1 Stormpeilen 1 Febr. 1953 en vergelijking met de zwaarste oudere stormvloeden. Peilschalen 1825 1894 1906 1916 andere jaren 1953 Hoger dan ooit waar genomen Cadzand 416 394 339 475 59 Breskens 381 415 361 480 65 Vlissingen 367 392 353 455 63 Zuidkraayert 410 370 47° 60 Terneuzen 394 427 395 496 69 Hansweert 409 460 410 507 47 Walsoorden 398 460 405 525 65 Bath 439 483 440 560 77 Zierikzee 370 371 382 347 432 50 Veere 382 359 370 344 450 68 Goesse Sas 407 393 408 360 465 57 Wemeldinge 398 432 380 468 36 Gorishoek 404 434 385 470 36 Tholen 420 440 414 4503) 481 31 Bergen op Zoom 447 424 485 410 517 32 Brouwershaven 375 359 338 334 425 5° Ouddorp 37° 340 320 420 5o Bruinisse 379 391 356 450 59 Steenbergse Sas 382 377 380 380 465 83 Dintelsas 349 388°) 455 67 Goedereede 307 340 320 324 405 65 Hellevoetsluis 307 346 335 333 410 64 Middelharnis 342 335 340 417 75 Willemstad 354 362 357 362 366 435 69 Moerdijk 335 353 337 360 371') 410 39 Lage Zwaluwe 348 324 353 400 47 Mond der Donge 306 276 285 314 378 64 Capelse Veer 284 3182) 370 52 Drongelense Veer 3862> 374 Heesbeen 340 340 335 464*) 376 An del Maas 4652) 370 Hedel 384 432 378 574*) 395 Lith (dorp) 7752) 407 Hoek van Holland 328 297 300 385 57 Maassluis 325 296 304 375 50 Vlaardingen 320 300 322 371 49 Rotterdam 291 317 298 331 375 44 Krimpen a.d. Lek 273 301 315 335 371 36 Streefkerk 305 315 340 378 38 Schoonhoven 276 307 329 346 3472) 382 35 J aarsveld 319 357 357 4902) 392 Vreeswijk 329 402 394 5.792) 400 Culemborg 349 496 470 (>932) 421 Gouda 296 321 314 334 375 4i Haastrecht 330 378 48 Spijlcenisse 306 292 320 367 47 Goidschalxoord 3183) 380 62 Puttershoek 327 317 340 375 35 Dordrecht 328 321 327 343 373 30 Sliedrecht 322 333 348 385 37 Deeneplaat 335 322 340 3413) 397 56 Kop van 't Land 320 326 345 401 56 Ottersluis 319 335 350 400 50 Werkendam (buiten) 354 326 342 352 3602) 398 38 Gorinchem 347 337 357 379 4762) 404 Herwijnen 356 415 424 5992) 421 Zaltbommel 370 509 504 7522) 446 Zuidland 3332) 405 72 Oud Beyerland 329 306 335 388 53 Willemsdorp 330 319 328 348 3522) 405 53 's-Gravendeel 324 316 344 385 4i Alblasserdam 321 321 350 371 21 Scheveningen 353 315 320 397 44 IJmuiden 340 320 291 385 45 Den Helder 247 248 204 !75 y 251s) 325 74 Oude Schild (245) (254) (213) (205) 26li) 332 71 Vlieland (haven) (284) (287) (256) (221) 316 29 Terschelling (295) (286) (275) (233) 318 23 Nes 330 356 320 320 Schiermonnikoog 406 456 346 325 Den Oever (235) (233) (200) (211) 295T 37° 75 Kornwerderzand 322 373 5i Harlingen (293) (269) (275) (273) 3194) 366 47 Oostmahorn 316 420 375 318 Nieuwe Zijlen 401 368 426 372 4307) 330 Delfzijl 420 385 451 432 327 Nieuwe Statenzijl 509 427 516 506 54I1) 370 De hoogste en de voor 1953 als hoogste geldende standen zijn cursief gedrukt; de cijfers tussen haakjes duiden standen aan voor de afsluiting van de Zuiderzee. T.a.v. open plaatsen in laatste kolom: hier was de stand door verschillende oor zaken lager. 2) 1877; 2) 1926; 3) 1928; 4) 1936; 3) 1940; 3) 1943; 1944 1945; telijke wind. Als gevolg hiervan'ontstond er een afwaaiing (zie bv. het windeffect te King's Lynn, Southend en Dover, fig. 7). Het water werd in noordelijke richting gestuwd. Toen de depressie zich had verplaatst (fig. 3) en de wind naar Noor delijke richting was gedraaid, „slingerde" deze watermassa terug naar het zuide lijk deel der Noordzee, vermeerderd met de windopzet van de noordelijke wind. Deze „terugslingering" heeft het storm- effect, veroorzaakt door de noordelijke storm, nog vergroot. De reeds eerder beschreven storm is uiteraard niet zonder uitwerking ge bleven. Grote watermassa's werden de Noordzee ingejaagd, door de trechter- vorm in het zuidelijk deel van de Noord zee opgestuwd, omdat het Nauw van Calais te klein van profiel is om een vol doend snelle afstroming te bewerk stelligen. In figuur 7 zijn voor een aan tal plaatsen langs de Noordzeekusten de opgetreden waterstanden, de astrono mische getijlijnen en het verschil tussen beide, het stormeffect, weergegeven. De in Nederland opgetreden maxi mum-standen zijn in nevenstaande tabel weergegeven, waaruit tevens blijkt, dat deze standen de vroegere maxima tot 70 cm overschreden. Voor de Noordzeekusten zijn in fig. 8 de maximum standen, maximum-,,op zetten" en de opzetten ten tijde van hoogwater weergegeven. Duidelijk blijkt de trechterwerking van de Noordzee: hoe zuidelijker, des te groter de opzet om onder invloed van het Nauw van Calais weer af te nemen. Waren de maximale stormeffecten langs de kust hoog, landinwaarts werden deze waarden, weer als gevolg van de trechtervorm der zeegaten en het addi tionele windeffect hiervan, nog verder verhoogd tot in Rotterdam 3,70 m, in Dintelsas en Moerdijk 4,20 m enz. (fig- 9). De opzet ten tijde van het ramphoog water in het Zuidwesten bedroeg 2,50 a 3,30 m, dus minder. Ook de windgolven waren niet onbe langrijk: in het zuidelijk deel 4,5 m, in het noordelijk deel der Noordzee 6,5 m. Opmerking: De hier gegeven waterstanden, storm effecten en de daaruit volgende grafieken worden vooralsnog onder voorbehoud gegeven. De analyse van het waarne mingsmateriaal is nog niet voltooid. Na het verschijnen van het stormvloeds- verslag, dat in bewerking is, is het moge lijk dat er, zij het geringe, wijzigingen noodzakelijk zijn. R. H. J. MORRA Techn. Ambt. ie klas v. d. Rijkswaterstaat x) Literatuur: ,,De overstromingsramp 31 Januari - 1 Februari j>de Ingenieur", nrs 31 t/m 36 1953. ,,De stormvloed van 1 Februari 1953". door H. A. Quarles van Ufford, Hemel en Dampkring" van Febr. 1953. „Statische en economische onderzoekingen", Cen traal Bureau voor de Statistiek, Nieuwe Reeks jaar gang 8, nr 2, 2e kwartaal. 1953. 2) Op de weerkaarten staan o.m. aangegeven de luchtdrukcentra (L en H), de isobaren (lijnen van gelijke luchtdruk) en de windsterkte en richting. De windrichting loopt bijna in dezelfde richting als de isobaren, dus niet rechtstreeks van H naar L, dit is een gevolg van de aardrotatie. Hoe groter de luchtdrukgradiënt is, hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, des te meer wind zal er optreden. Verder wordt nog gewezen op het feit, dat de luchtstroming voor het noordelijk halfrond om de kern van een lagedrukgebied heen linksom, en om die van een hogedrukgebied heen rechtsom gericht 553b

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 1954 | | pagina 19