de dijkgaten W. H. ZANEN B,J OUWERKERK 6 Zoals in de algemene beschrijving in de eerste aflevering van ons blad reeds werd vermeld, ontstonden in de Zuidelijke bedijking van de polder Vier Bannen van Duiveland drie gaten, pal bezuiden het dorp Ouwerkerk. Het meest Westelijke van deze 3 gaten ontstond ter plaatse van de daar aanwezige uitwateringssluis (de z.g. Scheldesluis), het middelste 200 meter beoosten dit kunstwerk, het derde gat ongeveer een kilometer Oostelijk van het middelste. Voor deze dijk lag een slik, dat gemiddeld ongeveer tot een hoogte van 0.50 m 4" N.A.P. was opgewassen. Het water stroomde in de Vierbannenpolder zowel van de Noordzijde (Stevensluis, zie vorig nummer) als van de Zuidzijde. Tijdens de eerste vloedgolf in de nacht en vroege morgen van 1 Februari kwam het water in Ouwerkerk zo hoog, dat het ca. 1,50 a 2,00 m in de straten stond. De tweede vloed, 's Zondagsmiddags, bereikte een veel hoger peil. Sommige huizen stonden zo ver onder water, dat zelfs zolderverdiepingen geen wijkplaats meer boden. Ouwerkerk en Nieuwerkerk behoren tot de zwaarst getroffen dorpen in het rampgebied. Nieuwerkerk met 1900 inwoners betreurt 288 doden; in Ouwerkerk verdronken er van de 575 inwoners 91 mensen. In beide gevallen dus 15 procent van de bevolking, dit is van elke 6 bewoners 1 dode. In beide dorpen te samen worden thans nog 130 mensen vermist. Zoals uit bijgaande situatieschets blijkt, ontstond achter elk der beide grote gaten een geulenstelsel, hetwelk diep landinwaarts is inge vreten. Ter plaatse van de gaten staan deze geulen dwars door het slik in verbinding met het diepe vaarwater. Bij de eerste opname van de toestand, nadat de omgeving was ge peild, zag men in verband met de hoogteligging van het maaiveld en de toen aanwezige diepten der geulen, op tegen een ontwerp van een inlaagdijk aan de binnenzijde van de vernielde dijk. Men was bang bij deze keuze regelmatig bij laag water niet te kunnen werken. Het projecteren van een dijk buitenom over het slik heeft ook z'n bezwaren. Bij ruw weer heeft men dan eerder stagnatie door de golf beweging. Hier kon men (in tegenstelling met Schelphoek) echter rekening houden met de gunstige omstandigheid, dat men enige be-

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - tijdschriften | 1953 | | pagina 18