nog eens 1500 naar veiliger streken. Op de droog gebleven dijken, ble ven ca. 300 mensen in hun wonin gen achter. 'De slachtoffers werden in de loop van de week opgevist door marinemannen; zij vonden hun laatste rustplaats in een massagraf, dat inderhaast werd aangelegd op de nog droge Spuidijk. (zie foto) Oost Flakkee In het oostelijk deel van het eiland ontstonden door doorbraken dezelf de moeilijkheden, ais hiervoor ge schetst. Als u de foto van het be ruchte dijkgat bij Den Bommel be ziet, hoe 'het water zich vanaf de haven als een wilde bergstroom door het dorp stortte, baart het ver wondering, dat er niet nog meer burgers om het leven kwamen. Er vielen negen doden te betreuren, 's Maandags en dinsdags volgde evacuatie, er bleven slechts 70 per sonen in de drooggebleven wonin gen op de dijken achter. In de buurtschappen Achthuizen, Zuid zijde en Kranendijk vond onder moeilijker omstandigheden het op halen van de bewoners plaats, zij vertrokken meestal naar Brabant, met schepen via Sluishaven. Een gelukkiger beeld vertoonde Stad aan 't 'Haringvliet. Weliswaar was de polder Oude en Nieuwe Stad door dijkdoorbraak volgelopen, maar door gezamenlijke krachtsinspan ning van de inwoners, kon groter ramp worden voorkomen. Er waren geen slachtoffers te betreuren. Cir ca 250 personen evacueerden naar Rotterdam. Ooltgensplaat werd ook door water besprongen en daardoor geheel ge ïsoleerd, alsmede de buurtschappen Achthuizen en Langstraat. Onder leiding van burgemeester P. Hordijk werden krachtige organisaties opge bouwd voor hulpverlening; reeds 's maandags kon vanuit de haven met verscheping van de bevolking worden begonnen. In totaal vertrok ken 2550 personen. Zowel te Oolt gensplaat als in de buurtschappen brachten allen er gelukkig het leven af. Wel was er veel dood vee en een enorme materiële schade. Dirksland en Melissant In het midden van het eiland had den de plaatsen Dirksland en Melis- sant het grote voorrecht, mede door intense krachtinspanning van de be volking, die met man en macht de binnendijken verhoogde, niet door het water te worden overstroomd. Beide dorpen, vooral Dirksland, wer den een opvangplaats voor vluchte lingen. Het grootste deel van de bewoners van Herkingen was in de rampnacht al overgebracht naar Dirksland en te Melissant werden de overlevenden uit Stellendam opge vangen. Al die mensen moesten van droge kleren en voedsel worden voorzien. Toen de wentelwieken en de dukws de mensen van Nieuwe Tonge haalden, werd het wel een probleem al die mensen onder te brengen; de bevolking werkte in al les mee om onderdak te verlenen. Het Rode Kruis verzorgde de regi stratie en trof maatregelen voor ver scheping, vanaf het Dirkslandse Sas werden de meesten naar Rotterdam gebracht en vandaar naar andere oorden. In totaal werden meer dan 3000 personen met schepen ver voerd. In het dorp Herkingen vielen geen slachtoffers; wel 3 personen uit de omgeving. Stellendam overspoeld van twee zijden Stellendam werd bijzonder zwaar getroffen, doordat het woeste water van twee zijden het dorp binnen stroomde. Het kwam eerst de Spui- polder binnen van de zijde van de haven en over de Molenkade, waar de dijk bezweek. Moedige redders probeerden de buiten het dorp ge legen woningen te bereiken, wat maar ten dele gelukte. Aan de an dere zijde van het dorp liep de pol der Nieuw Stellendam vol, zodat de toestand hopeloos werd. Men vlucht te op de zolders en op de daken, want het water rees met ongeloof lijke snelheid tot wel 3V2 meter hoog. Hartverscheurend was het geroep om hulp, het angstig jammeren van kinderen en het loeien van het vee. Het werd een worsteling om het leven; vooral op de boerderijen buiten het dorp was grote nood. Bij het aanbreken van de dag werden met tractoren roeiboten uit de haven over de dijk getrokken, zij werden ingezet voor het reddingswerk. Het dorp was één watervlakte, waar slechts de huizen bovenuit staken. In de straten dreef het wrakhout van de huizen, sommigen hadden zich daarop vastgeklampt en kon den verstijfd van de kou worden gered. Anderen dreven op losgesla gen zolders, uitgeput hingen er ook mensen in de bomen. De moed door de redders aan de dag gelegd, gaat boven alle lof. Om 5 uur 's maan dagsmorgens verschenen de eerste Marineboten in de haven; 's avonds was reeds het grootste deel van de bevolking afgevoerd. Alleen de do den bleven achter; vele families wa ren in diepe rouw gedompeld, want er waren 62 slachtoffers van deze geweldige vloedramp. Ouddorp en Goedereede Bij de haven van Ouddorp brak de dijk door en liep de polder Het Oudeland vol. Verder ontstond bij de Jillesweg een groot gat in de dijk, waardoor het gebied tussen Ouddorp en Goedereede werd over stroomd. Ook de dijk bij Preekhil brak door. Bij het Flaauwe werk wer den de duinen zwaar afgekalfd, maar konden nog juist stand houden. Reeds voor de komst van het water werd te Ouddorp alarm geslagen, zodat de bewoners zich tijdig in veiligheid konden stellen in de oude duinen en anderen toevlucht zoch ten in het hoger gelegen dorp. Het gemeentebestuur achtte evacuatie niet noodzakelijk; slechts een gering aantal vertrok vrijwillig met het eer ste schip, dat hulpgoederen aan voerde in de Ouddorpse haven. Te Ouddorp vielen geen slachtoffers. Het oude stads-Goedereede werd van drie plaatsen door het water aangevallen, 's Nachts 3 uur bezwe ken de bekistingen voor de straten, die de drang van het water, dat van de haven kwam, niet konden weer staan. Ten zuiden van Goedereede speelden zich ernstige drama's af; de polder Nieuw Stellendam was (zoals hierboven genoemd) een com plete waterzee. Bij de z.g. Ooievaar kwamen zes mensen van de familie Van Veen om het leven. Zijn we nu veilig? Wij hebben ons in dit overzicht be paald tot een klein deel van het gebied, dat 'door de vloedramp werd getroffen. Het totale dodencijfer in ons land bedroeg 1825. Er moesten ca. 72.000 mensen worden geëva cueerd; de economische schade beliep tientallen miljoenen. Ten dele kunnen wij ons maar een idee vor men, hoe vreselijk deze ramp ge weest is. Het is niet de bedoeling om over het herstel van de verwoestingen te schrijven; in 't kort zij gezegd, dat door de snelle dichting van de dijk- gaten het eiland weer spoedig droogviel en de bewoners na enige maanden of nog korter, weer naar hun haardsteden konden terugke ren. Dit was niet overal het geval; op Schouwen Duiveland was dit van veel langere duur. Door de uitvoering van de Delta werken zitten we nu beschermd ach ter hogere dijken en afgesloten zee mondingen. Het lijkt er nu op, of er niets kan gebeuren. Zijn we nu vei lig? Af en toe betoont de Heere, dat Hij de Hoge, de Verhevene is, 624

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 1978 | | pagina 12