ken altijd en dat wel in tegenoverstelling
met de vissehers die altijd klagen) over 't al
gemeen voel gezien en buitengewoon veel
geschoten hebben zullen dit jaar naar men
zegt zeer weinig prachtige jachtavonturen
kunnen opdisschen om de eenvoudige reden
dat er weinig hazen en niet veel patrijzen
zijn. Ook dit is waarschijnlijk wel een ge
volg van de vele regens waardoor verschei
dene jonge hazen verongelukt en de patrij -
zennesten of niet uitgekomen of verlaten
zijn geworden. En zulks kan niet anders
dan oen nadeeligen invloed op het wild
hebben uitgeoefend.
Deze week zijn de werkzaamheden
aangevangen tot het plaatsen van een ijzeren
hek om de Hervormde kerk alhier.
Wij laten hieronder eene opgaaf vol
gen van den prijs van verschillende goud
en zilverwerken en porselein, welke den
10 dezer ten behoeve van den heer Ver-
dooren, te Aardenburg zijn verkocht
2 zilveren suikerstrooiers f 60, 2 zilveren
theedoosjes f 83, 6 zilveren lepels en vorken
f 71 tot f 73, zilveren soezenmand f 60,
schildpadsnuifdoos f 20, goud horlogie f 64,
schildpad naaidoosje met goud f 35,50,
diamanten speld f 49, dito f 30, porseleinen
eetservies (170 stuks) f 4S5, vischscliotels van
f 9, tot f 13 kop. pendule f 45, pendule
met coupes f 45.
Op het eiland Rottum is door den
ingenieur Bekaar voor rekening van bet-
Rijk, een accacia-beplanting aangelegd, die
voorloopig gunstig staat. Het tot nu toe
onproductieve eiland kan dus na verloop
van jaren een kostbaren voorraad hout
opleveren.
Te Groede is tot lid van den gemeen
teraad benoemd de heer J. Brakman.
Gedeputeerde Staten van Zeeland heb
ben aan de Provinciale Staten voorgesteld
om afwijzend te beschikken op het verzoek
van den raad der gemeente Hoofdplaat, om
die gemeente op te nemen onder de aan
legplaatsen van den stoombootdienst op de
Wester-Schelde.
De Staats-Courant bevat een konink
lijk besluit van den 28sten Augustus tot
wijziging van een gedeelte van den loop
der linien van toezicht in Zeeland.
De miliciens der liohtiug 1875 zullen
deii 14den en de nog in dienst zijnden
der lichting 1877, den 30sten September
weder naar hunne haardsteden terttgkeeren.
- Bij koninklijk besluit is tot voorzitter
van de eerste kamer der staten-generaal, ge
durende het zittingjaar 1878/79 benoemd,
mr. J. A. G. baron de Vos van Steenwijk,
lid van die kamer.
Het Vaderland wijst op de moeielijke
taak, die do minister van finantien te ver
vullen heeft, 's Lands schatkist eischt voor
ziening, en daar de bestaande belastingen
reeds zooveel strijd hebben uitgelokt, is be
langrijke verhooging niet mogelijk. Het
middel moet dus elders worden gezocht,
maar, als het doel wil treffen, zal het moe
ten samengaan met eeno opheffing of wijzi
ging van een of meer dei thans bestaande
belastingen. Vooraldio op het personeel acht
het blad afkeurenswaardig, en wel het moest
om de zonderlinge wijze, waarop alles door
een gehaspeld is, om een wet te maken, die
in principe niet juist, in de praelijk nog
dwazer is. Op eenige dier fouten vestigt het
blad de aandacht. Ramen en schoorstcenen
worden bezwaard, maar nergens meer dan
hier is licht en warmte noodig. De belasting
van de eerste dienstboden is even onjuist,
die op de paarden en rijtuigen vordert vor-
gend betere regeling.
Is er oen wet op het porsoneel noodig, dan
is in ieder geval geheele omwerking een
allereerste vereischte.
KERKELIJKE ZAKEN, ONDERWIJS ENZ.
- Beroepen te Hellevoetsluis ds. D. H
Teljer.
KOLONIËN.
Bij het dep. van koloniën zijn de na
volgende tijdingen omtrent de krijgsverrich
tingen in Groot-Atjeh van de Indische re
geering ontvangen bij een telegram van den
9 dezer.
Sedert de vermeestering van Moentassi
hebben de troepen zich hoofdzakelijk bezig
gehouden met de zuivering van het terrein
aan de linkerzijde der Atjeh-rivier.
De kampongs, waaruit onze transporten
beschoten werden, ondergingen eene tuch
tiging, eenige versterkingen werden genomen,
wegen werden aangelegd en bosschen werden
weggeruimd ter beveiliging van onze posten
en convooien. Bij de tuchtiging van Lamkrak
(tegenover onze linie Atoa-Beloel) werd aan
den vijandgroote schade toegebracht. Daarop
heeft Toekoe Moedoe Bait, en den 25n Aug.
heeft ook Habieb Abdul Itaukman namens
de drie Sagies stappen tot onderwerping
gedaan.
Naar aanleiding hiervan is de tuchtiging
van het vijandelijk gebied voorloopig ge
staakt, maar zij zou, als de onderwerping
niet volgen mocht, worden voortgezet,
zoodra de ingevallen regens het zouden
toelaten. De gezondheidstoestand bij de
ageerende troepen is vrij gunstig.
Aan de laatst ontvangen mailberich
ten ontleenen wij het volgende
Van den gouverneur van Atjeh en on-
derhoorigheden zijn onder dagteekening van
Lambaroe, 2 Augustus 1S78, de volgeude
telegraphische berichten ontvangen
Maandag 29. Colonne de Graeff nam ben-
ting in Sibrek en tuchtigde daar; overigens
verkenning en aanvoer voorraad.
Dinsdag .30. Bevelhebber met cavalerie
langs rechteroever naar Montasih, bezocht
Senelop en bivakkeerde aan de rivier Men-
tasih. Rest bleef in Missigit. Veldbrug
tegenover Anak Galoeng gereed.
Woensdag 31. Transport van Anak Ga
loeng naar Lambaroe beschoten, verwond
vier minderen. Bevelhebber over veldbrug
naar Anak Galoeng en over Kajoehloh terug
naar Lambaroe, op weg niet verontrust.
Aan colonnecommandant onderzoek bevolen
naar de ligging der plaatsen en de terrein
gesteldheid dagelijkscke verkenningen met
tuchtiging gelast. Bepaald Senelop eene
compagnie, in missigit Mentasik eene com
pagnie bezetting, overige troepen Godin in
bivak Mentasih west. Kolonne de Graeff in
Anak Galoeng, infanterie en artillerie dei-
reserve van Lambaroe opgerukt tot tuch
tiging kampongs oostwaarts tusschen Pakan
Baroe en Senelop, waar gemeenschap soms
verontrust wordt.
Donderdag 1 Aug., 's nachts missigit
Mentasch hevig beschoten, een mindere
gewond door bandjir veldbrug bij Auik
Galoeng weggeslagen, waardoor de voorge
nomen tuchtiging van Lankrak wordt uit
gesteld, van waar gemeenschap langs linker
oever telkens wordt bemoeielijkt. Patrouille
uitKajoeloh vernielde genomen Thot Lepong.
In vereeniging met haar trok een patrouille
uit Atjeh tot onderzoek van op te ruimen
bosch en bekwam vier gewonden, waaronder
een luitenant en drie minderen.
Vrijdag 2. Eene kolonne infanterie met
artillerie uit Lambaroe opgerukt tot tuch
tiging kampongs Noordoostwaarts van Pakan
Baroe, van waar men onze transporten be
schiet rivier nog hoog. Gemeenschap tus
schen Mentasie West en Anak Galoeng nog
niet mogelijk opvoer van rivier en munitie
gaat voort uit Lambaroe. Met opruiming
bosch bij Kajoe loh in Atjeh voortgegaan
door Chineezen. Weersgesteldheid zeer gun
stig. Gezondheidstoestand minder goed.
Terugkeer uitgewekenen IV Moekims neemt
weder toe, ook IX Moekimmers beginnen
terug te komen; zij zijn in belangrijk aantal
te Lamkrab en te Lambira verzameld, doch
worden in terugkeer door den. vijand ver
hinderd. Hulp is door hen verzocht en wordt
verleend. De krijgsoperatien en het bemach
tigen van Mentasih hebben blijkbaar een
diepen indruk gemaakt, zoowel op ons ge
bied en onderhoorigheden als bij den vijand.
Onderhandelingen bepalen zich echter nog
tot brieven van Toekoe Bait; alles vlucht
voor onze troepen. Gezondheidstoestand el
ders in Atjeh gunstig; ziektecijfer is hooger;
sterftecijfer stationair.
GEMENGDE BERICHTEN.
Ter waarschuwing Door den bur
gemeester van Berlicum (Noord-Brabant) is
openbaar gemaakt dat door N. E. Tas to
Amsterdam eene knoeierij is gepleegd bij
eene zijner gemeenteleden, die zich voor
f 10,on eenige cigaren heeft laten om-
koopen zich te houden als den vinder van
een bon van f 600,in een kistjo cigaren.
Zoo wordt thans uit Groningen gemeld,
dat een kantoorbediende aldaar zicli insge
lijks heeft laten omkoopen zijn naam te lee-
nen om als gelukkige vinder van een bon in
de advertentie van Tas vermeld te worden.
Bij den burgemeester van Amsterdam
moet, naar men meldt, het stellige voor
nomen bestaan, in navolging van liet be
sluit door den burgemeester van Rotterdam
genomen, van af 1 Januari 1879 het later
open zijn van 'cafés-chantant enz. dan tot
middernacht te verbieden. Ook zou na dien
tijd aan geen der herbergiers vergunning
worden verleend, later dan tot middernacht
hunne inrichtingen geopend to hebben.
De N. R. Ct. verneemt, dat de Wil
lem Barendsz tegen het midden van deze
maand te Tronsoë in Noorwegen zal biiincn-
loopen en eonigen tijd daarna naar het va
derland zal lerugkeeren, zoodat het vaartuig
waarschijnlijk nog in het laatst dezer maand
te IJmuiden kon worden binnenverwacht.
Van goeder hand wordt aan het Vad.
modegedceld, dat het bericht, door eenige
bladen opgenomen, als zou het sterfhuis van
Spinoza door een driolal zijner vereerders
zijn aangekocht, ten eenenmale onjuist is.
Wel zijn er pogingen gedaan om uit to ma
ken in welk van de twee of drie huizen, die
er voor aangewezen worden, en die op do
Pavel joensgracht tegenover, niet in de Dou
bletzaal gelegen zijn, Spinoza naar de
meeste waarschijnlijkheid heeft geloefd en
gearbeid maar noch van den aankoop van
eenig huis, noch van 't plaatsen van een ge
denksteen, is tot heden sprake.
Aan den Amstelhoek te Amsterdam
is door twee jongens een sigarenkistje ge
vonden, omwonden mot touw, dat bij on
derzoek het lijkje van een pasgeboren kind.
bleek te bevatten.
Men heeft in de hoofdstad een dieven
bende gearresteerd; zij beslond uit jongens
waarvan de oudste 17 jaren telt. Do inhoud
van toonbankladen was vooral van hun
gading.
Professor Agostini van Mantua deelt
mede, dat op den 25en Juli aldaar een zeer
merkwaardig feit plaats had. Te midden
van een plasregen moeten namelijk eenige
zoutkorrels neergevallen zijn. Als door een
toeval kwam do zaak aan het licht. Eenige
kinderen op de Piazza Virgiliana aan het
spelen zagen dat het begon te hagelen. Zij
raapten enkelo korreltjes open brachten ze
aan den mond. Groot was hunno verwonde
ring toen zij bemerkten dat zo stukken zout
in den mond hadden.
De hoogleeraar wil het geval nauwkeurig
onderzoeken. Eenige dier korrels zijn in zijn
bezit.
Door het Engelscho huis der lords is
eene enquête ingesteld betreffende het mis
bruik van sterken drank en de middelen
tot bestrijding daarvan.
In het daarvan uitgebrachte verslag, dat
meer dan een dik boekdeel vult, vindt men
o. a. liet volgende aangeteekend omtrent
de stad Bessbrook, wolke in 1847 gesticht
werd door deu linnenfabrikant John Grubbe
Richardson. De bevolking bestaat uit 4000
inwoners, die bijna alle in het linnonma-
kersbedrijf werkzaam zijn. Bij de stichting
der stad werd vastgesteld dat in geen huis
de verkoop van sterken drank toegelaten
zou worden.
De uitkomst van nu 31 jaren was, daj.