NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH VLAANDEREN N". 41. Een en twintigste jaargang. A0. 1880. Vrijdag 31 October. BEKENDMAKING. Eene bladzijde uit de geschiede nis van Uzendijker Ambacht. Dit weekblad verschijnt iederen Vrijdag. Prijs per drie maanden 1. Afzonderlijke nommers 7, cents. Prijs der advertentiënvan 15 regels 00 cent, elke regel meer 7% cent. Groote letters naar het ge tal gewone regels die zij beslaan. Ingezonden Stukken en Brieven benevens Advertentiën (uiterlijk des Donderdags avonds 4 ure) en gewone Berichten of Mededeelingcn van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever, of bij den Redacteur J. P. LEIJSENNAAR. Generaal Agentschap, NIJGH en VAiN DIïMAR, Algemeen Advertentiebureau te RoUerdam. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SLUIS brengen ter kennis van belanghebbenden, dat door tien voorloopig zijn vastgesteld het suppletoir kohier van den Hoofdelijken omslag en dat der belasting op de Honden dezer gemeente voor hetloopende jaar; dat gemelde kohieren van lieden af tot den 9 October daaraanvolgende in do gemeente secretarie voor een ieder ter lezing zullen liggen, en dat de bezwaren, die tegen de daarop gebrachte aanslagen mochten be staan, binnen den voormelden tijd schrif telijk op ongezegeld papier bij den gemeen- raad kunnen worden ingebracht. Sluis, den 5 October 1830. Burgemeester en Wethouders voornoemd, IIENNEQUIN, Burgemeester. P. J. EVERS, i'd. Secretaris. Getrouw aan onze stelling, dat het ver leden rijk is aan lessen voor liet heden, willen wij, zooals we over Nieuvvvliet spraken, thans met een woord gewagen over IJzendijke in den uitgebreidstcn zin, namelijk het IJzoudijkor ambacht. Wij herinneren daarbij, dat het tegen woordige IJzendijke volstrekt niets gemeens heeft met het oudere IJzendijke in den pagus Gaster na o, dat is in den lan- do van Gateruisso gelegen. Deze pagus of dit gewest ontleende don naam aan de pa rochie IJzendijke en lag ongeveer daar, waar thans de buurt de Roodenhoek of de Klakbean gelegen is. Het oude Gater- nisse bevatte het Noordelijk gedeelte van de dus gonoemdo Waterlanden, de be roemd geworden bedijkingen van Jail van Namen in de XlIIe eeuw, benevens de oude Yovo of Hevene watering. In bet Noorden werd Gaternisse be grensd door de Schelde, in bet Oosten door het land van Biervliet met Hugo- vliet en Huijghersluis, in het Zuiden door de Heerlijkheid 's Gravengoede, later Watervliet en in hot Westen door do Aar- deuburger en Oostburger Ambachten en de Watering van Haarsande in het Groe. Gaternisse bevatte de parochie van dien naam, voorts die van ter Nieuwer- h ave li, (bet. tegenwoordige numero Eeu) Vulon-diko, (Schoondijke) mot bet gehucht de Drie Koningen, Osemundakerke of Normans en Oostmanskerke, (bet tegen woordige Steenoven) ook naar de priorij van dien naam Ellemacr of Elmare ge- heeten, St. Christofl'els kapel, gelegen aan den Evliet, die in een zeer"wijde bocht naar het Oosten nabij Oostburg ontstond, voorbij Elmare stroomde, zich Noordwaarts omboog en in bet Noordwesten, bij ter Nieuwerhaven, zijne wateren met dia der Honte (nu de Westerschelde) vereenigde en eindelijk nog Isendica of IJzendijke, St. Nicolaas later Watervliet, Sint Cathe- lina o£ Catbarina, St. Jan in Eremo of de Woestijn, Sint Marguerite, Waterdijk en ter Piete met de buurt en bet gesticht Willemijnonklooster. Oud IJzendijke, reeds in de Xe en Xle eeuw vermeld, was gelegen ter plaatse waar thans de Amelia polder aan het eerste gedeelto van den Zacharias polder sluit. De vloed van 12 November 1372 ver woeste het grootste gedeelte van deze landstreek met de stad IJzendijke en na bijgelegen parochiën, terwijl die van 1408 en 1437 het geringe overschot vernietig den. Zoo zag men dan twee eeuwen lang in plaats van den bloeienden pagus niets anders dan een ondiepen zeeboezem, waaruit zich hier en daar met puinhoo- pen bedekte hoogten en zandbanken ver hieven. Heel ver in het N. O. verrees het overschot van Biervliot, een eilandje waarop van de stad niets overschoot dan een buurt, bestaande uit een achttal huizen. Hugovliet, Huijghersluis, ter Piet, de Willemijnen, St. Christofl'els kapel, Sint Catheline en Osemanskerke (1) zijn sedert spoorloos verdwenen, alleen een enkel muurbrok der buurt Steenhove herinnert aan de oude parochie. De Aartshertog Philippus vaa Oostenrijk verleende aan Guy, Guido of Gwijde en Jan de Baenst, de bekende Sluisehe Baan- derheeren, octrooi tot bedijking, of beter gezegd, lierdijking dezer gronden, doch hunne rechten gingen over op de familie Laureijns, de herdijkers van Waterland, Watervliet, de Laureijne en andere polders. IJzendijker's Heer voerde in do middel eeuwen den titel van Baron of Baander heer, bijgevolg was het eene Baronnie. 1) Van daar nog den 'Nozemansweg, be dorven spelling voor Osemans of Ozemunda's- weg van Steenhove naar Schoondijke. Het wapen dezer Heeren bostond uit eou zwart veld, beladen met een zilveren kruis en twaalf zilveren meerlen, de wapenkreet was IJzondijke Het wapen der oude stad is nog het hedendaagscho v a r i d'A r g o n t et de suhle, a vee seize pel les, dat is afwisselend (schaakbordyormig) veld, bedekt met zestien pelsen (het vorstelijk hermelijn). IJzendijke wedijverde dus mot de Roode en Oostburgen in ouderdom. Van do naamsoorsproug is weinig lo zeggen. Sommigen zijn van gevoelen, dat hot woord dijk in IJzendijke niet dezelfdo bo- teekenis heeft, die tegenwoordig daaraan gegeven wordt, ja het is onzeker, of do oude benaming Isendica Oud Nederlandsch of verbasterd Latiju is. Iu West Zeeuwscb Vlaanderen vinden wij dat dike of dijko slechts drie malen, nog eens namelijk in Vulendike, later Sconendiko, dat in het begin der XVII eeuw den naam van Wil lemsdorp of Schoondijke kreeg, doch alleen onder den laatsten naam bekend bleef, verder ook in Waterdijk. Het voorvoegsel Ison schijnt wel op ijs te wijzen, doch dit is almede onzeker, daar van den Isenpolder (Groede) niet blijkt of de naam daarvan iets met ijs te maken heeft. Wel kende men oudtijds het werkwoord isen, voor welk bedrijf men haken gebruikte. (1) Wat hier van zij, tot nogtoe schuilt do naam in het duister en wij wenschten wol over de herkomst er van eenig licht te kunnen verspreiden In het vermeld octrooi ter herdijking van 26 Januari 1498, worden do over stroomde gronden aldus omschreven West van Biervliet beginnende aan do Oostzijde van Bouchoute, West van St. Jorispolder hij Bouchoute cn verder voor do volgende polders gelegon, namelijk 's Gravengoede, Watervliet, St. Mariapol- der, St. Jans-, St. Lievous on St. Joris polder en Noordwest over do Passegeulo voor den dijk van St. Catharinapolder (thans in Prins-Willems eerste deel) tot aan de zee; voorts met do Noordzijde langs den zeedijk de watering van do 1) Men vindt het nog in 1672 toen de Aardenburgers verplicht waren te Isen in de stadsgrachten en zich daartoe van haken moesten voorzien. Een snuggere archivaris wapende daarom (in 1672 nota bene!) de Aardenburger burgerij met de aloude haakbussen.

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1880 | | pagina 1