TER NEUZENSCHE COURANT. BU1TENLAND. BIJV OEGSEL Algemecn Aieuws- en Advertentiehlad voor Zeeuwsch-\laanderen. Zaterdag 12 April 1879. No. 1450. Landbonwberichten. 't Is gemakkelijk te berekenen maar daarom geschiedt het nog niet door iedereen, die er belang bij heeft welke de inogelijke voortteeling is, in tien jaren, van eene koe; met andere woorden, hoe groot het aantal afstammelingen van een koe kan wezen onder de gunstigste omstandigheden. Koe. Vaars. Ilokkeling. Kalf. 2e jaar 1 1 3e u 1 1 1 4e 1 1 1 2 5e 2 1 2 3 6e 3 2 3 5 7e 5 3 5 8 8e 8 5 8 13 9e 13 8 13 21 lOe n 21 13 21 34 Deze eindcijfers 21, 18, 21 en 34, te zamen trekkende, en verminderende met 1 voor de stam- koe, komt men tot een aantal afstammelingen van 88. Omtrent den invloed, door verschillend voeder op de qualiteit van het varkensvleesch uitgeoefend, zijn in den laatsten tijd in Engeland op nieuw op verschillende plaatsen nauwkeurige vergelijkende proeven genomen. Varkens van het Yorkshire-ras, die van het begin van den mesttijd af tot aan het einde toe met inelk en karnemelk gevoederd werden, leverden het lekkerste en tevens zeer malsch vleesch, terwijl zij ook in betrekkelijk korten tijd het hoogst mogelijke gewicht verkregen. Daarop volgden de dieren van hetzelfde ras, die met gerst gevoed waren; ook door middel van erwten- en haverraeel in gelijke hoeveelheid ge- geven, kreeg men goed vleesch en spek, dat zich van ander onderscheidde door meer vastheid, vooral door de geringe hoeveelheid „afval" bij het slachten. Het uitsluitend voederen met maismeel gaf week vleesch en vet en nog ongunstiger was de uitkomst bij het slachten van varkens, die niets dan aar- dappelen gehad hadden. Het vleesch was sponsachtig licht en onsmakelijk en het slonk bij het koken geducht ineen. Met veel groene klaver gevoederde dieren leverden een eigenaardig, geelachtig, onsmake lijk vleesch. Veel lijnkoeken en lijnzaad naast gerstenmeel in het voeder veroorzaakt los, vetachtig vleesch met een sterken, hoogst onaangenamen bijsmaak. Dieren, die alleen met paardenboonen gemest waren, gaven een zeer vast, moeilijk te verteeren vleesch, dat niet zeer lekker was. Van het voederen van eikels had men geen zeer gunstige resultaten en bet vleesch had een onaangenamen smaak. In hetzelfde Duitsche landbouwblad, waaruit wij het bovenstaande ontlcenen wordt met nadruk tot voorzicktigheid aangemaand bij het voederen van mais, zoowel van het zaad als van de groene Stengels. Hoewel op gepaste wijze gevoederd, zoowel voor melk— en voor mest- als voor trekvee (aan de laatste natuurlijk alleen het zaad) een uitmuntend voeder, kan het eehter licht aanleidiug geven tot vergiftiging der dieren, wanneer op de ma'is de zoogenaamde maisbrand (Ustilago Maydis) voorkomt. De zwarte sporen (zaden van de hoogere gewassen) van deze plantaardige parasiet zijn zoo klein, dat zij alleen met het gewapende oog op de maiskorrel te ontdekken zijn en het was dan ook alleen door miscroscopisch onder- zoek, dat de oorzaak van ziektegevallen bij paarden in Baden opgespoord kon worden. Proeven met honden, die men een weinig van die brandsporen in hun voeder mengde, bewezen duidelijk de sterk giftige werking. Zondag morgen zijn 160 Iiussische emigranten te Antwerpen ingescheept, aan boord der Deensche stoomboot A. N. Hansen, ten einde naar Kopen- hagen en van daar naar Libau te worden overge- bracht. Een dag te voren had men hen van hun vertrek kennis gegevendoch niet zoodra hadden ze vernomen dat de reis over zee zou geschieden, of er ontstond onder hen een groote schrik, die weldra in wanhoop en woede veranderde. De mannen gingen te werk als bezetene, terwijl de vrouwen en kinderen in tranen losbarstten. De arme lieden beeldden zich in, dat men hen terug naar Brazilie zou brengen, of wel dat zij ergens op een onbewoond eiland zouden worden neergezet. Alle mogelijke pogingen zijn aangewend, ten einde hen gerust te stellen, doch alles was vruchteloos. Een groot getal poogden te vluchten en men was verplicht de gendarmen ter hulp te roepen, om de orde te handhaven. Verscheidene emigran ten zijn in de gevangenis opgesloten, wegens op- stand tegen de politie; twee agenten werden door hen mishandeld. Op den dag der inscheping werden zij bewaakt door een sterke politiemacht; maar waren geheel kalm, daar de Russische consul hun verzekerd had, dat zij naar Rusland zouden worden gebracht en dat het Belgische gouverneraent alle reiskosten voor hen zou betalen. Het proces van den jeugdigen Retsin, die voor het hof van asisses te Antwerpen terecht staat wegens moord en diefstal, gepleegd op zijn groot- moeder, wordt nog steeds voortgezet. Men vond Retsin gebonden naast het lijk der oude vrouw. Hij beweert dat twee onbekende mannen hem heb- ben gskneveld, nadat zij zijn grootmoeder hadden vermoord. Daarentegen houdt het openbaar minis- terie vol, dat Retsin coinedie speelt en na het volbrengen van de misdaad zelf zich gebonden heeft. De debatten zijn zeer aandoenlijk. Binnen een paar weken wordt bij C. Kegan Paul Co. te Londen een boek uitgegeven over een tijdperk in Nederland's geschiedenis, toen de betrekkingen tusschen ons en Engeland ver van vriendschappelijk waren. Het is geschreven door den beer James Geddes en heet //The history of the Administration of John de Witt, Grand Pen sionary of Holland/' De koopman Mosisch, handelaar in tapisserie- werk, had zich eenige dagen geleden met zijn huisge- zin, bestaande uit zijne vrouw, zijne volwassen dochter en zijne schoonzuster, uit Berlijn begeven, en zeer spoedig na zijn vertrek ontving men daar het noodlottig bericht, dat deze menschen in een bosch bij Gethin dood gevonden waren. Uit een bij Mosisch gevonden brief blijkt ,dat alle door hem in 't werk gestelde middelen, om zich uit zijne kwijnende financieele positie te redden, ver- geefs waren geweest, dat hij daarom het besluit had genomen, zich, het leven te benemen en dit aan de zijnen had medegedeeld, die, hoe vreemd het ook moge klinken, besloten zijn vreeselijk lot te deelen. Zijne vrouw heeft in een roerend schrijven hiervan kennis gegeven aan hare overige familie, vrienden en bekenden, van wie zij tevens op die wijze afscheid nam. Alle vier hebben door vergift den dood gevonden, en wel heeft Mosisch de zijnen moeten beloven, niet eer den giftbeker te ledigen, voor hij zeker was, dat zij dood waren, welke ontzettende belofte hij getrouw nagekomen is. Er heeft in Rusland een geval van bar- baarschheid plaats gehad, waardoor de verbittering, die er onder het volk heerscht, wel begrijpelijk wordt. De gevangenen in het slot te Kiew had den gezamenlijk een complot gesmeed, om een ouderaardschen gang te graven, waardoor zij kon- den ontsnappen. Een hunner echter verried dit plan bij den directeur der gevangenis. Deze liet hen rustig voortgaan met graven, doch in den nacht, dat hun plan zou worden uitgevoerd en de gevangenen door den gang kropen, werden zij aan den uitgang door het vuur van een peloton soldaten begroet. Toen daarop slechts de eersten als offers vielen, lieten de ambtenaren van beide zijden in den gang schieten. Allen werden gedood of ver- minkt. De directeur ontving een ridderorde. Uit de Transvaal zijn zeer ongunstige be- richten ontvangen, indien zij bewaarheid worden. De ffboeren" die sedert de anneiatie van den Trans vaal door Engeland niet hebben opgehouden aan hun ontevredenheid lucht te geven, hebben naar hunne wapenen gegrepen. De depAche zegt niets omtrent de uitgestrektheid en de de belangrijkheid van den opstand. De „boeren" schijnen hunnen kalmte bewaard te hebben, zoolang de vrede aan de Kaap heerschte, doch de overwinning der Zoeloes schijnt hen tot het besluit te hebben geleid met de wapenen in de hand te protesteeren tegen de geweldige annexatie van hun land. Overigens kunuen de boeren wel beschouwd wor den als veel gevaarlijker vijanden dan de Zoeloes. Er schijnen zeer ernstige sanitaire maatrege- len genomen te worden in Szegedin. Men is niet alleen bezig met de verwijdering van de lijke- van menschen en beesten, maar alle publieke grachten wil men desinfecteeren. Aan de men schen, die te midden van de ruinen der stad wonen, is het verboden, om water uit de bassin te drinken, dat door de overstrooming gevormd is; ook worden zoo veel mogelijk al te groote opeenhoopingen van menschen in de toevluchts- oorden vermeden. Gelukkig is de gezondheidstoe- stand nog goed en is er nog geen enkele epidemie ontstaan. Gemengde Berichten. Per stoomboot Telegraaf II moest dezer dagen een paard van Hansweert vervoerd worden naar Walsoorden. Dit paard, een prachtig dier, doch uiterst lastig van heumeur, maakte tulke rare bokkesprongen, toen men bezig was het op de boot te brengen, dat het van de brug tuimelde en terecht kwam in de schutskolk. Na veel moeite en krachtsinspanning mocht men er in slagen het beest weer op het droge te brengen. Doch nu was alle moeite vergeefsch om onze zwarte op de boot te krijgen, zoodat de inlader onverrichter zake kon aftrekken. Den volgenden dag wilde men het verzenden met den veerman, doch deze durfde het paard niet te laden. Toen verklaarde zich daartoe bereid de alhier tehuisbehoorende schipper L. van Damme, voerende het zeilschip Vrouw Antje. Door doeltreffende maatregelen, doch lang niet gemak kelijk, kreeg deze het paard aan boord en bracht het goed en wel ter bestemmingsplaats. Dinsdagavond omstreeks tien uren werd aan het straatpubliek te 's Gravenhage een gratis— voorstelling gegeven door een welgekleed persoon, die door den invloed van Bacchus in den waan gebracht scheen, dat het plein zijn slaapkamer en een modderpoel tusschen de boomen zijn ledikant was. De man ontdeed zich successievelijk van zijn hoed, jas, vest en boordje, strekte zich toen welbe- haaglijk op zijn vermeend rustbed uit, maar kon den slaap niet vatten en wentelde zich eenige malen om, zoodat hij weldra van top tot teen met straatvuil was bedekt. Dat dit tooneel groote hilariteit wekte bij de toeschouwers, laat zich begrijpen. De politie maakte ten laatste een einde aan de vertooning, door den dronkaard op een wagen naar het commissariaat te brengen een maatregel, waartegen het individu zich krachtig verzette. Te Almkerk is dezer dagen een schandelijk feit voorgevallen. Een paar echtelieden verkochten al hun huisraad en zijn des nachts heimelijk uit de gemeente vertrokken met achterlating van drie hunner vier onverzorgde kinderen. Toen deze des morgens ontwaakten, vonden zij geen ouders meer, slechts eenige boterhammen in een trommeltje, alsmede een paar stukken nietswaardig huusraad. De arme kinderen zijn direct vanwege het bestuur in bescherming genomen. Het is te wenschen, dat voor de ontaarde ouders de straf niet uitblijve. De firma J. G. Kuipers Co., te Leeu- warden, is begonnen papieren vaten te vervaardigen. Voorloopig schijnt voor dat artikel een goede toe- komst weggelegd te zijnde vaten zijn althans lichter dan houten vaten, hetgeen bij vervoer niet gering voordeel oplevert, zijn overal even breed, dus nemen minder ruimte in dan de gewone, en zijn ten slotte goedkooper. Over de duurzaamheid moet natuurlijk de toe- komst beslissen, maar in Araerika worden ze reeds sinds eenigen tijd veel gebruikt. Tot dusver zijn de papieren vaten nog alleen voor droge waren geschikt. VAN DE H II II H II II

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1879 | | pagina 5