jx J tl ionaal Noftument ï'/atersiioid wortlï voorouders waren o on Het Watersnoodmuseum heet sinds 2003 Nationaal Monument Watersnood 1953. Er zijn vergevorderde plannen om het museum uit te breiden. „Om te leren voor de toekomst." e Phoenix-caisson waarin het museum is onderge bracht, ligt scheefgezakt in het landschap, samen met drie andere gevaartes. De be tonnen kolos (60 meter lang, 20 meter hoog en 18 meter breed) is vooral ingericht als herinneringsplek. Het bestuur wil de drie andere caissons bij het Nationaal Monument betrekken. „We willen niet al leen de ramp van toen tonen, maar ook de vraag aan de orde stellen hoe we nu met water moeten omgaan", zegt Ria Geluk. De voormalige voorzitter van het bestuur is momenteel enkele dagen per week onbezoldigd in de weer als projectleider uitbreiding. Het plan gaat uit van een verbinding tussen de drie caissons. Er ontstaat ruimte voor een bredere presen tatie van de ervaringen van getroffenen, aandacht voor de gevolgen van de ramp in omliggende landen en voor een multimediaproject over de slachtoffers.Verder wordt gedacht aan een ontvangst ruimte voor groepen, studie en kantoor. Een geschenk woning met ruimte voor de presentatie van de vele films en meer aandacht voor de ontwikkeling van het bui tengebied complementeren het geheel. Buiten zijn onder meer een uitkijktoren en de ontwikkeling van wandelpa den voorzien. Kostte het'oude' museum ruim 300.000 euro, de uit breiding vergt een bedrag van 3 miljoen. Er is al 1,3 miljoen binnen, Ria Geluk hoopt dat deze winter de 2 miljoen kan worden volgemaakt. „Dat is voldoende om door te gaan", aldus de projectleidster, die verwacht dat deze maand de opdracht om de bouwplan nen nader uit te werken de deur uitgaat. Ze denkt dat het vernieuwde museum eind 2008 voor het publiek wordt geopend. Dan zal het niet meer ge durende de wintermaan den gesloten zijn.Voor het aantrekken van enkele fulltime-krachten is wel een structurele subsidie van het ministerie vereist. „We zetten niet te hoog in. Al krijgen we maar een ton per jaar. Dat mag toch wel, voor een Nati onaal Monument?" Het belang van een andere manier van omgaan met het water wordt breed gedragen, denkt mevrouw Geluk. Aan Maarssen en de Noordoostpolder en belandden ten slotte in West- Brabant. Vader bleef in Zeeland, om te helpen. In Steenbergen ging ik voor het eerst weer naar school. In het najaar gingen we terug, naar noodbarakken aan het Beiers dijkje. Pas in de loop van 1955 kwamen we weer hier." Hier was eens Capelle Zichtbaar emotioneel én boos wordt ze als ze de herinneringen aan haar geboortedorpje ophaalt. „De overheden besloten dat de wo ningen, op twee arbeidershuizen na, niet herbouwd mochten wor den. De overlevenden van Capelle mochten niet eens terug naar hun eigen plek." De autoriteiten lieten zich niet vermurwen. „Toen de polder nog vol water stond, werd een hand tekeningenactie voor het behoud van Capelle gehouden. Er werden 58 handtekeningen opgehaald." Ze heeft, in het huidige museum, een foto uit die tijd bewaard. Aan een telefoonpaal is een bordje gespij kerd met het opschrift 'hier was eens Capelle'. Het is de titel van een boekje dat de Zeeuwse jour nalist Cees Slager een aantal jaren geleden schreef. Hij deed na 50 jaar onderzoek naar het verdwijnen van het dorpje en kwam tot de conclu sie dat de overheden hun besluiten hadden genomen „omwille van de leefbaarheid". „Op andere plaatsen mochten ge huchtjes niet meer uitbreiden. Maar dat waren plekken die niet waren verdwenen. In Capelle mochten zelfs de doden niet op het kerkhofje worden begraven." De baby van Capelle Het gegraaf in de historie leidde tot merkwaardige ontdekkingen. „In een van de gezinnen werd die nacht een baby geboren. Moeder, drie andere kinderen en de baby verdronken. Het kindje had drie uur geleefd... Er staan officieel 1835 slachtoffers genoteerd, maar het werkelijke getal zullen we nooit weten. Deze baby was niet geregi streerd, ook andere onbekenden zijn begraven, het is nooit één op één nagegaan." Ria Geluk werd enkele jaren gele den gebeld door een dochter van de vader van de baby. „De man was teruggegaan naar Brabant, we had den al die jaren niets meer over hem gehoord. De kinderen uit zijn 22 TERDEGE 24 JANUARI 2007

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 2007 | | pagina 3