éiBHJ n mmmmnm
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH VLAANDEREN
N». 22.
Twee en twintigste jaargang.
A°. 1881.
Doopsgezinde Gemeente
Aardenburg.
Dit weekblad verschijnt iederen Vrijdag.
Prijs per drie maanden 1.
Afzonderlijke nommers 7 cents.
Prijs der advertentiën: van 15 regels GO cent,
elke regel meer 7Va cent. Groote letters naar het ge
tal gewone regels die zij beslaan.
Ingezonden Stukken en Brieven benevens Advertentiën (uiterlijk des Donderdags avonds 4 ure) en gewone Berichten of
Mededeelingen van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever, of bij den Redacteur J. P. LEIJSENNAAR.
Generaal Agentschap, NIJGIt en VAN DITMAR, Algemeen Advertentiebureau te Rotterdam.
(Vervolg.)
Het volgende is uit oen Fransch opstol
overgenomen. De getrouwheid der verta
ling waarborgen wij, terwijl wij sommige
gevolgtrekkingen voor rekening van den
oorspronkelijken schrijver, eou voornaam
Belgisch rechtsgeleerde, laten. Dus schrijft
hij
Wij geven hioronder cone bladzijde,
welko eou wenig bekend feit onzor Vlaam-
sche geschibdenis in hot licht stelt. De
kantons Waarschoot, Eectoo en Somorgem,
die heden ten dago tot de meest klerikale
behooren, waren voor twee eeuwen .ver
pest door de ketterij," zooals men toen
zeido, meer dan eenig ander onzer Vlaam-
scho gewesten, 't Is oono opmerkelijke
daadzaak, in onze dagen volstrekt onbe
kend [1] en waarvan wij te vergeefs eenig
spoor zochten, óf in de geschiodonis van
Vlaanderen gedurende do vier laatste eeuwon
door den hoer Kervijn de Lettenhove (die
echter het land van Eectoo wel moet ken-
non [2]) óf elders, dat het de leerstellingen
on de godsdienstige gebruiken der ana
baptisten zijn, [3] die door deze afgeschei
denen beleden en uitgeoefend werden;
menschen, die overigens tot do keur dor
bevolking behoorden. De plaats der ver-
eoniging, waar zij vergaderden ten einde
hun godsdienst uit te oefenen, was in de
omstreken van Aardenburg in dat gedeel
te der tegenwoordige provincie Zeeland,
dat door de legers dor Vereenigde Neder
landen, geholpen door do natuurlijke
verdedigingsmiddelen van den bodem en
gevormd door do armen dor Schelde,
veroverd en verdedigd werd, op en tegen
do Spanjaardon, [4] en dat sedert aan do
unie is verbleven. De secto der anabaptis
ten heeft nog tallooze leden in die stre
ken, [5] waarschijnlijk van Vlaamsche
vluchtelingen afkomstig, terwijl zij in bo
venbedoelde kantons van ons gowest go-
heel verdwenen is, waar zij nogtans in
de XVIIe eeuw zeer veel aanhangers telde.
In 1629 schreef de aartshertogin Isabella
Clara Eugenia (infante van Spanje, eeht-
genoote van Albertus aartshertog van Oos
tenrijk, welk echtpaar de Nederlanden
onder zekere voorwaarden als bruidschat
ontvangen had) het volgende aan den raad
van Vlaanderen.
Lieve en welbeminden
Daar wij ondorricht zijn, dat in de stro
ken [6] tusschen Gent en Brugge, die on
der contributie staan, de ana baptisten eeniga
prodikatien gehouden hebbon en wel met
name die der dorpen Somergem en Lo-
veudogem, en dat onderscheidene inwoners
dier parochiën nu en dan dergelijke ver
gaderingen bezoeken, en -wel in zokero
streek nabij Aardenburg genaamd ten
Buijsen, [7] geven wij u daarvan bericht,
ten einde dooilicieren (dionaars der justitie)
der lauden van contributie tusschen Gent
en Brugge gelast zouden worden tegen deze
plaats gehad hebbende schandalen te wa
ken on te zorgen, dat zij in 't vervolg
geen plaats meer hebben, procedeercndo
iu dezen zonder aanzien des persoons tegen
wie het ook zijn moge, gelastende wij de
onderzoeksrechters hun plicht te doen, en
zich van hun last te kwijten, vooral ten
aanzien van Samuel Pit eu zijne moeder,
verdacht van tot die secte te behooren [8]
zouder dezen Samuel, door wiens tusschen-
komst ook, los te laten buiten onze orders.
En God neme u lieve en welbeminden,
in zijne heilige bescherming.
Uit Brussel den 23 van Juni 1629.
En was onderteekend Isabel, lager
Lafaille.
Om dezen brief der aartshertogin te kun
nen beantwoorden stelt do raad van Vlaan
deren (die, naar 't ons voorkomt den af
gescheidenen niet ongenegen, althans niet
vijandig was) een gerechtelijk onderzoek
in. Hij maakte daarmede echter geen haast,
want het onderzoek duurde meer dan oen
vol jaar het bericht of procesverbaal daar
van toch is van Novcmbor 1630.
AANTEEKENINGEN.
1. Onbekend in Vlaanderen ja, en maar
al te zeer ook bij ons en dank zij de in
richting der leerboeken voor de Zeeuwsch-
Vlaamsclie schooljeugd, voor wie do va-
dorlandscho geschiedenis eerst met 1604,
ten hoogste met 1576 (Pacificatie van Gent)
of 23 Januari -1579 (Unie van Utrecht) be
gint. Westelijk Zeeuwscb-Vlaaederen toch
behoorde, behalve de steden en vrije heer
lijkheden Mudo (St. Anne) Sluis, Aarden
burg, Oostburg, Niouwvlict en Breskcns
tot bet Burgsche Vrije (nu in West-
Vlaandcrcn) en dit Vrije nam de Unio
van Utrecht aan. Wij herhalen het dus
nogmaals, Zeeuwsch-Vlaanderen had nooit
als wingewest mogen behandeld worden
2. Do schrijver weet wel beter, doch
Mr. Kervijn, spijt zijn baronstitel on het
«noblesse oblige" is nog grooter verknoeier
der geschiedenis van ons vaderland, dan
dr. Nuijens ten onzent en do Leuvenscho
professor Alberding-Thijm; curieusc staal
tjes bezitton wij daarvan.
3. Anabaptisten, wederdoopers, is on
juist zij haddon reeds lang do zachtere
richting der doopsgezinden tot do hunne ge
maakt. Do naam bleef in den vreemde
nog lang. Toen de Franschon «blazende
en droigonde moord", in Juni 1672 Aar
denburg bestormden riepen zij: sla dood,
sla dood de annabaptisten
4. Vergelijk 1 hierboven. Ons gewest
is echter geen voortbrengsel der schelde-
armen, maar ontstaan langs de oudo
zeekust (de duinen zijn thans do heuvels
bij Maldegom.)
5. Do geheelo schare telt in geheel
Zeeuwsch-Vlaanderen nauwelijks honderd
zielen meer enkele goslachten trokken
naar olders, zooals do Van Ecgers, Dy-
serincks, enz., anderen als de Dobbelaers
stierven uit en van do Beheijts ging do
vaderlijke linie tot de Hervormdon over.
Zoo werd de geheele gemeente te Nieuw-
vliet vernietigd, evenals die to Eode
(Biczen) cn te Hcillc. Nog is do hoofd
zetel Aardenburg, waar men een lief bede
huis aantreft en cono behoorlijke, zelf
standige gemeenteiuricliting.
6. Landen van contributie, dus hcotto
een groot gedeelte van het platto land
tusschen Gent en Brugge, niet alleen op
Spaanschen bodem, maar ook tusschen
Sint Anne cn Sluis, Sluis en Aardenburg
en verder tot Beooston IJzondijko op Ne-
derlandschen of staatschen bodem. De
landen op Spaanschen bodem stonden
bloot aan de plundertochten der geuzen,
welko zij tot voor do poorten van Gent
en Brugge uitstrekten on, als of dit niet
genoeg ware, aan die der muitinoerendo
Spanjaarden, hekend onder den naam van
Malcontenten, do geesel der Vlaamscho en
Brabantsche gewesten. Do Spaanscho
schatkist was alles behalve een Fortuuatus-
beursmen kon er gewoonlijk den bodem