel't Is streng verboden
meer dan tweemaal te bellenwordt op het bellen
niet opengedaan, dan is dit een bewijs, dat of
niemand thuis is, of dat men niet wil opendoen."
Rechts daarvan leest men VerzoekschrifteDaan-
vragen om ondersteuning, enz., mogen door den
portier niet aangenomen worden, maar moeten schrif-
telijk gedaan en in de brievenbus gestoken wor
den." Ter linkerzijde het opschrift„Telegrammen
en expres bestelde brieven moeten bij mijne afwe-
zigheid in de brievenbus gestoken worden. 's Nachts
niet bellen!" Voorts nog een bordje met het op
schrift: „Spreekuur Maandag en Donderdag van 12
tot 2 uur, voor iedereen, mits men vooraf zijn
visitekaartje heeft afgegeven." Eindelijk nog„Poli-
tie- en belastingambtenaren moeten aan de achter-
deur aanbellen." Aan den bovenrand van de deur
schitteren in gouden letters de woorden: „Miju
huis is mijn kasteel!" De baron schijnt geen vriend
van veel bezoeken te zijn.
Aan het station te Kissingen moet, volgens
een ooggetuige, het volgende tooneel hebben plaats
gehad, dat veel sensatie veroorzaakte. Een aan-
zienhjk Engelschman, sir Kingston James Baronet,
had twee biljetten eerste klasse genomen en ging
met zijne dame naar den spoortrein, om een cou
pe te zoeken. De conducteur wees hem er een
aan, maar eene dame die daarin zat, verzette zich
daarlegen en beriep zich drartoe op haar afwezen-
den echtgenoot, die elk opgenblik kon komen. De
Engelschman wendde zich weer tot den conduc
teur, die ook trachtte de onverzettelijke dame tot
andere gedachten te brengen. Eindelijk kwam de
stationschef tusschenbeidede Engelschen stegen
in de coupe en wierpen sans hene het een en
ander dat op kussens tegenover de dame lag, naast
haar neer. Nu ontstond er een heftige woor-
denwisseling, waarbij de Engelsche baronet een
uitval deed, zooals men die in de gemeenste herber-
gen van Londen hoort. De dame zocht nu een
andere coupe op; daarmee eindigde dit opzien-
barend tooneel, dat des te meer sensatie verwekte,
omdat de beleedigde niemand minder was, dan
vorstin Bismarck.
Zekcre juft'rouw Laura Addiscot, directrice van
een particulier weeshuis, tevens bekend onder den
naam van „Home for friendless girls" te Deptford,
staat thans voor het centraal crimineel gerechtshof
van Londen terecht, onder beschuldiging van den
dood te hebben veroorzaakt van niet minder dan
vier kiuderen, welke aan hare zorgen werden toe-
vertrouwd. Uit de voor den rechter afgelegde ver-
klaringen blijkt, dat miss Addiscot, die nog slechts
22 jaar oud is, de kleinen liet verkleumen van
koude en bijna verhongeren, terwijl de ongelukkige
kinderen bovendien op de wreedste wijze werden
verwaarloosd en mishandeld. Voor ontbijt kregen zij
brood met stroop. Van eene portie stroop ter waarde
van een stuiver smeerde de directrice voor 8
kinderen eene geheele week. Het middageten
bestond in meel, in water gekookt, en zuur-
kool. De zuurkool, waarvan al de kleinen moesten
eten, had de waarde van 2£ cent. De kinderen
werden dagelijks uitgestuurd om van deur tot deur
te bedelen en haalden niet zelden dagelijks ieder 9
shillings op.
De provincie Deccan in Britsch-Indie wordt
sedert eenigen tijd opgegeten door heirlegers van
ratten. Men sloeg allerlei middelen voor tot uit-
roeiing van het ongedierte, doch vergeefswant
men stuit af op het bijgeloof der inlanders, die
in deze hongerige beesten de herschepping willen
zien van hunne bij den hongersnood omgekomen
bloedverwauten
Van de meeste kleedingstukken heeft men
de geschiedenis beschreven. Doch de geschiedenis
van den zakdoek heeft men steeds vergeten. Toch
is die wel merkwaardig. Heel oud is die geschie
denis nog niet. Eerst de snuif, dagteekenende van
de 16e eeuw, bracht ook den zakdoek in gebruik.
De geschiedenis spreekt niet van zakdoeken bij
de oude volken, de Hebreen, de Chaldeen, Assyriers
en Perzen; de Grieken en Romeinen hadden geen
zakdoek in den eigenlijken zin van het woord;
zij hadden een zweetdoek (sudarium), waarmee
zij bij sterk transpireeren hun aangezicht afdroogden.
Het gebruik van dien doek echter als neusdoek
zou in dien tijd als een bewijs van gebrek aan
opvoeding zijn aangemerkt. Den neus te snuiten
in gezelschap van andere menschen, zulk een
eigenaardig leven te maken als het snuiten,
zou ongehoord geweest zijn. Cyrus verbood
VAN DE