BUITENLAND.
omringd door de lijken van een aantal hunner aan-
vallers.
„Alleen 3osman, die zich met 13 ongewapende man-
schappen door de vlucht gered heeft en door de be-
zetting van Atoa opgenomen is, zou ons daarvan groot-
sche dingen hebben kunnen verhalen. Maar behalve
dat deze officier na het gebeurde in een soort ran
ziekelijke overspanning yerkeert en geen verstandig
woord meer gesproken heeft, is bij den 14den door de
cholera aangetast en aan die ziekte overleden.
Pa troubles hebben de zwaar verminkte lijken van
onze officieren en soldaten zeer verspreid en zonder
wapens of kleeding teruggevondenhet lichaam van
van Swieten, omringd door 19 zijner gesneuvelde sol
daten, had zeventien diepe klewanghouwen en twee
kogelwonden."
In de de Sumatra Courant leest men
Als een onvolledige bijdrage ter kenschetsing van
hetgeen ons onze roem te Atchin kost, kan dienen dat
ran den 5 Jan. jl. tot den 15 Pebr. alleen te Padang
werden ontscheept 795 zieken en gewonden (onder
welke 9 officieren), waarvan 32 overleden en 84 naar
de bovenlanden geevacueerd zijn.
Landbonw-berich ten.
Molshoopen in Mei gespreid, beloont zich in den
oogstijd. Het vroegtijdig slechten van molshoopen
en het uitspreiden van die aarde over net grasland,
is voor het grasgewas voordeelig en bevordert de
voor het maaien zoo noodige effenheid van den
bodem.
Voor St. Jan maait men gras „m de weiden"
na St. Jan //uit de weiden." Dat wil zeggen
vroeg maaien doet in den regel goed aan de gras-
landen, laat maaien is daarvoor schadelijk. Bij
vroege maaiing krijgt men wel iets minder hoeveel-
heid, maar de hoedanigheid is beter, en de hoe-
veelheid krijgt men toch in het nagras terug. Zoo
spreekt men dan ook in Noordholland van het
z/doodmaaien der hooilanden," dat is, het te laat
maaien, als het gras reeds in het zaad geschoten
is. De melk zit kort aan den grond, of, de
boter zit digt aan den grond, beide gezegden
van dezelfde beteekenis om aan te wijzen, dat het
gras in de weide kort aan den grond afgegeten
moet worden, zal het vee het meeste zuivel ge-
ven, Maarte gras komt niet voor de zeis, dat
is, eene te vroege ontwikkeling geeft geen wezent-
lijk voordeel. A1 heeft het gras in Maartgroote
vorderingen gemaakt, het zal daaroin bij den maai-
tijd niet langer zijn dan gewoonlijk. De bek van
de zeis is venijnig, dit beteekent, dat een te
laat in het jaar maaien voor het gras dikwijls
schadelijk is, Zoo mag de roode klaver ook niet
te laat in het jaar gcsneden worden, want //de
klaver mag niet met open bek staan,"
De eenjarige klaver wordt daarom in het najaar
het best alleen beweid en niet afgemaaid. Klavsr
en gras beiden, lijden altrjd eenigszins als zij ge-
maaid worden bij sterke droogte en heeten zonne-
schijn. Ook dan is de bek van de zeis venijnig.
Wie zaait bij regen, krijgt onkruid voor
graan. Dit doelt inzonderheid op de rogge, want
het spreekwoord zegtzaai rogge in het drooge,
gerst in het nat, tarwe in de kluiten, zoo oogst ge
eenen schat. Vrouwenkoorn goed koorn, dat
is, rogge gezaaid op Mariageboorte (8 Sept.) gelukt
doorgaans goed. Rogge wil lucht zien, dat wil
zeggen: rogge moet niet diep ondergebracht wor
den. Het gerstveld moet als een bruidsbed toe-
bereid worden, namelijk, fijn- en goedbewerkt land
voor Philippus (1 Mei) gerst, na Philippus gerstje,
dat wil zeggen: na 1 Mei is het dikwijls te laat
om nog zomergerst met hoop op goeden uitslag te
zaaien. De haver wil gewekt zijn, spreekwijze,
om het nut van het over eggen bij jonge haver
aan te duiden. Hennep schaamt zich niet, op een
mesthoop te groeien, bekend toch is het, dat de
hennep eene sterke bemesting behoeft. Spaar bij
den hennep den ploeg, bij het vlas de egge niet.
Voor den hennep toch is eene diepe ploeging, in
vele gevallen zelfs het spitten, voordeelig; voor
het vlas daarentegen komt het meer aan op eene
herhaalde losmaking der bovenste aardlaag, ook om
het onkrijid aldaar zooveel mogelijk te vernielen,
hetzij door de egge, hetzij door een schoffelplaeg,
die daarom ook wel eens vlasploeg genoemd wordt.
De inspecteur van politie Plaum, belast met het
in beslag nemen te Londen van al de voorwerpen,
waarden en juweelen, vertegenwoordigende eene som
van ongeveer 300,000 fr., toebehoorende aan
'["Kind, is verleden Woensdag, terzelfder tijd als
T'Krndt, met zijn kostbaren buit te Brussel aan-
gekomen.
Onder de juweelen welke men bij hem in be
slag heeft genomen, bevinden zich de decoratien
van de Christusorde van Portugal en die van de
gewezen koningin Isabella van Spanje.
Lolo zou bij het vernemen van de beslissing
dat ook hare goederen zouden worden in beslag
genomen, in eene hevige woede zijn uitgevaren,
en gezegd hebben, dat zij binnen eenige dagen
eene brochure zou uitgeven, waarin zij zal aan wijzen
de sommen welke zij uit andere handen dan die
van T'Kindt heeft ontvangen, met de omstandig-
heden waarin zij ze ontvangen heeft en eindelijk
met de namen er bij van hen, die ze haar gegeven
hebben, waaruit zou blijken dat het drie vierde
van haar fortuin geen goudstuk aan de Banque
de Belgique heeft gekost.
De zaak belooft meer en meer interessant te
worden, en men kan gerust gelooven dat vele
grooten met de handen in het haar zitten.
De kosten der verkiezing van Stanley Leighton,
afgevaardigde voor Nortg Shropshire bedragen ruim
11727 pd. st. Tot zulk een prijs zou waarschijn-
niemand bij ons het lidmaatschap der tweede kamer
willen meester worden.
Men deelt het overlijden mede van den be-
kenden A. T. Stewart, waarschijnlijk den vermo-
gendsten man in Amerika. Stewart had zijn on-
metelijk fortuin aan zich zelf te danken. In
Ierland geboren, ontving hij zijn opleiding in
Trinity College te Dublin. Op zijn 21e jaar ging
hij naar New-York om daar met lessen in Grieksch
en Latijn den kost te verdienen. Toen dit niet
ging, zette hij een kleinen winkel in galanterien
op en werd na korten tijd door zijn eerlijkheid
en ijver eigenaar van een der grootste magazijnen
te New-York. Weldra had hij er twee, een //uptown"
de winkelstad, en een ,/down town", waar de
meeste magazijnen in het groot te New-York ge-
vestigd zijn.
Stewart was een liefhebber van schilderijen, waar
van hij een fraaie galerij bezat, deel uitmakend
van zijn woning in //Fifth Avenue", die geheel
van wit marmer was gebouwd. Behoorende tot
de republikeinsche partij, stelde hij in den oorlog
van 1860 8,000,000 dollars (ongeveer 20,000,000
gulden) ter beschikking der regeering. Bij zijn
overlijden liet hij, naar men zegt, een vermogeu
van 16,000,000 pd. st. (ruim 190,000,000 gnl-
den) na.
Omtrent de pest in Klein-Azie melden de jongste
officiele berichten uit Bagdad, dat van 27 tot
31 Maart te Hillah, aan den Eufraat, 66 nieuwe
ziektegevailen en 42 sterfgevallen voorgekomen
zijn en te Bagdad van 28 Maart tot 1 April, der-
halve in 5 dagen 145 ziekte- en 75 sterfgevallen.
Alleen den 3 April stierven te Bagdad 18 personen
aan de pest. Sedert den 30 Maart heeft de pest
zich ook op de linkeroever van de Tiger vertoond
voorts in Kutel-Amara en te Nedschef. //Dr.
Colwill, geneesheer van het Britsche-consulaat te
Bagdad, heeft zoo schrijft men uit Pera aan
de Augsburgsche Algemeene Zeitung in een
rapport van den 1 Maart opmerkelijke mededeelingen
gedaan omtrent het verschijnen der pest dit jaar
in Mesopotamia. De ziekte kwam het eerst voor,
half November jl. in het midden in de moerassen
gelegen Okbara, dat 10 Engelsche mijlen ten
noordoosten van Hillah lichtdaar woonden in
het geheel acht gezinnen, die op eene oude vrouw
na volkomen uitstierven. Van daar breidde de
pest zich uit naar het eveneens door moerassen
omgeven Aboe-Jossa, waar van 400 inwoners binnen
zes dagen 80 personen stierven. In den loop van
December verspreidde de pest zich over de geheele
omtrek en verscheen den 1 of 2 Januari te Hillah,
eerst in het gedeelte der stad op den linkeroever
van den Eufraat, later ook in de tegenover gele
gen wijken. Van de 15000 inwoners stierven van
den 2 Januari tot den 26 Eebruari 74 personen.
Dit alles geschiedde voor dat de overheid in die
streek van het uitbreken der epidemie notitie
nam."
GEMENGDE BERICHTEN.
Uit eene advertentie in de N. Rott. Ct. blijkt,
dat de onderhandelingen tusschen mej. E. Baart,
en de vennootschap //Het Nederlandsch tooneel"
tot geen gunstig gevolg geleid hebben en zij voor
eene verbintenis aan den stadsschouwburg te Amster
dam bedankt heeft.
Zoo sober als Nederland te Weenen vertegen-
woordigd was, zoo goed schijnt zulks in Philadelphia
't geval te zullen zijn. De thans reeds in Y licht
verschenen officieele catologus, uitgevoerd op een
wijze die alien lof verdient, geeft een getal van
ruim 600 inzenders aan. Er zijn bovendien collec-
ties bij van Oostersche voortbrengselen, die in groote
mate de belangstelling zullen wekken van de onder-
nemende Amerikanen.
Te Amsterdam is A. K., agent van politie,
tot 2 jaar cellulaire gevangenisstraf veroordeeld,
omdat hij op wacht staande, 's avonds met een
eenigzins beschonken heer in een tapperij borrels
was gaan drinken en dien heer zijn portemonnaie
had beroofd; de bestolene klaagde aan het politie
bureau, herkende den volgenden dag den agent,
terwijl een juffrouw uit de buurt toevallig de
handeling van dezen had gezien.
Op Tessel worden wekelijks 4 k 5000 kievits-
eieren gevonden, en uitgevoerd, vooral over Eriesland
naar Engelandde inkoopsprijs is acht cent per stuk.
Den heer K., ontvanger der registratie te Zeve-
naar, heeft men dood op zijn bed gevonden. Zijn
koffers stonden gepakt om op reis te gaan.
Een Leidsch academieburger heeft dezer dagen
zijn 12-jjarig studentenleven herdacht, bij welke ge-
legenheid hem door belangstellende vrienden eenige
fraaie! stukken koperen huisraad zijn vereerd.
De Bookseller van 4 April, de inzending van
den Nederlandschen boekhandel op de tentoon-
stelling te Philadelphia besprekende, zegt //dat een
enkelen blik in den catalogus reeds een hoog denk-
beeld doet opvatten van het letterkundig leven van
dit interessante volk."
Eenige dagen geleden stiet te Oudl^erk een
arbeider bij het graven van een put met de spade
op een hard voorwerp. In plaats van nu voor-
zichtig een onderzoek in te stellen, gebruikte hij
al zijn kracht om door het voorwerp te stooten.
Dit was wel zeer jammer. Bij later onderzoek
bleek, dat hij een 40tal fraai beschilderde glas-
ruiten, ongetwijfeld van aanzieulijke waarde, had
verbrijzeld. Men herinnerde zich nu, dat ouden
van dagen wel eens hadden verliaald, dat in den
zoogenaamden Franschen tijd, omstreeks 1805, door
het kerkbestuur uit de kerkramen aldaar een aan
tal kostbare ruiten genomen en begraven waren
geworden. De houten bak, waarin ze schijnen te
hebben geleden, was reeds vergaan.
De heer M. F., secretaris van de gemeente
Beverwijk, heeft zich door een pistoolschot van
het leven beroofd. Naar men zegt, zou hij dit
gedaan hebben, omdat de hulponderwijzeres in die
gemeente ontslagen is, dewijl zij met hem een
reisje naar Amsterdam had gemaakt.
Als een groote toevalligheid wordt medege-
deeld, dat zich op den onlangs in den Rijn ge-
zonken stoomboot Konig een mand met twee zal-
men bevond, door een visschers naar Dusseldorf
opgezonden. In de netten van denzelfden visscher
nu werd die mand teruggevonden, 5 uur van de
plaats waar het ongeluk gebeurde.
Aan een in zeer benoeftige omstandigheden
verkeerend huisvader in de gemeente Gorsel is ge
heel onverwacht een erfenis van ruim f 20,000
ten deel gevallen.
De kassiers loopen niet alleen met de kas
van hunne meesters weg, maar de meesters zelf
gaan met hunne eigene kas naar andere streken
over. De gebroeders Dwaarvan de een
juwelier en de andere wisselaar is, die beide de
rue Rambuteau, te Parijs bewoonden, waren gaan
vliegen met een kapitaal van 400,000 fr. en zijn
te Amsterdam teruggevonden, waar zij een zeer
schoonen winkel hadden opgericht.
Het Nederlandsche gouvernement heeft de uit-
levering der gebroeders D toegestaan en zij
zijn naar Frankrijk teruggevoerd, met al de koop-
waren, welke in den winkel in beslag genomen