WAAR eens de groene eilanden met hun hel dere stadjes en dorpen lagen, omgorif door brede wateren, is nu de troosteloze, grauwe vlakte, die steeds verder vreet. Vernielde hui zen en kruinen van kale bomen steken schraal op en hier en daar ligt nog een stukje beslijkt land. En mensen klampen zich vast aan het laatste beetje hoop, terwijl het water rijst. Zij troepen bijeen op de laatste droge gronden zij zitten op de zolders der wankelende huizenresten of hangen in de bomen. Wanneer zal de redding komen In de grijze lucht hangt, zoemend als een vreemd insekt, een helikopter. Waar de schepen geen hulp kunnen bieden zijn de vliegtuigen gekomen. Enkele eerst, later één onafgebroken rij, cirkelend boven het verdronken land, scherend over het water. Zij zijn niet meer verlaten daar beneden. Voedsel pakketten, dekens, drinkwater, van alles wordt uitge worpen en de helikopters blijven trillend boven de meest bedreigde plaatsen hangen en hijsen de zieken op uit hun ellende. Vliegtuigen boven het verdronken land... Zij, die over deze onafzienbare watervlakte hebben gecirkeld, kregen het eerste troosteloze beeld van de omvang der ramp maar zij konden ook het doeltref fendste de hulp regelen. Als deze dijkdoorbraken een halve eeuw vroeger gebeurd waren, was de ramp niet meer te overzien geweest. Nu hebben luchtverkenningen toegelaten van het begin af een overzicht te krijgen en heeft men mensen kunnen redden, die anders zeker in hun verlatenheid waren ondergegaan. De geteisterden zullen nog lang het geronk in hun oren hebben van die nooit eindigende stoet vlieg tuigen uit alle mogelijke landen, die, bemoedigend, hun verschrikkelijke eenzaamheid doorbraken. Die hun noodseinen opvingen en de redders naar de bedreigde plaatsen brachten. Die neerstreken te midden van de meest afgezon derd en. Die de meest rampspoedigen de sterkende bood schap brachten, dat ginder ver, achter die onafzien bare watermassa, een wereld gereed stond om te helpen. Die tenslotte de brug legden uit het tand van de dood naar het land van de levenden. Vliegtuigen boven het verdronken land.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 1953 | | pagina 2