U i
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH VLAANDEREN
N°. 32.
Negentiende jaargang.
A0. 1878.
Vrijdag 9 Augustus.
Buitenland.
Binnenland.
JDit weekblad verschijnt lederen Vrijdag.
Prijs per drie maanden 1.
Afzonderlijke nommers 7 cents.
Prijs der advertentiën: van 15 regels GO cent,
elke regel meer 7y2 cent. Groote letters naar liet ge
tal gewone regels die zij beslaan.
Ingezonden Stukken en Brieven de Redactie betreffende benevens Advertentiën (uiterlijk des Donderdags avonds 4 ure.)
en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondeten, te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles FRANCO.
Generaal Agentschap, N1JGI
en VAN DITMAR, Algemeen Advertentiebureau te Rotterdam.
Een telegram uit Berlijn meldt, dat de
uitslag der verkiezingen bekend is in
396 plaatsen en dat men als zeker
aannemen kan, dat er zijn gekozen 53
Duitsch conservatieven, 40 vrije conserva
tieven, 81 nationaal-liberalen16 candidaten
der Fortschrits partij, 12 vau de groep Löwe,
96 clericalen, 7 particularism 5 van de
Elzasser protestpartij, 4 Elzasser autono-
misteu, 2 socialisten en 14 Polen, terwijl
er 66 herstemmingen moeten plaats hebben.
Vroeger was de samenstelling als volgt
nationaal-liberalen 128, ultramontanen 97,
conservatieven 36, Fortschrits 35, Duitsche
rijkspartij 36, Polen 14, sociaal-democraten
12, Lowe 11, Elzassers 15.
Het doel der regeering, om door de ont
binding een overwinning der conservatieven
in 't leven te roepen, die dan de regeering
zouden steunen is, tot hu toe dus niet be
reikt. Zelfs Bismarck's zoon moest het on
derspit délven.
De sociaal-democraten hebben eenige ze
tels verloren, maar zijn, wanneer men het
getal der door hen uitgebrachte stem
men nagaat; vrij belangrijk vooruitgaan
dat men wellicht in de naaste toekomst
groote overwinningen van die partij zal
zien. Naar alle waarschijnlijkheid zou bij
den nieuwen rijksdag de ultramontaansche
partij den doorslag geven, en staan daarmee
in verband de onderhandelingen, die thans
gevoerd worden door Vorst Bismarck namens
de regeering en den pauselijken Nuntius
Masella voor liet Vaticaan. Door concessies
zon de vorst trachten zich den steun van
genoemd centrum te verzekeren.
Gelukt hem dit, dan zal naar onze over
tuiging spoedig blijken, hoe duur dat over
leg is gekocht, en dubbel waarschuwend
zou dan dit feit zijn. Men zou eruit leeren,
hoe de zwarte partij langzaam, langzaam
voorwaarts schrijdt. Bismarck wake dus,
dat het Duitsche rijk niet in liare macht
kome.
Een hoog geestelijke is in het Vaticaan
weer overleden, nl. 's pausen staatssecre
taris, kardinaal Franchi, Z. E. overleed
tengevolge van hevige koortsen.
Ongeveer driejaren is tlians de Oostersche
quaestie aan de orde en heeft zij bijna
aanhoudend de Europeesche politiek be-
heerscht. Nu het tractaat van Berlijn is
geratificeerd en de Engelsche volksvertegen
woordiging haar oordeel heeft uitgesproken
over de gedragslijn der Britsche regeering,
ten aanzien van de aangelegenheden in het
Oosten, mag men aannemen, dat deze eenigs-
zins meer op den achtergrond zullen treden
en niet zoo overwegend de politieke pers
zullen bezig houden.
Verre van ons, te willen beweren, dat
voortaan hét Oosten kalm aan zijn lot zal
kunnen worden overgelaten, in de over
tuiging dat het zich in zijn nieuwe indee
ling rustig zal ontwikkelen en tot welvaart
en bloei geraken. Hoe gaarne men ook
meer onverdeeld de aandacht zou willen
wijden aan de in zoo menig opzicht be
langwekkender politieke ontwikkeling vau
de Westersche mogendheden, deze zullen
nog te zeer den terugslag gevoelen van
hetgeen in het Oosten is tot stand geko
men, om dit geheel uit het oog te kunnen
verliezen.
De feiten trouwens bevestigen deze ziens
wijze reeds. De Oostenrijksche troepen heb
ben bij Mostar en op enkele andere punten
gewapend verzet van de zijde der Turksche
opstandelingen ondervonden, waarbij van
weerszijden eenige personen zijn gewond
en gedood. Dit feit en de opstanden te
Serajowa en Mostar hebben der Oosten-
rijksch-Hongaarsche regeering aanleiding
gegeven tot ernstige vertogen aan de Porte,
die waarschijnlijk tegen Oostenrijk een
wapen zal smeden uit de omstandigheid,
dat dit zijn troepen de Turksche grenzen
heeft doen overtrekken voordat de overeen
komst, betreffende de bezetting, geteekeud
was. Dat bedoelde troepen met groote
voorzichtigheid voorwaarts rukken, blijkt
uit de Wiener Abendpost, waarin dc scher
mutselingen zijn geconstateerd.
Tussc'iien de Porte en liet Weener Ka
binet heerscht een zoo gespannen verhou
ding, dat een nader ultimatum gepaard
met oorlogsbedreiging wordt tegemoet ge
zien.
De toestand te Mostar schijnt inderdaad
van dreigender aard te zijn en daar reeds
bet gepeupel tot plundering is overgeslagen,
zich van de kazernen, de wapenen, munitie
en het materieel heeft meester gemaakt,
kan het geen verwondering baren, dat de
bezittende klassen met verlangen naar de
komst der Oostenrijksche troepen uitzien,
waardoor een eiude zal worden gemaakt
aan den toestand van anarchie, die met
groote gevaren dreigt.
In het Ehodope-gebergte is het niet beter
gesteld. De Russen hebben tot de opstan
delingen den eiseli gericht om binnen tien
dagen het grondgebied van Oostenrijk-Ru-
melie te ontruimen, indien zij niet willen
worden ze aangevallen. Naar aanleiding hier
van hebben twee hoofden der opstande
lingen zich naar Konstantinopel begeven,
teneinde den heer Layard in te lichten
omtrent den toestand en te verklaren dat
zij geen gevolg zouden geven aau de eischen
der Russen, die zij verantwoordelijk stellen
voor al de gevolgen van een eventueelen
aanval.
Geen twijfel dus, of aan liet gehaspel in
het Oosten is nog voor goed geen einde
gemaakt.
België.
In het Journal de Bruges van den
7n Augustus lezen wij het volgende
«Volgens de laatst ontvangen berichten
uit Brussel zou de heer ridder Ruzette bij
het ministerie ontboden zijn en zijn ont
slag (als Gouverneur van West-Vlaanderen)
zal al spoedig in den Moniteur afgekondigd
worden."
Aan de hoeken der straten leest men dan
ook reeds plakkaten, waarop het ontslag
van den heer Ruzette als eene schandelijke
daad van het ministerie wordt meegedeeld.
Te Kortrijk is den 7 Juli een gebouw,
tot de Evangeliebediening bestemd, inge
wijd. Er waren ruim 100 personen waar
onder 50 Roomschen tegenwoordig. De
zangvereeniginguit Rousselaere, onder direc
tie van een voormalig R. C. student was
bij deze gelegenheid overgekomen om het
feest te helpen vieren. Te Rousselaere is
men thans met den bouw eener kerk be
gonnen.
Tot verbetering verdient nog vermelding
dat niet de tegenwoordige minister maar
diens zoon G. Frère-Orban vice-president
van de rechtbank van eersten aanleg te
Luik in 1875 met ziju vrouw en 3 andere
familieleden tot het Protestantisme is over
gegaan.
SLUIS, 8 Augustus 1878.
Door Z. M. is benoemd tot Voorzitter
van het uitvoerend bestuur van liet Water
schap der sluis aan de Wielingen de heer
J. F. Hennequin civiel-ingenieur alhier.
Bij de stemming op 26 Juli jl. van
leden voor het kiescollege, zijn de aftre
dende leden herkozen.
90 stemmen waren er uitgebracht, waar
onder 2 in blanco.
Door het onweder van verleden Zon
dag, dat hier betrekkelijk weinig werd ge
merkt, zijn naar wij vernemen twee toe-
steldeelen van het telegraafkantoor alhier
vrij erg beschadigd en onbruikbaar geworden.
Met genoegen vermelden wij, dat op
het concours van het Conservatoire te Gent,
Woensdag 11. de eerste prijs voor piano
(hoogste klasse) met algemeene stemmen is
toegewezen aan onzen jeugdigen stadgenoot,
den heer H. J. Bal. De vorige week was
hem een zelfde onderscheiding te beurt ge
vallen voor Solfège, (zang). Na de proeven,
die genoemde heer den afgeloopen winter
gegeven heeft op het concert van de Sluische
Zangvereeniging zal het zeker slechts wei
nigen onzer verwonderen zulke gunstige be
richten van hem te vernemen.
Het metselen van een tweeden stee-
nen duiker nevens die in den straatweg bij
de Zuidpoort alhier is doorlz. Cliequennoij,
te Cadzand, bij enkele inschrijving, voor
f 910 aangenomen.
De andere inschrijvers waren J. Elfrink
te Sluis voor f 966,I. van Baal te Oost
burg voor f 995,I. Bertou te Biervliet
voor f 1178,enP. Monjé te Breskens voor
f 1196.
Den 19 Augustus a. s. zal voor de oude
stad Brugge een ware feestdag zijn, er
zullen door haar geene kosten gespaard
worden om dien dag zoo feestelijk moge
lijk te maken, daar zij alsdan vereerd zal
worden met een bezoek van HH. MM. den
Koning en de Koningin van Belgie, 't geen
haar in vele jaren niet te beurt is gevallen.
Dit bezoek staat in verband met de ont
hulling van een nieuw standbeeld dat wordt
opgericht ter eerc van den beroemden schil
der in olieverf Jan van Eijck. Het beeld
is, even als dat van Memlinc op de Woens-