Ramp'53
Een Rotterdams amfibievaartuig
baant zich een weg door de straten
van Zierikzee. (Foto: Aart Klein)
De burgemeester van Bruinisse vindt
het beter dat Hoekman blijft. Het vis
sersdorp telt nog maar één slachtoffer:
de timmerman Iman Deurlo. Hij was
met groepscommandant Schippers
een dag eerder met een jeep in een
ondergelopen polder een sloot in ge
reden. Deurlo was verdronken, de
RP'er kon ternauwernood worden ge
red.
Inmiddels zijn er vele honderden eva
cuees in Bruinisse aangekomen. De
meesten waren gered door Bruenaars
die met alles wat drijven kon het onder
gelopen Schouwen-Duiveland waren
ingetrokken om mensen te redden.
man moet zich, met gummilaarzen,
melden op het districtsbureau in Alme
lo om naar het rampgebied te worden
gezonden. Zesentwintig RP'ers gaan
met een bus naar West-Noord-Bra
bant. De groep wordt in Dinteloord en
Willemstad onmiddellijk ingezet bij het
zoeken naar slachtoffers.
Wachtmeester Jaap Hoekman op
surveillance.
(Fotoreproductie: TR Middelburg)
Ondertussen maakt Hoekman zich
zorgen over zijn eigen familie op
Schouwen. De districtscommandant
uit Breda van de Rijkspolitie die zelf de
reddingswerkzaamheden daar leidt,
staat hem toe naar Steenbergen te
gaan om daar iets meer aan de weet te
komen. Via de dijken bereikt Hoekman
Sint Philipsland. Vandaar gidst hij een
colonne militaire amfibievoertuigen
naar Schouwen-Duiveland. De solda
ten en Hoekman zijn de eerste hulp
verleners die van buiten het eiland ko
men.
Dat lukte lang niet altijd. In Bruinisse
spoelen slachtoffers aan uit Ooster-
land, Nieuwerkerk en Ouwerkerk. Ze
worden voorlopig begraven in een
massagraf op een hoger gelegen ge
bied bij Zijpe. Onder de slachtoffers
zijn veel kinderen.
Nog geen 20 meter van deze boerde
rij bij Klundert brak de dijk. Een
boerenfamilie met 10 kinderen, 30
koeien, een paard en 23 hectare
land, zag voor de derde maal alles
verloren gaan: eerst door de inunda
tie in 1940, toen door de gedwongen
evacuatie in 1944 en bij de Ramp
van 1953 nogmaals. (Foto: Jo Bokma)