De tijdgeest 5 Koningin 45 jaar 655 gezinsgids veau moet houden als in de dagen van welvaart. En de staatskas is leeg. Het is, of de Heere ons volk zegt: „Laat uw afgoden u redden". Maar „beschaamd zullen zijn, die zich op de afgoden beroemen." Nog meent ons volk, nog menen ook de groten dezer aarde, zichzelf te kunnen redden. Van schuld be kennen is geen sprake. De zonde bok zoekt ieder buiten zichzelf. Wat deze moderne mens (ook u en mij?) ontbreekt, is de erkenning en de beleving van de werkelijkheid van onze zondestaat voor God. Zij wil zichzelf verlossen, ook in kri- sistijd. Daarom grijpt hij (u en ik ook?) naar valse theorieën en voze idealen. Maar wie deze ontzettende waar heid van Gods Woord niet erkent, niet beleeft door de bediening van Gods Geest, dat hij verdoemelijk ligt onder het oordeel van de drie voudige dood om zijn persoonlijke schuld voor God, is in wezen een gevaarlijk mens voor zichzelf en voor zijn omgeving. Dan wankelt het gezag van Gods Woord. Dan wankelt in zijn uitleven alle gezag. Ook het gezag van de overheid, dat de Heere ingesteld heeft uit oor zaak van de verdorvenheid van het menselijk geslacht om de verdor venheid der mensen te bedwingen. Dan behoeft het ons niet te ver wonderen, dat de geest van de tijd meebrengt, dat alle gezag zoek raakt bij groot en klein en dat to tale tuchteloosheid optreedt in het maatschappelijk leven, in staat en kerk en school. En dat onder het motto van vrijheid, gelijkheid en broederschap. Wanneer we in wer kelijkheid onze zondestaat voor de Heere beleefden, persoonlijk ge troffen en verslagen waren door schuldbesef voor God, dan zou er nu geen sprake zijn van zoveel ver splintering, verdeeldheid, bittere vijandschap, onschriftuurlijk for malisme en kerkisme. Heeft de geest van de tijd ons per soonlijk, ons gezinsleven, ons be roepsleven, onze vrijetijdsbeste ding, ons kerkelijk leven, zó in haar greep, dat er nauwelijks onder scheid is tussen de wereld en hen, die zich nog scharen onder het volk van God, dan is er slechts één middel tot genezing. Dat middel is, ook in de ontzaglijke krisis, die we gaan beleven, het als ellendige zondaren bukken en buigen onder het kruis. Nu de Heere blaast in het evolutio nistisch vooruitgangs,,geloof" en nu het religieus gevoel van zovelen, dat niet meer is dan een zoeken van zelfverlossing buiten de Ge kruisigde Middelaar, gaat wanke len, worden steeds meerderen on derworpen aan het kruis, dat over hen komt. Denk eens aan het te ruglopen van hun bedrijf, aan niet meer op te brengen lasten, aan werkloosheid, aan hooglopende moeilijkheden in het huwelijk, met de kinderen, in de familie, in het kerkelijk leven. We kunnen zo voortgaan. Wat worstelen we er tegen, wan neer we niet zondaar of zondares voor God zijn geworden! Wat trachten we ons er van te ontdoen met alle mogelijke en onmogelijke middelen, wanneer we niet hebben leren buigen onder het oordeel van de soevereine en rechtvaardige God en nooit zijn gekomen tot het: Ik ben die man, ik ben die vrouw, ik ben de jongen, het meisje: ik heb God op het hoogst misdaan, ik ben van het heilspoor afgegaan. Krisistijd. Dat is de tijd, waarin ons het kruis wordt opgelegd. Maar zo'n kruis buiten Christus, daarop rust de vloek van onze zondestaat. Daarom is het oneindig zwaar. En het einde van zo'n kruisweg buiten Christus is het eeuwig verderf, een diep ongelukkig einde. „Die zijn kruis niet opneemt," zegt de Heere Jezus, „is Mij niet waar dig." Dan zijn we er wel aan on derworpen, maar we willen er ons niet aan onderwerpen. Het is ook bitter om alles, waaraan we ons hart gegeven hebben, ons te zien ontvallen. We hebben het zo lief. We vertrouwden er zo op, dat het bezit en het genot daarvan verzé- kerd was. Nu moeten we gaan „in leveren". Het een na het ander ont valt ons. Wat een onvoorstelbaar voorrecht, wanneer we dit kruis mogen op nemen, omdat we zondaar, zonda res voor God zijn geworden. En omdat ons oog is geopend voor het kruis, dat Christus gedragen heeft voor onze zonden. Dan neemt de Heere de vloek er uit weg, die wij Van harte gefeliciteerd Ma jesteit! Hare Majesteit Koningin Bea trix werd maandag 31 januari 45 jaar. Wij wensen ons Koninklijk Huis Gods rijke zegen toe. De Heere gedenke ook bijzonder Prins Claus en schenke hem gene zing. ons waardig hebben gemaakt; dan ligt er een troost in, omdat we, onszelf verloochenend, met al Gods kinderen Christus mogen volgen op de kruisweg. Dan heb ben we, als de Heere ons zó het kruis doet dragen, niets te verlie zen, omdat we aan het einde van die kruisweg alles zullen ontvan gen. Da Costa dichtte in zijn dagen reeds: Voor zelfontwikkeling, zelfregering, zelfvolmaking (ach! holle galmen voor steeds nieuwe Godsverzaking!) was nooit de redding van öf mens, öf mensdom veil. Hereniging met God! daar slechts is beider heil! Laat door geen tijdgeest of zijn dwaallicht u toch leiden; blijf steeds van de tijdgeest de loop der tijden scheiden; met deze aan Gods hand vertrou wend medegaan. Blijf d'and'ren in Gods kracht weerspreken en weerstaan. P.K.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 1983 | | pagina 10