Medische hulp tijdens de watersnoodramp in 1953
Precies vijftig jaar geleden braken de dijken in Zeeland en Zuid-Holland. Gevolg: volslagen
ontreddering en 1836 doden. Over de medische hulpverlening ter plekke is nauwelijks
documentatie. 'De mensen waren gezond of verdronken.'
Frans Meulenberg
Iarenlang waren waarschuwingen
over de verwaarloosde dijken en
zwakke zeeweringen in de wind
geslagen. Een waarschuwingssysteem
bestond nauwelijks, een rampenplan al
helemaal niet. Lokale bestuurders waren
veelal volstrekt incapabel. Plichtsver
zuim alom.
Dit menselijk falen in combinatie
met springtij en noordwesterstorm
kostte in de nacht van 31 januari op 1
februari 1953 in Zeeland, Zuid-
Holland en West-Brabant 1836 mensen
levens.
MELK OP RECEPT
'Gewonden waren er gelukkig niet, wel
waren de mensen verkleumd van de kou.
We brachten hen naar het Leger des
Heils, waar een opvangcentrum was
ingericht. Hier was wel hulp aanwezig,
doch men wist niet goed hoe te hande
len. Ik heb getracht de zaak zo te regelen:
er waren daar twee verwarmde vertrek
ken, zij die reeds gegeten en gedronken
hadden en dus wachten moesten op
evacuatie bracht ik naar het ene vertrek
en de nieuw aangekomenen in zaal 2,
zodat de mensen niet door elkaar heen
zaten, wat voor de dames die koffie en
dergelijke schonken veel eenvoudiger
werkte.' Ontreddering en Hollandse
nuchterheid klinken mee in dit verslag,
geschreven daags na de watersnoodramp
door J. van Luijck, 'helpster' bij het
Roode Kruis Zierikzee.
Sommige plekken van dit stadje op
het eiland Schouwen-Duiveland waren
niet onder water gelopen en daar werden
hulpposten ingericht: de Christelijk
Gereformeerde Kerk, het Burgerwees
huis, het Leger des Heils en de openbare
ULO-school. Twee huisartsen voerden de
regie: A.J. Schilstra en C.M. van Hoorn.
De laatste werd gewaarschuwd om de
Rode-Kruiscolonne, waarvan hij com
mandant was, bijeen te roepen. Vroeg in
de ochtend kwam hij aan bij het politie
bureau, waar een opvangcentrum werd
ingericht met materiaal uit het rampen
depot. De colonne nam die ochtend alle
melk in beslag, die vervolgens uitsluitend
op doktersrecept aan baby's werd vers
trekt. Op gezag van huisarts Schilstra
sloot de burgemeester alle winkels om
rantsoenering mogelijk te maken.
Onbekend is hoeveel artsen zich in
de getroffen gebieden bevonden en
hoeveel artsen daadwerkelijk bijstand
konden verlenen. In de archieven is
bovendien weinig te vinden over de feite
lijke medische hulpverlening. Begrijpe
lijk: nadat ze eerste hulp hadden gekre
gen, werden patiënten zo snel mogelijk
geëvacueerd naar omliggende zieken
huizen, waar specialisten de zorg over
namen.
Informatie over medische hulp ter
plekke is versnipperd terug te vinden in
de verslagen van Rode-Kruishelpers. De
artsen ontsmetten en verbonden wond
jes. Het betrof vooral veel 'wonden aan
handen en stukgelopen voeten en benen'.
Al snel was duidelijk wat het grote pro
bleem was: drenkelingen en onderkoe-
164
MEDISCH CONTACT 31 JANUARI 2003 58 nr. 5