kleding en noodgoederen distribueren,
noodziekenhuizen inrichten en nog veel
meer. Talrijke vrijwilligers meldden zich om te
helpen. Dit is de kracht van het Rode Kruis.
Als situaties boven het voorspelbare en de
bestaande draaiboeken uitstijgen, dan staan
wij toch paraat met onze diensten. En zo zijn
wij dan ook in tijden van nood voor iedereen
een vertrouwd gezicht. Onze vrijwilligers zijn
al ter plaatse, want die wonen en werken
midden in de maatschappij. Natuurlijk heb
ben we er ook van geleerd. In de huidige
omstandigheden zou er wellicht eerder ge-
evacueerd zijn. Er zijn nieuwe technieken,
bovendien is rampenvoorbereiding nu echt
een vak. Maar de kern van onze noodhulp
blijft hetzelfde, toen en nu: we staan klaar
om bij elke ramp van elke omvang hoe dan
ook hulp te bieden.'
In dit themanummer over noodhulp
mag volgens hoofd Nationale Hulp
Nico Zuurmond de grootste hulp
operatie ooit in Nederland niet ont
breken: de watersnoodramp van '53.
Onuitwisbaar in het geheugen van
de overlevenden. Maar ook binnen
het Rode Kruis is de ramp bijna
zestig jaar na dato nog actueel.
£^^Hijdens mijn eerste werkdagen
bij de Noodhulpafdeling van het
I Rode Kruis dook ik direct de ar
chieven in. Om te zien hoe de hulpverlening
tijdens de watersnoodramp was opgezet en
wat we er vandaag nog van kunnen leren.
Deze ramp trof Nederland in het hart. Zoveel
doden en zo gigantisch veel schade, relatief
vlak na de oorlog. Daarom leeft dit trauma
nog steeds, ook al zijn we bijna zestig jaar
verder. Als gevoed door een soort zesde
zintuig had de toenmalige directeur van het
Rode Kruis de avond ervoor de geneeskun
dige eenheden al in paraatheid gebracht.
Daardoor konden we zondagochtend di
rect beginnen met de hulpverlening. Er was
veel werk te verzetten: evacuaties opzetten,
mensen opvangen, voeden en verzorgen,