Een ramp is pas een ramp
als de overheid het een ramp noemt
Rode Kruis-medewerker draagt een in een deken gewikkelde baby. Watersnoodramp Hellevoetsluis
'De reacties op de watersnoodramp
waren volledig anders dan de recente
reacties op de gebeurtenissen in
Enschede en de Bijlmer. Er was destijds
geen sprake van ook maar enige kritiek
op de overheden. Ik vermoed dat de
mensen in Zeeland en Zuid-Holland op
geen enkel moment beseften dat een
ramp van die omvang wel eens een man
made-karakter kon hebben. Nee, de
ramp overkwam hun. Noodlot. Natuur
geweld. Niets aan te doen. Er was nie
mand die zich achter de oren krabde en
kritische vragen ging stellen over water
huishouding en het dijkbewakings-
beleid. Die vragen kwamen later natuur
lijk wel op.'
Van Londen verontschuldigt zich:
'Ik moet varen op mijn geheugen. Mijn
volledige archief over de geschiedenis
van rampenbestrijding - dat overigens
goed is gedocumenteerd - schonk ik
vorig jaar aan ZonMw.'
Hij vervolgt: 'Van psychische nazorg
was destijds geen sprake. Eigenlijk is dat
merkwaardig. Want het klimaat was er
wel degelijk naar. Denk maar eens aan de
ervaringen na de Tweede Wereldoorlog,
de patiënten met kampervaringen en de
opkomst van psychiater Jan Bastiaans,
die landelijke bekendheid kreeg door
LSD te gebruiken in de behandeling van
lijders aan een kampsyndroom. Patiën
ten die, volgens hem, sinds de oorlog
bezig waren zich te bevrijden uit het
concentratiekamp van het eigen geheu
gen. Maar in de nazorg van de ramp was,
zover als ik weet, nauwelijks begrip voor
psychische trauma's.'
PECH
Hoe komt het dat de maatschappelijke
reacties in een halve eeuw zo drastisch
zijn gewijzigd? Van Londen: 'Een paar
elementen spelen daarbij een rol. De
houding van de burger is veranderd.
goed verzekerd tegen welke gebeurte
nis dan ook. Zo wanen wij ons veilig.
Maar als dan plotseling blijkt dat de
verzekeringsmaatschappij niet uit
keert wat een cliënt in gedachten
heeft, dan reageert die cliënt woest!'
Hij vervolgt: 'Parallel hieraan
moeten wij het overheidsbeleid niet
uit het oog verliezen. Sinds Drees
streeft de overheid naar sociale zeker
heid. Vergeet daarbij trouwens niet de
psychologische impact van het begrip
'zekerheid'. In de bouw aan het paleis
van onze sociale verzekeringswetge
ving zijn enorme stappen gemaakt,
vanaf de armenwet tot en met de hui
dige AWBZ-regeling. Zekerstelling en
verzekering werden zodoende
gemeengoed, in de wetgeving én in
het gevoel van de burgers.'
RAMPEN TEKORT
Van Londen vervolgt: 'Rampenplan
nen ontstonden meteen na de oorlog.
Echter, na een oorlog bereidt men
zich eigenlijk alleen voor op een her
haling van hetzelfde. Dus richtte men
de burgerbescherming op en werden
er schuilkelders gebouwd. Dit alles is
een directe consequentie van de oor
log. Het was het Rode Kruis dat het den
ken een andere richting gaf: er kunnen
ook andere rampen gebeuren. Het
ministerie van Volksgezondheid ini
tieerde toen een beleid voor gezondheid-
bedreigende rampen. Later werd dit
overgenomen door het ministerie van
Binnenlandse Zaken.
Een ramp is pas een ramp als de
overheid het een ramp noemt, zo staat
het in de Rampenwet. Die wet introdu
ceerde ook het opschalingsprincipe, om
al naar gelang de schaalgrootte van de
ramp de verantwoordelijke overheden te
benoemen: gemeentelijk, provinciaal en
Men aanvaardde ellende destijds als een
natuurlijk gegeven. Die aanvaarding lijkt
inmiddels bijna verdwenen. Men accep
teert niet meer dat er ook nog zoiets
bestaat als pech. Pech moet weg. En wie
dat niet accepteert, zoekt automatisch
een schuldige, een zondebok. Dat is al
snel de overheid. Tegen pech dekken wij
ons dus in. Geen volk ter wereld is zo
landelijk. In de daaropvolgende jaren
- de watersnoodramp was toen al
geweest - richtte men enorme magazij
nen in met hulpgoederen en genees
middelen. Deze moesten op afroep
beschikbaar zijn.'
Dan zegt hij, met onversneden
cynisme: 'Maar al die jaren was er een
schrijnend gebrek aan rampen. Het
166 MEDISCH CONTACT 31 JANUARI 2003 58 nr. 5